• No results found

Tulpen voor Wilhelmina. De geschiedenis van de Engelandvaarders - Correcties behorend bij proefschrift Tulpen voor Wilhelmina

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Tulpen voor Wilhelmina. De geschiedenis van de Engelandvaarders - Correcties behorend bij proefschrift Tulpen voor Wilhelmina"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl)

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

Tulpen voor Wilhelmina. De geschiedenis van de Engelandvaarders

Dessing, A.M.F.

Publication date

2004

Link to publication

Citation for published version (APA):

Dessing, A. M. F. (2004). Tulpen voor Wilhelmina. De geschiedenis van de

Engelandvaarders. Uitgeverij Bert Bakker.

General rights

It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons).

Disclaimer/Complaints regulations

If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.

(2)

CORRECTIES Tulpen voor Wilhelmina

P.103-105:

M.b.t. de ontsnapping van de Katwijk 110 in augustus 1942, op touw gezet door J. de Mos, is de rol van schipper P. Grootveld (1888-1986) onjuist weergegeven.

Grootveld was geen lid of sympathisant van de NSB, noch was hij pro-Duits. Hij wist niet, dat zijn schip, de Katwijk 110, voor Duitse spionagedoeleinden gebruikt werd. Na aankomst van de Katwijk 110 in Engeland, werd Grootveld, verdacht van hulpverlening aan de vijand, geïnterneerd op het eiland Man. Na afloop van de oorlog in mei 1945 werd hij op 2 juli 1945 naar Nederland overgebracht. Hier verbleef hij in voorlopige hechtenis in het Huis van Bewaring in Scheveningen, later in dat van Amsterdam. Het gerechtelijk vooronderzoek in het kader van de Bijzondere Rechtpleging, bestaand uit bestudering van het dossier en opnieuw horen van enige getuigen, wees uit dat de verdenking ‘hulpverlening aan de vijand’ (overtreding art.102 WvSr) ongegrond was. Bij akte van 27 april 1946 werd Grootveld in vrijheid gesteld. Enige maanden later (20 augustus 1946) volgde ‘onvoorwaardelijke buitenvervolgingstelling’ omdat ‘de tegen betrokkene gerezen verdenking ongegrond is gebleken’.

Begin jaren ’50 ontving Grootveld een schadeloosstelling wegens ten onrechte ondergane voorlopige hechtenis over het tijdvak 2 juli 1945-27 april 1946 (de regeling voorzag niet in vergoeding wegens ten onrechte

geïnterneerd zijn in het buitenland). Tenslotte werd hem in 1949 het Mobilisatie-Oorlogskruis toegekend (i.v.m. zijn vrijwillige dienstneming bij de Vaartuigendienst vanaf de Mobilisatie).

Bronnen:

Acte van invrijheidstelling No.A554 d.d. 26-4-1946

Beslissing betreffende onvoorwaardelijke buitenvervolgingstelling No.A554 G d.d.20-8-1946 Machtiging No.2055 d.d. 23-5-1949 tot het dragen van het Mobilisatie-Oorlogskruis. P.107:

Schipper Kees Koole bracht de bootjes niet naar het Haringvliet, maar tot aan het Brielsche Gat en vandaar gingen zij zelfstandig verder.

Telefonische aanvulling door de heer H. Baxmeier d.d. 11-1-2005

P.269: De sterfdatum van Engelandvaarder/geheim agent Jan de Bloois is niet oudejaarsdag 1944, maar 30 december 1944.

Bron:

Brief van Mw. Drs. N.C. Caspers te Den Haag, d.d. 1-2-2005.

Overlijdensakte J. de Bloois opgemaakt 4-1-1945 in de gemeente Langbroek. P.321-322:

Armand Maassen diende na aankomst in Engeland bij de Koninklijke Marine en werd als matroos 1e klasse zeemilicien ingeschakeld bij het in een rubberboot afzetten van agenten van de Groep Hazelhoff Roelfzema aan de Nederlandse kust. Op 12 maart 1942 kon Maassen door de sterke branding niet terugkeren naar de wachtende MTB, waardoor hij onbedoeld achterbleef op het strand van Katwijk. Hij werd de volgende dag door verraad gearresteerd en overleed op 13 februari 1943 in kamp Vught.

(3)

Volgens L. de Jong (Het Koninkrijk, dl.5, p.928-931 e.v.) zou Maassen na zijn arrestatie zijn ‘doorgeslagen’, waardoor de Groep Hazelhoff Roelfzema de activiteiten in Katwijk moest staken. Ir. P.J. de Lint uit Wassenaar heeft aangetoond dat hiervan absoluut geen sprake was. Zie rectificatie in het Register op de wetenschappelijke editie van L. de Jong, Het Koninkrijk…., Den Haag, 1994, p.390-393. Zie ook van P.J. de Lint het artikel ‘De strijd voor de rehabilitatie van Armand Maassen’ in Trouw, d.d. 9/11/1991.

P.367:

NFR/VVN staat voor: Nationale (en niet: Nederlandse) Federatieve Raad van het Voormalig Verzet Nederland.

P. 421:

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Afspraken die voor één divisie onmiddellijk uitvoerbaar worden geacht, kunnen worden gerealiseerd zonder dat onmiddellijk de lijn naar andere activiteiten waarop

Een eerste benadering van het probleem van hete­ rogeniteit was dat — ofschoon de vereniging vol­ gens haar statuten alle industriële werkgevers in het hele land wilde

Naar aanleiding van resultaten van vergelijkend onderzoek in Vlaamse en Nederlandse ziekenhuizen in de periode 1976-1980 proberen wij de vraag te beantwoorden of er in

Ook al wordt in deze sector de negatieve relatie tussen OR- werk en promotiekansen voor een deel minder sterk gevoeld dan in de andere branches, toch zal men de

Hoewel het in aanzet de bedoeling was een vergelijking te trekken tussen een groep be­ drijven mèt en een groep bedrijven zonder kleine OR, bleek er een derde

Het zoekgedrag van langdurig werklozen naar een baan en het zoekgedrag van de overheid naar een oplossing voor de te geringe beschikbaarheid van een baan gaan nog

Occupational winners & losers 1981-1985 In deze paragraaf zal achtereenvolgens worden in­ gegaan op de absoluut en procentueel gezien meest gegroeide beroepsklassen en

Via multivariaat- analyse kon uitsluitend een verband vastgesteld worden tussen het gemiddeld aantal door de on­ dernemingen gebruikte rekruteringskanalen en het