Vraag nr. 273
van 9 september 1997 van mevrouw VERA DUA
Bosarbeiders Vlaamse Gemeenschap – Statuut Bij het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Leefmilieu en Infrastructuur, w e r k e n 150 bosarbeiders met een privé-contract. Ze wor-den aangeworven door de houtvesterijen via een arbeidsovereenkomst van bepaalde of onbepaalde duur.
Ze ontvangen een salaris op basis van de collectie-ve arbeidsocollectie-vereenkomst voor bosarbeiders in de privé-sector (paritair comité nr. 1 4 6 ) . De lonen zijn zeer laag en de arbeidsomstandigheden zijn moei-lijk : veelal worden ze ingeschakeld voor taken die verder reiken dan die van de arbeiders in de privé-sector (voorlichting, brandpreventie, controle, ... ). In het Waals Gewest werden de bosarbeiders opge-nomen in het officiële personeelskader, w a a r d o o r zij ook een specifiek statuut als meesterwerkman verkrijgen.
1. Heeft de minister een initiatief genomen om het statuut van de bosarbeiders te verbeteren ? Welke stappen werden daartoe reeds gezet ? 2. Is er momenteel een structureel overleg tussen
de bosarbeiders, de vakbonden en het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap met het oog op de verbetering van het statuut van bosarbeider ? Indien dit het geval is, wat zijn de resultaten van dit overleg ?
Indien dit niet het geval is, wordt een dergelijk overleg gepland voor de nabije toekomst ? N.B. : Een gelijkaardige vraag werd gesteld aan
de heer Theo Kelchtermans, Vlaams minis-ter van Leefmilieu en Tewerkstelling.
Antwoord
In het kader van de evaluatie van het Vlaams Per-soneelsstatuut van 24 november 1993 (VPS) werd er – mede op vraag van minister Kelchtermans – een dossier opgesteld door de administratie A m b-tenarenzaken waarbij de voor- en de nadelen van de integratie in het VPS van de contractuele bosar-beiders op een rijtje werden gezet.
In het najaar start er een werkgroep bestaande uit de vertegenwoordigers van de kabinetten Ke l c h-termans en Van den Bossche enerzijds en van de betrokken administraties anderzijds, teneinde de resultaten van dat onderzoek te bespreken en de beslissingen terzake voor te bereiden.
Indien nodig, zullen daarbij ook de vakbonden worden betrokken.
