• No results found

Grote lessen van een klein meisje

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Grote lessen van een klein meisje"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Grote lessen van een klein meisje

1. Een zeker kleyn meysjen in Engelandt, als zy omtrent vier jaaren oudt was/ had een conscientieus gevoelen van haar pligt omtrent haar Ouders/ om dat het gebodt zegt/ Eert uw Vader, en uw Moeder; En hoewel zy weinig voordeel hadt van de opvoedingh/ zo droegh zy zich omtrent haar Ouders met de grootste eerbiedigheidt/

die bedenkelijk was/ zo dat zy haar tot groote reputatie zo veel als tot troost was.

2. Het was geen ongewoone zaak voor haar/ te schreyen indien zy haar Ouders ontstelt zach/ hoewel zy zelfs de oorzaak daar van niet geweest was.

3. Als zy van school quam/ placht zy met droefheidt en schrik te zeggen/ dat andere kinderen tegen Godt gezondight hadden/ door snoode woorden te spreken/ dewelke zo quaadt waren/ dat zy die niet wederom dorst uitspreeken.

4. Menighmaal placht zy verwondert te zijn over Godts barmhertigheidt/ dat hy haar zo veel goedt gedaan had boven andere/ die zy zach waar van zommige bedelden/ andere blindt/ en eenige krom waren/ en omdat haar niets ontbrak/ 't welk goed voor haar was.

5. Menigmaal was zy in d'een of d'andere hoeck met traanen op haar knyen.

6. Zy was genegen/ om andere kinderkens raadt te geven/ hoe zy zouden en behoorden God te dienen/ en zettede haar aan/ om alleen te bidden/ en 't was bekend/ dat wanneer haar vrienden uit waren/ zy de kinderen leerde bidden/

inzonderheidt op den dag des Heeren.

7. Zy verzocht ernstelijk de gebeden van andere/ dat zy haar mochten gedenken en bidden/ dat de Heere haar genade wilde geven.

8. Als dit kindt eenige zach lacchen/ die zy oordeelde zeer godloos te zijn; zoo zeyd zy tegen haar/ datze vreesden dat zy weinig reden hadden om zo vrolijk te zijn; zy vraagden/ of yemant niet mocht lacchen? Zy antwoordde/ neen toch, voor dat gy genade hebt, de gene die godloos zijn, hebben meer van noode te schreyen, dan te lagghen.

9. Zy placht dickwils te zeggen/ dat het de pligt was van haar Ouders/ Meesters/ en Meestressen/ over de zonde te bestraffen/ de gene die onder haar opzicht waren/ of dat Godt anders haar zoude bezoeken.

10. Zy was zeer aandachtig/ als zy de Schrift las/ en was er zeer door beweegt.

11. Geensins konde zy overreedt worden/ om des Heeren dag te ontheyligen/ maar wilde die doorbrengen in eenige goede pligten.

(2)

12. Als zy ter school ging/ dede zy dat zeer willig en blymoedig/ en zy was zeer leerzaam en exemplaar voor andere kinderen.

13. Als zy ziek wierdt/ vraagde haar eenen/ of zy wel wilde sterven? zy antwoorde/

ja, indien God haar zonden wilde vergeven, gevraagt zijnde/ hoe haar zonden zouden vergeven worden? antwoordde zy/ door het bloedt Christi.

14. Zy zeyde/ datze in Chritus geloofde/ en begeerde en verlangde/ om by hem te zijn/ en met veel blymoedigheidt gaf zy haar ziel over.

Zeer veel aanmerkelijke zaaken waren'er in haar leven en doodt/ maar de droefheidt en ontsteltenis/ waer in haar vrienden waren/ heeft die doen vergeten.

Uit: De plichten der ouders, Jacobus Koelman, 2e druk 1684.

Uit het gedeelte: "Twintig exempelen van Godtzalige en vroeg stervende jonge kinderen", het tweede exempel.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor haar deurtje bleef hy staan, Hy zey mijn Engel mijn beminde, Ik wens u veel geluk daar mee, En zy haar Venster open dee.. Zy zey mijn hondeken wat komt gy maken, Hier al in

Van een aardig Keuken meisje, Zy staat in myn hart geplant, Ik help haar zoo menig reisje, Daar voor vuld zy my de

- ‘Breng my dat knaepje al voor mijn oogen, Heeft hy daer schuld aen, ik zal 't doen dooden, Ik zal hem doen zijn hoofd afslaen.’!. Zy nam haer Hansken by zijn kleêren, Zy bragt hem

naar op te zoeken, daar zy vernomen had dat hy in het Turksche Land was, en hoe zy by de groote Heer aankomende beleid, dat zy om geen schatten maar uit Liefde was daar gekomen, en

Een jong Meisje, welke de eenige Dochter was, hoe zy tegen zin en wil van haare Ouders in den Huwelyken staat is getreden, en met haar man buiten 's Lands ter Woon is gegaan, hoe

Maar de veearts en zijn vrouw buiten, die Lineke drie zomervacanties achtereen van de vereeniging, die zwakke kinderen uitzond, hadden gekregen, hoefden er niet lang over te

Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar te zoeken... Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar

Om dit voor te komen, liet hy zyne schoonzuster, onder de hand, waarschouwen, dat, zoo zy wilde belooven, zich in het vervolg van diergelyke streeken, als zy gepleegd hadt, te