H. Willebeek Le Mair
bron
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje. Augener, Londen 1915
Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/will175klei01_01/colofon.php
© 2010 dbnl / erven H. Willebeek Le Mair
2
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Pas op! pas op!
‘Pas op! myn kleine Paultje, wat heb je daar gedaan?
Ben j' in de groote naaimand aan 't rommelen gegaan?
Dat was je toch verboden en telkens doe je 't weer.
Kyk eens hoe stout je bent geweest. Pas op! doe het niet weer.’
Klein Paultje schaamt zich zoo geducht, hy kykt maar naar den grond En durft niet zeggen, dat hy 't juist zoo'n aardig spelletje vond.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
4
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Myn kleine broertje
Mama kleedt broertje aan, Dan mag ik naast haar staan.
Van alles ligt er klaar:
Een borstel voor zyn haar, Een zeepje en een spons, Een kwastje van wit dons.
Ik ken zyn kleertjes wel, Zyn hemdje en flanel, Zyn lyfje en zyn rokjes, Zyn mooie witte sokjes, Twee schoentjes, o zoo klein Met strikjes van satyn.
Dan komt zyn jurkje nog, Hoe lief is broertje toch.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
6
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Een handig dochtertje
Kyk eens, hoe kleine Gerda Met 't theeblad aan komt dragen, Ze loopt wel heel voorzichtig, Ze doet 't ook alle dagen.
Geen kopje zal er breken, Geen stootje zal ze geven, Ze is ook een groote dochter, Want ze is al byna zeven.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
8
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Thee visite
Wie drinkt er mee Een kopje thee?
Ik heb hier net vier kopjes Voor ons en de twee popjes.
Een beetje melk, Veel suiker elk,
Voor ieder nog een koekje.
Is 't hier geen aardig hoekje?
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
10
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Ruutje en lorre
Hopsa! klein mannetje, Kan je er wel by?
Lorretje kykt al, Een slimmert is hy!
Hy houdt zoo van lekkers, Van koek en beschuit, Kyk, kyk eens, daar komt hy Zyn kooitje al uit.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
12
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Myn wyze paardjes
Al myn paardjes gaan naar school, Het is een heele reis.
Ze lezen en reek'nen alle zes, En zyn bizonder wys.
De moeielykste optelsom Is voor hen niemendal.
Hoe groot ook de getallen zyn, Ze weten de uitkomst al.
Ze kennen ook geschiedenis, En denken diep daar by.
Ze zyn zoo wys en zoo geleerd, Ze weten meer dan wy.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
14
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Hugo's ontbyt
Beurt om beurt een hapje.
Eerst myn teddybeer, Dan het zoete schaapje En dan Hugo weer.
Dan wat voor 't konyntje, En dan Hugo weer.
Nu kan 'k niets meer geven, Want er is niet meer.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
16
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Ons avondgebedje
Lieve Heer,
'k Leg gerust myn hoofdje neer, Wil U voor ons allen zorgen, Tot we wakker worden morgen?
Voor Papa, Mama en Opa, Voor de Juffrouw en voor Oma En voor allen die ik ken, Want ik houd zoo veel van hen.
'k Vouw myn handjes zachtjes samen.
Lieve Heer! ik dank U, Amen.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
18
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Tom die maar niet op kon staan
‘'k Mag nog wel even slapen.
Het is nog byna nacht.
Myn oogjes vallen telkens toe, - De klok sloeg nog geen acht.’
‘Foei! kleine luie Tommy Denk jy er heel niet aan, Dat je over een kwartiertje Al haast naar school moet gaan?’
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
20
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Marianneke en de klokken
Wat kykt Marianneke angstig Naar alle kanten heen.
Het waait hier ook geweldig En ze voelt zich zoo alleen!
Naar boven eens te klimmen, Dat wilde ze al zoolang.
Maar nu ze die groote klokken ziet, Nu wordt ze wel wat bang.
Ze hangen vlak boven haar hoofdje.
Verbaasd ziet zy ze aan
En roept: ‘O! klokken zal je niet In eens aan 't bellen gaan!’
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
22
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Klaasje en het haasje
‘Haasje piep, zie je me niet?
Kan je me niet hooren Met je lange ooren?
Met je kleine staartje, Met je snorrebaardje.
Piep!’ zei Klaasje.
Weg was 't haasje.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
24
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Uit wandelen
Ons manteltje aan en ons hoedje op.
‘Kom broertje, ben je klaar?
Trek gauw je handschoentjes nog aan, Het is vandaag Nieuwjaar.
We gaan by ieder op bezoek En wenschen hen geluk; -
Maar Runo kan vandaag niet mee, We hebben 't veel te druk.’
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
26
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Broertje
Hier heb je myn kleine broertje Met zyn aardige kuifje blond;
We wandelen in het zonnetje Ons mooie tuintje rond.
Ik heb veel mooie poppen, Maar 'k laat ze alle staan Om met myn levende poppetje Uit wandelen te gaan.
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
28
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Verstoppertje spelen
‘Stil dan toch, buk je Want zus komt daar aan.
Kyk, kyk ze eens zoeken!
Blyf stilletjes staan.
Daar komt ze! daar gaat ze!
Kyk goed wat ze doet.
Ze kan nog lang zoeken, Ons plaatsje is goed.’
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
30
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje
Het bruidje
Als 'k groot ben zal 'k een bruidje zyn, Een bruidje van achtien jaar.
Dan draag ik een kleedje van witte zy En een kransje in het haar.
Dan heb ik een mooie sluier aan En schoentjes van wit satyn
En overal vragen de menschen dan zacht:
‘Wie zou toch dat bruidje wel zyn?’
H. Willebeek Le Mair, Klein volkje