Vraag nr. 240
van 4 september 2000
van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Politiek manifest welzijnszorg – Ouderenmobiliteit De minister engageerde zich – als coördinerend minister voor armoede en voor ouderen – om de krachtlijnen uit het politiek manifest van welzijns-zorg uit te werken.
Zo was er de vraag om voor ouderen een minimale mobiliteit te garanderen. Zowel De Lijn als de NMBS deden een inspanning door de betaalbaar-heid voor 65-plussers te vergroten, maar dit heeft uitsluitend gevolgen voor ouderen die in hun om-geving over bus, tram of trein beschikken.
Deed de minister bevoegd voor ouderen een con-crete stap om de minimale mobiliteit voor ouderen in gebieden waar geen openbaar vervoer is, te ver-hogen ? Welke ?
Antwoord
Het ontwerpdecreet basismobiliteit voorziet in de mogelijkheid om bijvoorbeeld via belbussen de ba-sismobiliteit te verhogen van inwoners die in een landelijk gebied wonen met weinig of geen open-baar vervoer.
De Vlaamse regering heeft op 25 juli 2000 beslist de organisatie van het vraagafhankelijk aangepast vervoer voor personen met een handicap op te nemen in de realisatie van de plannen inzake basis-mobiliteit.
Ik zal aan de Vlaamse regering een ontwerp van reglement ter goedkeuring voorleggen met het oog op het verlenen van een gedeeltelijke subsidie vanaf 2001 aan initiatieven die een dienstverlening inzake vraagafhankelijk aangepast vervoer voor mindermobielen en personen met een ernstige handicap aanbieden.
Het thuiszorgdecreet van 14 juli 1998 (hoofdstuk 1 1 , afdeling 2, a r t . 7) bepaalt voorts dat een lokaal dienstencentrum initiatieven moet nemen of on-dersteunen die de mobiliteit van lokale bewoners tot stand brengen of verhogen.