Vraag nr. 218 van 4 juli 2000
van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Instellingen bijzondere jeugdbijstand – A a n w e r-ving mannen/vrouwen (2)
In haar antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 1 1 4 van 1 maart 2000 betreffende de aanwerving van mannen en vrouwen in instellingen van de bijzon-dere jeugdbijstand, verklaart de minister geleide-lijk aan naar een gemengde begeleiding over te gaan bij het personeel van de continudiensten. Z o werd vanaf 1 januari 2000 in een leefgroep in Ruiselede en in Beernem gestart met een experiment gemengde begeleiding (Bulletin van en A n t -w o o rden nr. 12 van 5 mei 2000, b l z . 1084 – red.). Nochtans zijn de V W S-examens (nu Selor) voor Beernem steeds exclusief voor vrouwen en in Ruiselede alleen voor mannen geweest : een wer-vingsreserve van het andere geslacht bestaat dus niet (VWS : Vast We r v i n g s s e c r e t a r i a a t ; Selor : S e-lectiebureau van de Federale Overheid).
In mijn vroegere vragen bepleitte ik steeds het openstellen van de examens voor mannen én vrou-wen.
1. Hoe werd het personeel dat sinds 1 januari 2000 wordt tewerkgesteld in de leefgroepen in Beer-nem en Ruiselede geselecteerd ? In welk statuut werken ze ?
2. Waarom werd het examen ANV99021 voor vrouwelijke technici voor Beernem voorbehou-den voor vrouwen, aangezien het ambt "vakle-rares" toch geen continudienst betreft ?
3. Is het niet aangewezen alle examens open te stellen voor mannen en vrouwen en, n a a r g e l a n g de planning voor gemengde begeleiding, m a n-nen en vrouwen toe te laten ?
Antwoord
1. Tijdens de maand april 1999 kregen alle bege-leidsters in Beernem en alle begebege-leidsters in Ruiselede de gelegenheid hun kandidatuur te stellen voor een functie van begeleid(st)er in een van de twee leefgroepen met gemengde be-geleidingsteams.
De plaatselijke directie nodigde vervolgens alle kandidaten uit voor een motivatiegesprek. O p basis van de resultaten hiervan werden de ge-mengde begeleidingsteams samengesteld.
De begeleidsters die op 31 januari 2000 een functie opnamen in de leefgroep met gemengde begeleiding in Ruiselede, werkten voordien als statutair of contractueel personeelslid in Beer-n e m . De begeleiders die op dezelfde datum iBeer-n het gemengde team in Beernem gingen werken, werkten voordien als statutair of contractueel personeelslid in Ruiselede.
2. Zoals reeds vermeld in het antwoord op schrif-telijke vraag nr. 114 van 1 maart 2000, b e p a a l t artikel 1 van het koninklijk besluit van 9 no-vember 1984 (Belgisch Staatsblad 14 d e c e m b e r 1984) betreffende de voorwaarden voor toela-ting tot bepaalde betrekkingen bij de rijksge-stichten voor observatie en opvoeding onder t o e z i c h t , dat in de rijksgestichten voor observa-tie en opvoeding onder toezicht de betrekkin-gen van lid van het opvoedingspersoneel of van het toezichtspersoneel alleen worden verleend aan kandidaten van hetzelfde geslacht als de hun toe te vertrouwen minderjarigen.
De Vlaamse regering nam op 8 juni 1999 (Bel-gisch Staatsblad 5 augustus 1999) het besluit tot opheffing van het voornoemde koninklijk be-sluit van 9 november 1984. Omdat dit bebe-sluit nog niet in werking trad voor de personeelsle-den tewerkgesteld binnen het onderwijsproces, blijft voornoemd koninklijk besluit van 9 no-vember 1984 onverkort op hen van toepassing. Concreet betekent dit dat de functies van vakle-rares in de afdeling Beernem van de gemeen-schapsinstelling voor bijzondere jeugdbijstand De Zande, die behoren tot de groep van het op-voedend en toezichthoudend personeel, e n k e l kunnen worden toegewezen aan vrouwen, v e r-mits in deze instelling enkel meisjes verblijven. 3. Zoals reeds vermeld in het antwoord op
schrif-telijke vraag nr. 114 van 1 maart 2000 werden en worden de examens georganiseerd door het Se-lectiebureau van de Federale Overheid nog steeds niet opengesteld voor mannen én vrou-wen om recruteringsproblemen te vermijden. Geslaagden moeten immers steeds worden ge-worven in de volgorde van hun rangschikking, en het is niet denkbeeldig dat de eerst te werven geslaagde kandidaten allen vrouwen zijn, t e r w i j l er vacatures moeten worden ingevuld door mannen of vice versa.
meer garanties tot een succesvolle veralgeme-ning van deze gemengde teams, dan het force-ren van een snelle verandering in deze werksitu-a t i e s, die vwerksitu-anwege hun opdrwerksitu-acht reeds worden gekenmerkt door complexiteit en een hoog risi-cogehalte.