Vraag nr. 110
van 21 november 2002
van mevrouw MARLEEN VAN DEN EYNDE Subregionaal overlegorgaan havengebied Gent – Opzet
Het Gentse zeehavengebied beschikt sinds kort als eerste over een subregionaal overlegorgaan. D i t orgaan zou in de toekomst allerhande havengebon-den problemen in de kanaaldorpen moeten signa-leren aan de Vlaamse regering en hierover ook een advies moeten formuleren.
1. Op welke manier is overleg gepleegd met alle betrokkenen met het oog op dit initiatief ? 2. Hoe werd het subregionaal overlegorgaan voor
het Gentse zeehavengebied samengesteld ? Is er een evenredige vertegenwoordiging van alle partners ? Worden ook oppositiepartijen opge-nomen in dit overlegorgaan ?
3. Zijn er plannen om een dergelijk overlegorgaan ook op te richten voor de zeehavengebieden in Antwerpen en in Zeebrugge ?
Hoe zal men hierbij te werk gaan ?
Antwoord
De Gentse haven beschikt sinds de installatiever-gadering van 8 november 2002 als eerste over een subregionaal overlegorgaan. Daartoe heb ik op 30 oktober jl. een aanstellingsbesluit van de leden van het subregionaal overlegorgaan Gent ondertekend. Dit overlegorgaan is een adviesorgaan. Het kan op eigen initiatief of op vraag van de Vlaamse rege-ring advies verlenen aan de regerege-ring over de aan-gelegenheden omschreven in artikel 28 van het ha-vendecreet.
1. Artikel 28 van het havendecreet van 2 maart 1999 (BS 8 april 1999), stelt dat in elk V l a a m s havengebied een subregionaal overlegorgaan kan worden opgericht, als hiertoe een verzoek wordt gericht aan de Vlaamse regering door het havenbedrijf en minstens één van de gemeenten wier grondgebied zich uitstrekt op het betrok-ken havengebied of grenst aan dit havengebied. In de Gentse Kanaalzone hebben alle betrok-ken gemeenten die aan deze voorwaarde vol-doen en het havenbedrijf gezamenlijk hiertoe het initiatief genomen.
2. Het subregionaal overlegorgaan voor het Gent-se havengebied werd samengesteld conform ar-tikel 28 van het decreet en conform het uitvoe-ringsbesluit van 12 januari 2001 (BS 9.2.2001) houdende de organisatie en werking van de sub-regionale overlegorganen.