Vraag nr. 62 van 11 januari 2000
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Elishoutschool Anderlecht – Overname
Naar aanleiding van de financiële problemen waar-mee de Vlaamse Gewaar-meenschapscommissie (VG C ) te kampen heeft, werd hier en daar geopperd dat de Vlaamse overheid er goed aan zou doen om de voormalige provinciale Elishoutschool in A n d e r-l e c h t , die thans onder de bevoegdheid van de VG C valt, over te nemen.
Zijn er intussen terzake reeds concrete initiatieven genomen ?
Antwoord
Strikt genomen hebben de financiële problemen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie geen uit-staans met het beheer en de exploitatie van de voormalige provinciale Elishoutschool in A n d e r-lecht.
Uit de begroting 2000 van de Vlaamse Gemeen-schapscommissie kan immers worden afgeleid dat, in uitvoering van artikel 83ter van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, de VGC een onderwijsdota-tie van 464 miljoen frank ontvangt, terwijl de uitga-ven momenteel 382,3 miljoen frank bedragen. B i j-gevolg is er zelfs een positief saldo van 81,7 miljoen frank.
Niettemin is dit positief saldo relatief.
Bij de opsplitsing van Coovi, waarvan 40 % aan de Vlaamse Gemeenschapscommissie werd toebe-d e e l toebe-d , bleek evenwel 60 % van het personeel Ne-derlandstalig te zijn. Bijgevolg werden een aantal van deze personeelsleden ingezet op de centrale administratie van de Vlaamse Gemeenschapscom-missie en de gemeenschapscentra, waardoor hun loonlast wordt aangerekend op andere basisalloca-ties van de gewone dienst van de begroting.
Er wordt tevens een daling van het leerlingenaan-tal vastgesteld, zodat de onderwijsdotatie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest daalt.
In de nabije toekomst zijn ook een aantal belang-rijke investeringswerken noodzakelijk. Zolang er evenwel geen akkoord is tussen de VGC en de Cocof (Commission communautaire française) over de gemeenschappelijke kosten in het
gebou-w e n c o m p l e x , is de financiële input van beide ge-meenschappen voor deze infrastructuurwerken niet vast te stellen.
Ten slotte wens ik toch duidelijk een onderscheid te maken tussen de rol van de Vlaamse Gemeen-schapscommissie als overheid en als inrichtende macht voor deze school. In casu treedt de V l a a m s e Gemeenschapscommissie op als inrichtende macht. Evenwel worden de personeels-, w e r k i n g s- en ex-ploitatiekosten praktisch volledig gecompenseerd met correlatieve middelen. Enkel de verbouwings-werken moeten zelf gedeeltelijk (30 %) via de bui-tengewone dienst worden gefinancierd.