• No results found

Heeft u thuis één of meerdere schapen, geiten, kippen, runderen of var kens? Houdt u deze dieren puur voor de lol? Bent u niet aangesloten bij

De 21 dagen regeling houdt in dat wanneer u een rund, schaap of geit aanvoert er de 21 dagen daarop volgend geen runderen, schapen of geiten afgevoerd mogen worden behalve voor de slacht.

G. Wet en regelgeving; dierziekte bestrijding

G1. Kent u de maatregelen die de overheid neemt bij een uitbraak van een besmettelijke dierziekte zoals ruimen, ophokken, stand still en vaccinatie

1: Nee, ik heb nog nooit gehoord van deze maatregelen 2: Ja, ik heb er wel eens van gehoord

3: Ja, ik ken deze maatregelen

J7. Heeft u wel eens te maken gehad met een uitbraak van varkenspest, vogelpest of mond- en klauwzeer bij u in de buurt en/of bij uw eigen dieren ?

1: Nee niet bij mij in de buurt en niet bij mijn eigen dieren 2: Ja bij mij in de buurt, niet bij mijn eigen dieren 3: Ja bij mijn eigen dieren

Stel G2 indien in J7 code 2 of 3, anders door naar G4

G2. Als u een uitbraak van een besmettelijke dierziekte in uw omgeving heeft meegemaakt, heeft u meegewerkt aan de te nemen maatregelen?

1: Nee 2: Ja, gedeeltelijk 3: Ja, volledig Indien in G2 code 31,2

G3. Waarom heeft u zich niet gehouden aan de maatregelen bij een uitbraak van een besmettelijke dierziekte.

<OPEN VRAAG>

Stel G4-G8 indien in G1 code 2 of 3 . Indien in G1 code 1, door naar volgende blok

G4. Bent u op de hoogte van de manier waarop de overheid vaccinatie tegen besmettelijke dierziekte in de toekomst wil toepassen?

1: nee 2: gedeeltelijk 3: ja

G5. In welke mate vindt u de regels over vaccinatie nuttig?

1: Zeer onnuttig 2: Onnuttig

3: nuttig noch onnuttig 4: nuttig

5: Zeer nuttig

G7. Bent u op de hoogte van de manier waarop de overheid gaat ruimen bij toekomstige besmettelij- ke dierziekten als mond en klauwzeer?

1: nee

2: gedeeltelijk een beetje 3: ja

G8. In welke mate vindt u de regels over ruimingen bij uitbraken van besmettelijke dierziekten nut- tig?

1: Zeer onnuttig 2: Onnuttig

3: nuttig noch onnuttig 4: nuttig

5: Zeer nuttig

6: niet bekend met achtergrond

H. Overheid

H1. Dan volgen nu een aantal stellingen. Zou u per stelling willen aangeven in welke mate u het hiermee eens of oneens bent?

1: Mee oneens

2: Meer mee oneens, dan eens 3: Meer mee eens, dan oneens 4: Mee eens

DM: STELLINGEN RANDOM VOORLEGGEN

1. De overheid hoort zich niet te bemoeien met mijn dieren

2. Mensen met enkele dieren zijn geen gevaar voor de intensieve veehouderij

3. De hobbydierhouder krijgt geen ruimte om de (gevoelde) eigen verantwoordelijkheid te laten zien aan de overheid

4. Ik begrijp dat de overheid regels heeft voor houders met enkele landbouwhuisdieren 5. Ik bepaal zelf wat er met mijn dieren gebeurt, daar heeft de overheid niets mee te maken.

Identificatie en registratie

6. Registratie van hobbydieren heeft geen nut 7. De herkomst van een dier moet bekend zijn 8. Oormerken zijn zielig voor het dier 9. Oormerken zijn lelijk

10. Oormerken zijn onhandig (scheuren uit)

11. Met Identificatie en Registratie regelgeving ontneemt de overheid het plezier van de hobbydierhou- ders

12. Het ontbreekt bij de Identificatie en Registratie regelgeving aan respect voor het dier 13. Identificatie en Registratie wetten zijn niet te controleren

14. De kans is klein dat hobbydierhouders gecontroleerd worden op naleving van wetten en regels over Identificatie en Registratie

15. Ik houd mijn dieren alleen op mijn eigen erf , en heb dus geen oormerken nodig. 16. Ik begrijp dat landbouwhuisdieren

Preventieve gezondheidszorg

17. Ik zorg ervoor dat iedereen z'n handen wast die in contact is geweest met mijn dieren. (je weet maar nooit wat je er van oploopt)

18. Ik vind het belangrijk dat mijn stal schoon is. Zo krijgen ziektekiemen weinig kans 19. Mijn zieke dieren kunnen niet in contact komen met andere dieren of bezoekers

20. De kans is klein dat hobbydierhouders gecontroleerd worden op naleving van wetten en regels over preventieve gezondheidszorg

21. Wetten en regels over preventieve gezondheidszorg zijn niet te controleren

Dierziektebestrijding

22. Ik doe wat de overheid bepaalt en zal mijn dieren laten ruimen als dit nodig is.

23. De kans is klein dat hobbydierhouders gecontroleerd worden op naleving van wetten en regels over dierziekte bestrijding

24. Ik vind dat dieren recht hebben op vaccinatie

25. Wetten en regels over dierziektebestrijding zijn niet te controleren

I. Informatievoorziening over wet en regelgeving.

I1. In voorgaande heeft u aangegeven in meer of mindere mate bekend te zijn met (een deel van de) wetten en regels van de overheid die voor u als hobbydierhouder van toepassing zijn.

Hoe weet u welke wetten en regels die van toepassing zijn op uw dier/dieren voor u gelden ? Met andere woorden: waar heeft u deze informatie vandaan gehaald? U mag hier meerdere ant- woorden geven.

1. Veearts/dierenarts 2. Vee handelaar 3. internetsite LNV

4. telefonisch /schriftelijk bij LNV aangevraagd 5. internet algemeen (specificeren)

6. informatie via (lidmaatschap) vereniging 7. van kennissen (collega-dierhouders)

8. vaktijdschriften (boerderij, veeteelt, pluimveehouderij, oogst etc) 9. PVE,

10. Gezondheidsdienst voor Dieren 11. Voedsel en Waren Autoriteit 12. RVV

13. Rendac

14. op georganiseerde evenementen (bv de schapendagen) 15. op landbouwbeurzen, fairs 16. bij de dierenwinkel 17. bij de boerenbond 18. tv programma's 19. anders, namelijk ………

I2. Bent u tevreden over de informatie over wet- en regelgeving die van toepassing is op uw dier/dieren en die voor u bestemd is? (indien nee meer antwoorden mogelijk?)

1: Ja, deze informatie over wet- en regelgeving is duidelijk voor mij 2: Nee, vanwege het moeilijke taalgebruik begrijp ik de informatie vaak niet 3: Nee, de informatie is vaak niet logisch voor mij

4: Anders, namelijk…..

I3. Bent u tevreden over de manier waarop u de informatie over wet- en regelgeving die van toepas- sing is op uw dier/dieren en die voor u bestemd is, heeft verkregen? (Meer antwoorden

mogelijk).

1: Nee, het kostte me veel tijd om de informatie te achterhalen

2: Nee, ik heb er veel moeite voor moeten doen om de informatie te achterhalen 3: Ja

I4. Heeft u wel eens informatie ontvangen over wet- en regelgeving die van toepassing is op uw dier/dieren en die voor u bestemd is, van het ministerie van LNV?

1: Ja

2: Nee

I5. In welke mate bent u tevreden over de volgende aspecten van het LNV? Het gaat hier dan om de manier waarop u de informatie over wet- en regelgeving die van toepassing is op uw dier/dieren en die voor u bestemd is, heeft verkregen via de contactpersoon van het ministerie van LNV.

1: Zeer ontevreden 2: Ontevreden

3: Tevreden noch ontevreden 4: Tevreden

5: Zeer tevreden

a) Klantvriendelijkheid b) Zorgvuldigheid c) Mate van begrip d) Duidelijkheid

I6. Op welke wijze zou u graag informatie ontvangen over wet- en regelgeving die van toepassing is op uw dier/dieren en die voor u bestemd is?

1. (vak)tijdschriften (boerderij, oogst, pluimveehouderij, hart voor dieren, landleven) 2. verenigingen (platform verantwoord huisdierenbezit, rasverenigingen)

3. internet

4. informatiepakket bij aanschaf van een (eerste) dier 5. informatiepakket bij registratie dier bij LNV 6. dierenarts

7. informatiebijeenkomsten (via club, oproepen in tijdschriften, kranten) 8. anders, namelijk …….