• No results found

Vraag nr. 53 van 2 december 1999 van mevrouw MARLEEN VAN DEN EYNDE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 53 van 2 december 1999 van mevrouw MARLEEN VAN DEN EYNDE"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 53

van 2 december 1999

van mevrouw MARLEEN VAN DEN EYNDE Rattenbestrijding – Deprivatisering

De Vlaamse regering besliste in juni jongstleden dat zij het bestrijden van ratten in eigen beheer wil laten uitvoeren. Dit impliceert dat vele kleine on-dernemingen die vooral werkzaam waren in het kader van deze overheidsopdracht, hun deuren zul-len moeten sluiten. Men spreekt reeds van 75 jobs in de particuliere sector die hierdoor zouden ver-dwijnen.

De regering zou dit besluit hebben genomen we-gens de hoge kostprijs van de betrokken firma's. De regering stuurde daarop 52 rattenvangers op p a d , die na een korte opleiding hun taak zullen vervullen.

1. Heeft de minister bij de beslissing tot deprivati-sering rekening gehouden met de sluiting van de kleine ondernemingen ? Op welke manier ? 2. Klopt het dat de rattenvangers die zijn

aange-worven door de overheid, alleen op pad gaan en gif gebruiken, terwijl het lastenboek de privé-ondernemingen verplicht de rattenvangers per twee te laten uitrukken en hen verbiedt gif te gebruiken ? En hoe verantwoordt de minister dit ?

3. Met welke giffen wordt er gewerkt, en heeft dit implicaties op het milieu ?

4. Momenteel is er in de gemeente Kontich een r a t t e n p l a a g, die wordt opgevolgd door het ge-meentelijk vrijwillig brandweerkorps van Ko n-t i c h . Hoe wordn-t din-t probleem concreen-t aange-pakt?

5. Zijn er nog andere rattenplagen gesignaleerd ? 6. Hoe treden de rattenvangers in overheidsdienst

op wanneer er een rattenplaag wordt gemeld ? 7. Zijn de gemeentebesturen reeds op de hoogte

gebracht ?

Antwoord

1. De beslissing van de Vlaamse regering van 8 juni 1999 in verband met de rattenbestrijding had enkel betrekking op de

bestrijdingsop-drachten langs de waterwegen en de onbevaar-bare waterlopen van eerste categorie die gele-gen zijn binnen acht subhydrografische bek-kens.

Het betrof dus geen beslissing over een gebieds-dekkende rattenbestrijding. Noch de rattenbe-strijdingsopdrachten op waterlopen van tweede categorie (bevoegdheid provincies), noch deze op waterlopen van derde categorie (bevoegd-heid gemeenten) zijn door deze beslissing gevat. Er is dus geen sprake van gehele deprivatise-ring.

Het ligt overigens in de bedoeling om binnen-kort de opdrachten "rattenbestrijding langs de rijkswegen" opnieuw in aanbesteding te stellen. Er blijven dus nog mogelijkheden open voor (kleine) ondernemingen.

2. De opdracht omvat de bestrijding van muskus-ratten, bruine ratten en beverratten.

Bruine ratten zijn zeer moeilijk te bestrijden met mechanische vangmethodes. Het gebruik van specifieke rodenticiden is hier bij gebrek aan alternatieven voorlopig nog noodzakelijk. Dit was trouwens ook toegelaten bij de uitvoe-ring volgens het bestek dat werd gebruikt voor de prijsoffertes van 1999 van de privé-dienstver-l e n i n g s b e d r i j v e n . De overheid werkt dus in de-zelfde omstandigheden, met dede-zelfde instru-menten als de privé-ondernemingen.

Muskusratten daarentegen kunnen wel worden bestreden met mechanische vangmethodes. H e t bestek voorzag hier evenwel ook in een bestrij-ding met specifieke rodenticiden. Deze rodenti-ciden worden evenwel beschouwd als hulpmid-d e l , en niet als hoofhulpmid-dbestrijhulpmid-dingsmihulpmid-dhulpmid-del. Het ge-bruik ervan moet tot het minimum worden be-p e r k t . Er zal worden gestreefd naar een totale afbouw door een permanente opvolging van de noodzaak tot gebruik van rodenticiden en de mogelijkheden van (nieuwe) alternatieven. De beverrattenpopulatie is beperkt, hun bestrij-ding gebeurt uitsluitend met mechanische vang-methodes.

(2)

aanbevelingen geformuleerd, waarmee zowel de hiërarchische lijn als het uitvoerende personeel onverminderd rekening moeten houden. N i e t alleen werken op gevaarlijk terrein is een van de belangrijkste aandachtspunten. De ratten-vangers van de overheid zullen dus enkel alleen optreden indien de omstandigheden dit toela-ten.

3. Er worden volgende producten gebruikt : a) olieachtige oplossingen van chlorofacinone

verwerkt in wortelen ;

b) voor bruineratbestrijding zijn alleen die pro-ducten toegelaten welke specifiek voor deze doeleinden erkend zijn volgens de toepasse-lijke regelgeving op de biociden en die bo-vendien waterbestendig zijn. Bij de erken-ning en de toelating is rekeerken-ning gehouden met de schadelijkheid voor het leefmilieu. 4. Zoals reeds aangegeven in het antwoord op

vraag 1, omvat de opdracht in uitvoering van de beslissing van de Vlaamse regering van 8 juni 1999 geen gebiedsdekkende rattenbestrijding en komt zij dus niet in de plaats van de verplichting tot het bestrijden door de gemeente van ratten op waterlopen van derde categorie.

Wel wordt het initiatief genomen om, in overleg met de provincies en gemeenten, door een ge-coördineerde aanpak de rattenbestrijding ver-der te optimaliseren.

5. Tijdens de voorbije jaren zijn er op verschillen-de tijdstippen meldingen ontvangen m.b. t .z o w e l bruineratpopulaties als muskusratten. In uitzon-derlijke gevallen hadden de meldingen betrek-king op populaties van zwarte ratten.

6. De rattenbestrijders in overheidsdienst zijn in bestrijdingsteams ingedeeld per subhydrogra-fisch bekken.

Meldingen van rattenpopulaties binnen een welbepaald bekken worden aan het team door-g e door-g e v e n , voorzover het een meldindoor-g betreft van rattenpopulaties op waterwegen of onbevaarba-re waterlopen van eerste categorie. In de andeonbevaarba-re gevallen wordt de melder verzocht zich recht-streeks te wenden tot het provinciebestuur (wa-terlopen van tweede categorie), of tot de ge-meente (waterlopen derde categorie).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Nieuwe metingen en vaststellingen zullen binnen- kort worden uitgevoerd en hierna zal het verzoek voor de plaatsing van verkeerslichten opnieuw worden voorgelegd aan de

Mijn medewerker heeft daarbij aansluitend een oproep gelanceerd om met kennis van zaken over de problematiek te spreken en vastgesteld dat deze kennis van zaken in een

Er rijst evenwel een probleem voor de zuivering van het afvalwater voor de Waarlose bevolking in- dien dit waterzuiveringsstation niet operationeel kan blijven.. Werd er reeds

In de milieubeleidsovereenkomst papier (MBO papier) die op 17 april 1998 werd afgesloten tus- sen het Vlaams Gewest enerzijds en de Nationa- le Federatie der Informatieweekbladen,

Dit besluit zou een ondersteuning moeten bieden aan intercommunales of provincies die nieuwe pro- jecten willen uitwerken omtrent alternatieve tech- nieken voor afvalverbranding...

D e onderzoekers van deze studie menen dat pyrolyse- oven niet in aanmerking komen voor de verwer- king van het huishoudelijk afval?. Door de onderzoekers werd gemeld dat de

Zonder specifieke rookgasreiniging voor de be- perking van de uitstoot aan dioxinen en furanen konden de installaties echter niet voldoen aan de strenge Vlarem II-emissiegrenswaarde

– Er wordt duidelijk voor geopteerd dat de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest (OVAM) en de Vlaco in- staan voor de overkoepelende bekendma- king