• No results found

Vraag nr. 78 van 28 maart 2002 van mevrouw ANN DE MARTELAER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 78 van 28 maart 2002 van mevrouw ANN DE MARTELAER"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 78 van 28 maart 2002

van mevrouw ANN DE MARTELAER Honing – Promotie

Uit een recent onderzoek van Te s t-Aankoop blijkt dat in de meeste ingevoerde honing sporen van an-tibiotica zijn terug te vinden. De aanwezigheid van residu's antibiotica is niet schadelijk voor de consu-m e n t , consu-maar heeft wel invloed op de doeltreffend-heid van de antibiotica in de strijd tegen een aantal ernstige besmettelijke ziekten.

Gebruik van antibiotica in honing heeft een puur economisch motief : koninginnen meer eitjes laten l e g g e n . . . Anderzijds wordt honing door de consu-ment beschouwd als een natuurproduct, dat zelfs in apotheken wordt verkocht en frequent door kinde-ren en andere kwetsbare groepen wordt geconsu-meerd.

Volgens de Europese wetgeving (EEG-v e r o r d e-ning 2377/90, zoals gewijzigd) is het gebruik van antibiotica in de bijenteelt niet toegestaan.

Producten van onze eigen imkers blijken wel zui-ver te zijn. Vlaamse imkers kunnen evenwel geen biolabel krijgen, omdat er geen plek meer te vin-den is binnen een straal van drie kilometer waar al-leen maar natuurlijke vegetatie voorkomt.

Ook het Federaal Agentschap voor de Ve i l i g h e i d van de Voedselketen heeft een advies gegeven (2001/11) en een actieplan uitgewerkt m.b. t . de an-tibioticaresiduen.

Worden er initiatieven genomen om onze V l a a m s e h o n i n g, die zuiver is in tegenstelling tot ingevoerde honing maar geen biolabel kan krijgen, naar de consument beter te promoten ?

Antwoord

Tot op heden heeft het VLAM nog geen initiatie-ven genomen voor de promotie van honing (VLAM : Vlaams Promotiecentrum voor Agro- en Visserijmarketing – red.).

VLAM is een door de Vlaamse overheid erkende VZW die ter beschikking staat van de V l a a m s e l a n d b o u w, tuinbouw en visserij voor de promotie van hun producten.

Representatieve organisaties uit de landbouw-, tuinbouw- en visserijsectoren kunnen lid worden

van VLAM en vragen om de generieke promotie voor de producten van hun respectieve sectoren te organiseren.

Tevens geldt het principe van de autofinanciering – de sectoren moeten binnen VLAM zelf instaan voor de financiering van de promotie van de pro-ducten van hun sector via een systeem van ver-plichte bijdragen in sectorale promotiefondsen. Momenteel werkt VLAM volgens dit stramien voor de volgende sectoren :

– akkerbouwproducten (aardappelen – poot-goed – zaaizaden) ;

– fruit en groenten ; – sierteeltproducten ;

– rundvlees, kalfsvlees, schapen- en paardenvlees ; – varkensvlees ;

– pluimveevlees, vlees van kleinvee en eieren ; – zuivelproducten ;

– visserijproducten ; – brood ;

– hoeve-, streek- en bioproducten.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Natuurlijk kan er nog rendementsverlies zijn of nood aan extra begelei- ding (eigenlijk is dit ook begrepen onder rende- mentsverlies) – en ook dit zijn verantwoordings- gronden

Naast dit algemene uitgangspunt moeten nog twee aandachtspunten aangestipt worden. Er is vooreerst de klemtoon die gelegd wordt op me- thodiek- en productontwikkeling, waarbij

Ook werd de aantrekkelijkheid van de functie van maatschappelijk werker mijns inziens verbeterd door het sectoraal akkoord 2002 voor het perso- neel van de lokale sector, waarbij

In de samenwerkingsovereenkomst 2002 – 2004 tussen het Vlaams Gewest en de gemeenten en provincies wordt binnen de cluster "water" in een subsidie voorzien voor lokale

De Goede Haard Heverlee St.-Antoniuswijk Rotselaar Nieuwbouw 25 De Goede Haard Heverlee Heverlee, Matadi Leuven Vervangingsbouw 4 Projecten waarvoor op basis van voorontwerp

wijking ten gunste van een dakloze (toepassing van artikel 7, § 5 van het BVR van 20.10.2000 tot reglementering van het sociaal huurstelsel – aanvraag tot afwijking via

Sociale huisvesting – Verhoogde inkomensgrenzen Op basis van het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 2000 kunnen huisvestingsmaat- schappijen met een

2) het uitvoeren van specifieke analyses en meer beperkte onderzoeksopdrachten op basis van concrete beleidsvragen op korte termijn en/of het verder uitdiepen van