• No results found

Vraag nr. 231 van 17 juli 2003 van de heer DIRK DE COCK

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 231 van 17 juli 2003 van de heer DIRK DE COCK"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 231 van 17 juli 2003

van de heer DIRK DE COCK

Zwembaden bij campings en sauna's – Badmees-ters

Met betrekking tot het aanstellen van badmeesters in zwembaden van campings en sauna's wordt nu de norm van Vlarem IIbis gehanteerd. Die werd van kracht net voor de zomer. Dit brengt voor de campings en sauna's onverwachte extra zware kos-ten zich mee, en tevens de moeilijkheid om een ge-schikt persoon te vinden.

Indien er geen badmeester aanwezig is, dan kan het zwembad niet opengesteld worden, of kunnen de uitbaters hun vergunning en/of erkenning verlie-zen.

De hotelsector heeft voor dezelfde problematiek wél een uitzondering gekregen en is vrijgesteld om tot het aanstellen van een badmeester over te gaan, hoe groot het zwembad binnen de hotelaccommo-datie ook is.

De meeste campings en sauna's in Vlaanderen heb-b e n , als extra service of faciliteit, een openlucht-zwembad ter beschikking van hun bezoekers. H e t klimaat in Vlaanderen is niet van die aard dat er alle dagen, zelfs in de maanden juli en augustus, g e-bruik kan worden gemaakt van deze faciliteiten. Iemand dan gedurende vier maanden (van juni tot oktober) aanstellen, in de wetenschap dat die bad-meester ongeveer de helft van de tijd geen taak zal h e b b e n , is een zware financiële inspanning voor de meeste campings.

Verschillende van deze campings hebben zich des-tijds aangepast en hun zwembaden verkleind om aan de normen van Vlarem I te voldoen, t e n e i n d e vrijgesteld te zijn van een badmeester. Deze inves-teringen waren meestal vrij zwaar (al snel enkele miljoenen oude Belgische frank).

Het komt in de sector erg hard aan dat men ook die campings en sauna's onderhevig maakt aan nieuwe regelgeving, terwijl zij nauwgezet voldoen aan de voorschriften van Vlarem I. Door de nor-men lineair te verstrengen, worden de "goede leer-lingen" mee geviseerd.

Daarom de volgende vragen aan de minister. 1. Welke bezorgdheid ligt ten grondslag aan het

verplicht maken van een badmeester in cam-pings en sauna's met een zwembad ?

2. Waarom vormen de hotels (ongeacht de grootte van hun zwembad(en)) wel een uitzondering op de regelgeving die een badmeester verplicht maakt ?

3. Waarom werd die maatregel voor campings en sauna's lineair vastgesteld ?

4. Kunnen campings en sauna s die rigoureus de regelgeving van Vlarem I naleven, en waar aan de uitbaters dientengevolge beloofd werd dat er geen badmeester moest komen, alsnog een uit-zondering vormen op die regelgeving ?

Antwoord

Vooraf wil ik opmerken dat de regeling in V l a r e m met betrekking tot de veiligheid van baders en pu-bliek in zwembaden een gedeelde bevoegdheid is met mijn collega bevoegd voor Gezondheidszorg. Het antwoord op deze deelvragen is dan ook gesi-tueerd binnen de perken van mijn medebevoegd-heid in dit domein.

1. Ik hoef de Vlaamse volksvertegenwoordiger niet te vertellen dat het de bedoeling is van de Vlarem-voorschriften inzake toezicht in zwem-baden om het verdrinkingsrisico van baders zo laag mogelijk te houden. Waarom deze voor-schriften verschillen voor enerzijds campings en sauna's en anderzijds hotels, is toegelicht in het antwoord op vraag 2.

Ik wil er hem echter wel op wijzen dat deze voorschriften het laatst zijn gewijzigd door de vorige Vlaamse regering, begin 1999. Er is dus geen sprake van nieuwe normen die van kracht zouden geworden zijn net voor de zomer 2003, zoals hij stelt in de aanhef van zijn vraag.

2. De risico’s inherent aan een zwembad verbon-den aan een hotel zijn normaal veel beperkter en veeleer vergelijkbaar met zwembaden ver-bonden aan een privé-woning, die niet voor het publiek worden opengesteld.

(2)

bij-zondere vergunningsvoorwaarden kunnen wor-den opgelegd.

Waar het dus afhankelijk van de intensiteit van het gebruik nodig is, kan ook de verplichte aan-wezigheid van één of meer redders worden op-gelegd voor zwembaden verbonden aan hotels. 3. De sectorale Vlarem-milieuvoorwaarden voor

zwembaden zijn momenteel al gediversifieerd afhankelijk van de soort van de baden. Ik ben echter wel bereid te onderzoeken of de lineaire maatregel voor alle campings en sauna’s niet kan worden gediversifieerd. Ik heb dit ook reeds gecommuniceerd ten aanzien van de sec-t o r. Hesec-t is duidelijk dasec-t hesec-t verdrinkingsrisico bij kleine en ondiepe baden veel kleiner is. Met het oog op een mogelijke actualisering van de specifieke voorwaarden voor zwembaden verbonden aan campings is vorig jaar reeds overleg gepleegd met de Campingfederatie C K V B. Een ambtelijke werkgroep heeft daarom een voorstel tot wijziging van de V l a r e m -voorschriften voorgesteld, meer bepaald door volgend nieuw artikel toe te voegen:

" A r t .5 . 3 2 . 9 . 1 . 5 . In een zwembad met maximaal 140 cm diepte en met een wateroppervlakte van maximaal 100m2, dat niet gebruikt wordt als

in-s t r u c t i e b a d , in-staan de baderin-s onder rechtin-streekin-s en constant toezicht van ten minste één persoon die in het bezit is van het basisreddersbrevet van het Bloso of van een ander gelijkwaardig getuigschrift goedgekeurd door het Bloso. D e z e persoon dient eveneens te voldoen aan de jaar-lijkse bijscholing zoals vereist in artikel 5.32.9.2.2, §3".

Ik ben bereid om alvast deze versoepeling in Vlarem II op te nemen bij de eerstkomende vla-rem-herziening.

Dit voorstel werd reeds besproken met een ver-tegenwoordiger van de Campingfederatie, d i e echter meent dat het voorstel nog steeds onvol-doende tegemoetkomt aan de problemen van de campinguitbaters die geen of onvoldoende redders het vereiste diploma zouden vinden. D e Gezondheidsinspectie meldt mij echter dat uit het toezicht op de zwembaden bij campings niet blijkt dat er een zwaar structureel probleem is om redders te vinden.

Vanwege deze onduidelijkheid wil ik deze pro-blematiek wel verder onderzoeken, in

samen-spraak met de doelgroep en de Gezondheidsin-spectie.

4. Ik heb begrip voor de zware investeringen die zijn gebeurd om de zwembaden in orde te bren-gen met de V l a r e m-v o o r s c h r i f t e n . Van een "be-lofte" dat er geen badmeester zou moeten komen, ben ik niet op de hoogte.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Eerste concreet resultaat van de Task Fo r c e Mestverwerking is de gezamenlijke nota van de Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw en van de Vlaamse minister van

De Vlaamse regering besliste op 30 juni jongstle- den het leerlingenvervoer onder te brengen bij De L i j n2. De busbegeleiding wordt

Klopt het dat door de aanleg van de nieuwe weg het verkeer van en naar Doel verplicht wordt ongeveer vier kilometer om te rijden in tegen- stelling tot vroeger?. Heeft de minister

Voor zeven van de zestien indicatoren werden afzonderlijke gegevens voor de Vlaamse Ge- meenschap geïntegreerd.. Voor het referentiejaar 1997 werden immers geen financiële

Dat overleg heeft plaatsgevonden op mijn kabinet in december vorig jaar, de problematiek werd nogmaals be- sproken op de interministeriële conferentie van 14 maart laatstleden

Daarnaast werd het mogelijk geacht dat som- mige lerarenjobs, bijvoorbeeld in het buitenge- woon onderwijs of het beroepsonderwijs, a l s "zware beroepen" zouden

Deze pc's kunnen door bepaalde firma's aan het onderwijs tegen de helft van de prijs worden aangeboden, waardoor de norm voor het aantal pc's per aantal leerlingen

Volgens Stedenbouw Gent moet de gemeente Leb- beke haar ruimtelijk structuurplan Lebbeke aan- p a s s e n , met het oog op de visie van de gemeente omtrent zonevreemde woningen..