• No results found

UMC !.t) St Radboud

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "UMC !.t) St Radboud "

Copied!
22
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bloktoets Datum Aanvangstijd

50296 'Joortplanting 26 november 201 0 10.00uur

Deze tentamenset kunt u na afloop meenemen.

UMC !.t) St Radboud

ALGEMENE AANWIJZINGEN EN INSTRUCTIE:

Dit tentamen bestaat uit 60 vragen. Voor elk juist antwoord is één punt te behalen.

• Controleer of uw tentamenset compleet is.

• De beschikbare tijd voor het gehele tentamen is 2 uur.

Vermeld op het antwoordformulier duidelijk uw naam en studentnummer.

• Het gebruik van alle audiovisuele en technische hulpmiddelen is niet toegestaan, tenzij expliciet vermeld elders op dit voorblad. Mocht u dergelijke apparatuur toch gebruiken, dan zal dit als fraude worden aangemerkt.

Invulinstructie

• Bij iedere vraag is het aantal gevraagde alternatieven tussen haakjes aangegeven, zowel op uw tentamenset als op het antwoordformulier. Het is mogelijk dat er meer alternatieven juist zijn dan aangegeven tussen haakjes, geef in dit geval niet meer op dan het gevraagde aantal.

• U geeft uw antwoord door het vakje onder de letter die hoort bij het betreffende alternatief helemaal te vullen.

a b c d

Voorbeeld

D D D •

Draag er zorg voor dat, als u klaar bent, uw antwoorden op het antwoordformulier staan .

• De-op het antwoordformulier ingevulde antwoorden worden beschouwd als uw definitieve antwoorden, ongeacht de antwoorden in uw tentamenset

• Als u een vraag wilt openlaten laat u alle vakjes blanco.

• Wanneer het antwoord op het antwoordformulier onleesbaar is, zal het als blanco worden geïnterpreteerd.

Correctie-instructie

• Als u uw antwoord wilt verbeteren dient u een kruis door het foutieve vakje te zetten en een ander vakje ~eer helemaal te vullen.

a

b

.c

~

Voorbeeld

D D ""

Het invullen van teveel antwoorden

• Draag er zorg voor dat het aantal aangekruiste antwoorden het aangegeven maximum aantal antwoorden NIET overschrijdt.

• Indien het aantal aangekruiste antwoorden het aangegeven maximum aantal antwoorden overschrijdt, wordt het extra aantal antwoorden genegeerd, te beginnen bij het antwoord het meest achteraan in het alfabet.

Studentcommentaar

• Indien u commentaar heeft op de vragen, noteert u dat op het commentaarformulier (laatste blz.) en levert u dat na afloop van het tentamen in, tezamen met uw antwoordformulier.

LET OP!!

ZET EERST UW NAAM EN STUDENTNUMMER OP HET ANTWOORDFORMULIER!

VEEL SUCCES!

(2)

ANATOMIE

Antwoord opties-:

A. Anus B. Blaas

C. Diafragma pelvis D. Diafragma urogenitale E. Labia majora

F. Labia minora G. Lieskanaal H. Nier I. Ovarium J. Rectum K. Tuba uterina L. Ureter M. Urethra N. Uterus 0. Vagina

Instructie:

Kies het beste antwoord uit bovenstaande antwoordopties A t/m 0 om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het maximale aantal antwoordopties aan. Vul in de hokjes achter de vraag de corresponderende letter(s) in.

Vragen:

1

2

3

4

Welke structuur in de vrouw is qua embryologische oorsprong te vergelijken met het scrotum in de man?

Welke structuren worden (deels) gevasculariseerd door de arteria uterina?

Welke structuren zijn van belang voor de fecale continentie?

Welke structuren ontstaan uit de ductus of gang van Müller?

(1)

(4)

(2)

(3)

(3)

SEKSUOLOGIE

Onderstaand volgen een aantal mogelijke oorzaken van seksuele dysfuncties bij vrouwen.

Antwoordopties:

A. Angst voor intimiteit B. "Beddedood"

C. Communicatieproblemen D. Depressie

E. Dopamine, tekort F. Gevoel tekort te schieten G. Hypothyreoïdie

H. Oestrogeen, tekort I. Passie uitgedoofd J. Progesteron, tekort K. Prolactine, teveel L. Psychische problemen

M. Reflectoire bekkenbodemspanning N. Relatieproblemen

0. Schaamte

P. Seksueel misbruik Q. Serotonine, teveel R. Testosteron, tekort S. V aginistisch reageren T. Vaginale atrofie Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vraag te beantwoorden.

Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Casus

Op uw spreekuur komt de 45 jarige Ellen de Wijs. Zij heeft 15 jaar een relatie met Marijke, 44 jaar. Ze hebben geen kinderen. Ellen is bij u bekend wegens prematuur ovarieel falen (POF) op haar 35e jaar.

Sinds haar te vroege overgang heeft ze geen zin meer in seks. Voor die tijd ging het vrijen probleemloos.

Als ze met haar partner vrijt, wordt ze wel opgewonden en komt klaar. Als Marijke haar vingers bij Ellen inbrengt, lukt dat wel, maar Ellen heeft pijn direct bij de ingang van haar vagina. Daarom zijn ze gestopt met vrijen. Ellen vraagt u wat de oorzaak kan zijn van haar afwezige zin in seks en van de pijn bij het naar binnengaan.

Vragen:

5 Welke oorzaak van haar verminderd seksueel verlangen overweegt u? (1)

6 Welke oorzaken van haar dyspareunie overweegt u? (3)

(4)

ANTICONCEPTIE

Hieronder worden een aantal omstandigheden genoemd die van belang kunnen zijn bij de het voorschrijven van de orale anticonceptiepil

Antwoordopties

A. Chlamydia infectie in het verleden B. Gebruik vanacetylsalicylzuur (aspirine) C. Gebruik van een anti-epilepticum

D. Hart en vaatziekte in de voorgeschiedenis E. Hyperthyreoidie

F. De leeftijd van patiënte

G. Een mammacarcinoom in de anamnese H. Menorragieen

I. Roken

1. Een trombosebeen in het verleden Instructie

Gebruik de hierboven met letters aangeduide omstandigheden om onderstaande vragen te

beantwoorden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Casus

Anneke van Lierop is 45 jaar en bezoekt het spreekuur met de vraag om anticonceptie. Ze is de laatste tijd onregelmatig ongesteld en zou graag de pil willen om weer wat meer regelmaat in de cyclus te krijgen. Anneke is bekend met epilepsie waarvoor ze medicatie (anti-epileptica) gebruikt en heeft 3 jaar geleden een mammacarcinoom gehad.

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te

beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Vraag:

7 welke omstandigheden zijn redenen om af te zien van een éénfase, sub-50 combinatiepil (bv Microgynon 30) (6) of reden om de vrouw te waarschuwen voor extra

ris-ico's?

(5)

F.ERTILITEIT

U hebt een keuze-uit de volgende diagnostische methoden:

Antwoordopties

A. Chlamydia Antistoftiter (CAT)

B. Diagnostische laparoscopie met tubatesten C. Transvaginale echoscopie

D. Endocrinologisch onderzoek E. Genetisch onderzoek

F. Hystero Salpingografie (HSG) G. Semenanalyse

Instructie

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te

beantwoorden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Vragen::

8 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur.

Bij de anamnese vallen u geen bijzonderheden op. Welke 2 (2) onderzoeken doet u als eerste?

9 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur.

De man heeft bij de eerste semenanalyse een ernstige (2) oligoasthenozoospermie. Welke 2 onderzoeken zijn vervolgens geïndiceerd?

10 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur.

Het oriënterend fertiliteitonderzoek laat geen bijzonderheden (2) zien. De chlamydia antistoftiter is sterk verhoogd. Welke 2

vervolg onderzoeken zou u nu kunnen ovetweg_en?

11 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur.

De vrouw is 38 jaar en heeft een korte cyclus van 24 dagen. (2) Welke 2 onderzoeken vind u bij dit paar nu het belangrijkste?

12 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur.

De vrouw heeft hirsutisme en een oligomenorroe. Welke 2 (2) onderzoeken zijn nu geïndiceerd?

(6)

FERTILITEIT

Hieronder staan een aantal vruchtbaarheidsbehandelingen als-antwoordopties genoemd.

Antwoordopties:

A. Expectatief beleid B. ICSI

C. ICSI met PESA D. ICSI met TESE

E. lntra-uteriene inseminatie (lUI) in de natuurlijke cyclus F. Intra-uteriene inseminatie (lUI) in de gestimuleerde cyclus G. IVF

H. Ovulatie inductie Instructie:

Hieronder volgen enkele korte casus. Kies uit de antwoordopties hierboven welke behandeling de eerste keuze is bij de beschreven casus. Niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Vragen:

13 Primaire fertiliteitstoornis vanaf september 2008 (leeftijd vrouw 24 jaar),waarbij de vrouw een dubbelzijdige hydrosalpinx heeft (1) Primaire fertiliteitstoornis vanaf juni 2007 (leeftijd vrouw 34

14 jaar), waarbij de man een azoöspermie met congenitale (1) afwezigheid van het vas deferens heeft.

15 Primaire fertiliteitstoornis vanafjuni 2009 (leeftijd vrouw 27 jaar), met als enige afwijking een negatieve postcoitum test. (1) Primaire fertiliteitstoornis vanaf september 2006 (leeftijd vrouw 16 26 jaar), waarbij de man een oligozoöspermie heeft op basis van (1)

een AZFc deletie op het Y-chromosoom.

Primaire fertiliteitstoornis vanafjuni 2009 (leeftijd vrouw 28

17 jaar), waarbij het oriënterende fertiliteitonderzoek en (1) tubadiagnostiek geen afwijkingen heeft laten zien.

(7)

FERTILITEIT Antwoordopties:

A. Aïïtibiotica

B. Draagmoederschap C. Eiceldonatie D. FSHILH

E. Alleen oestrogenen

F. Natuurlijke oestrogenen+ progestagenen G. Orale anticonceptiva

H. Alleen progestagenen Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te

beantwoorden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Vragen:

Geef aan welke behandelingen in aanmerking komen bij onderstaande ziektebeelden:

18 Patiënte met syndroom van Mayer Rokitansky Kuster (1)

19 Patiënte met een follikel persistens (3)

20 Patiënte met endometriose (2)

21 Patiënte met syndroom van Turner (3)

22 Patiënte met PCOS (3)

(8)

FERTILITEIT

Antwoordopties:

A. 46, XX B. 46,XY

C. AGS

D. Clitoris E. Epididymis F. Genitaal tuberkel G. Labia maiora H. Labia minara I. Mannelijk

I. Mannelijk pseudo-hermafroditisme K. PDES-Inh

L. Penis

M. PESA

Instructie

N.

0.

P.

Q.

R.

S.

T.

u.

V.

W.

x .

Y.

z.

Primordiaal follikel Prostaat

Scrotum SRY TESE Testosteron Tubae Urethra

Vagina: bovenste 2/3 Vagina: onderste 113 V as deferens

Vrouwelijk

Vrouwelijk pseudo-hermafroditisme

Gebruik bovenstaande antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het maximale aantal antwoordopties aan. Vul de corresponderende letters in in de hokjes achter de vraag

Vragen

23 V u! onderstaand schema aan Embryonale structuur

Urogenitale wallen

Vrouwelijk Mannelijk (4)

Clitoris

24 Wat is de gender typering (geslachtsimpregnatie) bij mensen met ( 1) Perifere Andro een Resistentie?

25 Wat is het fenotype van een persoon met Turner? (1) 26 Welke organen worden bij jongens aangelegd door Testosteron? (2) 27 Welke vruchtbaarheidsbehandeling is (als eerste keuze) geschikt

voor mannen met een FSH = 8 E/1 en azoos ermie?

(1)

(1)

(9)

VROEGGEBOOERTE

Antwoordopties:

A. Abruptio placentae N. Intrauteriene infectie

B. .Bedrust 0. Placenta previa

c.

Cardiotocogram P. Polyhydramnion

n.

Cervixinsufficien.tie Q. Ras

E. Corticosteroïden R. Roken

F. E causa ignota S. Sociale klasse

G. Echoscopie, algemeen oriënterend T. Speculumonderzoek H. Echoscopie, cervixlengtemeting

u.

Stoppen met werken

I. Echoscopie, geavanceerd V. Stress

ultrageluidonderzoek type I

w.

Tocolyticum

J. Fibronectinetest

x.

Varentest

K. Handgreep van Leopold I Y. Werkomstandigheden

L. Handgrepen van Leopold I-IV

z.

Zwangerschapsdiabetes M. Hospitalisatie

Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden.

Antwoordopties kunnen slechts eenmaal gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Vul de corresponderende letters in, in de holges achter de vraag.

Casus

Een 37-jarige kaukasische vrouw, is na IVF _ICSI zwanger van een eenlingzwangerschap. Zij is een gezonde vrouw, gravida 2 en heeft eerder een miskraam gehad. Zij heeft een drukke baan als medisch specialist, haar vader is terminaal ziek. Haar moeder is 2x te vroeg bevallen. De zwangerschap verliep tot 23 wk ongestoord, de combinatietest toonde laag risico voor Down syndroom, echoscopisch onderzoek bij 20 wk toonde een stuctureel normaal kind conform de zwangerschapsduur. Bij 23 2/7 wk meldt zij zich met klachten. Zij heeft een gespannen gevoel in de buik en (zeer gering) vaginaal bloedverlies. Bij vaginaal toucher een korte weke cervix.

De werkdiagnose is dreigende vroeggeboorte.

Vragen:

29 Noem de 2 anarnnestische risicofactoren in deze casus die (2) geassocieerd zijn met een toegenomen-kans op vroeggeboorte.

Noem de 2 onderzoeken die in deze casus het meest predictief (2) 30 zijn mbt de kans dat de vroeggeboorte echt doorzet.

31 Noem de 2 (werk-)diagnosen die in deze casus het meest (2) waarschijnlijk zijn.

32 Noem de 2 diagnosen die bij vaginaal bloedverlies in de (2) zwangerschap in ieder geval bevestigd of uitgesloten moeten

worden.

33 Noem de 2 behandelingen die bij dreigende vroeggeboorte het (2) grootste positieve effect hebben op de overlevingskans voor het kind.

(10)

AANGEBOREN AFWIJKGEN I PRENATALE DIAGNOSTIEK Hieronder wordt-een aantal antwoordopties genoemd

Antwoordopties:

A. Combinatietest

B. Cordocentese (navelstrengpunctie)

C. Geavanceerd Ultrageluidonderzoek bij 20 weken (GUO) D. Ontlastende vruchtwaterpunctie

E. Structureel Echoscopisch Onderzoek bij 20 weken (SEO) F. Transvaginale echoscopie

G. Vlokkentest H. Vruchtwaterpunctie

Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden.

Antwoordopties kunnen slechts eenmaal gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Vul de corresponderende letters in, in de hokjes achter de vraag. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan.

Casus

Mevrouw R., een 39 jarige gezonde primigravida met een blanco voorgeschiedenis en blanco familie anamnese wil graag weten wat de mogelijkheden zijn voor prenatale screening en diagnostiek op Down syndroom. Op het moment dat zij deze vraag stelt bedraagt de zwangerschapsduur 12 weken.

In onderstaande vraag wordt gevraagd naar de mogelijkheden van prenatale screening en diagnostiek bij bovengenoemde patiënte. Gebruik de bovengenoemde antwoordopties die overeenkomen met de gestelde vragen.

Benoem de mogelijkheden voor prenatale screening en diagnostiek op Down s ndroom

Casus

Stel dat patiënte zelf bekend is met een aangeboren hartafwijking en zij graag wilt weten of het hart bij haar ongeboren kind normaal is aangelegd. Welk onderzoek zou u haar dan adviseren.

In onderstaande vraag wordt gevraagd naar de mogelijkheden van diagnostiek naar aangeboren hartafwijkingen bij de indicatie bij bovengenoemde patiënte. Gebruik de bovengenoemde antwoordopties die overeenkomen met de gestelde vragen.

(11)

PRE-ECLAMPSIE EN GROEIVERTRAGING

Hieronder wordt een aantal antwoordopties genoemd Antwoordopties:

A. >2 miskramen in de voorgeschiedenis B. Antifosfolipidensyndroom

C. Chromosomale translocatie bij partner D. Homozygote factor V Leiden mutatie E. Een leeftijd ouder dan 20 en jonger dan 24 F. Sportieve levensstijl

G. Norrnatensie H. Obesitas

I. Zwangerschap beëindigd met sectio caesarea J. Rheumatoide artritis

Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden.

Antwoordopties kunnen slechts eenmaal gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Geef per vraag vijf antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in, in de hokjes achter de vraag.

Vraag:

In onderstaande vraag wordt gevraagd naar factoren en gebeurtenissen die de kans op eerste trimester verlies van zwangerschap niet verhogen. Gebruik de bovengenoemde antwoordopties. die overeenkomen met de genoemde associatie.

136 I

De kans wordt niet verhoogd

I

(S)

I I I I I I

(12)

TWEELINGZWANGERSCHAP Antwooïdopties:

A. Waar B. Onwaar Casus

Tweelingen die uit 1 bevruchte eicel ontstaan noemt men monozygote tweelingen. Bij 1/3 van deze monozygote tweelingen deelt het embryo zich vóór de differentiatie tussen toekomstige placenta en toekomstige foetus en bij 2/3 deelt het embryo zich na deze differentiatie. In het eerste geval spreekt men van dichoriale tweelingen en in het tweede geval van monochoriale tweelingen.

Instructie

Er volgen nu 10 beweringen. Geef aan welke waar en welke onwaar zijn.

37 Monochoriale tweelingen zijn altijd monozygoot. (1) 38 Monozygote tweelingen zijn altijd monochoriaal (I) 39 Dicho.riale tweelingen zijn altijd dizygoot (1) 40 Dizygote tweelingen zijn altijd diehoriaat (1) 41 Met behulp van echoscopie in het eerste trimester van

de zwangerschap kan met zekerheid het onderscheid (1) worden gemaakt tussen monochoriale en dichoriale

tweelingen

42 Met behulp van onderzoek van de placentaoppervlakte

na de geboorte kan met zekerheid het onderscheid (1) worden gemaakt tussen monochoriale en dichoriale

tweelingen

43 Met behulp van histologisch onderzoek van het

tussenschot tussen beide amnionholtes na de geboorte (1) kan met zekerheid het onderscheid worden gemaakt

tussen monochoriale en dichoriale tweelingen

44 Tussen de circulaties van monochoriale tweelingen zijn (1) er voor de geboorte altijd bloedvatverbindingen.

45 Tussen de circulaties van dichoriale tweelingen zijn er (1) voor de geboorte altijd bloedvatverbindingen.

46 Bij Tweeling Transfusie Syndroom is polihydrarnnion (1) een obligaat teken.

(13)

ERFELIJKHEIDSADVIES

Antwoordopties:

A. Herhalingskans van 1 op 9 B. Herhalingskans van 1 op 10 C. Herhalingskans van 1 op 12 D. Herhalingskans van 1 op 16 E. Herhalingskans van 1 op 24

Instructie

Selecteer voor de casus die hieronder wordt beschreven welke herhalingskans geldt.

Casus

Edo heeft een broer met CF (taaislijmziekte) een autosomaal recessieve ziekte. Edo zelf is gezond.

Samen met zijn partner Anne heeft hij kinderwens. Edo heeft Anne ontmoet tijdens een contactdag van de patiënten vereniging, waar Anne met haar zus was die CF heeft. Anne zelf is gezond.

Bepaal de hoogte van de herhalingskans op een kind met CF voor Edo en Anne.

(14)

NEONATOLOGISCHE PROBLEMATIEK

Antwoordopties:

A. Clavicula fractuur B. Erbse parese C. Foetale nood D. Hyperbilirubinemie E. Hyperglycaemie F. Hypoglycaemie G. Intra-uteriene infectie

H. Meconiumhoudend vruchtwater I. Perinatale asfyxie

J. Vroegtijdig breken van vliezen Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide bevindingen om onderstaande vragen te beantwoorden.

Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Casus

Mevrouw A is een gravida II, para I van 30 jaar oud. Zij rookt 5 sigaretten per dag en er is sprake van intra-uteriene groei achterstand.

Mevrouw B is een gravida I, para 0 van 32 jaar oud. Er is sprake van positieve dyscongruentie en haar GIT test is gestoord.

Vragen:

48

Welke complicaties kunnen zich voordoen bij het kind van mevr. A?

(4) 49

Welke complicaties kunnen zich

voordoen bij het kind van mevr. B?

(4)

(15)

ETIDEK

Antwoordopties:

A De ingreep is medisch niet noodzakelijk

B Vrouwen moeten altijd voor een kind kunnen kiezen

C Natuurlijke grenzen voor de voortplanting laten diep gewortelde waarden zien die biologisch, maatschappelijk en moreel relevant zijn

D Vrouwen moeten voor hun 35ste een eerste kind krijg~n E Vrouwen hebben recht op kinderen wanneer zij dat wensen

F De biologische grenzen van de voortplanting hebben geen morele waarde Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide bevindingen om onderstaande vragen te beantwoorden.

Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

V raa2:

Het laten invriezen van eierstokken door vrouwen teneinde op latere leeftijd

50 nog zwanger te kunnen worden, staat in Nederland ter discussie. Ethische (1) overwegingen die tegen deze mogelijkheid pleiten zijn onder andere:

(16)

ETHIEK

Antwoordopties:

A Dat de wens van de vrouw prevaleert

B Vruchtwaterpunctie medisch niet is geïndiceerd C Een nader gesprek over drie weken noodzakelijk is D Er geen sprake is van een existentiële noodsituatie

E Late zwangerschapafbreking valt onder de regeling levensbeëindiging pasgeborenen F Het reeds geboren kind levensvatbaar is

Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide bevindingen om onderstaande vragen te beantwoorden.

Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Casus

Een echtpaar heeft na een normaal verlopen zwangerschap een emstig mentaal en lichamelijk

gehandicapt kind gekregen. Het echtpaar wil graag een tweede kind maar de man wil alles in het werk stellen om het tweede kind gezond te laten zijn. De vrouw aarzelt desgevraagd, zij accepteert kinderen meer zoals ze zijn. Toch verzoekt het echtpaar u eensgezind om een vruchtwaterpunctie. De

zwangerschap duurt twintig weken en bij de echo zag alles er normaal uit. De man wil toch extra zekerheid.

V raaJ?;

Gelet op het risico dat is verbonden met een vruchtwaterpunctie in week 20 51 van een overigens gezonde zwangerschap en gegeven het feit dat de vrouw (2)

aarzeling vertoont, kent de morele afweging: de volgende elementen

(17)

BEKKENBODEM

Hieronder worden een aantal antwoordopties-genoemd.

Antwoordopties:

A. Cystocele

B. Deseending perineum syndroom.

C. Descensus uteri D. Elongatio colli E. Enterocele

F. Hypermobiele urethra G. Intussusceptie

H. Inversio vaginae.

I. Rectocele J. Rectum prolaps.

K. Totaalprolaps L. Urethrocele Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden.

Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden.

Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Hieronder wordt een casus gepresenteerd. Kies voor elke casus de antwoordoptie(s) die het beste past/passen bij de beschreven vorm van verzakking. .

52 53 54

Een patiënte met verzakkingskiachten en een opbolling van de vagina achterwand.

Bij een treedt een inwendige verzakking van het rectum in zichzelf

Kan alleen optreden bij een patiënte zonder uterus

(2) (2) (1)

(18)

AB VAGINAAL BLOEDVERLIES

Hieronder worden een aantal antwGordopties-geno.emd.

A. Amenorroe B. Contactbloeding C. Doorbraakbloeding D. Dysmenorroe E. Hypermenorroe F. Hypomenorroe G. Menarche H. Menoragie I. Metroragie J. Oligomenorroe K. Onttrekkingsbloeding L. Polymenorroe.

M. Postmenopausaal bloedverlies.

N. Spotting

Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te

beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Hieronder wordt een casus gepresenteerd. Kies voor elke casus de antwoordoptie(s) die het beste past/passen bij de beschreven vorm van cyclusstoornis of abnormaal vaginaal bloedverlies.

55 Patiënte met koperhoudend TIJD (3) 56 Patiënte met bloedverlies na coitus (1)

(19)

GYNAECOLOGISCHE ONCOLOGIE

Antwoordopties:

A Abnormale fluor B Bloed bij de ontlasting C Diarree

D Langdurig pilgebruik E Levermetastasen F Nullipariteit

G Oedeem aan beide benen H Omental cake

I Osteoporose J Schouderpijn

K Vaginaal bloedverlies L Vroege sexarche

Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te

beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Casus

Bij een zesendertigjarige patiente wordt een cervixcarcinoom stadium IB(l) vastgesteld.

Haar moeder is overleden aan een vulvacarcinoom en haar zus is ook bekend met cervixcarcinoom.

Vraag:

57 Welke factoren zijn kenmerkend voor genoemde diagnose? (4)

(20)

GYNAECöLOGISCHE ONCOLOGIE

Antwoordopties:

A Ascitespunctie B Conisatie C Darmspoeling D Debulkingsoperatie E Diathermische lis excisie F Hormonale behandeling G Methotrexaat

H Radicale hysterectomie

I Radiotherapie

+

chemotherapie Instructie:

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te

beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Casus

Bij een zesendertigjarige patiente wordt een cervixcarcinoom stadium IB(l) vastgesteld.

Haar moeder is overleden aan een vulvacarcinoom en haar zus is ook bekend met cervixcarcinoom.

Vraag:

Waaruit kan de primaire behandeling bestaan?

(21)

E-ERSTE TRIMESTER SCREENING

Antwoordopties:

A 11-13+6 weken B 15-20 weken

C Aan- of afwezigheid van neusbotje D Alfafoetoproteïne

E Congenitale hartafwijking F Foetale hartfrequentie G Foetale nekplooi H Gastroschisis

I hCG

J Matemale leeftijd K Ongeconjugeerd oestriol L PAPP-A

M Serum vrij B-hCG N Spina bifida 0 Trisomie 13 P Trisomie 18 Q Trisomie 21 Instructie

Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te

beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag.

Vragen:

59 De eerste trimester screening is bruikbaar voor het screenen op (3) 60 De eerste trimester screening zoals dat in Nederland wordt uitgevoerd (4)

wordt verricht op basis van:

(22)

COMMENTAARFORMULIER van het tentamen:

50206 Voortplanting d.d. 26 november 2010 VRAAG- NAAM:

NR.

STUD.NR.:

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als Je hebt vastgesteld <131 hm liiOchlóffOf good udcmt (door middef v3n kijkOI\, vodon oo •.ns.toren).. Hoetl u een tintelendol dof gmoO()IIn

VEEL SUCCES!.. Bij navragen blijkt dat ze de middag voor het consult ziek is geworden. Gisteravond en deze morgen heeft ze mlnder gegeten, drinken doet ze wel goed. ze heeft een

Er zijn instrumenten waarmee een arts rationeel een geneesmiddel kan starten en waarmee een arts een pakket aan geneesmiddelen dat gebruikt wordt

Beantwoord de onderstaande vragen met behulp van de bovenstaande antwoordopties: Het getal tussen haakjes geeft het maximaal aantal toegestane antwoorden

Het is rh0gelijk dat er meer antwoordopties juist zijn dan aangegeven tussen haakjes, geef in dit geval niet meer op dan het gevraagde aantaL Antwoordopties kunn!'ln meer dan

Uw patiënt, een gezonde jonge man wordt geopereerd aan zijn hand, wat adviseert u hem en waarom1. Algehele anesthesie, snel en het meest veilig

Indien door het gebruik van een middel ernstige complicaties optreden zoals ernstige somatische ziekten of contact met justitie, kan geen sprake zijn van de

Het gebruik van mobiele telefoons leidt tot een jaarlijkse dosis "U MTS-straling" (radiogolven die gebruikt worden voor mobiele telefoons) die een veelvoud is van 1