• No results found

POLITIEK en CULTUUR

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "POLITIEK en CULTUUR "

Copied!
52
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

september 1958

litiek en C uituur

(2)

SEPTEMBER 1958

20 jaar na München

Ko~oniale rekening in Bagdad vereffend Contra-revolutie en revisionisme reikten elkaar de hand

V eertien gedichten Stalin en zijn werk Middag in de wildernis BOEKBESPREKING:

F. Baruch 385 T. v. Stralen 394

S. Geugjes 402 Mao Tse-toeng

Ned· bew. Th. de Vries 409 Sowjet-Encyclopedie,

deel 40 416

Albert Maltz 427

Avonturen in Bochara

G. Maas 431 PARTIJDOCUMENT:

Oproep van het D.B. der C.P.N.

432

POLITIEK en CULTUUR

verschijnt maandelijks bij uitgeverij Pegasus Leidsestraat 25, Amsterdam-C., tel. 35957.

De abonnementsprijs is f 4,50 per jaar, f 2,25 per half jaar, losse nummers 40 cent.

Ons gironummer is 173127, gemeentegiro: P 1527 Correspnndentie over betalingen en verkoop zenden naar de administratie p ;a Pegasus.

Alle correspondentie over de inhoud naar de redactie van P. en C.

(3)

september 1858

Politiek en Cultuur

maanblad gewijd aan de theorie en praktijk van het

marxisme-leninisme onder leiding van het partijbestuur der c.p.n.

Twintig jaar na München

N

ooit weer München - zo riepen de volkeren in de herfst 1938, toen Tsjechoslowakije door de Hitierbenden overweldigd was.

"Nooit weer München" - dat werd ook na de tweede wereldoorlog geroepen, niet door de volken, maar door de propagandisten van de koude oorlog. Ze stelden München als argument tegen al degenen, die naar verzoening van de tegenstellingen tussen Oost en West stree:flden, die van mening waren en zijn, dat elke andere politiek dan die van vreedzame coëxistentie naar oorlog en ongekende rampen voor de mensheid moet leiden.

Zij, die van de vervalsing der geschiedenis een beroep maken, waren in 1938 "voor" München, maar nu zeiden zij:

Kijk naar München, de verzoenende politiek van Frankrijk en Enge- land heeft de ramp over heel Europa gebracht. Verzoening met de Sowjet-Unie zal hetzelfde resultaat hebben.

Een der meest verwoede propagandisten van deze stelling - J. de Kadt - schreef reeds kort na het einde van de tweede wereldoorlog, toen de wereld nog onder de indruk was van het overweldigende aan- deel der Sowjet-Unie in de vernietiging van de Hitler-legers en toen de koude oorlog nog moest beginnen:

"De verzoeners die toen (in 1938) voor Chamberlain waren, omdat hij probeerde te verzoenen door concessies te doen, zijn nu voor een politiek die verzoening met Rusland nastreeft, door de Russen hun zin te geven, telkens als zij met dreigementen komen"

(J. de Kadt, "Rusland en wij").

De Kadt schreef dit, toen de enige eis der Sowjet-Unie de vernieti- ging van de resten van het fascisme was, toen er nog betrekkelijk nor- male relaties tussen Oost en West bestonden en velen nog op een voortzetting van het oorlogs-bondgenootschap hoopten.

Sindien werd het woord "München" in de propaganda van het Westen steeds meer gebruikt als argument ter verontschuldiging van de agres- sieve daden der imperialistische mogendheden.

Maar wat was "München" eigenlijk? De Amerikaanse auteurs Sayers en Kahn zeggen in hun boek "De grote Samenzwering":

(4)

"De regeringen van het nationaal-socialistisch Duitsland, het fascistische Italië, Groot-Britannië en Frankrijk tekenden (op 29 sept· 1938) de overeenkomst van München - de H; e i l i ge A 11 i a n tie tegen Sowjet-Rusland waarvan de wereld-reactie sinds 1918 had gedroomd" (pag 389, Ned. editie).

En dat was precies de voornaamste inhoud en de strekking van het pact van München.

Het directe en eerste slachtoffer van dit pact werd Tsjechoslowakije.

*

T

ot beter begrip van de toestand nu twintig jaar geleden, is het nodig de herinnering van onze lezers op te frissen.

De oorlogskaers van de fascistische mogendheden naderde toen zijn hoogtepunt. Hitier-Duitsland en Mussolini-Italië hadden de burger- oorlog in Spanje ontketend en hadden Franco op de troon gezet.

Italië had zijn overval op Abessinië gepleegd, Japan- het derde lid van het in 1936 opgerichte Anti-komintern-pact - pleegde agressie op agressie tegen China. De fascistische mogendheden - Duitsland voorop - hadden de herverdeling van de aarde op de dagorde gesteld, die in 1918 ten nadele van deze imperialistische mogendheden was uitgevallen.

Het strategische doel van Hitier was het totstandbrengen van een oorlogsfront tegen de Sowjet-Unie. Hiervoor moest hij echter eerst zijn eigen positie in West-Europa versterken en een reeks "obstakels"

opruimen.

Terwijl de Britse, de Franse en de Amerikaanse imperialisten het met zijn doel geheel eens waren en hem trachtten te gebruiken als de "gen- darme" van Europa, maar heimelijk hoopten als de eigenlijke overwin- naars uit de heilige oorlog tegen de Sowjet-Unie te voorschijn te tre- den, - hoopte Hitler in tegendeel, Duitsland tot de leidende imperialis- tische mogendheid te maken, zijn Westerse tegenstanders tot mogend- heden van de tweede rang te degraderen en de "smaad" van de neder- laag in de eerste wereldoorlog ongedaan te maken.

De opvattingen van de toenmalige leidende politici in het Westen werden o.m. tot uitdrukking gebracht door de Britse minister van bui- tenlandse zaken, Lord Halifax. Hij verklaarde op 19 nov. 1937 in een geheim onderhoud met Hitler,

"dat hij en de overige leden van de Britse regering "er van door- drongen zijn, dat de Führer niet alleen in Duitsland iets groots heeft gepresteerd, maar dat hij door de vernietiging van het com- munisme in eigen land, haar de weg naar Westeuropa versperd heeft en dat derhalve Duitsland terecht als bolwerk van het Westen tegen het bolsjewisme beschouwd zou moeten worden.'")

1) (Uit het protocol van het Duitse ministerie van buitenlandse zaken, ontleend aan

"Dokumente und Materialen aus der Vorgeschichte des zweiten Weltkrieges, Moskou.

1948, deel I, pag. 16. Het gaail hier om materialen uit de geheime archieven te Berlijn, die na de verovering door de Sowjet-legers in beslag werden genomen, aangevuld met een reeks andere documen*n uit Sowjet-bezit. Verdere citaten W.t deze verzam-eling worden in dit artikd aangeduid met "Documenten", schr. dezes.)

386

(5)

Deze verklaring was de inleiding tot het latere München en Hitler kon er uit opmaken, dat de Engelsen hem bij de verdere uitvoering van zijn plannen- alle schijnbewegingen ten spijt - geen wezenlijke tegenstand zouden bieden.

Deze indruk werd nog versterkt, toen Halifax tijdens hetzelfde onder- houd verklaarde,

"dat het ontwapeningsprobleem buitengewoon gecompliceerd is geworden door het Franse bondgenootschap met Rusland, dat in antwoord op zekere Duitse maatregelen tot stand is gekomen.

Daardoor was Rusland niet slechts als morele, maar ook als materiële factor van grote betekenis, in het bijzonder ook als gevolg van het bondgenootschap met Tsjechoslowakije, Europa binnen gebracht."

(Documenten, deel 1, pag. 38).

Het bondgenootschap tussen Frankrijk en de Sowjet-Unie, kort te- voren tot stand gekomen, werd dus door de Britten als een fundamen- tele fout beschouwd, niet alleen omdat het nadelig was voor de "hei- lige anti-Sowjet-alliantie", die sinds 1918 werd nagestreefd, niet alleen omdat dit bondgenootschap een ernstige slag voor de anti-Sowjet-op- hitsing was, maar ook en vooral omdat het vanwege de groeiende macht van de Sowjet-Unie aan het idee van de collectieve verdediging van de vrede tegen Hitier een nieuwe inhoud gaf!

Stelselmatig werd dan ook in de voorbereiding van de tweede we- reldoorlog gewerkt aan het ongedaan maken van deze "fout". Zo sug- gereerde de Britse ambassadeur te Berlijn, Henderson, tijdens een onder- houd met Hitier op 3 maart 1938, dat de Europese landen "zonder Rusland" tot overeenstemming moesten komen. Deze pogingen werden voortgezet tot aan de zomer 1939, en zelfs tijdens de oorlog, zoals uit de briefwisseling Stalin-Roosevelt is gebleken.

Het is van belang in dit verband verder op te merken, dat Churchill volgens een memorandum, dat eveneens in het nazi-ministerie van Buitenlandse Zaken is gevonden, in feite de politiek van verzoening met en toegeven aan Hitier steunde. Churchill immers geldt als leider van de fractie in de Britse conservatieve partij, die van begin af tegen de München-politiek is geweest. Maar uit bedoeld memorandum blijkt, dat hij omstreeks dezelfde tijd een onderhoud met Hitler's "Gauleiter"

Foerstner in Dantzig, heeft gehad. (Dantzig was toen een "Freistaat" en nog niet bij nazi-Duitsland ingelijfd.) Tijdens dit onderhoud hechtte Churchill zijn goedkeuring aan de plannen va:Q. Hitier jegens de Sowjet- Unie, Tsjechoslowakije en Dantzig! (Tijdens de oorlog 1940-45 trachtte hij tot een afzonderlijke vrede met Hitier te komen.)

Aangemoedigd door de officiële verklaringen tijdens geheime be- sprekingen (zoals hierboven vermeld) en de berichtgeving in de reac- tionaire Britse en Franse pers, die er op berekend was, de volkeren onkundig te laten van hetgeen er gespeeld werd, verhaastte Hitier de uitvoering van zijn plannen. In het begin van het jaar 1938 verhevigde zijn agent Henlein in Tsjechoslowakije, leider van de z.g. Sudeten- Duitse beweging, de campagne voor het losscheuren van Bohemen, die

(6)

gepaard ging met brutale terreur tegen het Tsjechische volksdeel in dit gebied.

Seyss-Inquart roerde zich in Oostenrijk. Op 20 februari van dat zelfde jaar verklaarde Hitier op dreigende toon dat tien miljoen Duitsers (waarmee hij de Oostenrijkers en de Duitse minderheid in Tsjechoslo·

wakije bedoelde) bevrijd moesten worden. Na een korte campagne van chantage en terreur, werd Oostenrijk op 11 maart 1938 bezet en op 18 maart bij Duitsland ingelijfd.

Tsjechoslowakije wilde op de intocht van Hitier in Oostenrijk met mobilisatie antwoorden. Maar op de ochtend van de lle maart gaf Goering de Tsjechoslowaakse gezant te Berlijn zijn "erewoord", dat Hitier niets tegen Tsjechoslowakije in de zin had en von Neurath, toen nog Hitler's minister van Buitenlandse Zaken, herhaalde die verzeke·

)'Î!lllg ,\\ater op de dag.

De bezetting van Oostenrijk en de voortdurende actie van de Henlein·

fascisten in Tsjechoslowakije waren vanzelfsprekend voor de Sowjet·

Unie aanleiding haar streven naar het totstandbrengen van een anti·

Hitler-coalitie te versterken.

Zo stuurde de Sowjet-regering op 17 maart 1938 een nota aan het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken, waarin na een uiteenzetting over de gevaren voor Tsjechoslowakije, gezegd werd:

"De huidige internationale situatie plaatst alle vredelievende staten en voor alles de grote mogendheden, voor het vraagstuk van hun verantwoordelijkheid voor het verdere lot der volkeren van Europa en niet alleen van Europa".

Verder heette het in dit document dat de Sowjet-Unie

"ermee accoord gaat zonder verwijl de door omstandigheden noodzakelijk geworden praktische maatregelen binnen of buiten de Volkenbond met de overige mogendheden te bespreken. Mor·

gen reeds zou het te laat kunnen zijn, maar vandaag is er nog tijd, wanneer alle staten, in het bijzonder de grote mogend·

heden een vastberaden en duidelijke houding ten aanzien van het probleem van de collectieve redding van de vrede innemen."

(Documenten, deel 1, pag. 105.) Op ·deze nota antwoordde de Britse regering op 24 maart 1938, dat zij

"beslist het bijeenroepen van een conferentie tot het nemen van besluiten over gecoördineerde maatregelen tegen de agressie afwijst." De Britse regering zei, dat zulk een conferentie "naar de opvatting van de regering zijner majesteit niet noodzakelijker·

wijs een gunstige uitwerking op de vooruitzichten voor de Euro- pese vrede zou hebben."

(Documenten, deel 1, pag. 105-106.) Zoals men ziet, waren de imperialistische politici toen al evenmin als thans om argumenten verlegen als het er om ging een topconferentie voor het beveiligen van de vrede te saboteren.

De protocollen over de geheime onderhandelingen met Hitier waren toen echter onbekend en deze gaven de werkelijke reden van de weige·

ring van Engeland aan, zij bevestigden de opvatting der communisten:

(7)

Hitiers agressie moest naar het Oosten afgeleid worden. Tsjechoslowa- lüje, dat in Bohemen over een formidabele verdedigingslinie beschikte en bovendien over een krachtige oorlogsindustrie en een goed opgeleid leger, was de eerste barrière op de weg naar het Oosten. Niet alleen Hitler, maar ook de München-politici wilden haar slechten.

In het Verre Oosten kreeg Hitier welkome hulp van Ja pan, dat in Noord-China (Mandsjoerije) troepen tegen de Sowjet-Unie samentrok en in de zomer een grootscheepse aanval bij het Chassan-meer in Mon- golië ontketende. Door het vastbesloten ingrijpen van de Sowjet-legers liep deze actie op een mislukking uit, de Japanners dropen af. Het voorbeeldige ingrijpen van de Sowjet-Unie had een les kunnen zijn voor het Westen, maar het luisterde niet en Hitler, die meende dat de Sowjet-Unie haar handen vol had in het Oosten, zette zijn aanvallen op Tsjechoslowakije met versterkte kracht voort.

In mei trok hij troepen samen langs de grens van Tsjechoslowakije.

De Amerikaanse pers lanceerde berichten waarin beweerd werd, dat de Sowjet-Unie niet bereid was om Tsjechoslowakije te helpen. Andere geruchten, opzettelijk verspreid door Chamberlain cs· moesten helpen, de verwarring der openbare opinie in West-Europa ten top te voeren.

Het is voor ons doel niet nodig, hier de verdere gebeurtenissen op de voet te volgen. Wij vermelden slechts, dat Engeland midden juli een tipje van de sluier der geheimdiplomatie liet vallen, toen Cham- berlain de Tsjechoslowaakse regering sommeerde, maatregelen tot het verzekeren van de vrede in Europa te nemen! Dat was duidelijk genoeg.

Enkele dagen later verklaarde Hitler's agent in Tsjechoslowakije, Hen- Jein, dat de Duitsers in dit land voortaan "slechts aan de Duitse rege- ring, de Duitse wetten en de stem van het Duitse bloed zouden gehoor- zamen". Begin augustus stuurde de Britse regering een financier, Lord Runciman, naar Praag, om daar te "bemiddelen" tussen de nazi's en de Tsjechoslowaakse regering. Achteraf bleek dat zijn enige taak daarin bestond, de weerstand van de regering te Praag te breken.

Hitier in elk geval verkeerde niet in twijfel over de bedoeling van deze missie. Hij ging over tot gedeeltelijke mobilisatie, zijn vliegtuigen begonnen het Tsjechoslowaakse luchtruim te schenden, aan de Duitse westgrenzen werden versterkingen gebouwd, want. . . men kon niet weten!

Maar hoe reageerde de Franse regering? Op 12 september zou onder de druk van de openbare mening in het Franse kabinet gesproken wor- den over de mobilisatie van het leger. De München-ministers legden een rapport van de legerleiding voor. Het was een vervalst rapport, zoals later bleek en het moest bewijzen dat Frankrijk niet in staat was, oorlog tegen Hitier te voeren. Hoewel Frankrijk zich genoodzaakt zag niette- min enkele militaire voorzorgsmaatregelen te treffen - meer om de openbare mening gerust te stellen - gingen de geheime onderhande- lingen voort.

Op 15 september vloog Chamberlain naar Hitier in Berchtesgaden, waar hij diens eisen in ontvangst nam. Op 19 september stuurden Enge- land en Frankrijk de Praagse regering een nota, waarin die eisen wer- den overgebracht. Praag werd verwittigd:

" . . . . de vrede en de veiligheid kunnen niet bewaard, de le-

(8)

vensbelangen van Tsjechoslowakije niet doeltreffend verdedigd worden, wanneer deze gebieden (bedoeld zijn de gebieden die Hitier toen annexeren wilde) niet onmiddellijk aan het Duitse rijk worden afgestaan."

Twee dagen later, nadat Tsjechoslowakije opnieuw een beroep had ge- daan op Frankrijk en Engeland, en aan het bondgenootschap met Frank- rijk had herinnerd, stelde de Britse regering de Tsjechoslowaakse rege- ring voor om dit document in te trekken en rekening te houden met de "realiteit".

De Tsjechoslowaakse regering capituleerde toen en deelde de Sowjet- regering mee:

"Door de omstandigheden genoodzaakt en onder de buiten- gewone druk van de Franse en de Britse regering, accepteert de regering van de Tsjechoslowaakse republiek met bitterheid de Frans-Engelse voorstellen, in de veronderstelling dat beide rege- ringen alles zullen doen opdat. . . . de levensbelangen van de Tsjechoslowaakse republiek veilig gesteld worden."

(Documenten, deel 1, pag. 239-240.) Het scenario voor München was gereed. Op 29 september 1938 kwa- rnen Hitler, Mussolini, Chamberlain (de Britse minister-president) en Daladier (de Franse), in München bijeen voor het uitspreken van het vonnis.

Vertegenwoordigers van de Tsjechoslowaakse regering, die zich even- eens naar München hadden begeven, werden door de Hitler-ambtena- ren als misdadigers ontvangen en behandeld. Tot de eigenlijke bespre- kingen hadden zij geen toegang. Na afloop werden zij door een Franse diplomaat op de hoogte gesteld met de mededeling, dat "tegen het von- nis geen beroep mogelijk is" en "dat geen mogelijkheid tot verandering bestaat".

De overeenkomst bepaalde, dat de Tsjechoslowaakse regering het

"sudetenduitse gebied" moest afstaan aan Duitsland, dat de ontruiming door de Tsjechoslowaakse autoriteiten tot 10 oktober voltrokken moest zijn, dat aan de militaire en industriële installaties geen schade mocht worden toegebracht, dat een "internationale commissie" de nieuwe . grenzen zou moeten vaststellen, dat alle Duitsers uit Tsjechoslowaakse militaire en politie-dienst moesten worden ontslagen en dat in bepaalde gebieden een "volksstemming" zou worden gehouden. Voorts verklaar- den Engeland en Frankrijk, de nieuwe grenzen van Tsjechoslowakije te "garanderen".

De Tsjechoslowaakse minister van Buitenlandse Zaken, verklaarde de avond van de 29ste september tegenover de ambassadeurs van de Westelijke mogendheden:

"Ik weet niet of Uw landen voordeel zullen hebben van het in München genomen besluit. In ieder geval zijn wij niet de laat- sten. Na ons zullen anderen door hetzelfde lot getroffen worden."

(Documenten, deel 1, pag.318).

Hij had gelijk, Chamberlain keerde naar Londen terug als vredesengel en verzekerde dat de vrede voor generaties gered was. Op 1 oktober 390

(9)

trokken de Hitler-troepen Tsjechoslowakije binnen, bezetten meteen enkele der door Frankrijk en Engeland "gegarandeerde" Tsjechoslo- waakse gebieden en . . . in maart 1939 volgde de volledige bezetting van de republiek!

Een der hoofdargumenten van Hitier bij het afdwingen van de schan- delijke overeenkomst van München was zijn mededeling, dat Tsjecho- slowakije "een voorpost van het bolsjewisme" was. Als bewijs gold het verdrag voor wederzijde hulp, dat tussen beide landen bestond. Voor de twee Westelijke regeringsleiders was deze verklaring duidelijker. Hitier gaf hen te verstaan, dat hij zijn "historische missie" als gendarme van Europa tegen de Sowjet-Unie trouw zou blijven. Terwijl de vertegen- woordigers van het Britse en Franse imperialisme aldus Tsjechoslowa- kije terwille van de heilige alliantie tegen de Sowjet-Unie opofferden -en wij herhalen: dit was de kern van de overeenkomst van München -heeft de geschiedenis bewezen, dat hun hoop vergeefs is geweest.

Het verraad van München was te brutaler, waar zowel Engeland als Frankrijk van de trouw der Sowjet-Unie aan haar verplichtingen op de hoogte waren. Nog begin september 1938 had de Sowjet-regering in antwoord op de Franse vraag, wat zij zou doen in geval Tsjechoslowa- kije door Hitier overvallen zou worden geantwoord met het voorstel om de vertegenwoordigers van de Sowjet-Unie, Engeland en Frankrijk onverwijld bijeen te laten komen en een verklaring te publiceren waar- in Tsjechoslowakije ingeval van een niet-geprovoceerde aanval door Duitsland de hulp der drie landen werd verzekerd. Zij stelde tevens voor de zaak bij de Volkenbond aanhangig te maken en onmiddellijk militaire besprekingen der drie landen te beginnen. Midden september liet de Sowjet-Unie Praag nog eens weten, dat zij vast besloten haar verplichtingen op grond van het verdrag van wederzijdse bijstand na zou komen, indien ook Frankrijk dit deed, zoals in dat verdrag was voor- zien. Zelfs na het verraad van München en toen de Sowjet-Unie door de capitulatie van Praag van haar verdragsverplichtingen ontslagen was, verklaarde zij Tsjechoslowakije te willen helpen, indien zij dit wenste en de vertegenwoordiger van de Amerikaanse regering in Moskou, Kerk, deelde zij mede, dat zij alsnog voor de bijeenroeping van een internationale conferentie tot het beramen van collectieve bijstand aan Tsjechoslowakije was. München haalde een streep door deze inspan·

ningen, de wereldoorlog rukte naderbij, maar hij kreeg een ander ver- loop dan Londen en Parijs na hun verraad van München hadden ge- hoopt.

V

an groot belang voor onze lezers is de positie, die de C.P.N in de

*

critieke dagen na München heeft ingenomen. Bij de beoordeling van haar standpunt, dient men te bedenken, dat zij toen niet op de hoogte kon zijn van de geheime achtergronden, dat zij geen kennis droeg van de serie geheime besprekingen, die de "heilige Alliantie" van Mün- chen hebben voorbereid.

In een serie artikelen op 13, 14 en 15 oktober 1938, zette het Dagelijks Bestuur van de C.P.N. haar opvattingen uiteen. Het verklaarde o.m., dat

"Chamberlain en Daladier de egoïstische klassebelangen van

(10)

het groot-kapitaal boven de werkelijke nationale belangen der volkeren hebben gesteld· Zij hebben, geholpen door de reactio- naire elementen in Tsjechoslowakije, de weerstand gebroken, de vrede verraden, Hitier gered en versterkt."

Het schreef verder:

"Litwinof heeft duidelijk verklaard, dat de Sowjet-Unie niet alleen bereid was zijn verplichtingen na te komen, samen met Frankrijk, doch tevens bereid stond, ':fsjechoslowakije te steunen, indien het door Frankrijk in de steek zou worden gelaten en de Tsjechoslowaakse regering een beroep op de Sowjet-Unie zou doen. Deze regering heeft dit echter niet gedaan. Benesj en de reactionaire groepen in Tsjechoslowakije, vooral uit de Agra- rische Partij, gaven echter tenslotte de voorkeur aan de druk van Daladier en Chamberlain zich aan Hitier te onderwerpen."

Ook verklaarde de leiding van de C.P.N.: "Een directe hulp voor de oorlogspolitiek van het Duitse fascisme vormde ook het optreden der z.g. Oslo-staten, met Nederland erbij en vooraan. Op het ogenblik dat Tsjechoslowakije, - een staat die lid is van de Volkenbond - met de oorlog bedreigd werd, maakte Nederland zich los van de collectieve veiligheid, zonder welke ook Nederland niet veilig kan zijn. Onder de oorlogsdreiging van Duitsland bukte ook de Nederlandse regering, deed afstand van elke volkenbandsverplichting en verklaarde zich daarmee praktisch bereid nazi-Duitsland in een eventueel nieuwe oorlog als dek- king naar het westen en als voorraadschuur te dienen. Deze politiek, door de Colijn-regering "zelfstandigheidspolitiek" genoemd, is in werkelijk- heid een politiek waardoor de zelfstandigheid van Nederland wordt prijsgegeven en de onderworpenheid aan nazi-Duitsland wordt voorbe- reid.

Het is duidelijk, dat een dergelijke politiek Nederland niet buiten een eventueel oorlogsconflict kan houden, doch het juist in toenemende mate daaraan blootstelt."

Aldus schreef het Dagelijks bestuur van de CPN in oktober 1938.

Geleid door de principes van het marxisme-leninisme, kwam het tot een analyse van de gevaarlijke toestand in de bewogen München-dagen, waarvan elk woord zijn betekenis heeft behouden.

Zijn oproep tot eenheid werd in de wind geslagen. Integendeel, de leiding van de SDAP versterkte haar vijandige houding jegens de communisten, terwijl ditzelfde anti-communisme haar verhinderde de ware betekenis van München te zien. Haar anti-communisme bracht haar in feite aan de zijde van de München-politici.

*

D

e kennis van de voorgeschiedenis van de tweede wereldoorlog is onmisbaar voor een beter begrip van de politiek van het Westen tijdens en na deze oorlog en München is een van de belangrijkste episo- des in de voorbereiding van die oorlog.

Wanneer men thans de koers van de Amerikaanse/Engelse of de Westduitse na-oorlogse regeringen bekijkt, dan blijkt direct het ver- band met de politiek van toen. Het "leitmotiv" van alle imperialisten 392

(11)

'

voor en na de tweede wereldoorlog was en is de "heilige alliantie" te- gen de Sowjet-Unie. Alleen de argumenten wisselen nog eens: twintig jaar geleden waren het de "vrije liefde" en bolsjewistisch kannibalisme, maar de "vrijheid" in het algemeen is nog altijd goed genoeg om de kruistocht naar het Oosten te verdedigen.

De meest onverzoenlijke predikers van de anti-bolsjewistische kruis- tocht hebben het München van 1938 georganiseerd.

De meest onverzoenlijke vijanden van de Sowjet-Unie twintig jaar later zijn even hardnekkig in de verdediging van de agressieve daden van het imperialisme als toen. Voor Hitier waren de annexatie van Oostenrijk of de brutale overweldiging van Tsjechoslowakije heilige daden tot redding der mensheid van het communisme.

Thans zeggen de Amerikanen en hun napraters, dat de bezetting van Jordanië en Libanon of hun steun aan Tsjiang Kai-sjek hetzelfde scho- ne doel dient.

De "verzoeners" van toen zijn de verzoeners van nu, de lieden die de agressie van het imperialisme altijd goedpraten.

De tegenstanders van München, zij die München fel bestreden hebben - de communisten - staan ook nu vooraan in de strijd tegen het im- perialisme.

Maar daarmee houden ook de vergelijkingen op. Want het funda- mentele verschil tussen 1938 en 1958 was, dat de socialistische beweging met de Sowjet-Unie aan het hoofd toen nog niet sterk genoeg was om München te verhinderen. Thans is de Sowjet-Unie niet alleen veel ster- ker als toen, maar zij heeft ook machtige bondgenoten en goede vrien- den in de gehele wereld. De nazi-tocht naar Praag kon zij in 1938 niet verhinderen.

Haar optreden in 1956 dwong echter Engeland en Frankrijk af te zien van hun tocht naar Caïro en tezelfdertijd werd de Hongaarse con- tra-revolutie van Amerikaanse en Duitse makelij neergeslagen. Een jaar later verijdelde het optreden van de S<:Jwjet-Unie Amerikaanse interventie in Syrië. Thans leidt zij de internationale actie tegen de Brits-Amerikaanse plannen in het Nabije Oosten.

De les van München is, dat men de agressoren in de kaart speelt en het oorlogsgevaar vergroot, wanneer men aan hun eisen toegeeft.

De les van München is echter ook, dat de politiek van het anti-com- munisme er slechts toe dient de agressieve politiek der imperialisten te verontschuldigen. Tsjechoslowakije werd in naam van het heilige anti- communisme aangevallen, zoals de Amerikaanse bommenwerpers thans onder hetzelfde voorwendsel in Libanon landden. Maar een nieuw München is niet meer mogelijk. Dat is het gevolg van de veranderde krachtsverhoudingen in de wereld·

F. BARUCH.

(12)

KOLONIALE REKENING IN BAGDAD VEREFFEND

R

uim een jaar nadat in Amerika met het gebruikelijke imperialistische tam-tam de zogenaamde Eisenhower-doctrine werd afgekondigd met als voornaamste doel de invloed van Washington en Wall Streel in het Midden-Oosten verder uit te breiden, is andermaal duidelijk ko·

men vast te staan, dat het streven naar onafhankelijkheid en vooruit·

gang van een onderdrukt volk sterker is dan welke koloniale leer ook.

De recente gebeurtenissen in Irak, als gevolg waarvan een corrupte, op feodale leest geschoeide dictatoriale macht binnen het tijdsverloop van enkele uren werd omvergeworpen en vervangen door een op de volkswil steunende republikeinse regering, betekende het zoveelste fiasco van de agressieve Amerikaanse politiek en een nieuwe slag voor het afgeleefde koloniale stelsel. In het diepste geheim uitgewerkte plan·

nen om Irak, de "sterke kern" van het beruchte Bagdad-pact, te ge- bruiken ter onderdrukking van de in omvang en kracht toenemende nationale bevrijdingsbeweging onder de Arabische volkeren- plannen waarop Washington kennelijk alle hoop had gebaseerd - zijn door de jongste ontwikkeling als het spreekwoordelijke kaartenhuis ineen ge- stort.

De heren in Washingion geraakten in paniek. Weinige uren nadat de Iraakse revolutie zich op zulk een succesvolle wijze had voltrokken, zette Eisenhower de Amerikaanse oorlogsmachine in beweging. De Zesde Vloot, het maritieme chantagemiddel om de volkeren in het Midden-Oosten ontzag in te boezemen, verliet de havens langs de Middellandse Zee om de steven te richten naar één van Iraks buur·

landen: Libanon. Eenheden van de USA-luchtmacht werden in allerijl van West-Duitsland naar Turkije overgebracht. Met de atoomwapens waarover zij beschikken, werden ze op de luchtbasis Adana. gestatio- neerd, op slechts korte afstand van de Turks-Syrische grens. Alle teke·

nen wezen er op, dat de Verenigde Staten klaar stonden een oorlog te ontketenen om hun imperialistische belangen te redden. Dat het hier vooral oliebelangen betrof, is een feit, dat zelfs de met Washington ver·

knochte bladen moeten toegeven.

Olie-belangen

De Amerikaanse oliebelangen in het Midden-Oosten zijn sinds de oorlog razend snel in omvang toegenomen. Kon men voorheen zeggen, dat het Engelse oliekapitaal oppermachtig was in het gebied tussen de Rode Zee en de Perzische Golf - mede dank zij de politiek van Winston Churchill, die in de twintiger jaren de Engelse minister van koloniën was- thans is zulks beslist niet het geval·

Het Engelse blad "Times" meldde onlangs, dat het Engelse aandeel 394

(13)

t

in de totale olieproductie van het Midden-Oosten tot circa dertig pro- cent is teruggelopen. De Amerikanen daarentegen hebben kans gezien hUn aandeel in de olieproductie van dit gebied op te voeren tot liefst 53 procent. Volgens andere bronnen hebben zij thans in de olie-industrie van het Midden-Oosten ruim 5 miljard gulden geïnvesteerd.

Dank zij deze overheersende positie vloeit er een onophoudelijke dollarstroom van de hete woestijngronden in landen als Iran en Saoedi- Arabië naar de brandkasten aan de overzijde van de Atlantische Oceaan.

Daarvoor staan onder meer borg: de ARAMCO, de National Iranian Oil Company en de Iraq Petroleum Company.

Een overzicht van de Westerse "bezittingen" in het Midden-Oosten geeft het volgende beeld:

verdeling van aandelen

prod. '57 maatschappij USA Eng. Eng. Ned. Frans milj. ton Iraq Petroleum Co. 23.75 23.75 23.75 23·75 21.5 National Iranian Oil Co. 40 40 14 6 349

Aramco 100 48.1

Kuwait Oil Co. 50 50 56.4

Quatar Petroleum Co. 23.75 23.75 23.75 23.75 6.5

Bahrein Oil Co. 100 1.6

Het Engelse blad "World News" heeft de winsten der gezamenlijke oliemaatschappijen in het Midden Oosten voor de periode van 1945 tot 1954 geraamd op een totaal van 20 miljard .gulden. Alleen al de Iraakse Petroleum Mij. boekte in 1955 een winst van 800 miljoen gulden. Sinds- dien zijn de winsten van deze onderneming enigszins verminderd als gevolg van de Suez-crisis, doch dit jaar verwachten de aandeelhouders, dat de periode van "vette jaren" weer is aangebroken en ze het bedrag van 1955 in de wacht kunnen slepen.

Deze gelegaliseerde beroving van het Arabische Oosten door het weg pompen van zijn zwarte bodemschatten berust op contracten, die de roofridders van het oliekapitaal oplegden aan de feodale machtheb~ers,

waarbij deze uiteraard iets konden meepikken van de goed gevulde ruif der miljoenenmaatschappijen. De volken van de Arabische landen werd uiteraard niet naar hun mening gevraagd, hetgeen niet wegneemt dat de Westerse maatschappijen het doen voorkomen alsof ze volledig gerechtigd zijn de natuurlijke rijkdommen van de betrokken landen in dividend voor hun aandeelhouders om te zetten. Hoe brutaal ze daarbij te werk gaan, blijkt bijvoorbeeld in het geval van Irak, waar de olie- magnaten hun concessies tot het jaar 2000 "contractueel" hebben vast- gelegd· De Aramco, waarvan de activiteit in hoofdzaak op Saoedi- Arabië is geconcentreerd, heeft een concessie afgedwongen, die eerst in het jaar 2005 afloopt. Koeweit, waar de Amerikaanse Gulf Oil en de Engelse maatschappij Britisch Petroleum opereren op een basis van ieder-de-helft, spant evenwel de kroon wat de duur der concessies betreft. Daar wordt 2026 in de contracten genoemd als het jaar waarop de exploitatie-vergunning afloopt ...

395

''

(14)

a

Zij beheersen de Amerikaanse politiek tegens het Midden Oosten en Rockefeller en de Eisenhower-doctrine

Niet minder dan veertien Amerikaanse oliemaatschappijen opereren in het Midden Oosten. De voornaamste daarvan zijn de Standard Oil of New Jersey, de Standard Oil of California, de Gulf Oil, de Texas Oil en Socony Mobil. Dezen "reuzen" in de internationale oliewereld zijn als het ware kinderen van één vader en kunnen uit hoofde daarvan aan- spraak maken op dezelfde familienaam: Rockefeller.

Zij beheersen de Amerikaanse politiek jegens het Midden Oosten en zijn in feite de voornaamste gangmakers van het brutale optreden der Amerikaanse militaristen in dit gebied. Het is in dit verband van belang te weten, dat de zogenaamde Eisenhower-doctrine geen product is van het Amerikaanse ministerie van buitenlandse zaken of van de generaal zelf, doch ontworpen werd door de big bosses van de Standard Oil of New Jersey. De Amerikaanse senator Kefauver legde hierop destijds de vinger, toen de Eisenhower-doctrine in de Amerikaanse Senaat werd besproken. Kefauver, die overigens een even grote vijand is van het zelfbeschikkingsrecht der koloniale en half-koloniale landen en in anti-communisme beslist niet voor andere reactionaire scherpslijpers onderdoet, toonde bij die gelegenheid aan, dat de nieuwe leer tot doel had de Arabische landen in te prenten om nimmer over te gaan tot het nationaliseren van olieconcessies, die zich in handen bevinden van Amerikaanse ondernemingen en dat voor het geval de Arabische landen zich daaraan niet zouden houden een gewapende interventie het ant- woord zou zijn.

De senator deed nog een andere openhartige uitspraak, die tekenend is voor de situatie in de Verenigde Staten. Hij zei: "De afgelopen vijf jaar heeft dit land alles gedaan, wat door de grote oliemaatschappijen werd verlangd".

In overeenstemming hiermee werd de Eisenhower-leer, merk Rocke- feller, tot de opperste wijsheid van de Amerikaanse regering verheven.

Maar de listig geformuleerde politiek welks koloniaal karakter men door allerlei fraaie termen en het gebruikelijke anti-communisme wilde verdoezelen, heeft de ontwerpers weinig geholpen.

Het Arabische onafhankelijkheidsstreven, dat voorheen maar al te vaak door de imperialistische mogendheden als een speelbal werd ge- bruikt om de landen in het Midden-Oosten verdeeld te houden, groeide in de loop der jaren tot een zich tegen het imperialisme kerende macht·

De kracht van deze beweging toonde zich in de bewogen dagen van 1956, toen de Egyptische regering overging tot de gerechtvaardigde nationalisatie van het Suez-kanaal: een maatregel, die door de regerin- gen van Israel, Engeland en Frankrijk werd beantwoord met een agres- sie-oorlog van het zuiverste koloniale water. Vijf Arabische landen kozen toen openlijk de zijde van Egypte en verbraken de diplomatieke betrekkingen met Engeland en Frankrijk. In Syrië, Saoedi-Arabië, Koeweit, ja zelfs in het Britse protectoraat Lybië hadden massale volks- acties plaats ter ondersteuning van de Egyptische republiek. Zij waren het zichtbare bewijs van de groeiende Arabische bewustwording en het streven naar onafhankelijkheid.

Zoals bekend leden de imperialistische krachten een nederlaag. Het

(15)

dreigende gevaar van een wereldoorlog, waarmee de mensheid door het toedoen der Westerse mogendheden werd geconfronteerd, kon bezwo- ren worden vooral dank zij het resolute optreden van de Sowjet-Unie.

De imperialistische kliek werd de pas afgesneden.

Na de mislukking van het Suez-avontuur werd de Eisenhower-doc- trine geboren. Het eerste land, dat met de Amerikaanse koloniale leer werd geconfronteerd was Jordanië. In April 1957 organiseerden de Amerikanen daar een staatsgreep om de groeiende toenadering tussen Egypte en Syrië enerzijds en Jordanië anderzijds tot staan te brengen en het land te verbinden met de ultra-reactionaire groeperingen in het Midden-Oosten, die zich in het broertje van de NATO, het Bagdad-pact, hadden georganiseerd.

Aanvankelijk juichte men in Washington over de in Jordanië be- haalde zege. Men had er zelfs ruim 60 miljoen dollar (ruim f 200 mil- joen) voor over om het wankele regiem van koning Hoessein te schra- gen. Nu zijn de stemmingen in de Verenigde Staten evenwel verdeeld.

Er wordt getwijfeld aan de waarde van de Eisenhower-doctrine als middel tot handhaving van koloniale uitbuiting. Van alle kanten wordt geroepen om een herziening van de Amerikaanse politiek jegens het Midden-Oosten. Deze ommekeer werd veroorzaakt door de ontwikkeling van de laatste twaalf maanden, waarin Foster Dulles en zijn broer Allan in de Arabische landen van de ene nederlaag naar de andere strompelden. De gebeurtenissen in Irak vormden als het ware een bekroning van de niet aflatende onafhankelijkheidsstrijd der Arabische volken· Zij brachten op spectaculaire wijze een slag toe aan het gewroet van Washington en verijdelden de duistere plannen van het Bagdad- pact; plannen, die in het Midden-Oosten een nieuwe oorlog dreigden te ontketenen.

Regeerders en: volk

De gebeurtenissen in Irak zijn niet los te zien van de situatie in een andere Arabische staat: Syrië. Immers juist het sein van Noeri es Saïd om Iraakse troepen in gereedheid te brengen voor een aanval op het Syrische buurland bracht hem ten val. In plaats van naar de Syrische grens op te trekken, richtten de legeronderdelen hun schreden naar Noeri's paleis en andere gebouwen in Bagdad om een einde te maken aan de heerschappij van een man, die lang voor de tweede wereldoorlog door de Engelse kolonialisten in het politieke zadel was geholpen maar sinds enige jaren zijn kaarten op Washington had gezet. Het Iraakse leger weigerde zich te laten misbruiken voor een Arabische broeder- oorlog, waarop de Syrische kruistocht van Noeri es Saïd zou zijn uit- gelopen.

De keurtroepen van het Bagdad-pact, zoals het Iraakse leger in Lon- den en Washington werd beschouwd, keerden zich tegen de kolonia- listen en diens handlangers in eigen land.

De Iraakse revolutie kwam voor het Westen volkomen onverwachts.

Zelfs de chef van alle Amerikaanse geheime agenten, Allan Dulles, wist

(16)

er niets van, hetgeen hem thans in Washington hoogst kwalijk wordt genomen.

Zowel in Amerika als in Engeland waande men de imperialistische belangen juist het beste beschermd door in Bagdad de zetel van het ge- lijknamige oorlogspact te vestigen. De keuze werd kennelijk niet al- leen bepaald door het feit, dat premier Noeri es Saïd gedurende meer dan dertig jaar zijn verknochtheid aan het internationale oliekapitaal had bewezen, doch was tevens gebaseerd op de veronderstelling dat deze het nationale politieke leven in het land - voor zover aanwezig - volkomen onder controle had. Immers politieke partijen bestonden er niet - althans niet legaal - ; oppositionele bladen was al sinds jaar en dag de mond gesnoerd en personen, die zich niet met de dictatuur van Noeri es Saïd wilden verenigen, vertoefden àf in de gevangenis, àf in ballingschap. Door de hoop te koesteren onder deze voorwaarden in staat te zijn Irak blijvend te kunnen overheersen, maakten de imperia- listen hun zoveelste misrekening.

De afrekening werd versneld door de wantoestanden die in Irak op elk gebied bestonden, alsmede door de koloniale uitbuiting waaraan het volk was onderworpen. Geheel volgens het bekende koloniale re- cept betaalden de gecombineerde oliemaatschappijen de Iraakse arbei- ders een hongerloon. Terwijl de Anglo-Amerikaanse trusts het land van de olie beroofden en daaraan miljarden verdienden, lieten zij de arbeiders die met dit werk werden belast naar huis gaan met lonen van f 15.-tot f 20.-per week. Deze situatie bestaat al jaren, niettegen- staande de kosten van het levensonderhoud zich voortdurend in on- gunstige zin hebben gewijzigd· Wat het laatste betreft zag de ontwik- keling er als volgt uit:

Kosten van levensonderhoud 1939 : 100

1955 : 480 1956 : 526

Er had een toenemende verarming van de bevolking plaats, die niet naliet haar invloed uit te oefenen op het algemene gezondheidspeil. Zo meldde de "Times" van 4 december 1956 een uitspraak van de Paki- staanse minister van volksgezondheid, Zahiroedin, die op een bijeen- komst van de sociale commissie van het Bagdad Pact t.a.v. Irak ver- klaarde: "Het aantal ondervoede mensen in dit gebied is gedurende de afgelopen jaren van 35 tot 56 procent der totale bevolking opgelopen.

De toename van tuberculose is er viermaal zo snel als in Europese landen".

Het beeld van Irak is hiermee ten lange na niet compleet. Gegevens over andere aspecten van het land geven eenzelfde beeld van ellende.

Van de mannelijke bevolking is 80 % analfabeet. Onder de vrouwen is het percentage zelfs 90 %. Er is één arts per 6000 inwoners; één tandarts per 500.000 inwoners; één verpleegster per 300.000 inwoners.

Voor de bevolking bestaat geen enkele sociale zekerheid. Bij ziekte of werkloosheid is men overgeleverd aan de diepste armoede. Elk stre- ven, hoe gering dan ook, om in deze toestand verandering te brengen, werd door de reactionaire feodale machthebbers van het slag Noeri es Saïd en koning Feisal met geweld de kop ingedrukt. Een vakbeweging

(17)

mocht in dit koloniale paradijs niet bestaan· Zij die niettemin probeer- den een arbeidersorganisatie te vormen, kwamen in de meeste geval- len in een van de vele overvolle gevangenissen van het land terecht.

Terwijl de bevolking ten prooi werd gegeven aan honger, ziekte en gebrek, verrijkte de kleine kliek machthebbers zich meer en, meer. Ko- ning Feisal, premier Noeri es Saïd en andere "regeerders", die tot de beste bondgenoten van de Westerse democratie werden gerekend, ver- zwolgen de kruimels welke het internationale oliekapitaal hen toe- schoof in de vorm van een deel der fabelachtige netto-winsten. Ook de 5 miljard gulden, in 1956 met veellawaai uitgetrokken voor zogenaamde ontwikkelingsplannen, kwam grotendeels bij de heersende kringen van Irak terecht. Feisal alleen alliet er zich een nieuw paleis van bouwen voor een bedrag van f 100 miljoen. Ten dienste van de volksgezondheid voor de 6 miljoen zielen tellende bevolking werd een zelfde bedrag gevoteerd ...

In deze bodem van sociale wantoestanden, politieke onderdrukking en terreur, rijpte het zaad van de nationale revolutie, waarvan de eerste fase zich inmiddels met succes voltrokken heeft tot grenzenloze woede van de koloniale heersers.

F1:lndamentele verandering

De gebeurtenissen van de laatste weken hebben overigens nog eens krachtig onderstreept welk een fundamentele verandering zich in de algemene wereldsituatie voltrokken heeft. Een dertigtal jaren geleden, toen zich in Irak een opstand tegen het toen nog officiële Engelse kolo- niale gezag voltrok, werden de revolutionairen met grof wapengeweld onderdrukt. Tienduizenden Irakezen werden daarbij door de Engelse koloniale troepen gedood. Nu, in 1958, was er andermaal sabelgekletter.

Zowel in het nabuurland Jordanië als in Turkije werden onder Ameri- kaans-Engelse leiding maatregelen getroffen voor een aanval op de revolutionaire regering van Bagdad. Voor Libanon brachten de Ameri- kanen hun Zesde Vloot in stelling, terwijl duizenden Amerikaanse mari- niers aan land gingen· Dit alles had plaats met het1 doel om, gedachtig aan de Eisenhower-doctrine, hard en onverbiddelijk toe te slaan op diegenen, die het gewaagd hadden bestaande koloniale banden te ver- breken. Maar wat de Engelsen twee jaar geleden nog waagden, nl·

samen met Frankrijk en Israel te proberen de nationalisatie van het Suezkanaaal door een veldtocht ongedaan te maken, gebeurde ditmaal niet. De imperialisten hebben geen schot op Irak durven lossen. In plaats daarvan hebben zij na lang talmen moeten besluiten tot de offi- ciële erkenning van het nieuwe bewind, hoeveel moeite hun dit ook kostte.

Uiteraard hadden zij het liefst de kanonnen laten spreken om hun gezag over Irak te handhaven. Doch een machtige hand verhinderde deze mogelijkheid. Een stroom van protesten volgde op het Anglo- ' Amerikaanse optreden in het Midden-Oosten. Uit alle werelddelen re- gende het berichten over massale anti-Amerikaanse en anti-Engelse betogingen. Legde dit reeds een enorm gewicht in de schaal, van nog

(18)

groter belang was het optreden van de regering van de Sowjet-Unie en de Chinese Volksrepubliek. Als eersten gingen zij onmiddellijk over tot het erkennen van de republikeinse regering van Irak. Zij handelden daarmede getrouw aan de leninistische beginselen betreffende het zelfbeschikkingsrecht der naties. Het voorbeeld van de U.S.S.R. en China werd gevolgd door de volksdemocratische landen in Oost-Europa en Azië, alsmede door een aantal neutrale staten, w.o. India·

Tezelfdertijd gaf de regering van de Sowjet-Unie duidelijk te ver- staan, dat zij onder geen voorwaarde een Amerikaans militair avon- tuur aan de zuidelijke grenzen van de U.S.S.R. kon toestaan.

Op diplomatiek gebied deed zij een reeks stappen met het doel de onmiddellijke terugtrekking van de Amerikaanse en Engelse troepen uit Libanon en Jordanië af te dwingen. De voorstellen van Chroestsjow tot het bijeen roepen van een speciale topconferentie tot regeling van de situatie in het Midden-Oosten doorkruisten de Amerikaanse~Engelse

militaire plannen inzake een gewapende overval op Irak.

Dat de Amerikaanse politici een dergelijke overval in de zin hadden en het uitbreken van een wereldoorlog daarbij riskeerden, is geen geheim.

Bladen in de Verenigde Staten schreven er in alle openlijkheid over.

"Turkije en Israel kunnen korte metten maken met Syrië, Egypte en Irak en de rest van Nasser's empire", schreef de U.S. New and World Report van 25 juli jl., waaraan het blad toevoegde, dat "een omvang- rijke militaire actie vanuit Jordanië practische problemen opleverde".

Het optreden van de Sowjet-Unie had tot resultaat, dat de Westelijke mogendheden hun oorlogsplannen voorlopig nog niet verder hebben laten gaan dan tot de goed verzegelde geheime instructies aan admi- raal Holloway, opperbevelhebber van de Amerikaanse land-, vloot en luchtstrijdkrachten in het Midden-Oosten. In -plaats van deze plannen ongestoord uit te kunnen voeren, werden de Westelijke mogendheden als het ware gedagvaard voor het wereldforum der Verenigde Naties die op verzoek van de regering der U.S.S.R. in een speciale zitting hijeen zijn gekomen om de Amerikaans-Engelse interventie te bespre·

ken.

Uiteraard zullen Washington en Londen alles op alles zetten om een veroordeling van hun politiek door dit hoge college te voorkomen. Zij zullen daarbij uiteraard kunnen rekenen op een aantal delegaties van regeringen, die een militair en politiek bondgenootschap met de USA hebben gesloten. Of deze steun evenwel voldoende zal blijken te zijn, valt te betwijfelen gezien de geïsoleerde positie waarin de grootste im·

perialistisèhe machten van deze tijd zich bevinden als resultaat van hun tegen de koloniale en half-koloniale volkeren gerichte agressieve politiek.

Den: Haag achteraan

Wanneer wij op deze plaats nog enige beschouwingen wijden aan de houding van de Nederlandse regering op dit gebied, dan zou volstaan kunnen worden met vast te stellen, dat het kabinet Drees-Luns als laatste Westeuropees land kennis gaf van zijn besluit het nieuwe !raak- 400

(19)

se gezag te erkennen. Trouw wachtte men op het departement van bui- tenlandse zaken te Den Haag af wat Washington zou doen en op het ogenblik, dat J ohn Foster Dulles en de zijnen hun koersverandering jegens de Iraakse republiek bek~nd maakten, werd in Den Haag eerst het sein gegeven tot het voorbereiden van de formele stappen daartoe.

Het tempo verschilde nogal met dat, waarmee minister Luns bereid was commentaar te leveren op de Amerikaanse troepen-landingen in Libanon. A la minute betuigde hij met deze agressiedaad zijn volle instemming, slechts met moeite zijn spijt onderdrukkende dat niet eerder gewapenderhand in het Midden-Oosten was opgetreden. De oude koloniale geest die nog steeds rondwaart in de omgeving van het Bin- nenhof, liet zich ook nu weer gelden.

Typerend voor de politieke verhoudingen in ons land was de weige- ring van de Eerste Kamer aan de Communistische SenatorSeegers ver- lof te geven om de regering vragen te stellen met betrekking tot de toestand in het Midden-Oosten. De vertegenwoordigers van de politie- ke partijen, waarbij zich ook die van de P.v.d.A. bevonden, gaven daar- mee een nieuw bewijs van de voosheid van de door hen zo hoog ge- roemde parlementaire democratie. Zij gaven de regering gelegenheid te zwijgen over een kwestie, waarmee in al zijn consequenties ook de belangen van de Nederlandse bevolking zijn gemoeid.

TON VAN STRALEN

(20)

Contra-revolutie en reikten elkaar

revisionisme

de hand

E

R was heel wat voorbereidend werk verzet, voordat in oktober en november 1956 het volksdemocratische Hongarije het doelwit werd van de internationale reactie.

Deze voorbereidingen lagen op een reeks van gebieden.

De leidende kringen in het Westen hadden voor wapens en mensen gezorgd.

Ballonnen en radiozenders verspreidden valse berichten onder het volk.

Officieren van Horthy scharrelden hun vroegere oppassers uit de kampen van Van Reuven-Goedhart op en lieten hen hun uniformen oppersen.

De aluminiumkoningen verdeelden alvast de huid van de Hongaarse bauxietbeer, nog voordat hij was geschoten.

Horthy-officieren, spionnen, magnaten en diplomaten, heel de kliek van fascistische en met het fascisme collaborerende verdedigers van het kapitalisme trok ten aanval.

Deze aanval had nimmer in deze omvang kunnen worden onderno·

men, laat staan de zwarte terreur de kans zou hebben gehad om een aantal dagen in Hongarije huis te houden, als de contra-revolutie niet de helpende hand van het revisionisme had gehad.

"Herziening'' van de theorie van de staat Waaruit bestond die helpende hand?

Uit het streven van Nagy en zijn aanhangers om de volksdemocrati- sche staat van zijn kracht te beroven langs de weg van het "herzien"

van de opvattingen van het marxisme-leninisme over de staat.

Met Nagy trokken ook Tito in Joegoslavië en een aantal figuren in de Poolse arbeidersbeweging van leer tegen de lessen van het marxis- me-leninisme over de staat.

Het vraagstuk van de staat was uiteraard niet het enige, dat hun be- langstelling genoot. Het revisionisme richt zich tegen de grondslagen van de communistische beweging en zijn "herzieningspogingen" uiten zich in elk vraagstuk waarvoor de arbeidersbeweging zich geplaatst ziet.

Het is waarschijnlijk niet overdreven om de "stellingen" van Nagy, Tito en andere revisionisten over de staat - met die over de rol van de partij - als de bekroning, of liever gezegd als het dieptepunt van al hun aanvallen op het marxisme-leninisme te beschouwen.

Welke zijn de opvattingen van het marxisme-leninisme over de staat, die Tito, Nagy en andere revisionisten met grote ijver hebben willen

"herzien"?

Onze theorie leert, dat om het kapitalisme te overwinnen en het socialisme op te bouwen, niet volstaan kan worden met het onteigenen van de ondernemers. De opbouw van de nieuwe maatschappij verlangt méér. Zij moet beschermd worden tegen de pogingen van de van hun 402

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

KAPITALISTEN en imperialisten beschouwen alle onontwikkelde, onderontwikkelde en afhankelijke landen, territoria en stre- ken als belangrijke gebieden voor

met de olieraffinaderij van de Moskouse Economische Raad, met het Instituut voor Chemische Fysica en het Instituut voor Petro-che- mische Synthese, hebben onze

DE Janden van het socialistische wereldstelsel zijn hun opbouw begonnen met een verschillend peil van ontwikkeling van hun productieve krachten. In het wezen van

het levenspeil der arbeiders gekenschetst, waaraan wordt toege- voegd, dat het leidende principe van de regeringspolitiek der EEG- landen in de omstandigheden van

Als daarbij dan een regering als loondictator optreedt en het re- sultaat van het overleg tussen de twee partijen in het bedrijfsleven nietig verklaart, dan

Het tegendeel is waar: het groei-tempo der socialistische landen handhaaft zich - niettegenstaande tegenslagen als de natuurrampen in China - op het hoge peil der

1 ) Verhalen, romans, die zich met al of niet bestaande wetenschappelijke in)zichten en ontdekkir.gen bezighouden.. de eerste theorie werden de planeten gevormd

kantoren in Elizabethstad en Leopoldstad. Tels en Co's Handel- maatschappij in Leopoldstad, Stanleystad en Elizabethstad. Genoemde ondernemingen hebben hun activiteiten