Vraag nr. 93 van 29 maart 2000
van de heer DIRK DE COCK Euro 2000 – Subsidiëring
Onlangs vernam ik dat de heer Steve Stevaert, m i-nister vice-president van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare We r k e n en Energie, tijdens Euro 2000 de veiligheid in en rond de stadions wil bevorderen door gratis bus-vervoer aan te bieden voor alle toeschouwers. D i t zou gepaard gaan met een kostenplaatje tussen de 10 en de 14 miljoen frank.
Bovendien is het Vlaams Gewest medefinancier geweest van de stadions, bijvoorbeeld het stadion van Brugge. Als niet-gefederaliseerde sporttak gaat de Koninklijke Voetbalbond (in samenspraak met de clubs) hiervoor te rade bij onder andere de deelstaat Vlaanderen.
1. Wat is het totale budget dat vanuit het ministe-rie van de Vlaamse Gemeenschap is bestemd voor Euro 2000 ? Welk bedrag gaat naar welke t a k , bijvoorbeeld infrastructuur van de stadions, openbaar vervoer, ... ?
2. Wordt een soortgelijke inspanning ook geleverd door de andere gewesten en gemeenschappen ? En wat is de bijdrage van de federale staat ? Be-schikt de minister hier over een gedetailleerd overzicht ?
3. Welke initiatieven heeft de minister reeds geno-men inzake de federalisering van de "Ko n i n k l i j-ke Voetbalbond" ?
Antwoord
1. Als minister bevoegd voor Sport heb ik de op-leiding van stewards ondersteund. De kandida-ten werden gerekruteerd uit de We s t - V l a a m s e eerste- en tweedeklasseclubs. In totaal genoten 426 stewards een opleiding (372 mannen – 54 vrouwen).
Er werd een subsidie van 4,2 miljoen frank uit-getrokken (budget 1999).
Belangrijk is wel dat deze opgeleide stewards na Euro 2000 worden ingezet binnen de eigen club. 2. Wat de inbreng van de andere gewesten en ge-meenschappen betreft, kan ik de Vlaamse
volks-vertegenwoordiger niet antwoorden, daar dit buiten mijn bevoegdheid valt.
3. Daar de Vlaamse overheid momenteel geen doelgericht sportbeleid kan voeren naar alle sportbeoefenaars (een aantal grote sportbonden heeft zich tot op heden nog niet aangepast aan de staatshervorming), heb ik reeds herhaaldelijk geprobeerd de unitaire sportbonden, w a a r o n d e r de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB), te responsabiliseren en aan te moedigen hun or-ganisatiestructuur op te splitsen.
Talloze formele en informele vergaderingen werden daartoe reeds gehouden, k a b i n e t s m e d e-werkers en de administratie werden ter beschik-king gesteld voor de begeleiding, er werd zelfs een simulatie gemaakt van wat de KBVB, o p basis van het decreet van 13 april 1999 en mits volledig gebruik te maken van alle mogelijkhe-d e n , jaarlijks aan subsimogelijkhe-diëring misloopt (34 mil-joen).
De antwoorden van de KBVB op mijn interven-ties en vragen heeft de Vlaamse volksvertegen-woordiger ongetwijfeld reeds in de pers kunnen lezen.
