• No results found

Vraag nr. 329 van 27 maart 1998 van de heer JACKY MAES

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 329 van 27 maart 1998 van de heer JACKY MAES"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 329 van 27 maart 1998

van de heer JACKY MAES Duingebieden – Golfterreinen

Kustgemeenten worden nog altijd geconfronteerd met aanvragen voor extra golfterreinen. Het strand en de duinen zijn nu al een plaats geworden voor recreanten en toeristen, z o n n e k l o p p e r s, w a n d e-l a a r s, strandspee-len en strandsporten, . . . De kust is de meest intense recreatiezone die ons land rijk is. De recreatiefunctie zal zonder twijfel langs onze kust belangrijk blijven. De vraag is echter of deze recreatiemogelijkheden nog moeten worden uitge-breid met extra golfterreinen.

Uitbreiding van het aanbod aan golfterreinen in de duinen en langs de overgangszone duinen-polder (zoals nochtans wordt voorgesteld in het structuur-plan Kustzone) aan Ten Bogaerde (Koksijde) of in De Lenspolder (Nieuwpoort) zijn niet toelaatbaar. De natuurwaarden kunnen nooit worden bewaard op golfterreinen in dergelijke gebieden. De grond-inname voor een golfterrein staat overigens totaal niet in verhouding tot de maatschappelijke meer-waarde van een dergelijke sport : veel grond voor zeer weinig golfspelers. De golfsport blijft boven-dien een erg dure en dus weinig sociale sport. De duinen, het strand, de zee vormen de basis van het kusttoerisme en zorgen daarmee ook voor een belangrijk aandeel in de tewerkstelling aan de kust. Het investeren in een duurzaam beheer van de kustzone is dan zonder meer ook het veiligstellen van het kusttoerisme.

1. Is het wenselijk dat er in de kustzone nog nieu-we golfterreinen worden aangelegd ?

Zo ja, waar en wat zijn dan de randvoorwaar-den ?

2. Vandaag wordt er vanuit een bepaalde hoek nog altijd druk uitgeoefend om de golfterreinen "Ten Bogaerde" en "De Lenspolder" te realise-ren.

Heeft de minister reeds een visie ontwikkeld op deze twee projecten ?

3. Is de minister op de hoogte van het feit dat men de intentie heeft om een golfterrein aan te leg-gen op de luchtmachtbasis van Koksijde en is dit toelaatbaar ?

Antwoord

In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) wordt de Kust als stedelijk netwerk en als toeris-tisch-recreatief netwerk op Vlaams niveau geselec-t e e r d . De Kusgeselec-t is sgeselec-trucgeselec-tuurbepalend op V l a a m s n i v e a u , niet alleen vanwege de toeristisch-recre-atieve voorzieningen en potenties van nationale b e t e k e n i s, doch ook vanwege de aanwezigheid van stedelijke gebieden op korte afstand van elkaar en van een natuurlijke structuur van internationale betekenis die zich uitstrekt van het noorden van Frankrijk tot in Nederland.

Het ruimtelijk beleid voor het stedelijk netwerk Kust zal worden uitgewerkt door het V l a a m s Gewest en vertaald in gewestelijke ruimtelijke uit-v o e r i n g s p l a n n e n / g e w e s t p l a n n e n . Hierbij zullen krachtlijnen en ruimtelijke ontwikkelingsperspec-tieven voor het stedelijk netwerk als één samen-hangende structuur worden opgesteld, en dit zowel voor de stedelijke gebieden als voor het buitenge-b i e d . Met buitenge-betrekking tot de Kust wordt er in het RSV concreet aan toegevoegd dat de potenties van het stedelijk netwerk op een zodanige wijze moe-ten worden benut dat de bestaande natuurlijke en agrarische structuur in hun ontwikkeling worden v e r s t r e k t . Een belangrijke taak met betrekking tot de ontwikkeling van een visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van toerisme en recreatie, ook in het stedelijk netwerk Ku s t , zal bovendien weggelegd zijn voor het structuurplanningsproces van de provincie West-Vlaanderen.

Ten slotte wordt er in het RSV van uitgegaan dat g o l f t e r r e i n e n , vanwege hun grote oppervlakte, hoog-dynamische toeristisch-recreatieve infrastruc-turen zijn die een uitspraak op Vlaams niveau behoeven.

1. Volgende ruimtelijke randvoorwaarden worden in het RSV ten aanzien van de lokalisatie van bijkomende golfterreinen gesteld :

– de reële behoefte aan een nieuw golfterrein in een ruime omgeving – in casu het stede-lijk netwerk Kust – wordt aangetoond ; – de schaal van het golfterrein sluit aan bij de

schaal van het landschap ;

(2)

– de aanleg van het golfterrein tast de struc-tuur en de functie van landbouw, nastruc-tuur en bos op gewestelijk niveau niet aan.

Voor het bepalen van de (kwantitatieve) behoefte aan nieuwe golfterreinen wordt er uit-gegaan van het behoefte- en spreidingsmodel met betrekking tot golf in Vlaanderen dat door de administratie werd uitgewerkt en waarvan de Vlaamse regering op 21 november 1990 akte n a m . Uit dit model bleek destijds volgende behoefte te bestaan in de drie kustarrondisse-menten :

– arrondissement Brugge : 1 golfterrein van 18 holes en 2 van 9 holes ;

– arrondissement Oostende : 1 golfterrein van 18 holes en 1 van 9 holes ;

– arrondissement Veurne : 1 golfterrein van 9 holes.

2 en 3. In het kader van de uitwerking van het ste-delijk en recreatief netwerk Kust zal door het Vlaams Gewest, in samenspraak met de provin-cie en de betrokken gemeenten, een ruimtelijk-beleidsvisie met betrekking tot golf worden ont-wikkeld.

In afwachting van deze uitwerking zal een con-crete aanvraag voor de aanleg van een nieuw golfterrein op basis van de hierboven vermelde kwalitatieve en de kwantitatieve randvoorwaar-den worrandvoorwaar-den onderzocht. Hieruit zal blijken of een gewestplanwijziging verantwoord is.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het lijkt mij dan ook wenselijk dat het in de toe- komst voor de sociale huisvestingsmaatschappijen toegelaten zou moeten zijn om een schriftelijke huurwaarborgovereenkomst

D e normen in het decreet moeten door de V l a a m s e regering nader worden ingevuld, onder andere voor de elektrische en gasinstallaties, de stabiliteit en de bouwfysica, en

Dit betekent dat binnen eenzelfde sociale woningmaatschappij er huurders zijn die wel de intresten van de huurwaarborg ontvangen en andere huurders voor wie dit niet het geval

Hoeveel sociale huisvestingsmaatschappijen zijn er die tot op heden nog geen enkele aanvraag hebben gekregen en/of een sociale woning heb- ben toegewezen op basis van

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Luc Van den Brande, minister-presi- dent van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid,

Ondertus- sen zijn we zes jaar verder en toch stellen wij vast dat sommige OCMW's nog steeds dergelijke onwettelijke vergoedingen blijven uitbetalen2. Aangezien het duidelijk is dat

Ecologisch impulsgebied IJzervallei – Toekomst In het antwoord van de minister op mijn mondelin- ge vraag over hetzelfde onderwerp (Handelingen nr. 86 – red.) heeft hij gesteld

Na overleg met alle partijen (administratie Water- wegen en Zeewezen, administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer, administratie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting,