• No results found

Vraag nr. 78 van 6 februari 2004 van mevrouw ANN DE MARTELAER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 78 van 6 februari 2004 van mevrouw ANN DE MARTELAER"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 78

van 6 februari 2004

van mevrouw ANN DE MARTELAER Kenniscentrum voor wonen – Opzet

We vernamen dat de minister een kenniscentrum voor wonen heeft opgericht. Volgens de berichtge-ving zou het centrum een samenwerking van het studiebureau Mens en Ruimte en de universiteiten van Leuven, Gent en Delft zijn. De komende drie jaar zou de Vlaamse overheid een beroep doen op één onderzoeksteam dat over alle studies waakt. Een algemeen beeld schetsen van het woningaan-b o d , de kwaliteit van de woningen en de woningaan-behoeften van de Vlaming zou het doel van dit centrum zijn. 1. Hoeveel kandidaturen waren er ?

2. Welke waren de criteria om te kiezen voor dit consortium ?

3. Welke budgetten werden vastgelegd en hoeveel personeel is hiervoor gepland ?

4. Welke onderzoeksopdrachten werden specifiek uitgeschreven en wat is de timing ?

5. Krijgt dit kenniscentrum het monopolie op het vlak van studies, of worden er in de toekomst nog andere studies uitgeschreven ?

Antwoord

1. De openbare opening van offertes (08/12/2003) resulteerde in vier kandidaturen.

2. In eerste instantie werden de offertes vormelijk beoordeeld aan de hand van de kwalitatieve se-lectiecriteria zoals aangegeven in het bestek, zijnde de afgifte van noodzakelijke documenten (RSZ-attest/verklaring omtrent uitsluitingsge-vallen) en het aantonen van technische be-kwaamheid (studie- en beroepskwalificaties/lijst van relevante diensten).

In tweede instantie werden de offertes inhoude-lijk beoordeeld door een beoordelingscommis-s i e. De commibeoordelingscommis-sbeoordelingscommis-sie beoordelingscommis-stelde een eindrangbeoordelingscommis-schikking op na beoordeling en vergelijking van de offer-tes.

Hiervoor werden de gunningscriteria gebruikt zoals aangegeven in het bestek, met name (in dalende volgorde van belangrijkheid) :

1) kwaliteit van de aangeboden dienstverlening ; 2) kwaliteit van de wetenschappelijke

metho-diek ;

3) organisatie en beheersmatige aanpak ; 4) prijs.

3. Voor het uitvoeren van het globale onderzoeks-project werd een totaalbudget van 1.776.972,00 euro (inclusief BTW) vastgelegd.

In totaal worden voor de gehele duur van het project circa 19 VTE aan personeel uitgetrok-ken (VTE : voltijds equivalent – red.).

4. Het kenniscentrum dient in te staan voor : 1) het concipiëren, voorbereiden en uitvoeren

van grote en langlopende wetenschappelijke onderzoeksprojecten met betrekking tot twee verwante gebieden van het woonbeleid : – enerzijds een grondige analyse van het

woningbestand in V l a a n d e r e n , met inbe-grip van kenmerken zoals kwaliteit, l i g-g i n g-g, w a a r d e, t o e g-g a n k e l i j k h e i d , prijzen en betaalbaarheid, ...

– anderzijds een grondige analyse van de t e v r e d e n h e i d , noden en verwachtingen van de Vlamingen als woonconsumenten ; met andere woorden, hoe staan de bewo-ners tegenover hun huidige en toekomsti-ge situatie.

Op basis van de resultaten van het onder-zoekswerk naar het woningbestand en de woonconsument en de te verwachten evolu-ties op beide gebieden, dienen twee soorten geconsolideerde outputs te worden opge-steld :

– enerzijds een reeds basisindicatoren m.b.t. wonen in Vlaanderen ;

– anderzijds een raming van de te verwach-ten kwalitatieve en kwantitatieve woning-behoeften voor de toekomst.

(2)

De inhoud van deze onderzoeksopdrachten wordt op jaarbasis bepaald. Het aantal en de omvang ervan kunnen variëren van jaar tot j a a r. Gemiddeld zullen op jaarbasis ongeveer drie tot vijf opdrachten worden toegekend, met een typische doorlooptijd van zes maan-den of minder.

3) het ontsluiten en valoriseren van al deze in-formatie.

De looptijd van deze onderzoekopdracht is drie jaar (2004-2007).

5. Het kenniscentrum dient de meerjarige onder-zoeksopdracht "Ruimte voor Woonbeleid" uit te voeren. Deze opdracht werd via de procedure van algemene offertevraag gegund en Europees en nationaal bekendgemaakt.

Het kenniscentrum zal gedurende een periode van drie jaar dan ook instaan voor het uitvoeren van de bovenvermelde onderzoeksopdrachten m.b.t. woonbeleid.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De minister bevoegd voor het huisvestingsbeleid heeft in dertig gemeenten statistische sectoren er- kend als bijzonder gebied in het kader van het recht van voorkoop

De ovenuitbaters trachten de capaciteit van hun ovens maximaal te benutten : men zal er dan ook naar streven om energierijker afval (bv. u i t- gesorteerd bedrijfsafval) zodanig

In het kader van het lokaal waterbeheer voor- ziet de werktekst van het voorontwerp van ba- sisdecreet daarom in de mogelijkheid voor het Vlaams Gewest en voor de bevoegde

Het door Domus Flandria gevoerde onder- zoek naar de sociale woningen die aan niet-ge- rechtigde kopers werden verkocht, wees uit dat van de 43 koopwoningen (fase C) er negen wer-

Bij de start heeft men geopteerd voor een gefa- seerde invoering van het conformiteitsattest, d i t volgens de ouderdom van de woning.. Naast de wo- ningen die

met het gemeentebestuur de randvoorwaarden voor de herinrichting van de dorpskern – reke- ning houdende met de erfdienstbaarheden voort- vloeiende uit de bescherming –

Tot op heden heeft het VLAM nog geen initiatie- ven genomen voor de promotie van honing (VLAM : Vlaams Promotiecentrum voor Agro- en Visserijmarketing – red.).. VLAM is een

P e r s o- nen met een handicap ingeschreven in het V l a a m s Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap (VFSIPH) of personen die een tege- moetkoming ontvangen