• No results found

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ. Kaj Munk college, afdeling vwo

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ. Kaj Munk college, afdeling vwo"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN

ONDERZOEK BIJ

Kaj Munk college, afdeling vwo

Plaats: Haarlem

BRIN-nummer: 21WE

Onderzoek uitgevoerd op: 6 oktober 2009 Conceptrapport verzonden op: 26 januari 2010 Rapport vastgesteld te Utrecht op: 26 maart 2010

Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.

(2)

1. INLEIDING

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 6 oktober 2009 een onderzoek uitgevoerd op het Kaj Munk College, afdeling vwo, om na te gaan of er sprake is van tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving.

Aanleiding

De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende.

De inspectie heeft voor het Kaj Munk College een risicoanalyse uitgevoerd.

Uit deze analyse kwam naar voren dat de opbrengsten onvoldoende zijn op de afdeling vwo.

Op 9 juni 2009 heeft de inspectie de uitkomsten van deze risicoanalyse met het bevoegd gezag besproken. Naar aanleiding van dit gesprek is besloten een onderzoek uit te voeren om na te gaan of en in hoeverre er, gerelateerd aan de onvoldoende opbrengsten, sprake is van mogelijke risico’s of tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs op de vwo-afdeling. In het onderzoek is tevens nagegaan of de school aan enkele wettelijke voorschriften voldoet.

Onderzoeksopzet

Het onderzoek betrof de afdeling vwo. Naast de kwaliteitsaspecten ‘opbrengsten’ en

‘kwaliteitszorg’ zijn de kernindicatoren van de overige kwaliteitsaspecten onderzocht.

Onderzoeksmethode

Deze rapportage is gebaseerd op:

- Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn (schoolplan, schoolgids, zorgplan).

- Onderzoek op de school, waarbij

● schooldocumenten zijn bestudeerd;

● onderwijssituaties zijn geobserveerd. Tijdens de lesobservaties zijn tevens korte gesprekken met leerlingen gevoerd;

● gesprekken zijn gevoerd met de schoolleiding, met een aantal docenten, met de zorgfunctionarissen.

Toezichtkader

Het onderzoek is uitgevoerd op basis van het Toezichtskader Voortgezet Onderwijs 2006. Dit document is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Bovendien heeft de inspectie tevens een aantal wettelijke aspecten onderzocht. Het betreft hier de wettelijke bepalingen met

betrekking tot onderwijstijd en de bepalingen ten aanzien van schoolgids en schoolplan.

Opbouw rapport

In hoofdstuk 2 zijn de bevindingen uit het onderzoek op het gebied van de onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin tekortkomingen worden toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. Hoofdstuk 4 vermeldt de visie van het bevoegd gezag.

(3)

H2742986/7 Documentnr. H2899651

Pagina 3 van 10

2. BEVINDINGEN Kaj Munk College, afdeling VWO 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel

In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator

gerealiseerd is. De inspectie heeft daarnaast onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften.

Legenda:

1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed

5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten)

Resultaten

1 2 3 4 5

11.1 De leerlingen behalen het opleidingsniveau dat mag

worden verwacht.

11.6 De leerlingen lopen weinig vertraging op in de

opleiding vwo.

11.12 De leerlingen van de opleiding vwo behalen voor hun centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht.

11.20 Bij de opleiding vwo zijn de verschillen tussen het

cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau.

Kwaliteitszorg

1 2 3 4

1.1 De school heeft inzicht in de kenmerken van de

leerlingenpopulatie. ●

1.2 De kwaliteitszorg is verbonden met de visie op leren en

onderwijzen zoals geformuleerd in het schoolplan. ● 1.3 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van

haaropbrengsten. ●

1.4 De school evalueert systematisch de kwaliteit van het

leren en onderwijzen. ●

1.5 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. ● 1.6 De school borgt de kwaliteit van leren en onderwijzen. ● 1.7 De school waarborgt de kwaliteit van het schoolexamen en

van andere toetsinstrumenten. ●

1.8 De school rapporteert inzichtelijk over de gerealiseerde

kwaliteit van het onderwijs aan belanghebbenden. ● 1.9 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen

en personeel. ●

1.10 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van sociale integratie en actief

burgerschap, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.

(4)

Kwaliteitsaspect: Leerstofaanbod

1 2 3 4

3.1 Het leerstofaanbod in de onderbouw voldoet aan de

wettelijk vereisten. ●

3.2 Het leerstofaanbod in de bovenbouw is dekkend voor de

examenprogramma's. ●

3.5 Het leerstofaanbod in de verschillende leerjaren sluit op

elkaar aan. ●

3.6 Het leerstofaanbod in de verschillende vakken vertoont

samenhang. ●

3.7 Het leerstofaanbod maakt afstemming mogelijk op de

onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. ●

3.8 De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een leerstofaanbod dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen.

● 3.9 De school heeft een aanbod gericht op bevordering van

sociale integratie en burgerschap, met inbegrip van het

overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.

Kwaliteitsaspect: Tijd

1 2 3 4

4.1 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke

vereisten. ●

4.2 De structurele lesuitval is minimaal. ●

4.3 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. ● 4.4 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen is beperkt. ● 4.5 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. ●

Kwaliteitsaspect: Pedagogisch handelen

1 2 3 4

5.1 De leraren bevorderen het zelfvertrouwen van de leerlingen. ● 5.3 De leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle

manier met elkaar en met leraren omgaan. ●

5.5 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. ●

(5)

H2742986/7 Documentnr. H2899651

Pagina 5 van 10

Kwaliteitsaspect: Didactisch handelen

1 2 3 4

6.1 De leraren geven de leerlingen zicht op doel, nut en

samenhang van de lesactiviteiten ●

6.2 De leraren leggen duidelijk uit. ●

6.3 De leraren gaan na of de leerlingen de uitleg en/of de

opdrachten begrijpen ●

6.4 De leerlingen leren in een betekenisvolle context ● 6.5 De leraren stimuleren de leerlingen tot denken. ● 6.6 De leraren geven de leerlingen inhoudelijke feedback. ● 6.7 De leraren geven de leerlingen inzicht in hun leerproces ● 6.8 De leraren bewerkstelligen dat de leerlingen bij de

onderwijsactiviteiten betrokken zijn ●

6.9 De leraren stemmen hun didactisch handelen af op

verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen. ●

6.11 Het taalgebruik van de leraar past bij de taalbehoefte van

de leerlingen ●

Kwaliteitsaspect: Actieve en zelfstandige rol leerlingen

1 2 3 4

7.1 De leerlingen krijgen te maken met activerende

werkvormen. ●

7.2 De leerlingen reflecteren op hun eigen leerproces. ● 7.3 De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de

organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau.

● 7.4 De leerlingen werken op een doelmatige wijze samen. ●

Kwaliteitsaspect: Sfeer op school

1 2 3 4

8.1 De leerlingen zijn betrokken bij de school. ●

8.2 Het personeel is betrokken bij de school. ●

8.3 De ouders zijn betrokken bij de school, door de activiteiten

die de school daartoe onderneemt. ●

8.4 Leerlingen, personeel en ouders/verzorgers ervaren de schoolleiding als ondersteunend en stimulerend voor de sfeer op school.

● 8.5 De school heeft inzicht in de beleving van de sociale

veiligheid door leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen.

● 8.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het

voorkomen van incidenten in en om de school. ●

8.7 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de

afhandeling van incidenten in en om de school. ●

(6)

Begeleiding

1 2 3 4

9.1 De mentoren stimuleren het welbevinden en de motivatie

van de leerlingen. ●

9.2 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures. voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.

Zorg

1 2 3 4

10.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens, bepaalt de school de aard van de zorg die de gesignaleerde leerlingen nodig hebben.

10.3 De school voert de zorg planmatig uit. ●

10.7 De school zoekt de structurele samenwerking met

ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden.

Wet- en regelgeving

ja nee De school heeft de vastgestelde schoolgids aan de inspectie toegestuurd (WVO,

artikel 24a). ●

De school heeft het vastgestelde schoolplan aan de inspectie toegestuurd (WVO,

artikel 24). ●

De onderwijstijd voldoet aan de wettelijke voorschriften (WVO art. 10, lid 2;

10b, lid 2;

10d, lid 2; 10f, lid 3a; 11c, lid 1b; 12, lid 5).

(7)

H2742986/7 Documentnr. H2899651

Pagina 7 van 10

2.2 Beschouwing

Algemeen beeld

Het onderwijs op het Kaj Munk College, afdeling vwo, is als ‘zwak’ beoordeeld. Dit komt met name doordat het kwaliteitsaspect ‘Opbrengsten’ als onvoldoende is beoordeeld, op grond van te lage cijfers voor het centraal examen en te grote verschillen tussen het schoolexamen en het centraal examen. Daarnaast constateert de inspectie dat de verbetering van de

opbrengsten onvoldoende expliciet naar voren komt in het kwaliteitsbeleid van de school. Wat betreft activerende werkvormen constateert de inspectie dat dit vooral buiten de reguliere lessen naar voren komt (bijvoorbeeld in de scienceprojecten), en niet zozeer in de reguliere lessen. De overige onderzochte kwaliteitscriteria zijn als voldoende of goed beoordeeld. Vooral het brede onderwijsaanbod, de prettige pedagogische sfeer en het uitstekende schoolklimaat zijn positieve kanten van de school.

De school heeft de afgelopen jaren veel tijd en energie gestoken in ingrijpende activiteiten zoals verbetering van het didactisch handelen, het opzetten van innovaties en het verbeteren van het schoolklimaat. De verwachting van de school is dat door deze inspanningen een goede basis wordt gelegd voor verbetering van het rendement en de opbrengsten in de vwo-afdeling.

Het rendement is inderdaad verbeterd, maar de examenresultaten nog niet.

Toelichting

Hieronder volgt een toelichting op enkele van de onderzochte kwaliteitscriteria.

Opbrengsten

De gemiddelde cijfers die vwo-leerlingen op het Kaj Munk College halen bij het centraal examen, liggen over drie jaar bekeken onder de landelijke gemiddelden.

Daarnaast is het verschil tussen het schoolexamencijfer en het cijfer voor het centraal examen gemiddeld genomen te hoog te noemen, dat wil zeggen: meer dan 0,5 punt. Dit geldt niet voor alle vakken in even sterke mate. Per vak zijn er bovendien fluctuaties per jaar te herkennen.

Eén van de redenen hiervoor kan zijn dat sommige vakken (zoals de voormalige deelvakken moderne vreemde talen) zeer kleine aantallen examenkandidaten hebben.

Het rendement van de onderbouw en van de bovenbouw is wél vergelijkbaar met landelijke cijfers: leerlingen zitten dus over het algemeen na drie jaar op niveau en lopen geen of weinig vertraging op bij het behalen van hun diploma.

De school wijt de lage opbrengsten vooral aan het soepele toelatings- en determinatiebeleid dat in het verleden werd gehanteerd: teveel leerlingen stroomden door naar het vwo zonder daar echt thuis te horen. De toelating en determinatie is inmiddels verscherpt. De

zogenaamde ‘sciencestroom’ heeft daarbij een impuls gegeven aan de kwaliteit van de instroom van leerlingen: de school trekt nu meer leerlingen met een ‘puur’ vwo-advies dan voorheen. Voor de verbetering op de korte termijn heeft de school tevens examentrainingen ingevoerd in de examenklas.

Kwaliteitszorg

In het schoolplan van het Kaj Munk College staan de algemene doelen van de school beschreven. Deze doelen zijn nader uitgewerkt in de teamplannen en in een aantal

beleidsnotities. De afgelopen jaren heeft de school veel geïnvesteerd in verbetering van het primaire proces, verbetering van het school- en werkklimaat in brede zin en in het opzetten van didactische innovaties. Om te meten hoe de voortgang loopt en waar bijstellingen nodig zijn, maakt de school gebruik van instrumenten zoals leerlingen- en ouderenquêtes, gerichte leerlingenparticipatie (bijvoorbeeld door deelname van leerlingen aan teamoverleggen) en van klankbordgroepen.

(8)

Binnen het kwaliteitsbeleid ontbreekt echter expliciete aandacht voor verbetering van de onderwijsresultaten: noch in het schoolplan, noch in de teamplannen staat expliciet verwoord wat de school wil realiseren met betrekking tot de opbrengsten, op welke wijze, en hoe gestelde doelen op dit punt geëvalueerd worden.

Dat wil niet zeggen dat hier in het geheel geen aandacht voor is; veel interventies die de school heeft gepleegd staan mede in het teken van verbetering van de opbrengsten. Gezien de problemen met betrekking tot de opbrengsten is een duidelijke focus op ‘opbrengstgerichtheid’

van groot belang: de school zou meer systematisch in kaart moeten brengen wat de oorzaken zijn, hoe dat kan worden aangepakt, welke resultaten men daarmee wil bereiken, en hoe men meet en bewaakt dat die resultaten gerealiseerd worden.

Bij het aspect kwaliteitszorg beoordeelt de inspectie ook de wijze waarop de school haar zorg voor burgerschap en integratie beleidsmatig heeft vastgelegd. Deze indicator (1.5) is als voldoende beoordeeld. In haar schoolplan en in een aantal andere beleidsnotities heeft de school deze visie in voldoende mate verwoord.

Onderwijsaanbod en schoolklimaat

Het Kaj Munk heeft een uitgebreid onderwijsaanbod, met allerlei mogelijkheden tot verdieping en schenkt veel aandacht aan elementen van burgerschap en integratie. Buiten het reguliere programma organiseert de school aansprekende buitenschoolse activiteiten.

De school wordt door leerlingen en docenten in het algemeen als prettig en veilig ervaren, zoals ook blijkt uit leerlingen- en docentenenquêtes. De school heeft de afgelopen jaren veel tijd en energie gestopt in verbetering van het schoolklimaat, mede vanuit de opvatting dat een goed schoolklimaat leidt tot een goed leerklimaat.

Leerlingen worden nadrukkelijk betrokken bij de school, bijvoorbeeld via de leerlingenraad, maar ook door aan leerlingen feedback te vragen over het functioneren van leraren. Gezien de grote tevredenheid bij alle partijen op het punt van schoolklimaat en veiligheid is dit onderdeel merendeels met een ‘4’ beoordeeld.

De lessen

De inspectie heeft een aantal lessen in onder- en bovenbouw bijgewoond. Over het geheel genomen was de kwaliteit van deze lessen zeker voldoende te noemen, met een prettig pedagogisch klimaat en een adequaat klassenmanagement. De inspectie heeft maar in

beperkte mate kunnen waarnemen dat er variatie in werkvormen werd aangebracht binnen de reguliere lessen. Ook werd leerlingen niet altijd voldoende gelegenheid gegeven zelf zaken uit te zoeken, of zelf tot oplossingen te komen, waardoor binnen de reguliere lessen niet altijd voldoende uitdaging aan leerlingen wordt geboden.

Dit heeft dan ook geleid tot een onvoldoende oordeel op indicator 7.1, die betrekking heeft op de reguliere lessen. In het totale onderwijsaanbod komen de meer activerende werkvormen en het doen van een appél op het ‘onderzoekend vermogen’ van de vwo-leerlingen wel meer aan bod, bijvoorbeeld in de scienceprojecten, bij de Kunst-, Media- en Cultuuractiviteiten of bij de zogenaamde TOP-tijd. .

(9)

H2742986/7 Documentnr. H2899651

Pagina 9 van 10

3. TOEZICHTARRANGEMENT

De afdeling vwo van het Kaj Munk College is als zwak beoordeeld, met name op grond van de onvoldoende opbrengsten.

Om deze reden kent de Inspectie van het Onderwijs aan het Kaj Munk College, afdeling vwo, een aangepast arrangement toe.

De afdeling vwo valt onder intensief toezicht. De inspectie voert in het eerste kwartaal 2011 opnieuw onderzoek uit om na te gaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. In aanvulling hierop maakt de inspectie nadere afspraken met het bevoegd gezag over te bereiken tussenresultaten

Het bevoegd gezag dient binnen zes werkweken gerekend vanaf de vaststelling van het rapport een plan van aanpak over de verbetering van de opbrengsten aan de inspectie te sturen.

De inspectie beziet of het plan van aanpak voldoet aan de volgende kenmerken:

• de voorgenomen activiteiten sluiten aan bij de geconstateerde kwaliteitsproblemen;

• de activiteiten zijn voldoende concreet beschreven en gepland zodat de inspectie er in het vervolg van het toezicht op kan aansluiten;

• het is aannemelijk dat het plan van aanpak leidt tot een verbetering van de geconstateerde kwaliteitsproblemen.

(10)

4. VISIE VAN HET BEVOEGD GEZAG

‘In aanvulling op het inspectierapport vraagt het Kaj Munk College aandacht voor de reacties van haar klankbordouders. Het conceptrapport is onderwerp van gesprek geweest tijdens een van de klankbordbijeenkomsten. Tijdens dit overleg gaven de ouders aan zich te herkennen in veel van de door de inspectie genoemde zaken. Zo wordt de positieve feedback van de inspectie met betrekking tot het pedagogisch klimaat door de ouders gedeeld. Dit geldt ook voor de kritische noot van de inspectie als het gaat om de opmerking dat tijdens de reguliere lessen leerlingen wel meer geactiveerd mogen worden.

De ouders zien evenwel ook een paar belangrijke omissies. Een belangrijke kwaliteit van het Kaj Munk College, namelijk dat de school kansen biedt, wordt door de inspectie niet vermeld.

In de periode waarop het inspectierapport betrekking heeft, de examenjaren 2006, 2007 en 2008, is 60% van de leerlingen, die met een lager advies zijn binnengekomen, in de

atheneumafdeling geslaagd. Ook blijft onvermeld dat in de onderzochte periode 69% van de leerlingen bovenop het reguliere pakket met een extra vak examen heeft gedaan.

Dat het oordeel van de inspectie betrekking heeft op de periode 2006 t/m 2008 vinden de ouders moeilijk te begrijpen. Daarmee blijven de opbrengsten van het examenjaar 2009, die wel op het landelijk gemiddelde lagen, buiten beeld’.

Deze visie wordt gedeeld door het bevoegd gezag.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 15 december 2011 een onderzoek uitgevoerd op de afdeling vwo van het Wessel Gansfortcollege in Groningen om een oordeel te kunnen uitspreken

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 10 november 2011 een onderzoek uitgevoerd op het Leidsche Rijn College in Utrecht, om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van

Op 9 februari 2009 heeft de inspectie een onderzoek uitgevoerd op CSG Calvijn vestiging Groene Hart, afdeling vwo om na te gaan of er sprake is van tekortkomingen in de kwaliteit

Op basis van de voorlopige gegevens van CE 2014, waaruit blijkt dat de school het gemiddelde van 6,5 heeft weten te behouden, kan geconcludeerd worden dat het driejaarsgemiddelde

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 6 november 2012 een onderzoek uitgevoerd op de afdeling vwo van CSG Calvijn, vestiging Vreewijk, om een oordeel te kunnen uitspreken over de

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 19 mei 2009 een onderzoek uitgevoerd op het Comenius College unit Lijstersingel te Capelle aan den IJssel, afdeling havo om na te gaan of

Dat komt omdat de opbrengsten van de afdeling vwo onvoldoende zijn door een te grote discrepantie tussen gemiddelde cijfers voor de schoolexamens en gemiddelde cijfers voor

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 10 november 2009 een onderzoek uitgevoerd op het Walburg College te Zwijndrecht, afdeling vwo om na te gaan of er sprake is van