• No results found

Een nieuw lied van een klagend jongman. Of tegenzang van het meisje als haar moeder · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Een nieuw lied van een klagend jongman. Of tegenzang van het meisje als haar moeder · dbnl"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

tegenzang van het meisje als haar moeder

bron

Een nieuw lied van een klagend jongman. Of tegenzang van het meisje als haar moeder. z.n., z.p.

ca. 1810

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_nie052nieu01_01/colofon.php

© 2013 dbnl

(2)

1

Een nieuw lied, van een klagend jongman of tegenzang van het meisje als haar moeder.

Op dezelfde wys.

1.

Van daag was ik net twintig Jaar, Dus in myn beste bloem van 't leven Koket van Kuif en à la Brutus Haar, En wat natuur nog meer kan geven Hoe klaagt gy dan om 't mingenot, Och neen, ik spreek uw doch wel nader, Ik klaag om dat ik was een zot,

Ik ben een jongman als myn Vader.

2.

Myn oudje trouwde met een Meid, Die was voorzien van ronde schyven Hy hield zich by zyn Wyf altyd, Dus kon hy ook het Heertje blyven Hy sprak nog maar gebroken Duitsch, Ik spreek Latyn en Fransch te gader, Ia zelfs nog Italiaansch incluis, Ik ben een Knaap meer dan myn Vader.

3.

Myn Beenen staan na de Cadans, Daar by heb ik twee frissche kuiten, Ik zing een Aria in 't Fransch Zoo kan de Nagtegaal niet fluiten.

'k Heb oogen zwart gelyk een git, En bakkebaarden vry wat zwaarder, 'k Ben een jongen als myn Vader.

4.

Ik draag op myn rug geen bult, Ik ben wel ruim zes voet gemeten, Myn Vest dat is niet opgevuld, Maar alles houd by my de breedte, Van top tot teen ben ik een man, Ik kan Meisjes streelen al te gader, En denk dat ik nog meerder kan, Ik ben een Iongen als myn Vader.

5.

Wel hoe kryg ik dan geene Vrouw, o Ia! dat zal ik u vertellen,

Want dit, dat is toch juist het naauw, Daer myn de Schoen 't meest komt kwellen, Ik [heb] 'er wel een stuk of vier,

Zy wegen vry als ik wat zwaarder, Maar zyn glad gelyk een mier, Ik ben een Iongen als myn Vader.

Een nieuw lied van een klagend jongman. Of tegenzang van het meisje als haar moeder

(3)

De tweede durft zig naauw vertonen, De derde kykt al pynlyk zuur, De vierde kan by niemand wonen, 'k Heb dag en nagt van haar geen rust, Zy roepen alle vier te gader,

Heb gy ons zoo gestreeld, gekust, Jy bent een Iongen als je Vader.

7.

Dat is het dat my dagelyks kwelt, Wel heb ik dan geen stof tot klagen, Zoo'n vier Matresjes zonder geld Die kunnen je toch drommels plagen Had ik er maar een uit gezogt,

In eer en deugd, van geld wat zwaarder, Ik had my niet te laay bedocht,

Ik was een Iongen als myn Vader.

(4)

2

Een nieuw lied,

Op een aangename wys.

1.

Ach! schoonste Rozette, Mijn dierbaar kind Komt schenkt mij een kusje.

Aan die uw bemind, Uw spreken, uw zingen,

Uw danzen zoo schoon, Ach! schoonste Godinne!

Schenk mij uw hart tot loon.

2.

ô Amon! wat grillen, Vervoeren uw zin, Denkt vrij op een ander,

Die uw beter mind,

Want ik ben nog jong van jaren, Wat stelt gij uw wel voor, Dat ik zoo onervaren,

Uw klagte geeft geen gehoor.

3.

Ach! schoonste Rozette, Gij bent niet meer zoo klein, Hoe kleinder dat Meisje,

Hoe liever zij zijn, Wat maken ons die groote;

Neen, het blijft in mijne lust, Hoe proper de Meisjes,

Hoe liever ik ze kus.

4.

Kom laat ons zamen wandelen, Verheugt met malkaar, Door boogaard in 't lommer,

De bloemen zijn daar, De schoonste van kleuren,

Die pluk ik er af, Om uw te vereeren,

Ja zelf tot in 't duister graf.

5.

Met een der zoo'n kleine, Ben ik thans vergenoegt, Dan bent gij alleenig,

Mijn uitverkoren goed, Kom zet uw naast mijn zijde,

En schenk mijn uw hand, Ach! schatje, vooral mijne,

Gij zijt mijn onderpand.

Een nieuw lied van een klagend jongman. Of tegenzang van het meisje als haar moeder

(5)

Ben ik wel te vree, Ik zal uw verzellen,

Waar ik zal gaan treen Ik schenk uw mijn hartje Ik vrees geen berouw, Voor eeuwig, eeuwig,

Blijf ik uw getrouw.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Naar de Kolonies heen, Wy gaan vol moed van wal, En als men weer komen zal, Zyn onze Schepen weer ryk gelaan.. Gaan wy, het zal

6 Ik was eerst van zints na kooy te gaan Maar ik kreeg nog trek om eens te rooken, Zaa Jonge geeft myn de pyp eens aan, Myn Heer die heb ik zoo gebrooken, Dogt ik het niet jou

Naar de Kolonies heen, Wy gaan vol moed van wal, En als men weer komen zal, Zyn onze Schepen weer ryk gelaan.. Gaan wy, het zal

Waar zyn nu al myn beste vrinden, Luistert eens wat dat ik u zeg, In myn nood zyn er geen te vinden, Ieder die loopt van myn hier weg, De mensch en spreekt zo zy zyn gezind Geen

Een jongman praat veel wonder zoet, Maar het is zomtyds daarom, Dat hy dan eerst zyn listval doet, En plukt de maagdeblom,. Want dat de maagd er na beklaagd, Men vint er hier als

Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar te zoeken... Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar

Want daar is geen troost meer over, Daar de liefde driftig vaart, 't Is een leeven zonder leeven, 't Is gestadig sterven pyn, Als twee herten zaamen kleeven, Moet het schyden

Want ik heb van Jantje Paf geproevd Soete lieve Meid die laat haar kussen Van bombe latie Peeperkoek3. Van bombe latie