• No results found

OP ZOEK NAAR HET ONGEWONE IN HET DAGELIJKS LEVEN

4. IMMERSION JOURNALISM

4.1 Inhoudelijk engagement: onderwerpen in de teksten van Jelle Brandt Corstius

4.1.1 OP ZOEK NAAR HET ONGEWONE IN HET DAGELIJKS LEVEN

Norman Sims stelt dat onderdompeling door de journalist in de wereld van het onderwerp altijd leidt tot betrokkenheid van de auteur bij zijn onderwerpen. Het effect van immersion journalism is volgens hem dat de journalist alle mogelijke kennis die er over een onderwerp is op deze manier kan vergaren. Hierdoor worden mogelijk dus ook aspecten van het onderwerp belicht die anders buiten beschouwing zouden worden gelaten.180 Sims citeert Mark Kramer, die meerdere lange journalistieke projecten heeft gedaan, waaronder een groot onderzoek naar het werk van artsen en chirurgen: “You have to stay around a long time before people will let you get to know them. They’re guarded the first time and second time and the first ten times. Then you get boring. They forget you’re there. Or else they’ve had a chance to make you into something in their world. […] And you let it happen.”181 Kramer kreeg naar eigen zeggen dus door middel van immersion journalism uitgebreidere inzichten in het dagelijks leven van zijn onderwerpen dan het geval was geweest als hij slechts eenmalig met de artsen meegelopen was.

In het kader van het onderzoek naar inhoudelijk engagement in de teksten van Jelle Brandt Corstius, kan de onderzoeksmethode van onderdompeling in zijn onderwerpen en het dagelijks leven van zijn bronnen dus tot effect hebben dat hij meer aspecten van de besproken personen en gebeurtenissen weer kan geven. Opvallend is dat zowel in het voorbeeld van immersion journalism van de New Journalists als degene van Leon Dash, de subcultuur in het middelpunt staat. Met betrekking op inhoudelijk engagement is het interessant om te kijken of Brandt Corstius zich ook vooral betrokken toont bij minderheden en subculturen in Rusland. In de volgende twee paragrafen zullen zijn besproken onderwerpen geanalyseerd worden en vervolgens zal gekeken worden naar de manier waarop hij deze onderwerpen benadert.

4.1 Inhoudelijk engagement: onderwerpen in de teksten van Jelle Brandt

Corstius

In deze paragraaf zal de relatie tussen de auteur en zijn onderwerpen centraal staan. Inhoudelijk engagement draait om de maatschappelijke en politieke kern binnen zijn teksten.182 Met andere woorden: de auteur toont zich binnen zijn teksten betrokken bij actuele onderwerpen die zich buiten de tekst afspelen. Om te bekijken welke onderwerpen hij bespreekt heb ik een onderscheid gemaakt in drie thema’s die in zijn teksten aan bod komen: het dagelijks leven van ‘normale Russen’, oorlogen en conflicten (in de Kaukasus) en de politieke situatie in Rusland. Aan de hand van deze 3 onderwerpen zal gekeken worden bij welke onderwerpen hij zich betrokken toont en in de volgende paragraaf zal dieper ingegaan worden op de manier waarop hij zijn bronnen en onderwerpen benadert.

4.1.1 OP ZOEK NAAR HET ONGEWONE IN HET DAGELIJKS LEVEN

Het meest besproken onderwerp in de teksten van Brandt Corstius is de bevolking in Rusland en de Kaukasus. In vrijwel alle bestudeerde boeken en reportages staat de normale Rus centraal. Zoals in de inleiding van dit hoofdstuk genoemd is dat een kenmerk voor literaire journalistiek.

180 Sims, N. ‘The Literary Journalists.’ In The Literary Journalists. Ed. Norman Sims. (New York: Ballantine, 1984), 8-9.

181 Ibidem, 11.

182 Verkruijsse, P. J. et al. Letterkundig lexicon voor de neerlandistiek. (2002) Beschikbaar via:

http://www.dbnl.org/tekst/bork001lett01_01/bork001lett01_01_0006.php#e053, geraadpleegd op 23 december 2014.

44 Jelle Brandt Corstius woonde tussen 2005 en 2010 vijf jaar in Moskou en zocht verschillende bevolkingsgroepen in alle hoeken van Rusland op en dompelde zich hierin onder. De personen die hij tijdens deze reizen ontmoette heeft hij op verschillende manieren beschreven. Voor Brandt Corstius bleek het een bewuste keuze om de ‘gewone Rus’ aan het woord te laten, zo laat hij weten in een interview. “Ik wilde de Russen zelf aan het woord laten en een ander beeld van het land laten zien. Dus niet vanaf een afstand verslag doen, maar de straat op en mensen vragen hoe ze zelf tegen bepaalde kwesties aankijken.”183 In deze paragraaf zullen de verschillende manieren waarop Brandt Corstius Russen beschrijft besproken worden.

Bevolkingsgroepen

De eerste manier waarop personen voorkomen in de teksten van Jelle Brandt Corstius is door de beschrijving van bevolkingsgroepen in plaats van individuen. Brandt Corstius trekt regelmatig naar afgelegen gebieden om daar bijzondere bevolkingsgroepen te bespreken. Zo reist hij in het boek Rusland voor gevorderden naar verschillende bevolkingsgroepen, waaronder zijn twee weken-durende reis naar de Nenets, rendierhouders op de Russische toendra. Hij wijdt een hoofdstuk aan deze uitstervende groep om weer te geven hoe hun leven eruitziet en waarom er steeds minder Nenets zijn. Al snel komt hij erachter dat – zoals wel vaker in Rusland – drank hierbij de grootste boosdoener is. Hij geeft daarom informatieve beschrijvingen van het Nenets-bestaan, maar tegelijkertijd is hij ook kritisch.

“Overigens waren de rendieren niet hun bezit: ze waren van een oude kolchoz, een staatsboerderij, en de Nenets kregen een minimaal maar vast salaris om op de dieren te letten. Maar natuurlijk werd er gesjoemeld. Zo had de obscure Rus vierentwintig flessen Stolitsjnaja meegenomen, die hij aan de Nenets verkocht voor een paar rendieren. Het is een snelle en effectieve methode om je bedrijf kapot te maken: je kudde verdwijnt en je drinkt jezelf dood. Geen wonder dat de meeste rendierbrigades de laatste jaren over de kop zijn gegaan.”184

En in een ander fragment geeft hij specifieke voorbeelden over hoe het probleem zich uit: “Het werpen van een lasso was een beschamende vertoning, aangezien de twee Nenets te dronken waren om een goede worp te doen. Dat is een prestatie, gezien het enorme rendierengewei, dat allemaal zijtakjes heeft, en gezien de snelheid waarmee de dieren liepen (om en nabij vijf kilometer per uur).”185

Brandt Corstius kan door zijn langere verblijf bij deze groep niet alleen ingaan op de algemene informatie over de groep, maar hij kan de problematiek met eigen ogen zien, zoals het tweede fragment laat zien. Brandt Corstius geeft hierbij ook eigen commentaar, waardoor niet alleen feitelijke informatie weergegeven wordt, maar ook meteen duidelijk is hoe Brandt Corstius over de problematiek van de groep denkt.

183 Bouwers, W. ‘Interview: Jelle Brandt Corstius’ via: Studenten.net (12-03-2010). Beschikbaar via:

http://www.studenten.net/entertainment/e_nieuws/12354/interview_jelle_brandt_corstius Geraadpleegd op 28 december 2014.

184 Brandt Corstius, J. Rusland voor gevorderden, 86.

45 Naast specifieke groepen, richt Brandt Corstius zich ook op Russen in uithoeken in het algemeen. In al zijn teksten geeft hij aan een buitengewone interesse te hebben in Russen in ‘obscure gebieden’ en deze nemen in vele hoofdstukken en artikelen een prominente rol in. In een interview legt hij uit waarom hij voor Russen in uithoeken kiest ten opzichte van bijvoorbeeld Russen in grote steden: “Russen in die uithoeken zijn niet zo bang. Sterker nog: ze willen vaak heel graag hun verhaal vertellen, maar de Russische media komen nooit langs. Ik heb bewust gekozen voor kleinere plaatsen en dorpen, de randen van Rusland. Daar zijn mensen minder panisch. Als je naar de grote steden gaat, stuit je vaker op de oude angst. Die zit er echt nog wel.”186 Hier vertelt hij niet alleen over de Russen in afgelegen gebieden, maar hij vergelijkt ze ook nog met de bewoners van steden en legt uit waarom de eerstgenoemde groep zijn voorkeur heeft. Hierdoor wordt bekend welke onderwerpen hij om welke reden bespreekt.

In zijn boeken doet hij ook uitspraken over Russen in het algemeen als volk, maar die zijn vaak veel specifieker op een situatie gericht. Zo spreekt hij met een journalist voordat hij naar het dorp Gorno-Altaisk afreist, waar regelmatig ruimteafval van de raketbasis naar beneden komt vallen. Tijdens het gesprek laat ze terloops weten dat daar veel gele kinderen geboren worden door de schadelijke stoffen die het ruimteafval met zich mee brengt.

“Gele kinderen? Het is mij wel vaker gebeurd dat Russen mij over iets gruwelijks vertellen met een beangstigende vanzelfsprekendheid. Ooit was ik in homobar ’t Elfje in Moskou voor een reportage over homogeweld. Ik vroeg een van de jongens of hij wel eens klappen had gekregen. Natuurlijk, antwoordde de jongen, hij was toch een homo?”187

In een ander fragment is Brandt Corstius een paar dagen in een afgelegen gebied met twee andere journalisten en zijn ze midden in een vuurgevecht terecht gekomen. Daarnaast raakt hun eten op en weet Brandt Corstius niet hoe ze precies thuis gaan komen. Bij aankomst op zijn logeeradres blijken de Russen alles op provisorische manieren geregeld te hebben. “Ik was even de grenzeloze Russische vindingrijkheid vergeten.”188 Door middel van deze fragmenten geeft hij een kijkje in het alledaagse leven van de Russen. Het zijn minimale voorbeelden, maar hierdoor wordt wel meer duidelijk over wie deze mensen zijn en tegelijkertijd hoe Brandt Corstius tegen deze groep(en) aankijkt.

Extreme personages

Een kenmerk van literaire journalistiek en in het bijzonder immersion journalism is dat journalisten het alledaagse leven beschrijven. De stem van de personen die hier in naar voren komen, dringt normaal gesproken niet door tot de media. De focus ligt hierbij op (ongewone) aspecten in het dagelijks leven die bij nader inzien belangrijker zijn dan in eerste instantie lijkt. 189 Deze omschrijving sluit aan met de manier waarop Brandt Corstius zijn personages naar voren brengt in de teksten. Individuele personages worden niet vaak en niet uitvoerig beschreven. Maar

186 Harms, I. ‘Jelle Brandt Corstius: Ik wil van Rusland af’, in Vrij Nederland, nr. 16 (2009), Beschikbaar via:

http://www.vn.nl/Standaard-Media-Pagina/Jelle-Brandt-Corstius-Ik-wil-van-Rusland-af.htm Geraadpleegd op 30 december 2014.

187 Brandt Corstius, J. Rusland voor gevorderden, 15.

188 Brandt Corstius, J. Kleine Landjes, 164.

46 als Brandt Corstius dit wel doet, gebeurt dit op twee manieren: ten eerste toont hij opvallende personages en ten tweede personages aan de hand waarvan hij een verhaal vertelt.

Het eerste voorbeeld van deze ongewone personages, komt uit het boek Kleine Landjes waarin hij in het ‘kleine landje’ Abchazië op bezoek gaat bij een Apencentrum dat stamt uit de Sovjettijd en waar Vladimir Barkajev sindsdien leidt. Hij blijkt nog altijd sterke sympathieën voor het Communistische regime te hebben. “Hij nam ons mee naar zijn werkkamer waar de laatste twintig jaar stil leken te hebben gestaan. Misschien was dat ook wel zo: ik zag een onafgeschreven a4’tje in een typemachine steken, met 4 februari 1987 in de aanhef. Ook lag er een Current Affairs uit 1985. Ik was benieuwd wat de man de laatste twintig jaar had uitgespookt.”190 Brandt Corstius richt zich in dit fragment op betekenisvolle details, waarmee hij niet de persoon zelf omschrijft, maar waarmee toch duidelijk is wie Barkajev is. Deze persoon is echter wel een extreem geval te noemen, net als zijn Russische collega Zjenja die hij in het volgende fragment beschrijft. Brandt Corstius is bevriend met deze Zjenja, die voor de enige onafhankelijke Russische krant Novaja Gazeta schrijft. Brandt Corstius staat samen met een Deense collega op het punt om naar een oorlogsgebied af te reizen, zonder dat ze een concreet doel hebben. Zjenja besluit spontaan om met hen mee te gaan en in dit fragment belt hij zijn redactie om toestemming te vragen:

“Hij belde zijn hoofdredacteur die prompt toestemming gaf. Het was mij al eerder opgevallen dat Russen vrij impulsieve personen zijn. Nu zag ik klassieke Russische impulsiviteit in actie. Een Nederlander zal niet snel in een ingeving beslissen een vierdaagse tocht door een oorlogsgebied te maken, zonder dat hij bijvoorbeeld weet waar te overnachten. […] Zjenja is wat je ‘een figuur’ noemt. Zelfs voor Nederlandse begrippen was hij een expressief persoon, dus al helemaal voor Russische. Zo bleef hij tijdens onze reis op vrij willekeurige momenten midden op straat staan, spreidde zijn armen alsof hij Kate Winslet in de film Titanic was en zong dan ‘Confessa’ van de Italiaanse zanger Adriano Celentano.”191

In beide fragmenten worden de opvallende details van de personen weergegeven. In het eerste geval gaat het om de Sovjet-sympathieën die de man in kwestie nog heeft in het tweede fragment om het uitgesproken karakter en de ‘Russische impulsiviteit’ die deze persoon opvallend maken. Extreme figuren spelen een centrale rol in de verhalen van Brandt Corstius. Dat blijkt wel uit het gegeven dat hij in het boek Rusland voor gevorderden een heel hoofdstuk heeft gewijd aan opvallende, absurde personen in Moskou. Voordat hij aan zijn opsommingen van personages begint schrijft hij: “Voor avontuur en absurde situaties hoef je niet naar obscure bestemmingen te reizen. Moskou volstaat.”192 Vervolgens begint hij een uiteenzetting over bijzondere Moskovieten zoals een zingende garderobeman die op zijn jas past, de roltrapdienster die de roltrap in de gaten houdt, zwervers en bedelaars enzovoort. Een voorbeeld hiervan is het volgende fragment:

“Neem de supermarkt bij mij om de hoek. Daar stond ik in de rij om mijn aardappelen te laten wegen. In Rusland hebben ze daar een speciaal weegvrouwtje voor. Haar taakje bestaat uit het drukken op de knop met de juiste groente en de knop ‘bon’. Nog gekker is

190 Brandt Corstius, Kleine Landjes, 89.

191 Ibidem, 81-82.

47

het bij de ‘bakker’ in de supermarkt, waar een vrouw voor een rij identieke broden uit de fabriek staat. Je moet dan zeggen: ‘brood’ en vervolgens geeft ze je brood.”193

Hier focust Brandt Corstius aan de hand van personen op de opvallende aspecten uit het dagelijks leven. Voor Russen zijn deze gebeurtenissen heel gewoon, in tegenstelling tot Brandt Corstius. Doordat hij deze opvallende details weergeeft, is het niet duidelijk of dit de authentieke Rus is, of dat hij zich inderdaad slechts op extremen richt.

Verhalen van personages

Naast personages die extremen weergeven, zijn er in de teksten van Brandt Corstius ook ‘gewone Russen’ aan te wijzen waar hij aan de hand van hun leven een stukje geschiedenis beschrijft of een probleem weergeeft. In het eerste fragment schetst Brandt Corstius hoe de Sovjetunie nog steeds niet helemaal weg te denken is uit het huidige Rusland. De oud-KGB-generaals in zijn flat lijken nog steeds dezelfde leefwijze te hebben.

“De flat zelf was ooit gebouwd voor gepensioneerde KGB-generaals en grotendeels woonden die er nog. Dat een buitenlandse correspondent in hun flat woonde, was natuurlijk blasfemie. Een goede band met de buren heb ik dus nooit gehad. Mensen vertrouwden mij niet. Bijvoorbeeld in de lift. Ik vroeg wel eens naar welke verdieping zij moesten, maar dan zwegen ze. Dan wachtten ze tot ik zelf op het knopje van mijn eigen verdieping drukte en zeiden dan: ‘Ik woon op een hogere etage, ik druk straks wel op het knopje’. Na een lang leven in ’s werelds meest beruchte geheime dienst zijn zij niet gewend om informatie te geven aan een westerling, al is het maar op welke etage zij wonen.”194

Brandt Corstius geeft door middel van een subjectieve ervaring informatie weer. Deze methode is kenmerkend te noemen voor zijn werk, maar daar zal in een volgend hoofdstuk uitvoeriger over geschreven worden. Op deze manier krijg je als lezer niet alleen informatie over de KGB, maar tegelijkertijd ook over het leven van Brandt Corstius en hoe hij deze personen ziet.

Een ander voorbeeld is en fragment dat tevens uit het boek Rusland voor gevorderden, waarin hij de geschiedenis beschrijft aan de hand van het verhaal van een personage. Dit fragment gebruikt hij in het hoofdstuk als inleiding op het gebied waar hij heen reist.

“De oude man die naast mij in het vliegtuig zat groeide op in Semipalatinsk. Toen hij jong was voelde hij af en toe de aarde trillen, maar algemeen werd aangenomen dat het kleine aardbevinkjes waren. Pas later vernam hij dat het eigenlijk om kernproeven ging. Een flink deel van zijn familie is aan kanker overleden. Het vliegtuig begon met de landingsprocedure. Beneden op de grond braakten elektriciteitscentrales dikke, bruine rookwolken uit. ‘Dat is Semipalatinsk’, zei de man toch nog met enige trots.”195

Door de geschiedenis van deze man weer te geven wordt direct duidelijk wat er al decennia in het gebied speelt. Op deze manier geeft hij niet alleen feitelijke informatie weer, maar tegelijkertijd

193 Ibidem, 54-55.

194 Ibidem, 68.