Vraag nr. 100 van 7 februari 2003
van de heer JAN VERFAILLIE
Rioleringsaanvragen – West-Vlaanderen
Wateroverlast heeft de jongste jaren geregeld grote gebieden in Vlaanderen geteisterd. De V l a a m s e overheid nam reeds tal van maatregelen om de wa-terproblematiek aan te pakken, maar die blijken tot op heden onvoldoende.
1 Worden er in de nabije toekomst bijkomende maatregelen getroffen inzake de aanleg van rio-leringen in Vlaanderen om mogelijke water-overlast tegen te gaan ? Zo ja, welke ? Om welk investeringsbedrag gaat het concreet ?
2. Werd er vanuit de diensten van de minister reeds onderzoek verricht naar de daadwerkelij-ke oorzadaadwerkelij-ken van de wateroverlast de jongste jaren in Vlaanderen ?
Zo ja, wat was het resultaat ? Zo neen, g e b e u r t dit alsnog ?
3. Kan de minister een overzicht geven van alle aanvragen voor de aanleg van riolering per ge-meente in We s t-Vlaanderen (inclusief bedra-gen) met de bijbehorende subsidie van het Vlaams Gewest voor de jaren 2000, 2 0 0 1 ,2 0 0 2 , 2003 en 2004 ?
Antwoord
1. De aanleg van rioleringen is een taak die tot de gemeentelijke bevoegdheid behoort. Het gewest van zijn kant voorziet binnen de budgettair be-schikbare middelen in een subsidie van een aan-tal rioleringen.
Ik wil van de gelegenheid gebruikmaken om op te merken dat het uitgangspunt in de vraagstel-ling de verkeerde benadering van rioleringen, zoals deze vroeger gebeurde, nogmaals beves-t i g beves-t . Rioleringen dienen NIET om een wabeves-ter- water-probleem op te lossen. Het is net omdat dit voorheen zo benaderd werd, dat we vandaag met vele problemen te kampen hebben. D e z e problemen zijn: slechte werking van de RW Z I ' s door verdund afvalwater, slechte waterkwaliteit doordat riolen te snel overstorten, o n v o l d o e n d e bergingscapaciteit in de stelsels waardoor in ste-delijke milieus overstromingen ontstaan, e n z o-voort.
Rioleringen moeten dus dienen om afvalwater te transporteren. Om deze reden pleit ik al jaren voor de aanleg van gescheiden stelsels waarbij de regenweerafvoerleiding moet aansluiten op bestaande grachten en oppervlaktewateren. Deze zaken zijn ook opgenomen in de code van goede praktijk. Conform de code van goede praktijk dient eenieder bevoegd voor de aanleg van riolering de richtlijnen uit de code te re-s p e c t e r e n . Er moet onderzocht worden hoe de afvoer van het hemelwater op een verantwoor-de manier kan gebeuren. Hierbij wordt vooral aandacht besteed aan de vertraagde afvoer en/of buffering van het hemelwater.
In het kader van de subsidiëring van de uitbouw van de gemeentelijke rioleringen en/of de bouw van KWZI's werd op het MINA-fonds kalen-derjaar 2003 65 miljoen euro gereserveerd. Naargelang de scheidingsgraad van het afvalwa-ter - hemelwaafvalwa-ter wordt 100% dan wel 75% sub-sidie gegeven aan de in aanmerking komende projecten.
2. Wat de oorzaken van wateroverlast betreft, moet vooreerst opgemerkt worden dat de laat-ste jaren het aantal buien met hogere intensiteit t o e n e e m t . Ik wil terzake ook een uitspraak aan-halen door prof. d r. Poppe van de KULeuven naar aanleiding van de storm van eind decem-ber '99: 75 mm in 3 dagen is natuurlijk wel veel, maar 60 jaar geleden waren de gevolgen ervan niet eens het vermelden waard, 30 jaar geleden begon men over de gevolgen ervan serieus te klagen en nu beschouwt men het effect van dat-zelfde fenomeen als een nationale ramp.
Met deze stelling in het achterhoofd kunnen op basis van ervaringen een aantal oorzaken wor-den opgesomd :
– aanleg van grote verharde oppervlakken zonder buffering en opvang van het hemel-water ;
– aansluiten van drainages, verharde opper-v l a k k e n , op rioleringen waardoor de afopper-voer- afvoer-capaciteit verminderd wordt ;
– slecht onderhoud van grachten waardoor de buffercapaciteit sterk wordt gereduceerd ; – Vernietigen van landschapselementen
waar-door een verhoogde erosie vastgesteld w o r d t , die op zijn beurt aanleiding geeft tot dichtslibben van grachten, beken enz ... Een verandering in neerslagintensiteiten ver-hoogt uiteraard het effect van voorgaande fei-ten.
3. Er kan een overzicht worden aangeleverd van alle aanvragen per gemeente in We s t-V l a a n d e-r e n . Ondee-rstaand woe-rdt pee-r pe-roge-rammajaae-r vanaf 2000 tot 2003 een sommatie voor de pro-vincie We s t-Vlaanderen weergegeven van het aantal projecten dat werd opgenomen op het subsidiëringsprogramma en het overeenstem-mende investeringsbedrag.
Programma- Verschillende Investeringsbedrag
jaar projecten miljoen €
2000 42 17,5
2001 60 27,0
2002 61 37,8
2003 29 26,6
Gemiddeld gezien kan worden gesteld dat de helft van het investeringsbedrag subsidieerbaar is.