• No results found

Vraag nr. 64 van 15 december 2000 van de heer ERIK MATTHIJS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 64 van 15 december 2000 van de heer ERIK MATTHIJS"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 64

van 15 december 2000

van de heer ERIK MATTHIJS

Artikel 43 OCMW-wet – Uitvoeringsbesluiten Het Vlaams decreet van 17 december 1997 heeft in artikel 7 de tekst van artikel 43 van de organieke O C M W-wet van 8 juli 1976 gedeeltelijk vervangen door de volgende tekst (met inwerkingtreding niet voor 1 januari 2001) :

" . . . Op deze regels wordt echter volgende uitzonde-ring gemaakt : in de OCMW's waar het uitoefenen van het ambt van ontvanger geen volledige dag-taak vereist, wordt dit ambt aan een gewestelijk of een deeltijds ontvanger gegeven, onverminderd de toepassing van artikel 52, §2 van de nieuwe ge-m e e n t e w e t . De Vlaage-mse regering bepaalt de voor-waarden en de modaliteiten waaronder dit ambt aan deze ontvangers wordt gegeven …"

Bij brief van 19 oktober 1999 (kenmerk 1 4 A B / DVW/350/15) sprak de minister van We l z i j n over deze zaak de hoop uit een antwoord ten gron-de te kunnen geven in november 1999. We zijn nu december 2000 ...

Momenteel is er nog steeds geen uitvoering gege-ven aan artikel 43 van de organieke OCMW-w e t . De Vlaamse regering moet dus nog steeds de voor-waarden en modaliteiten bepalen vóór de aanwer-ving van deeltijdse OCMW-ontvangers.

Normaliter was gepland dat dit uitvoeringsbesluit zou worden genomen vóór 1 januari 2001, d a t u m waarop de NOB (nieuwe OCMW-boekhouding) in alle OCMW's zou moeten worden toegepast. O p 31 maart 2000 heeft de Vlaamse regering evenwel de datum van inwerkingtreding verschoven naar 1 januari 2003.

Niettemin zijn de meeste OCMW's ondertussen reeds ingeschakeld als proefproject voor de invoe-ring van de NOB. De overige zullen dit zeker doen op 1 januari 2002, ingevolge de invoering van de euro en ook omdat de softwarehuizen hun oude boekhoudprogramma's daarna niet meer onder-steunen.

Bepaalde OCMW-besturen zitten met ongeduld te wachten op het uitvoeringsbesluit van artikel 43 van de organieke OCMW-wet.

Ook zijn er in dit verband nog enige anomalieën in de huidige regelgeving (hoofdzakelijk in het KB van 20 juli 1993) :

– het onderscheid tussen plaatselijke ontvangers volgens inwonersaantal is een aantasting van het grondrechtelijk gelijkheidsbeginsel ;

– de discriminatie qua cumulatie van ambten tus-sen de wettelijke graden van secretaris en ont-v a n g e r, die gelijkwaardige ambten zijn, is on-wettig en onlogisch ;

– de diplomavereisten voor de aanwerving en be-vordering van secretaris en ontvanger houden geen rekening met vroeger door de overheid uitgereikte getuigschriften en diploma's van ni-veau A ;

– dat statutair benoemde ontvangers geen kandi-daat kunnen zijn bij benoeming in een ander bestuur, is eveneens onlogisch ;

– als men consequent wil zijn, moet tevens reke-ning worden gehouden met de resultaten van de dure volksraadpleging in verband met de her-vorming van de administratie. Daarbij kwam overduidelijk tot uiting dat bekwaamheid en competentie van ambtenaren worden verkozen, boven diploma's.

1. Wat is de stand van zaken m.b. t . u i t v o e r i n g s b e-sluiten voor artikel 43 van de organieke OCMW-wet?

2. In welke mate wordt er rekening gehouden met bovenvermelde anomalieën in de huidige regel-geving ?

N.B. Deze vraag werd eveneens gesteld aan me-vrouw Mieke Vo g e l s, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen.

Antwoord

Op het eerste deel van de vraag zal het antwoord worden verstrekt door de bevoegde Vlaamse mi-nister van We l z i j n , Gezondheid en Gelijke Kansen, aan wie dezelfde vraag werd gesteld.

(2)

deeltijds ontvanger wordt gegeven, o n v e r m i n d e r d de toepassing van artikel 52, §2 van de Nieuwe Ge-meentewet betreffende de mogelijkheid de ontvan-ger van een gemeente met minder dan 10.000 in-woners tegelijkertijd te benoemen tot ontvanger van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van dezelfde gemeente.

Bij de vaststelling van het besluit van de V l a a m s e regering houdende de voorwaarden en de modali-teiten waaronder dit deeltijds ambt aan deze ont-vangers wordt gegeven, zal uiteraard rekening wor-den gehouwor-den met de algemene beginselen van be-hoorlijk bestuur en het grondwettelijk gewaar-borgd gelijkheidsbeginsel.

Dit gelijkheidsbeginsel waarborgt aan iedereen die zich in gelijke objectieve omstandigheden en voor-waarden bevindt, ook een gelijke behandeling. Concreet betekent dit dat, bij het begeven van een openbaar ambt, het toekennen van een voorrecht op basis van geboorte, r a n g, sociale stand, r e l i g i e u-z e, filosofische of politieke overtuigingen verboden is.

Het onderscheid dat vandaag wordt gemaakt tus-sen de plaatselijke ontvangers volgens het inwo-n e r s a a inwo-n t a l , is iinwo-ngegeveinwo-n door het feit dat de f u n c t i e-i n h o u d , los van de formele functiebena-m i n g, erg verschillend is inzake verantwoordelijk-h e i d , omvang van de taken, m o e i l i j k verantwoordelijk-h e i d s g r a a d , e n z . . Ook het feit dat de regels inzake cumulatie verschillend zijn voor secretarissen en ontvangers kan niet zomaar worden afgedaan als onredelijk en niet ingegeven door objectief vaststelbare en ge-motiveerde verschillen tussen deze functies.

Diplomavereisten bij werving of bevordering hou-den rekening met de algemene principes binnen het openbaar ambt inzake deze toegangsvoorwaar-den en kunnen ook wortoegangsvoorwaar-den afgewogen aan de spe-cifieke vereisten voor het uitoefenen van de be-doelde functie. In dit verband wens ik echter van-daag niet vooruit te lopen op de precieze tijdsplan-ning en inhoud van het bovenvermelde aangekon-digde uitvoeringsbesluit.

Ten slotte wijs ik erop dat het een algemene regel is dat de benoeming tot een ambt bij het ene be-stuur geen enkel recht opent met het oog op de eventuele benoeming bij om het even welk ander b e s t u u r. De uitzonderingen op deze regel, b i j v o o r-beeld vrijstelling van deelname aan wervingsexa-men of mogelijkheid tot overgang van het ene be-stuur naar het andere, zijn bijzonder zeldzaam en kunnen alleen maar op basis van specifiek om-schreven wettelijke mogelijkheden.

De interpretatie van de Vlaamse volksvertegen-woordiger van sommige vermeende resultaten van een federale volksraadpleging en het verband dat hij meent te kunnen vaststellen met de bepaling van de algemene diplomavereisten voor de toe-gang tot de functie van ontvanger, lijken mij erg persoonlijk van aard en wellicht ingegeven door in-lichtingen met betrekking tot problemen in ver-band met de rechtstoestand van een individueel geval.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

– deelgebieden binnen de gemeente waar voor alle zonevreemde woningen bepaalde gebieds- gerichte ontwikkelingsmogelijkheden kunnen worden geformuleerd, die evenwel niet

Het Streekplatform Kempen heeft er bij de minis- ter in het verleden reeds op aangedrongen om een dergelijke werkgroep op Vlaams niveau op te rich- ten.. Zeker inzake veiligheid

De verantwoordelijke voor de buurtwerking van het cultureel centrum in Berchem verklaarde in de pers dat sommige Franstalige voorstellingen in de- Singel wel worden

Overeenkomstig de bestaande wetgeving terzake vestigt en int de Vlaamse Milieumaatschappij de afvalwaterheffing bij elke natuurlijke of rechtsper- soon die op het grondgebied van

Natuurreservaten – Erkenning en subsidiëring In uitvoering van het decreet van 27 oktober 1997 op het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, i n- zonderheid in uitvoering van

De studie dient ter zelfdertijd ook concrete voorstellen uit te werken voor een optimalisering van de toeristi- sche bewegwijzering, in de vorm van een voor- stel van aanpassing

Er werden nog geen maatregelen genomen tot opheffing van de bescherming, laat staan af- braak van de brug en de bunker in Vroenhoven.. Momenteel worden er besprekingen

Het gebruik van drugs is naar mijn bescheiden me- ning een kwaad dat in alle sectoren van onze sa- menleving – op een gepaste wijze – moet worden bestreden, ook in het