Vraag nr. 207 van 27 juni 1996
van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Leidinggevende ambtenaren – Bijkomende opdrachten Leidinggevende personen bij de administratie moeten omwille van hun job honderd procent van de tijd aan-wezig en beschikbaar zijn.
Hoeveel personen met een leidinggevende functie heb-ben een bijkomend mandaat of een of andere functie buiten hun strikte jobopdracht, waardoor ze in praktijk geen honderd procent rechtstreeks voor hun job beschikbaar zijn ?
Zijn er duidelijke afspraken over de tijd die men maxi-maal aan een bijkomende opdracht mag besteden ? Antwoord
Indien een ambtenaar van het ministerie van de Vlaam-se Gemeenschap beroepsactiviteiten die niet inherent zijn aan het ambt wil cumuleren binnen de diensturen, dient hij hiervoor de toestemming te vragen aan de secretaris-generaal van zijn departement. Deze toe-stemming wordt enkel verleend indien deze activiteiten zonder nadeel voor de dienst of voor het publiek kun-nen worden uitgeoefend.
Hierbij moet worden opgemerkt dat een openbaar mandaat van politieke aard niet als een beroepsactivi-teit in voormelde zin wordt beschouwd waarop de cumulatieregeling van toepassing is. Hiervoor geldt de reglementering inzake politiek verlof.
De lijst van cumulaties moet in toepassing van het Vlaams personeelsstatuut jaarlijks per departement worden bekendgemaakt.
Momenteel wordt door het college van secretarissen-generaal een deontologische code van de ambtenaar voorbereid, waaraan de aard van de cumulatie binnen de diensturen zal worden getoetst door de overheid die de toestemming tot cumulatie geeft. In afwachting van de goedkeuring van deze deontologische code beslist de overheid van geval tot geval in hoeverre de cumula-tie verenigbaar is met de goede werking van de dienst.