• No results found

WEEKBLAD VAN DE VOLKSPARTIJ VOOR VRIJHEID EN DEMOCRATII

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "WEEKBLAD VAN DE VOLKSPARTIJ VOOR VRIJHEID EN DEMOCRATII "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VliJBEID EN

DEMOCRATIE

Zaterdag 8 december 1956 • No. 425

Men schrijft ons

<Zie paa. 5>

'---·'

WEEKBLAD VAN DE VOLKSPARTIJ VOOR VRIJHEID EN DEMOCRATII

VEROUDERDE GEDACHTE?

D

r. P. D. van Royen kwalificeert in zijn : artikel, in het vorige No. van Vrijheid en Democratie opgenomen, Thorbeeke's stelling van een Christendom boven geloofsverdeeld- heid als eên verouderde gedachte. En hij heeft als religieus-humanistisch denkend liberaal - anders als wij veronderstelden - wel degelijk bezwaren tegen de uitspraak van ons Beginsel- programma aangaande de christelijke grond- slagen, waarop een samenleving als de Neder- iandse behoort te berusten. Hij zou de voor- keur geven aan een formulering als waartoe, naar hij meent, wijzelf de weg wezen, waarbij ons Beginselprogramma zou moeten spreken óver "gemeenschappelijke erkenning van geestelijke waarden en zedelijlte normen binnen onze Nederlandse; samenleving, waartoe de V.V.D. het hare wil bijdragen".

:1;

* *

H

et zal de opmerkzame lezer önzer artike- . len over dit onderwerp niet ontgaan -zijn, dat dr. Van Royen de.~ak-onu11Zijds

waar hij het wèl mee eens is, uit haar verband rukt. Immers zij sloeg op Huxley's pleidooi voor een door allen aanvaarde metaphysische wereldbeschouwing en ten dele op Toynbee's aandrang op "terugkeer" tot het christendom.

Daar betrof het dus - in beide gevallen - het vraagstuk van de noodzakelijkheid ener wereldbeschouwing in universeel mensheids- verband. In ons Beginselprogramma gaat het uiteraard en duidelijk alleen om de grondsla- gen onzer Nederlandse samenleving.

Plaatst ons Beginselprogramma zich nu op een verouderd standpunt, wanneer het op Thorbeeke's voetspoor spreekt van de christe- lijke grondslagen onzer samenleving? En zou Thorbeeke's christendom . boven geloofsver- deeldheid een verouderde gedachte zijn?

* * *

A

lweer: hier haalt onze geachte opponent twee zaken dooreen, die men wel moet onderscheiden. ·De eerste constateert iets, de tweede draagt min of meer het karakter van éen geloofsuitspraak, gaat uit van en is gericht op een ideaal.

Wat de eerste aangaat, stellen wij kortheids- halve slechts dit. Uiteraard moet iedere uit- spraak gezien worden in het licht van de tijd, waarin zij viel. Reeds~ertig jaar nadat Thor- becke sprak van het christendom als een stroom, die zich door alle aderen der maat- schappij heeft uitgestort, wees Allard Piersou Israël, Hellas en Rome als onze geestelijke voorouders aan. Dr. Van Royen vertelt ons dus geen nieuws, wanneer hij wijst op Hellas en Rome. Zelfs niet wanneer hij daaraan Dar- win en Mende!, Freud en Jung, Copernicus en Einstein, Edison en Benz toevoegt. In onze ar- tikelen wezen wij zelf reeds op de wederkerige beïnvloeding van westers en oosters denken, die de geestelijke structuur onzer moderne mensheidsgemeenschap bezig is te wijzigen.

Het aspect ener samenleving is echter nog

wel iets anders dan haar grondslag. Het aspect wisselt met de tijd, de structuur ondergaat - zeker in een tijd van revolutionaire technische en geestelijke ontwikkeling - geleidelijk aan wijzigingen. Oost en West bijv. staan thans in elk opzicht in een andere verhouding tot elkan- der dan een eeuw geleden. Zij zullen .over nog weer een eeuw in gans andere verhouding tot elkander staan dan thans. Men kan daarvoor ten volle begrip hebben, gelijk wij menen te ,hebben. Doch dit alles neemt niet weg, dat niet Darwin, Freud, Einstein en Benz de grondslag voor onze Nederlandse beschaving hebben ge- legd, hoezeer zij en talloze anderen haar aspect - en dat van de wereld - hebben veranderd.

Die grondslag is gelegd door het Christendom, dat naar Thorbeeke's woord een stroom ge- worden is, die zich door alle aderen der maat- schappij heeft gestort.

Bedenkt men daarbij, dat Thorbecke hier niet sprak als theoloog, doch als wijsgerig ge- schoold historicus, jurist en bovenal als staats- . man, dan is er reden ~meer o:gt de juisthejd ,

zijner karakteristiek onzer Nederlandse sa- menleving niet maar als "verouderd" en als van geen waarde meer voor onze tijd van de hand te wijzen. Integendeel, wij zijn - met ons Beginselprogramma - diep doordrongen van de werkelijkheid dat het met name in onze tijd van het hoogste belang is, het Christendom in Thorbeckiaanse zin te erkennen als de grond- slag onzer samenleving, bij gelijktijdige erken- ning, dat haar aspect voortdurend aan wijzi- ging onderhevig is. Ook dit laatste is voor-

Namens het Hoofdbestuur, de beide Kamerfracties en een aan- tal andere vertegenwoordigers van onze Partij werd aan Prof.

Mr. P. J. Oud op zijn verjaar- dag door een kleine delegatie, bestaande uit de heren Mr. H.

van Riel, onder-voorzitter van de Partij en vice-voorzitter van de Eerste Kamerfractie, en Drs.

H. A. Korthals, vice-voo1·zitter van de Tweede Kamerfractie, een door Sierk Schröde1· ge- schilderd portret aangeboden.

ondersteld bij elke redelijke geschiedbeschou- wing, die uit moet gaan van de continuïteit der geschiedenis en haar dus in haar evolutie niet losscheurt van haar oorsprong.

* * *

Dit klemt te meer, wanneer wij ons goed rekenschap geven van de strekking van Krishnamurti's uitspraak, waarop Dr. Van Royen zich aan het einde van zijn uiteenzet- ting beroept. "Zich volledig van zijn geestelijke kleding te ontdoen", zich geheel en al los- maken van zijn achtergrond - dat is een on- mogelijke eis, een eis waaraan geen mens, ook Krishnamurti niet, kan voldoen en die leiden moet tot een in anarchie verkeerd individualis- me.

Wie meent, dat Nederland mèt geheel het Westen en geheel het Oosten zijn bijdrage moet leveren tot het ene alomvattende wereldver- band waarop wij hopen, bedenke, dat ook van wie een "bijdrage" verwacht mag worden, iets

"eigens" wordt verwacht. Ook voor naar een- heid strevenc;ie same~g~ ~ boe ver, !lijD wij daarvan; helaas, nog verwijderd! - geldt:

"wees uzelf,· zei ik tot iemand, maar hij kon niet, hij was niemand". Het eigene nu der .Ne- derlandse samenleving - en van heel het W

ès-

ten - is: zijn chri~telijke grondslag in de zin waarin Thorbecke deze aanwees en waarin ook ons Beginselprogramma deze verstaat.

* * *

E

en enkel woord ten slotte riog over Thor- becke's christendom boven geloofsver- deeldheid, waarvan wij in het oecumenische streven een begin van verwezenlijking zien.

Een begin, dat de juistheid van Thorbeeke's visie bewijst, al is het een begin nog vol ge- breken. Die gebreken zien wij zo goed als Dr.

Van Royen. Dat ten andere de vorige wereld- godsdiensten afwezig waren bij de herdenking van Boeddha's sterfdag zien ook wij als een be- wustzijnsverenging, uit de tijdsomstandighe- den misschien verklaarbaar maar desniettemin betreurenswaardig. Daarom het christendom en alle overige wereldgodsdiensten te verwer- pen als reactionnaire machten, gaat ons echter niet alleen te ver, wij achten dit

iD.

strijd met de werkelijkheid. De contacten, die men tegen- woordig via de Verenigde Naties en langs vele andere wegen zoekt, zijn o.i. waarlijk niet zo veel méér belovend, misschien juist omdat daarbij de grondslagen onzer beschaving con- creet buiten beschouwing blijven.

Het christelijke westen - en de westerse wereld is immers dè christelijke wereld in onderscheiding van de andere beschavings- vormen! - zal zich van zichzelf en dus van zijn grondslagen wel bewust moeten tonen, wil het inderdaad zijn bijdrage tot een· komende wereldstructuur kunnen leveren. De idee van een christendom boven geloofsverdeeldheid dient daarom in onze tijd meer dan ooit hoog gehouden te worden. Ook - en juist - door de liberaal, die realist is en met Thorbecke be- grijpt dat slechts beklijft wat continuïteit kent.

deR.

(2)

VBIJBE1D EN DEMOCRATIE

Flitsen van Het Binnen1wf (I) H

et is niet meer de minister van

Financiën, die de bewaking van de koopkracht van het geld in handen heeft, aldus constateerde mr. Van Leeu- wen; het is ook niet de Nederlandse Bank; het is evenmin de minister van Economische Zaken. Het is voorname- lijk de minister, die aansprakelijk is voor de loonpolitiek (minister Suur-

Economische Zaken • Voortsluipende waardevermindering van het geld • Voomaamste oorzaak: beloningsinflatie • Priisstabili·

satie is .. kurieren am Symptom". maar geen aantasting van het kwaad in de wortel • Camouflage van de werkeliikheid • Defecte grammofoonplaat, die toch nuttig is· Priisstabilisatie maakt mid·

denstanders het kind van de rekening • Gerechtvaardigde ver- langens: mogeliikheid van modernisering en oudedagsvoorziening.

. hoff) die onder de huidige omstandig- heden de waardevastheid van het geld beheerst.

De tegen veler verwachting in aan- houdende hoogconjunctuur hier en el- ders is toe te schrijven aan een cree- ping inflation op de basis van een in- flatie der beloningen, van een vooruit- lopen van geldbeloningen op produktie- vermeerdering.

O

nze financieel-economische specill- list in de Tweede Kamer mr. H.

F. van Leeuwen, maakt .zich be~rgd over de langzaam, maar gestadig voort-

sluipende waardevermindering van het geld. Hij acht dit verschijnsel in hoofd- zaak het gevoig van een stijging van de beloningen, die · uitgaat boven de stijging van de produktiviteit. Dat is de wortel van het kwaad.

Bij de behandeling van de begroting van Economische Zaken heeft de heer Van Leeuwen daar de aandacht weer eens op gevestigd van minister Zijlstra, die in 1955 nog de kampioen heette van de rust in Ionen en prij:ren. De rust in de lonen is niet gekomen en nu is de mi- nister alleen· nog de kampioen van de rust in de prijzen. · .

Een jaar geleden stond de minister op het standpunt, dat het hoge peil der be- stedingen voortkwam uit buitenlandse impulsen. Nu moet hij toegeven, dat het de binnenlandse impulsen zijn die tot de overbesteding leiden. De prikkeling van de activiteit voerde tot overvolle werk- gelegenheid. Daarvan was weer het ge- volg: onbedachtzaam loonbeleid.

Het beleid van minister Zijlstra botst met het beleid van zijn collega's. Want hoe is de prijsstabilisatie te rijmen met afschaffing van consumentensubsidies en verhoging van tarieven van over- heidsbedrijven? Hoe is de prijsstabili- satie te rijmen met verhoging van de prijzen van produkten van landbouw en veeteelt?

• • •

H

oe is te rijmen de stelling van de minister Van Financil!n, dat de . staatsfinanciën in tijden van hoogcon-

junctuur overschotten moeten opleve- ren, met de taktiek van de minister van Economische Zaken, die voor het be-

<lr,ijfsleven .. het tegendeel nastreeft ? De verhoging van de kosten van de over- höid zal grotendeels wordim opgevangen door belastingverzwaring. De verho- ging der kostenfactoren moet voor het bedrijfsleven worden opgevangen uit winstmarges. Geen prijsverhoging voor- dat slaande verliezen worden aan·ge- toond!

De overheid dient haar financii!Ie po- sitie in tijden van hoogconjunctuur te versterken, aldus de minister van Finan- eiën. Toegegeven. Maar moet het be- drijfsleven dit soms in tijden van laag-

~junctuur doen? Hoe dit kunststuk moet worden verwezenlijkt, aldus de heer Van Leeuwen, zou ik graag willen leren.

Prijsstabilisatie is geen aantasten van het kwaad in de wortel, maar een

"kurieren a.rn Symptom". Bescheiden

~gt minister Zijlstra, dat zijn prijsstll- bili&atie'-beleid niet de pretentie heeft èen ernstige conjuncturele overspanning te kunnen corrigeren. Maar daarom te- meer is de regeringstakliek louter te beschouwen als camouflage van · de werlrelijke toestand.

Onafwendbare tariefs- en prijsverho- gingen worden verschoven naar een la- ter tijdstip, Dit betekent, dat er inmid- dels sprake is van overbesteding. Dit betekent misleiding van de bevolking, aan welke het onmogelijke als mogelijk wordt voorgehouden. Dit betekent dat op oude liquiditeiten moet worden te- ruggevallen; dit betekent aantasting van deviezenreserves en tekort op de betalingsbalans.

• • •

D

e prijsstabilisatie was aanvankelijk niet alleen goed bedoeld, maar ook logisch, erkende mr. Van Leeuwen.

Minister Zi;jlstra zag aankomen, dat looncompensatie nodig zou zijn voor de ,:Invoering van de ouderdomswet en de huurverhoging. Hij verlangde daarvoor ruimte in economische zin. Dus: even langzaam-aan met loonsverhoging tot de sprong moest komen; dus: Zo min mogelijk motieven scheppen voor loons- verhoging door het tegenhouden van prijsstijgingen.

Deze politiek i.s mislukt. .Jammer voor de minister, jammer met het oog op de gewenste evenwichtige economische ont-

wikkeling in Nederland, jammer voor de waardevastheid van het geld.

Maar de mislukking dient te worden erkend en een nieuwe politiek moet op grond van de nieuwe feiten worden op- gebouwd. Ook in dez;e nieuwe politiek blijft het tegengaan van ongemotiveerde prijsverhoging een loffelijk streven.

Meer produktiviteit moet zich in bet al- gemeen weerspiegelen in globaal gelijk- blijvende prijzen en verhoogde Ionen.

Maar wat de heer Van Leeuwen kriti- seerde is, dat de minister van Economi- sche Zaken als realiteit niet aanvaardt, dat zich in Nederland ;in 1956 een stij- ging van het loon-niveau heeft voltrok- ken, die aanzienlijk uitgaat boven het- geen de meerdere produktiviteit veroor- looft en Jat hij ook andere stijgingen van kostprijselementen nçgeert.

De heer Van Leeuwen verweet minis- ter Zijlstra ook, dat hij over het hoofd ziet, dat verminderde winstmarge neer- komt op vernunderde mogelijkheid tot zelffinanciering. Merle daardoor is de kapitaalmarkt ontwricht. Minister Ziji- stra Iaat niet uitkomen, dat het tekort op de betalingsbalans de uitdrukking is van de overbesteding en daarmee overeenkomt. Dit tekort komt ook over- een met het manko op de kapitaal- markt.

MINISTER ZIJLSTRA

•.. . halve kampioen ....

Evenals het verbloemen van de con- sequentie van een devàluatie fout is en leidt tot verdere verarming en uitver- koop; is het fout de gevolgen van een looninflatie te maskeren. Ook deZe kan tot intering leiden omdat men collectief boven zijn stand leeft (inmiddels heeft de S.E.R. vastgesteld, dat het Neder- landse volk 700 miljoen gulden per jaar boven zijn stand leeft).

Er komen nu nieuwe elementen in het spel door het tekort aii.D olie en ko- len, besloot mr. Van Leeuwen. Door het duurder worden van de import wordt onze runvoet slechter. Naar te hopen is zal slechts voor korte tijd een halt wor- den toegeroepen aan de stijging van de lijn van · de welvaart. Maar met ver- bloemen van d-e werkelijkheid komen wij er n;iet.

* * *

D

e discussie was niet bevredigenc1 omdat minister Zijlstra langs d eigenlijke kern van de zaak heenpraatte.

Hij vergeleek het betoog van de heer Van Leeuwen met een defecte grammo- foonplaat, d:i:e steeds hetzelfde verhaal herhaalt. Daarop antwoordde mr. Van Leeuwen, dat het probleem van de waardevastheid van het geld hem het grootste deel van zijn leven heeft bezig- gehouden. Er is in heel de wereld een sluipende inflatie gaande als gevolg van de stijging van de beloningen boven de stijging van de produktviteit. Dit soort inflatie is nieuw. Daarover vindt men niets in de leerboeken en daarom is het niet erg op die sluipende inflatie meer dan één keer de aandacht .te ves,.

tigEm.

In zijn repliek gaf minister Zijlstra toe - evenals minister Hofstra veer- tien dagen tevoren had gedaan - dat hij het voor een deel met de heer Van Leeuwen eens was. De defecte grammo- foonplaat blijkt toch wei nuttig te zijn.

~ * *

O

nze aeskunruge op net gemeà van middenstandszaken, de heer J, G.

H. Cornelissen, vertolkte de gevoelens, die leven onder een groot deel van de middenstand ten &.anzien van d·e prijs- stabilisatie. Hij herinnerde er aan, dat minister Zijlstra reeds in het begin van

DEZE BURGER

leest met grage ogen de kleine levensverhalen van onze nieuwe jongens en meisjes in het parlement: local boys and girls who made good. Succes- geschiedenissen van allemaal onbizondere kinderen-op-school, die later - aangeraakt door de zoete adem van het genie - openbloeiden tot kleurige bloemen; schier oogverblindend in heur pracht.

Het is met alle levensbeschrijvingen van grote vrouwen en mannen, op ieder terrein des levens, altijd het zelfde: wqnneer ge die levensgeschiede- nissen leest, dan vloeit het één helemaal logisch uit het ander voort: in 1946 sloot hii: zich aan bij de toenmalige Partij van de Vrijheid, in 1948 werd· hij lid van de gemeenteraad van Zwinderen, in 1950 lid van de provinciale staten van Drente, in 1956 kwam hij onze Kamerfractie versterken.

Doodgewoon.

Het gekke is dat 11.714 anderen, waaronder bescheidenlijk schrijver dezer.

zich in 1946 66k aansloten bij de toenmalige Partij van de Vrijheid. Maar toen gebeurde er niks. Helemaal niks meer. Je kon nog zo hard aan de vrijheidsboom staan te schudden: er viel niets uit. Niets van o, als eieren zo groot. Niet eens een ondermaat& pruimpje van lid van het bestuur van de boerenleenbank of secretaris van het afdelingsbestuur te Heinkenszand.

Helemaal niks. Laat staan de Staten. En helemáál: de Staten-Generaal.

· Hoe làppen die jongens 't 'm toch? Je leest zo'n levensverhaal zo doodge- makkelijk, van het prille beginnetje af: hij doorliep de r.h.b.s .. te Drachten!!

- Dat doorloopt maar. - Met zwierige pas en geheven hoofd. En dat is dan één zinnetje van de biograaf. De ondergetekende "doorliep" het stede- lijk gymnasium te 's-Hertogenbosch. Jawel. Doorliep. Acht jaar. Een einde- loze tijd. En nimmer beloond. Zelfs geen curator geworden.

Enfin, wat de een z6 maar voor z'n neus gezet wordt op een presenteer- blaadje, daar mag een ander nog niet aan ruiken.

Ik lees die levensgeschiedenissen graag; maar het is onrechtvaardig verdeeld in deze wereld. Speciaal voor

-

8 DECEMBER 111511 - PAG. ~

MR. VAN LEEUWEN

. .. wat niet in de leerboeken staat . ••

dft jaar onder het oog is gebracht, dat er bij het vaststellen van de prij•spoli- tiek, met de middenstanders nog wel het een en ander was te vereffenen uit de periode van vorige loonronden en de drie elkaar opvolgende huurverhogingen van resp. 16,17 en 5 procent, afgezien nog van prijsstijgingen op ander gebie8r Maar de minister wilde van geen door- berekening van gestegen kosten weten · en met de prijsstabilisatie werden de middenstanders dus het kind van de re- kening. Voor hen was geen loonsverho- ging weggeiegd in tegenstelling tot zeer vele andere bevolkingsgroepen.

De beer CorneliSSen gaf de minister de goed bedoelde wenk, dat hij van de mid- denstandeTs gemakkelijker medewerking zou kunnen krijgen voor zijn prijsstabi- lisatiebeleid indien er rekening zou wor- den gehouden met de gerechtvaardigde verlangens van de middenstand. Een soepel prijsstabilisatiebeleid en een soe- pele belastingheffing zouden er aan kunnen meewerken, dat de onderne- mers van middenstandsbedrijven weer in staat worden gesteld zelf te voorzien in de financiering van hun :;:aken, ook voor uitbouw en modernisering. De midden- stander moet ook kunnen zorgen voor de oudedag.

D

e belastingheffing sinds jaren en de prijsstabilisatie van de laatste twee jaar, ontnemen de kleine en mid- delgrote ondernemers de mogelijkheid te reserveren voor het groter maken van hun onderneming en voorzieningen te treffen voor de oudedag. Dat is de reden waarom zo weinig jongemensen bereid zijn in de zaak van vader op te volgen of een middenstandsbedrijf over te nemen. Alle te waarderen krediet- mogelijkheden, die in het leven zijn ge- roepen, zijn niet in staat hierin veel verandering te brengen, mede omdat deze kredieten in de meeste gevallen bestemd zijn voor jonge ondernemers en nieuwe vestigingen, hetgeen betekent dat ondernemers op rijpere leeftijd, die in hun bedrijf met de tijd mee willen, hiervan geen gebruik kunnen maken.

De minister zal er rekenin·g mee moe- ten houden, zo betoogüe de heer Corne- l:issen voorts, dat verhoogde kosten., hetzij door verhoging van de lonen, bet- zij door huurverhoging of door stijging van vaste lasten bij gebruik v~~;n gas, electriciteit, telefoon, vervoer, en2:., uit de winst betaald dienen te worden en dat bovendien, als alle salarissen en in- komens stijgen, dit aan het inkomen van de zelfstandige ondernemers niet kan en mag voorbijgaan.

Dat al deze verhoogde kosten maar bestreden moeten worden uit eventuele stijging van de omzet, is te enenmale onmogelijk, want verhoogde omzetten brengen op zichzelf weer hogere kosten mee. Als een detaillist met geen of te weinig personeel, een beroep doet op zijn vrouw, di~ zich dan in de huishou- ding moet la!en vervangen, vragen vrouwelijke hulpen van 15 of 16 jaar een beloning van dertig gulden per week. Ook d'eze kosten moeten dan uit de winst van het bedrijf worden be- streden.

Minister Zijlstra ging op het verzoek om begrip voor de gerechtvaardigde verlangens van de middenstand niet in en de staatssecretaris voor de midden- stand, dr. G. J. M. Veldkamp, ver- klaarde het eens te zijn met de socialist Peschar, dat er geen aanleiding is een somber beeld oi> te hangen over de economische situatie van de midden- stand in het algemeen.

Neen, het gewenste begrip voor wat er leeft onder een groot deel Y8.D de middenstand heeft de heer Cornelissen achter de regeringstafel nog niet ont-

moet. V. v. D.

(3)

VRLJHEID EN DEMOCRATIE 8 DECEMBER 1818 _:::.PAG. I

Mr. E. H. "Toxopeüs als eerste Zuiderling voor de V. V.D. naar de Tweede Kamer áfgevaardigd

I

n de serie "Onze nieuwe volksvertegen- woordigers moesten wij, om een gesprek

m~t het nieuw benoemde lid van de Tweede Kamer, mr. E. H. Toxopeüs te hebben, ditmaal een betrekkelijk verre reis maken en wel naar Breda.

De stad Breda kenden wij vrij aardig, doch de heer Toxopeüs hadden wij nog nimmer ont- moet, alhoewel wij zijn naam reeds verschei- dene malen in het Partijwerk waren tegenge- komen.

Welnu, om maar direct met de deur in huis te vallen: deze kennismaking was allerpret- tigst.

• • •

. De heer Toxopeüs maakt op het allereer- ste gezicht een zakelijke indruk. De druk bezette advocaat, die hoofdzaken van bijzaken snel weet te onderscheiden en die dan ook in het zakelijke gesprek elke overbodige franje weglaat. Maar op de achtergrond speurt men al ·spoedig een menselijke bewogenheid, die aàn het onderhoud meteen een gemoede- lijke sfeer verleent.

Ons nieuwe Tweede Kamerlid is de op één na jongste van de V.V.D.-.fractie.

Hij werd in 1918 te Amersfoort geboren, doch verhuisd.e reeds twee late1· naar Breda..

N'a aldaar de lagere school: en het gymna•

sium te hebben bezocht, studeerde hij rechten te Utrecht, welke studie hij in 1936 begon.

De militaire dienst stak evenwel tijdelijk een spaak in het wiel, doch in 1942 kon de studie . met succes worden afgesloten.

In hetzelfde jaar begon de heer Toxopeüs zijn loopbaan in de advocatuur op het kantoor

Va."l mrs. Van den Hurk en Pels Rijeken te Breda.

Na de bevrijding werd hij hoofd van de Ju- ridische afdeling Militair Commissariaat Bre- da. Later bekleedde hij dezelfde functie bij het Provinciale Militaire Commissariaat Utrecht.

In 1945 werd op eigen verzoek de advoca- tuur weer opgenomen en twee jaar later asso- cieerde mr. Toxopeüs zich met het kantoor van de heren Van den Hurk en Pels Rijcken, waar hij zijn loopbaan was begonnen.

* * *

U

iteraard wilden wij meer van onze nieu- we volksvertegenwoordiger weten en dus stelden wij ook hem de onvermijdelijke vraag hoe en wanneer hij eigenlijk belangstel- ling voor de politiek had gekregen.

Het was interessant te vernemen, dat het ook mr. Toxepeüs is vergaan, gelijk ·zo vele anderen.

Ook voor ons nieuwe Kamerlid vormden de oorlogsgebeurtenissen een belangrijke reden om zich te bezinnen op de politieke vraagstuk- ken, vooral met het oog op de toekomst.

Dat hij in 1946 de zijde van de toenmalige

· Partij van de Vrijheid koos, is overigens niet zo verwonderlijk, aangezien de heer Toxopeüs uit een uitgesproken vrijzinnig gezin kwam.

Zijn vader was n.l. een bekend vrijzinnig predi- kant te Breda.

In de tot standkoming van de plaatselijke afdeling van de Partij van de Vrijheid had de heer Toxopeüs een zeer werkzaam aandeel en

al spoedig werd hij tot afdelingsvoorzitter ge- kozen. Daarbij bleef het evenwel niet.

Toen de liberalen in 1949 voor het eerst na de bevrijding aan de gemeenteraadsverkieWi- gen deelnamen, werd

mr.

Toxopeüs in Breda hun lijstaanvoerder. Het resultaat was, dat hij als enige V.V.D.-er werd gekozen.

In 1953 kon een groter succes worden ge- geboekt. Wederom trad

mr.

Toxopeüs als Iijst- aanvóerder op, doch toen slaagde men erin twee liberalen naar de raad af te vaardigen.

Ons nieuwe Kamerlid heeft steeds veel be- langstelling voor het raadswerk aan de dag gelegd en ofschoon hij als fractievoorzitter tot taak had steeds de algemene politieke lijn uit te stippelen, gaat zijn belangstelling toch wel in het bijzonder uit naar het openbaar onder- wijs.

Het Kamerlidmaatschap zal ongetwijfeld een grote verandering teweeg brengen, zowel voor Uw maatschappelijke functie als voor Uw poli~

tieke werk, dat tot dusverre door U werd ver~

richt. Kunt U ons hieromtrent iets naders mede~

delen?, zo vroegen wij.

De · heer Toxopeüs zette ons hierop in het kort zijn voorlopige plannen uiteen.

Allereerst wees hij op de "grote medewer- king, die hij van zijn vrouw ondervindt. Zij zal haar man voornamelijk bijstaan in het verzor- gen van de correspondentie, archiefwerkzaam- heden etc. Kortom in allerlei administratieve beslommeringen, die een combinatie van func- ties nu eenmaal noodzakelijkerwijze met zich meebrengt.

Wel wil ons Kamerlid trachten zijn raadslid- maatschap aan te houden, al zal hij zich ge- noodzaakt zien voor enige commissies te be- danken.

De advocatuur zal eveneens worden aange- /houden, al betekent het een belangrijke vez-..

lichting, dat aan het kantoor van mr. Toxo-

peüs een vierde advocaat zal worden

toege..

voegd.

Overigens, de heer Toxopeüs blijft zijn.

woonplaats trouw en zal zich niet in Den Haag vestigen.

•••

ziedaar de voorlopige plannen. De praktijk zal overigens moeten uitwijzen welke van de vele functies kunnen worden aange- houden en dat zijn er nogal wat.

Behalve afdelingsvoorzitter van de Partij is de heer Toxopeüs lid van de Raad van Rechts- bijstand in Strafzaken en verder, gelijk reeds eerder opgemerkt, maakt hij deel uit van di- verse commissies uit hoofde van zijn raadslid- maatschap .

Voo'rts is mr. Toxopeüs lid van de Kerke- raad der Evangelisch Lutherse Gemeente.

* * *

D

at is dan de zakelijke kant. Een druk be- zet ·leven, dat zich tot voor kort in hoofdzaak in. en om Breda afspeelde.

Thans zal een groot deel van deze activiteit naar 's lands vergaderzaal worden verplaatst en krijgt aldus het Zuiden zijn eerste V.V.D.- afgevaardigde, hetgeen om meer dan een re- den van betekenis is. Want, de heer Toxopeüs _is niet slechts in administratieve zin Braban- der, hij is er gewonnen en getogen. En wij krij- gen sterk de indruk, dat hij zijn verbindinge11 met het Brabantse land niet gaarne zou ver- breken .

* * *

En de privé~sfeer?

Zoals reeds opgemerkt, een echtgenote, die hem in alles, ook in zijn politieke werk, behulp- zaam is. Beiden mogen zich verheugen in het gelukkige bezit van twee kinderen, een meisje en een jongen, die resp. 8 en 11 jaar oud zijn.

Om de dagelijkse beslommeringen eens geheel van zich af te kunnen zetten, werpt mr. Toxo- peüs af en toe graag een blik in een detective- story.

Als het enigszins kan, wordt tussen de mid- dag een uurtje op het tennisveld doorgebracht om de spieren lenig te houden.

* • *

H

iermede hopen wij onze lezers enige in- druk te hebben kunnen geven van onze eerste volksvertegenwoordiger "beneden de ri- vieren" afkomstig en wij hopen, dat wij nog veel van hem zullen mogen horen op grond van zijn werkzaamheden in het parlement.

STALEN

KANTOORMEUBELEN

GISOLAMPBN

s.

(4)

Flitsen van Het Binnenhof (11)

Sociale Zaken. Achterstand lonen in dé landbouw· Motie aan- genomen op grond van verschillende motieven • Het doel van de kinderbiislag • Geliike beloning voor man en vrouw • Er moet ge·

leideliik iets meer in die richting worden gedaan • Emigratie en voorlichting.

H

et debat in de Tweede Kamer over de begroting van Sociale Zaken heeft zich toegespitst op de volgende motie over de lonen in de landbouw:

"De Kamer, vaststellende, dat na de loonmaatregelen van 19 maart j.L een vergrote achterstand is ontstaan van de beloning van de landal'beiders ten op- zichte van die van andere werknemers.

gelet op de bijzondere positie van de landbouw in ons sociaal-economisch be- stel,

spreekt als -haar_ oordeel uit, dat voor- stellen van het georganiseerde bedrijfs- leven in de landbouw om deze achter- stand op te heffen, dan wel te verminde- ren, door de regering in welwillende overweging dienen te . worden genomen".

De motie werd met algemene stem- men aangenomen en ook onze fractie heeft er dus (gaarne) haar stem aan ge-"

geven, maar op grond van enigszins an- dere· motieven dan die voor de rest van de Kamer golden. In een knap betoog heeft mevr. Stoffels-van Haaften dat nuance-verschil duidelijk gemaakt.

* * *

H

et was voor de eerste maal, dat bij de begroting van Sociale Zake!i mevr. mr. Stóffels-v. Haaften als onze woordvoerster optrad. Zij is nog geen jaar lid van de Kamer en mede daarom toonde zij een innemenáe bescheiden- heid, die met grote argumenten dikwijls meer effect heeft dan een redevoering die vlijmscherp is.

In eerste termijn had mevr. Stoffels- v .. Haaften betoogd, dat de oorzaak van de achterstand van de lonen in de land·

bouw gelegen is in een ver en verder verleden, in het feit, dat bij de vaststei- lin$' vp.n_

de

loonrichtlijnen de beloning va:rJ' de· vakarbeider in de landbouw ge- lijkgesteld is met die van een geoefend industrie-arbeider, zonder dat de relatie tussen beide groepen arbeiders voldoen- de 'was geanalyseerd.

De beloning van de· arbeid dient in verband te worden gebracht met de aard en de hoedanigheid van het werk.

Door de loondifferentiatie is de achter- stand alleen maar vergroot. Het eerste wat nu· _gebeuren moet, is een onderzoe<k of ~e --vergeliJking tussen vakarbeid in de tandbouw enerzijds en •geschoolde ar- beili elders, juist is.

Het is mij bekend, aldus mevr. Stof- fels, dat er een werkclassificatierappo;·t voor de arbeid in de landbouw klaar ligt. Ik zou de minister willen vragen zijn bijzondere aandacht aan dit vraag- stuk te blijven wijden. We kunnen niet doorgaan ons aller welstand mede te doen bepalen ten koste van de land- arbeid.

* .. *

I

n de hierboven, in de aanhef weer- gegeven motie, die de socialist drs.

Roemers bij de replieken indiende, had mevr. Stoffels een te sterke nadruk be- speurd op de vergrote achterstand uie langzamerhand · door de verschillende loonmaatregelen is ontstaan. Zij zag de oorzaak meer in een vertkeerd uitgangs- punt inzake de waardering van de lonen in de industrie en die in de landbouw.

Daarmee wild.e zij niet zeggen, dat zij tegen de motie-Roemers was, want de bedoeling daarvan is de regering te acti- veren iets te ondernemen. Maar wan- neer zij de motie zou hebben opgestelrt, zou zij het ongeveer als volgt hebbPn gedaan:

,;De Kamer, vaststellende, dat er een achterstand bestaat in de beloning van landarbeiders ten opzichte van die van andere werknemers. welke haar oor- sprong vindt in de -beoordeling van de landarbeid ten opzichte van andere ar- beid,

verzoekt de regering de waardering van landarbeid ten opzichte van andere arbeid nader te bezien en maatree;eien te nemen teneinde de achterstand in be- loning weg te nemen, subsidiair te ver- minderen."

Men voelt het verschil in accent. De motie-Roemers was van de kant van de socialisten een protest tegen de vrijue loonvorming, waarvan onze fractie prin- cipieel voorstandster is, hoewel mevrouw Steffels-v. Haaften er aan herinnerde dat vorig jaar bij de behandeling van d~

begroting de heer Van Leeuwen .1ad op- gemerkt, dat het huidige tijdsgewricht het minst geschikte moment zou zijn om de banden los te gooien waaraan de loonvorming is gebonden.

In zijn dupliek zei minister Suurhoff het geheel met mevr. Stoffels-v. Haaften eens te zijn, dat het eerste, wat er moet

MEVR. STOFFELS-VAN HAAFTEN .... vergeet de vrouw niet . .••

gebeuren, is. een goed onderzoek op grónd van werkclassificatie naar d! wer- kelijke verhouding tussen de landarbei- derslonen en andere lonen.

"Daar is geen bezwaar tegen", inter- rumpeerde de heer v. d. Ploeg, zodat me- vrouw Stoffels ook nog steun kreeg van een der landbouwdeskundigen van de K.V.P,

*

* *

D

e kinderbijslag heeft mevr. Stoffels

• ook aan een kritische bespreking onderworpen naar aanleiding van een opmerking van minister Suurhoff in de memorie van antwoord, dat h~ een ver- hoging van de kinderbijslagen gerecht- vaardigd acht, omdat de stijgende wel- vaart er toe leidt; dat hetgeen de ouders aan hun kinderen ten koste leggen, ook

toeneemt. ·

, Deze stelling begreep mevr. Stoffels niet. Zij heeft in de kinderbijslag steeds gezien, dat er redelijke waarborgen ge- schápen moeten worden voor de eerste levensbehoeften van kinderen. Ik zie dus in de kinderbijslag uitsluitend een maat- regel van sociale aard, aldus onze woord- voerster.

Wanneer nu de welvaart stijgt, dan zou er misschien eerder aanlci:ï.ng be- staan tot een verlaging van de kinder- bijslag te komen. Immers: in een tijd van welvaart zijn er minder waarborgen nodig van de gemeenschap om de eerste levensbehoeften van kinderen veilig te stellen, maar in elk geval is stijgende welvaart geen argument voor verhoging van deze bijslagen. In tijden van wel- vaart komt men door het verhogen van de kinderbijslag tot een dan niet ge- rechtvaardigde inkomensverschuiving.

Staatssecretaris van Rhijn sloot zich echter aan bij het standpunt van de K.V.P.-afgevaardigde v. d. Ploeg. De staatssecretaris is- van mening, dat ook de kinderen moeten delen in de mee:·- dere welvaart. De kinderbijslag moet immers worden gezien ais een deel van het loon. De verhoging van het loon heeft uiteraard ook zijn consequenties voor de kinderbijslag.

.. * *

R

eplicerend zei mevr. Stoffels,. dat zij de kinderbijslag ziet als een in- stituut dat is geboren uit de nood der tijden, dus als een soort van armoede.

verschijnsel. Voor Nederland kan een motief voor een kinderbijslagregeling alleen maar worden gevonden als maat- regel van sociale voorziening in een be- paalde tijd. De verantwoordelijkheid voor het gezin berust in eerste instantie bij de ouders. De gemeenschap treft, voor zoveel in haar vermogen ligt, alge- mene voorzieningen op het terrein van het onderwijs, de gezondheidszorg, jeugd- werk enz., teneinde de ouders de opvoe- ding mogelijk te maken en die opVJOeding te vergemakkelijken en te verlichten.

Maar juist in verband met de kinder- bijslag mag de gemeenschap slechts een aanvullende verantwoordelijkheid op zich nemen. Wanneer nu de weiva'l.rt stijgt, dan kan de verantwoordelijkheid van de ouders beter tot haar recht ko- men en past het de gemeenschap niet in evenredige mate bij het dragen van deze verantwoordelij•kheid te worden opge- trokken door middel van de kinderb;j- slag, In tijden van stijgende welvaart

Copie voor cle•e rubr1ek te senden Hor:

Mejuffr. Joh. H. Sprinter, ÄlexoiHior- dftlot 16, Hoeri••·

Een iubilerende vrouwengroep

E

en van onze vrouwengroepen, n.l.

· in Zeist, gaat jubileren; die gaat maar liefst haar tweede lustrum vie- ren. Daarmede steekt zij onze hele organisatie, die pas het volgend jaar zover is, de loef af. De vrouwengroep in Zeist bestond n.l. al toen er nog niet meer dan plannen waren voor de oprichting van een landelijke vrouwenorganisatie Het werkte daar- bij zeer stimulerend te horen, dat men ergens alvast begonnen was!

Vanaf de oprichting is zeer veel werk, (wij kunnen het gerust pio- nierswerk noemen), verricht door mevr. H. A. Mijnlieff-Post. De laatste jaién wordt zij 'bijgestaan door een bestuur, waarvan thans secretaresse is mevr. J. van Seventer-de Snoo, Kersbergenlaan 45 Zeist en tweede secretaresse mevrouw de Boer.

De vrouwengroep kwam en komt iedere maand bijeen, een hele presta- tie. Willen andere vrouwengroepen hier goed nota van nemen? Wij feli- citeren de jubilerende vrouwengroep en ··haar enthousiaste en toegewijde voorzitster van harte en wensen haar voortdurende bloei en succes toe.

zullen er voor de gemeenschap andere middelen en mogelijkheden bestaan om de opvoedingsmogelijkheden van alle kinderen van ons volk te vergroten en te verbeteren.

Het is een onderwerp, dat in de Ka- mer{:nog wel nader ter sprake zal komen wanneer binnen afzienbare tijd de alge- mene kinderbijslagverzekering aan de orde komt.

Mevrouw Stoffels vindt een weduwen- en wezenvoorziening dringender nodig, een standpunt, dat ook verscheidene an•

dere spre'kers innamen, maar ministe;·

Suurhoff heeft de algemene kinderbij- slagverzekering reeds klaar liggen en als de financiële toestand dwingt tot be- perking, dan overweegt hij .liever een minder royale opzet van wettelijke voor- zieningen (gepaard gaande met een voor- zichtig loonbeleid) dan het achterwege laten van nieuwe wettelijke maatregelen.

* * *

E

en warm· pleidooi heeft mevrouw Stoffels-v. Haaften gehouden voor de toepassing van de gelijke beloning voor mannen en vrouwen voor arbeid van gelijke waarde. Staatssecretaris V.

Rhijn had daarop geantwoord, dat ue consequentie van een vrijere. loonpoli·

tiek is, dat geen dwingende maatregelPn kunnen worden opgelegd en daarom had hij gevraagd: wat wenst u eigenlijk?

De volgende suggestie deed mevrouw Stoffels de staatssecretaris aan de hand, waarvan zij meende, dat de regering haar ook reeds eerder had kunnen toe- passen.

Wanneer er weer eens een gedifferen- tieerde loonsverhoging mogelij•k is, zou men iets kunnen doen. De loons,·erho- ging van maart j.l. zou in dit opzicht

STAATSSECRETARIS VAN RHIJN

• • • • minder spierkracht . ...

8 DJ!JCEMBEB 19H - PAG. 4,

De tien jaren zullen feestelijk her- dacht worden op donderdag 13 'de- cember a.s. &m 14.30 uur ten huize van mejuffrouw Akkersdijk, Prins Hendriklaan 11, Zeist.

J.B.S.

Kerk en politiek

O

P dinsdag 6 november had de vrouwengroep Utrecht het voorrecht de voorzitter van de afdeling Utrecht, mr. J. Schuttevaer, in haar midden te hebben die sprak over "Kerk en Politiek". Temeer daar de heer Schuttevaer ook een leidende positie in 't kerkelijk leven inneemt, was het zeer interessant zijn opinie te vernemen over verschillende vraagstukken als het processieverbod eventuele subsidie aan kerkbouw, en de vraag in hoeverre een kerkge- nootschap als bijv. de Ned. Herv.

Kerk zich met haar synodale uitspra- ken moet begeven op strikt politiek terrein (de positie van Nieuw-Gui- nea).

In haar slotwoord wekte de presi.

dente de aanwezigen op, zoveel mo- gelijk deel te nemen aan de hulpac- ties voor Hongarije.

E.V.-E ...

De consument en het priisbewustziin

E

nige tijd geleden heeft de Neder- landse Huishoudraad een stu- diedag gehouden over "de consument en het prijzenbewustzijn".

Van deze studiedag is een vol- lèdig rapport verschenen, méer dan 40 bladzijden, dat verkrijgbaar is na storting van f 1.50 op giro nr. 228950 tnv. penningm. "Stichting Nederland- se Huishoudraad" Den Haag, onder vermelding van "Verslag Studiedag 2 juni".

Wij bevelen dit onderwerp gaarne in uw aandacht aan.

J.H.S.

zeer constructief hebben kunnen wer- ken wanneer de regering een iets rui- mere marge had gesteld voor vrouwe- lijke arbeidskrachten, althans een rui- mere marge dan voor de mannelijke ar- beidskrachten.

Die ma-rge kan nooit gftJOl 21ljn en"JJij ... ~,._.

zou slechts een kleine verschuiving in de beloning kunnen opleveren, maar het zou toch altijd een begin zijn, want wan- neer de regering wanneer het haar mo- gelijk is een kleinigheid te doen, daar- van geen gebruik· maakt, zal het nog heel lang duren voor de geleidelijke doorvoering verwezenlij<kt is.

• * ..

N

og tal van andere onderwerpen heeft mevr. Stoffeis-v. Haaften ter sprake gebracht. Zi.i bepleitte o.a. het opnemen van het huishoudelijke perso- neel onder de sociale verzekeringen, een zaak waarover volgens de staatssecreta- ris nader kan worden gesproken wan- neer straks het wetsontwerp inzake co- ördinatie van de kring van verzekerden aan de orde komt.

Zij vroeg voorts de aandacht voor de sociale asp~cten van de toenemende ar- beid door de gehuwde vrouw, een on- derwerp dat staatssecretaris Van Rhijn een zeer belangrijk probleem noemde en waarover hij opmertkte, dat in het be- drijfsleven thans minder spierkracht no- dig is en meer precisie, waardoor de ar•

beid buitenshuis voor de vrouw aantrek- kelijker is geworden dan vroeger.

Het onderzoek van het probleem is nog niet voldoende ver gevorderd om uit te maken of verdere wettelijke bepalin.- r

gen moeten worden gemaakt ter be- ,(

scherming van de vrouwenarbeid. ' De wens van mevr. Stoffels-v. Haaf- ten om de vakantiespreiding te bevorde•

ren kon de staatssecretaris alleen maar ondersteunen, want in de periode van half juli tot eind augustus wordt 73 "1.

van het totaal aantal weken vakantie geconcentreerd. In de eerste week van augustus zijn 1.1 miljoen mensen met va•kantie.

Over de emigratie zei mevr. Stoffels- v. Haaften dat aan de voorlichting geen al te ontspannend karakter moet wor- den gegeven. Er moet geen propaganda voor emigratie worden gemaakt uit hoofde van een zekere rivaliteit tuss?.•l het overheidsorgaan en de maatschappe- lijke emigratie:organen. Bij de voorlich·

ting moet vooral de vrouw niet worden vergeten.

Met dit laatste was minister Suurhof.f het volkomen eens en wat het andere punt betreft: hij zal de commissaris voor de emigratie verzoeken in de emigrat!e- raad de vraag te doen bezien of men de grenzen tussen voorlichting en propagan- da bij de particuliere organisaties wel altijd voldoende in het oog houdt.

V. v.D-.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hierin ligt voor het Westen reden te meer om het Hon- gaarse volk zijn sympathie in steeds toenemende mate te betonen en het zo te sterken in de overtuiging,

Conventie betreffende de Rechten van de Mens, toch hebben de eerste twee punten volgens H. geen':·waarde, zolang de Eur~ese burger zi~n finan- ciële

Nu weet ik niet, aldus pater Stokman, waarin dit ge- brek aan belangstelling precies heeft be- staan of waaruit het is gebleken, maar ik ben mij er wel van

dachten kwamen als die boze V.V.D.-ers. die zei: WÎ.Î geven een veel te groot deel van het nationaal inkomen aan Overheidsuitga- ven uit. Zij had- den allen

Een vierde punt. Een van Prof. Rommes ernstigste grieven is, dat de liberale frac. tie in de Tweede Kamer zich gekeerd heeft tegen de door de Minister van

Maar juist dit bewustzijn legt ons allen dan ook de verplichting op, ons voortdurend te bezinnen op die fundamentele vragen, die Thorbecke centraal stelde en

J. o e Commissie voor het Statuut van de Vrouw heeft onlangs haar 6de bijeenkomst te Genève gehouden. Deze Commissie is een onderdeel van de Economische en Sociale

tegen blikseminslag. Er wor- den daardoor allerlei situaties gescha- pen, waarin het geloof wordt tot een remmende factor en waardoor het iets van zijn