• No results found

Waterrecreatie in ruimtelijk economisch perspectief

In document Recreatie Onderzoek Kustwateren (pagina 51-64)

In de beleidsmatige afweging tussen natuur en recreatie speelt de

aanleiding maatschappelijke betekenis van de waterrecreatie een belangrijke rol. Dit kan inzichtelijk worden gemaakt door waterrecreatievormen in regionale sociaal-economische context te plaatsen, waarbij ook de landelijke ontwik-kelingen van belang zijn. Het verkrijgen van inzicht in de regionale sociaal-doelstelling economische betekenis van de waterrecreatie is de sociaal-doelstelling van

deelonderzoek 4 van het ROK: 'Waterrecreatie in ruimtelijk economisch perspectief; de economische betekenis van de waterrecreatie in de Ooster-schelde, de Voordelta en de Waddenzee'. Dit deelonderzoek is uitgevoerd door Zandvoort Kappelhoff Advies.

De Nederlandse kustwateren Oosterschelde, Voordelta en Waddenzee inleiding hebben de hoofdfunctie natuur. Andere activiteiten op en aan het water

dienen op deze natuurfunctie te worden afgestemd, met inachtneming van het maatschappelijk belang van de betreffende activiteit.

Voor de waterrecreatie heeft dit geresulteerd in capaciteitsbeleid (quotering) en beheersbeleid (zonering en voorlichting).

Veel van de maatregelen gericht op de bescherming van natuur- en

ruimtelijk milieuwaarden worden vastgelegd in ruimtelijk beleid. Om die reden is in beleid deze studie gekozen voor een aanpak waarbij de economische betekenis is

gerelateerd aan ruimtelijk herkenbare grootheden, zoals ligplaatsen en logieseenheden.

methodiek De methodiek is toegepast op drie niveaus:

De sociaal-economische betekenis van de waterrecreatie. Hierbij gaat het om de consumptieve bestedingen en werkgelegenheid per toeristisch-recreatieve capaciteitseenheid (ligplaats, hotelkamer etcetera). Met deze kengetallen kunnen beleidsmakers de economische betekenis van het voor hen relevante aanbod indicatief berekenen en effecten van mogelijke

beperkingen en/of uitbreidingen van de waterrecreatieve capaciteit bepalen.

De bedrijfsstructuur in de onderscheiden recreatieve branches. Met behulp van berekende bedrijfseconomische drempelwaarden kan de vitaliteit van een branche worden gemeten en kunnen ook rentabiliteits-effecten van beleidsmaatregelen worden ingeschat.

De regionale marktstructuur van de drie kustwateren binnen enkele, relevante deelmarkten. Beleidsmakers krijgen op deze wijze meer inzicht in de marktpositie van de kustwateren en in de mogelijke effecten van

maatregelen op het huidig en potentieel marktbereik.

Met deze methodiek kan relatief eenvoudig het economisch effect (op korte en lange termijn) van ruimtelijke maatregelen worden gemeten. Andersom kan ook het ruimtelijk effect van economische maatregelen eenvoudig worden bepaald.

37

Tabel 21 Aanbod kustwateren naar recreatievorm

Recreatievorm

vaste ligplaatsen passantenplaatsen.

charters verhuur- en instructieboten vaste standplaatsen toeristische

standplaatsen bungalows hotelkamers/

appartementen overige slaapplaatsen

Oosterschelde

2.474 341 1.2 48

4.501 1.270

1.374 232

1.090

Voordelta

940 75 0 0

10,006 6.954

3.831 1.426

7.032

Waddenzee

2.106 1.394 55 39

6.090 11.310

5.327 4.211

11.500

Achtereenvolgens komen de volgende resultaten aan bod:

1. de omvang en de structuur van het huidige, waterrecreatieve aanbod en de hiervan afgeleide, huidige sociaal-economische betekenis.

2. de structuur en vitaliteit van het huidige, waterrecreatieve bedrijfsleven en hiervan afgeleid de economische vooruitzichten (bij ongewijzigde omstandigheden).

3. de huidige regionale structuur en het marktbereik van de kustwateren en de mogelijkheden en randvoorwaarden voor verbetering van de sociaal-economische betekenis (bij gewijzigd beleid).

1. Het huidige aanbod en de sociaal-economische betekenis

Om bestedings- en werkgelegenheidscijfers te kunnen relateren aan het aanbod zijn in dit onderzoek de volgende stappen gezet:

Eerst zijn de waterrecreatieve markten gesegmenteerd naar gebruik van de primaire accommodatievorm1: jachthaven met vaste ligplaatsen, hotels (luxe en standaard), kampeerterrein (vast en toeristisch), charterboot etcetera.

Voor elk van deze segmenten is het bestedingenpatroon2 en de bestedingsomvang onderzocht, alsmede de omvang en samenstelling van het aanbod.

Voor de onderscheiden kustwateren is het waterrecreatieve aanbod vervolgens volgens deze segmentatie in kaart gebracht.

Met behulp van deze regionale aanbodgegevens en de berekende kengetallen3 is voor elk segment in de drie kustwateren de economische betekenis berekend.

Het waterrecreatieve aanbod van de kustwateren is in deze studie ruim definitie gedefinieerd: verblijfsrecreatie aan het water is inbegrepen. Om een zo aanbod zorgvuldig mogelijk beeld te geven, is alleen het aanbod in de kernen die

grenzen aan het kustwater geïnventariseerd.

Het aanbod is per kustwatergebied in kaart gebracht4. Een samenvattend (niet uitputtend) overzicht is opgenomen in tabel 21.

1 Aangesloten is op bestaande bestanden van onder meer Toermodel, HISWA/ANWB,

Verblijfsrecreatiebestand, NRTT, CBS, SEO, CVO, eerdere onderzoeken van ZKA en het Staring Centrum.

2 Onder consumptieve bestedingen worden verstaan de directe bestedingen en bijkomende bestedingen aan horeca, detailhandel en overige. Niet meegenomen zijn de bestedingen aan duurzame

recreatiegoederen zoals een pleziervaartuig of caravan.

3 De werkgelegenheidsberekeningen zijn uitgevoerd door de afdeling Onderzoek van de Provincie Friesland.

4 Hiervoor is onder meer gebruik gemaakt van cijfermateriaal en databestanden van de provincies Friesland en Zeeland, er is een schriftelijke enquête onder gemeenten en VWs uitgevoerd en er zijn telefonisch ontbrekende gegevens achterhaald.

38

Tabel 22 Economische betekenis waterrecreatie kus twa teren 1993

Consumptieve Werkgelegenheid bestedingen (min)1 in mensjaren*

789 2.250 3.750 Totaal ƒ 743 6.789

'Jaar 1993 en exclusief overige dagtochten.

2 De genoemde werkgelegenheidscijfers zijn het resultaat van berekeningen, uitgevoerd door de afdeling Onderzoek van de Provincie Friesland.

Oosterschelde Voordelta Waddenzee

ƒ 88 ƒ247 ƒ408

bestedingen en werkgelegenheid

inventarisatie Uit deze overzichtstabel valt af te lezen dat het aanbod in de kustwateren aanbod divers van aard is en als volgt kan worden gekenmerkt:

De verblijfsrecreatie aan het water is in volume veel belangrijker dan de waterrecreatie op het water (waterrecreatie 'in enge zin').

Een fors deel van de verblijfscapaciteit wordt ingezet voor seizoens-gebruik (kamperen, watersport).

Het grootste deel van het aanbod wordt benut door recreanten (veel vaste lig- en standplaatsen, koopwoningen) en is weinig toeristisch van aard (weinig verhuurcapaciteit, vaarscholen etcetera).

Voor elk van de drie kustwateren is, door vermenigvuldiging van de regionale aanbodcijfers met de bestedings- en werkgelegenheidskengetal-len, de sociaal-economische betekenis berekend. In tabel 22 staat hiervan een samenvattend overzicht. De totale bestedingen bedragen volgens deze berekening ƒ 743 miljoen en de werkgelegenheid 6.789 mensjaren.

In 1989 is door de provincie Friesland een onderzoek gedaan naar de onderzoek economische betekenis van recreatie en toerisme in de Waddenzee5. Deze Friesland studie komt tot een bestedingsomvang van ƒ 355 miljoen; dit is ƒ 53

miljoen lager dan de hier genoemde ƒ 408 miljoen gulden. Het verschil kan worden verklaard door de ontwikkeling van de bestedingen tussen 1989 en 1993 en door enige definitieverschillen.

De bestedingen aan de watersport 'in enge zin' vormen maar een klein deel watersport 'in (9%) van de totale bestedingen. De bestedingen kunnen voor 91% worden enge zin' toegerekend aan de van het water afgeleide verblijfsrecreatie.

De bestedingsverschillen zijn groter dan op grond van de omvang van het bestedings- aanbod kan worden vermoed. De structuur van het aanbod bepaalt in verschillen belangrijke mate de omvang van de bestedingen. Hierop wordt later in

teruggekomen.

De structuur van de sector en de vooruitzichten (bij ongewijzigde omstandigheden)

De waterrecreatieve bestedingen op en aan de kustwateren ontwikkelen vooruitzichten zich, bij ongewijzigde omstandigheden, negatief. Waarschijnlijk treedt zelfs

een (lichte) reële bestedingsdaling op. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn:

a. de matige marktvooruitzichten;

b. de afname van de capaciteit;

c. de verzwakking van de concurrentiepositie.

a. De matige marktvooruitzichten

matige markt- Volgens Toermodel 2.2 zal de bestedingsgroei aan de kust de komende vooruitzichten jaren 2% bedragen; net iets minder dan de inflatieverwachting. Mogelijk

komen voor het eerst in de geschiedenis de kustbestedingen in een stadium van reële daling.

5 'De economische betekenis van de Waddenzee', Provincie Friesland, afdeling Onderzoek, 1991.

39

Tabel 23 Opbouw kampeer- en jachthavensector in de drie kustwateren

Oosterschelde Voordelta Waddenzee

Jachthavens n=15 n=3 n=24

< 1 ha 60% 0% 88%

1-2 ha 33% 67% 12%

> 2 ha 7% 33% 0%

Kampeerterreinen n=24 n=68 n=74

< 3,5 ha 3,5-7 ha

>7ha

54%

25%

21%

54%

21%

25%

58%

26%

16%

afname

b. De afname van de capaciteit

Door gezinsverdunning en de hogere eisen die de recreant stelt aan ruimte en voorzieningen zal het ruimtegebruik per recreant groeien. Volgens het rapport Ruimte voor Economische Activiteit6 zal de benodigde ruimte per recreant met 2% per jaar moeten toenemen om de bestedingen op

hetzelfde reële niveau te kunnen handhaven. In de kustwateren wordt echter een restrictief planologisch beleid gevoerd. Er zijn weinig mogelijk-heden voor nieuwvesting en uitbreidingen/vervangingen worden slechts mondjesmaat toegestaan. Een behoudend beleid leidt derhalve op den duur tot capaciteitsafhame en reëel bestedingsverlies.

c. De verzwakking van de concurrentiepositie

De Waddenzee, Oosterschelde en (in mindere mate) ook de Voordelta hebben nog een extra handicap. Door een beleid van zonering, quotering en verbodsvormen wordt het feitelijk gebruik van het water voor verblijfs-recreanten en watersporters ingedamd. Dit (natuur)beleid kan wellicht op lange termijn de belevingswaarde en kwaliteit van het oorspronkelijk aanbod vergroten. Op korte en middellange termijn pakken de maatregelen vaak negatief uit: de recreatieve mogelijkheden worden beperkt, terwijl adequate alternatieven uitblijven.

Bovendien heeft een dergelijke ontwikkeling autonome, negatieve

uitstralingseffecten. Zonder dat het altijd waar hoeft te zijn, krijgt de regio het imago van 'verboden gebied', waar het de consument en de onderne-mer moeilijk gemaakt wordt.

Bij de geschetste vooruitzichten moet het bedrijfsleven investeren in

vernieuwing en soms zelfs in formuleverandering teneinde te overleven. Of ondernemers in staat zijn deze investeringen te plegen, hangt sterk af van de rentabiliteit van de bedrijfsvoering.

In dit onderzoek is de bedrijfsstructuur van de belangrijkste branches in de drie kustwateren globaal onderzocht:

- met behulp van kengetallen zijn kritische drempelwaarden berekend: de minimumomvang van de capaciteit voor een gezonde bedrijfsvoering;

- de branches in de kustwateren zijn naar capaciteitsklasses ingedeeld;

- confrontatie van de kengetallen met de regionale branchestructuur verschaft een indicatie van de vitaliteit van de betreffende sector in de

regio.

In deze samenvatting zijn ter illustratie twee belangrijke, representatieve sectoren eruit gelicht (landelijk gemiddelde):

- de jachthavens: berekende minimumomvang ongeveer 380 vaste ligplaat-sen of 2 hectare;

- de kampeerterreinen: berekende minimumomvang ongeveer 330 stand-plaatsen of 7 hectare.

Uit tabel 23 valt op te maken dat de bedrijfsstructuur van de waterrecre-atie in de Nederlandse kustwateren kleinschalig is. Meer dan de helft van

6 Ministerie van Economische Zaken/Zandvoort Kappelhoff Advies (1994), Ruimte voor Economische Activiteit: toerisme en recreatie.

40

conclusie

kwaliteit en concurrentie-positie

de bedrijven heeft onvoldoende capaciteit om een marktconform rende-ment en ondernemersinkomen te genereren. Voor nog eens een kwart van de bedrijven moet op lange termijn worden gevreesd voor een bedrijfseco-nomische verslechtering. Deze situatie wordt op den duur nog schrijnender als gevolg van de algemene noodzaak tot schaalvergroting.

De bedrijfsstructuur van de waterrecreatie in de Oosterschelde is kleinscha-lig van karakter en functioneert voor een groot deel onder de berekende bedrijfseconomische drempelwaarden. In de Voordelta is de bedrijfsstruc-tuur over het algemeen kleinschalig, doch minder kleinschalig dan in de Oosterschelde. De afgelopen jaren hebben nog vrij veel moderniseringen en transformaties plaatsgevonden. De bungalowparken zijn vrij jong en

hebben over het algemeen een gunstige uitgangspositie.

De bedrijfsstructuur van de jachthavens in de Waddenzee is zeer kleinscha-

lig-De verblijfsaccommodaties kennen een meer gezonde en evenwichtige bedrijfsstructuur. In de Oosterschelde en de Voordelta is de verblijfsrecrea-tie vrij eenzijdig: een sterke oriëntaverblijfsrecrea-tie op vaste kampeerplaatsen. In de Waddenzee is er sprake van een vrij evenwichtige verdeling van kampeer-, bungalow- en hotel voorzieningen, grote en kleine bedrijven en kwaliteitsni-veaus.

De economische betekenis staat onder druk

Uit de analyse blijkt dat de algemene vooruitzichten in de kustwateren matig zijn. De sector is waarschijnlijk economisch te zwak om op eigen kracht een nieuwe impuls te genereren. Voor zover een nieuwe impuls uitbreiding behelst, wordt dit planologisch bijna onmogelijk gemaakt.

Bij ongewijzigde omstandigheden zal de kwaliteit van het aanbod en de concurrentiepositie afzwakken. In de Oosterschelde wordt kwaliteitsver-arming en verlies aan attractiewaarde en concurrentiekracht verwacht. In de Voordelta is de vraag of de planologische beleidsruimte in de toekomst voldoende is om het huidig bestedingsniveau te handhaven of te verster-ken, zeker indien in ogenschouw wordt genomen, dat de marktgroei afvlakt. Bij ongewijzigd overheidsbeleid ligt het in de Waddenzee voor de hand dat het bestedingsniveau voor de verblijfsrecreatie wordt geconsoli-deerd. Voor de grote watersport is een terugval niet ondenkbaar.

Deze verwachtingen vormen een rechtstreekse bedreiging voor de

werkgelegenheid in de kustwateren. Het voorkomen van een teruggang in werkgelegenheid vraagt in ieder geval om de volgende condities:

- ruimte voor recreatiebedrijven om de fysieke capaciteit en kwaliteit op tenminste het huidige niveau te handhaven;

- terughoudendheid bij quotering en zonering. Waar mogelijk zullen de economisch interessante doelgroepen (verblijfsrecreanten) moeten worden ontzien. Als het ecologisch belang prevaleert, zullen aantrekkelijke

alternatieven voor sector en recreant moeten worden geboden.

De marktstructuur van de kustwateren en perspectieven voor verbetering (bij gewijzigde omstandigheden)

Economische groei is een belangrijk middel om werkgelegenheid -peiler van het kabinetsbeleid- te bevorderen. Nagegaan is of er in de kustwateren

Tabel 24 Economische betekenis en ruimtebeslag per eenheid produkt1

branchegemiddelden, plus of min 15%, afgerond

Tabel 25 Toeristisch marktbereik per deelsector in de drie kustwateren

Oosterschelde Voordelta Waddenzee

perspectieven perspectieven zijn voor bestedings- en werkgelegenheidsverbetering door een verandering van de aanbodstructuur.

Uit het onderzoek blijkt dat de bestedings- en werkgelegenheidsbijdragen sterk verschillen per accommodatievorm. Een verandering in de aanbod-structuur biedt mogelijk perspectieven voor de kustwateren. Ter illustratie zijn in tabel 24 de bestedingsvolumes en het ruimtegebruik voor een bestedings- aantal branches weergegeven. De geconstateerde bestedingsverschillen verschillen tussen verschillende accommodatievormen zijn aanzienlijk, ook gerekend

naar vierkante meter ruimtegebruik. De verschillen lijken verband te houden met:

- de doelgroep: toeristische doelgroepen genereren een hogere bezetting en besteden doorgaans meer in de regio zelf;

- de seizoensgevoeligheid; jaarrond-bedrijven genereren veelal meer werkgelegenheid dan seizoensexploitaties;

- de exploitatievorm: bedrijfsmatig verhuurde recreatiewoningen en boten leveren voor de regionale economie meer op dan recreatiekoopwoningen en particuliere boten.

De geconstateerde verschillen zeggen niets over de markttechnische haalbaarheid noch over de bedrijfseconomische wenselijkheid van een wijziging van de aanbodstructuur.

De regionale marktstructuur

Het aanbod in de kustwateren is momenteel voor een groot deel gericht op seizoensgebruik (standplaatsen, watersport). Bovendien wordt een fors deel van het aanbod niet bedrijfsmatig geëxploiteerd. Vanuit

regionaal-economisch en ruimtelijk-planologisch oogpunt lijkt het interessant om in de kustwateren meer toeristische, bedrijfsmatige jaarrond-exploitaties te bevorderen.

Onderzocht is of binnen de huidige regionale aanbodstructuur meer (nationale of internationale) toeristische markten kunnen worden aange-trokken.

Regio's dienen, net als bedrijven, een bepaald minimum-schaalniveau te hebben. Pas dan kunnen investeringen in (gemeenschappelijke) voorzienin-gen, promotie-inspanninvoorzienin-gen, organisaties etcetera worden bekostigd. Hoe groter en diverser het aanbod is, hoe groter het marktpotentieel theore-tisch kan zijn.

potentieel In tabel 25 is het potentieel marktbereik van de deelsectoren in de drie marktbereik kustwateren weergegeven. Uit de tabel kan worden opgemaakt dat voor de

waterrecreatie in enge zin een groter, toeristisch marktbereik niet haalbaar is. Binnen de huidige structuur kunnen ondernemers niet meer doen dan een kleine, meest regionale markt bestrijken. Alleen met een drastische herstructurering van het regionale aanbod kan een grote impuls voor de regionale economie worden bereikt.

Betere perspectieven zijn er voor de verblijfsrecreatieve branches in de drie kustwateren. Deze kennen reeds een meer (inter)nationaler bereik. Het is waard te onderzoeken welke economische effecten een koerswijziging sorteert en welke inspanningen dit vraagt van de verschillende partijen.

herstructurering

Conclusie: vergroting economische betekenis kan alleen op lange termijn door gezamenlijke inspanning op regionaal niveau

Uit de analyse blijkt dat wijzigingen in de aanbodstructuur in theorie een grotere, economische impuls voor de kustwateren kunnen genereren. De huidige, regionale marktstructuur is nog veelal ontoereikend om een forse positieverbetering in nieuwe (toeristische) markten af te dwingen.

Op korte termijn zal een dergelijke herstructurering dan ook weinig soelaas bieden voor de sector- Hierbij dient men zich het volgende te realiseren:

- een structuurwijziging vergt lange tijd (tien tot vijftien jaar} en kan alleen via de weg van geleidelijkheid worden bereikt;

- de marktkansen van een nieuwe structuur moeten nog worden bewezen en vragen in ieder geval een samenhangende, regionale aanpak;

- tijdens het herstructureringsproces mag het evenwicht binnen de huidige mix niet worden verstoord.

Conclusies

1. De economische betekenis van de waterrecreatie op en aan de Ooster-schelde, de Voordelta en de Waddenzee bedraagt zo'n ƒ 743 miljoen. Deze bijdrage is nationaal, maar zeker regionaal van groot belang. In de drie kustwateren behoort de waterrecreatie tot de belangrijkste, stuwende sector.

2. De economische betekenis van de waterrecreatie staat in de drie kustwateren onder druk:

de verwachte marktontwikkeling is ongunstig;

de bedrijven zijn te kleinschalig om op eigen kracht nieuwe impulsen voort te brengen;

toeristische bedrijven krijgen onvoldoende ruimte voor noodzakelijke uitbreidingen en vernieuwingen;

het toeristisch-recreatief gebruik (en daarmee de attractiewaarde) van het water wordt beperkt door restrictieve beleidsmaatregelen.

Als de koers niet wordt bijgesteld, zal de economische betekenis gaan afnemen.

3. Om de economische betekenis van de waterrecreatie in de drie kustwate-ren te behouden, is het in ieder geval noodzakelijk dat op korte termijn:

de bedrijfsstructuur wordt versterkt;

fysieke ruimte voor vernieuwingen wordt geboden;

gebruiksrestricties van het water vergezeld gaan van passende alterna-tieven.

4. Door stimulering van de sector in de richting van meer bedrijfsmatige jaarrond-exploitaties kan de sociaal-economische betekenis wellicht worden vergroot. Een dergelijke beleidsbijstelling kan zeker niet worden geïnitieerd door individuele ondernemers of gemeenten. Een regionale aanpak is hierbij vereist.

43

win-win

Een beleid in deze richting vergt lange adem en laat onverlet dat het huidige bedrijfsleven zijn bestaande (ruimtelijke) knelpunten moeten kunnen oplossen. Voor elke koerswijziging zijn de marktkansen en de evenwichtigheid van de mix taakstellend

Punten voor nadere aandacht 1. Verbetering relatie natuumecreatie

Naast terechte aandacht voor ruimtelijke vraagstukken (zonerings- en quoteringsmaatregelen), dienen bedrijfsleven en overheid zich meer te concentreren op 'win-win-relaties' tussen natuur en recreatie. Reeds op korte termijn zouden successen kunnen worden behaald, gegeven de volgende overwegingen:

a. Gestreefd moet worden naar een meer integrale besluitvorming. Betere afstemming van ruimtelijke maatregelen, die als doel hebben de natuurwaarden te beschermen, op het economisch beleid is gewenst.

Een economische effectrapportage zou bij belangrijke afwegingen kunnen worden uitgevoerd. Deze onderzoekmethodiek kan hiervoor als raamwerk fungeren.

b. Het lijkt mogelijk om in de kustwateren het natuurbeleid te realiseren, zonder dat de economische betekenis wordt verkleind. Zo kan:

• natuurbeleving als 'selling-point' fungeren (en zich ook laten vertalen in een hogere prijs- en bezettingsniveau) en

- de beschikbare ruimte efficiënter worden benut.

c. De toeristische sector heeft belang bij de bescherming van natuur-waarden en kan ook zelf actief bijdragen aan kwaliteitsbehoud. De sector zou een eigen visie kunnen ontwikkelen, ook om de afhanke-lijkheid van derden te verminderen. Dit vergt uiteraard lange tijd. Op korte termijn kunnen al zeer pragmatische bijdragen worden geleverd, bijvoorbeeld:

- meer natuureducatie en adequate voorlichting: gidsen, routegeleiding e.d.;

- het bevorderen van natuurvriendelijke vormen van waterrecreatie (wel zeilboten en geen waterscooters verhuren);

- het stimuleren van nieuwe milieuvriendelijke vormen van waterrecrea-tie, bijvoorbeeld een elektrische boot (ook in Nederland reeds in

experimentele fase!).

d. Bij deze initiatieven heeft de sector behoefte aan een coördinerende, regionale instantie. De Provinciale WV kan zo'n rol vervullen.

e. Het handhaven en beschermen van ecologische waarden is lang niet altijd in conflict met het toeristisch gebruik. Door 'visitors management' kunnen gebieden gerichter en meer beheerst worden bezocht. 'Visitors management' kan ook 'nieuwe' exploitatiemogelijkheden opleveren:

bezoekerscentra, betaalde rondleidingen, routekaarten, e.d.

ruimtelijk ordeningsbeleid

samenwerking op regionaal niveau

regio-specifieke ontwikkelingen

toekomstige potenties

2. Versterking marktpositie toeristische sector kustwateren

De sector zou zich meer bewust moeten zijn van het belang van ruimtelijk beleid en een meer regionale aanpak. Pas dan kan de marktpositie van de toeristische sector in de kustwateren substantieel worden versterkt.

Overheid en bedrijfsleven kunnen hierbij inhaken op de volgende overwe-gingen:

a. Het ruimtelijk ordeningsbeleid zou meer gedifferentieerd van aard moeten zijn naar vormen van waterrecreatie/toerisme met een hoog economisch nut per vierkante meter. Voorts kan meer genuanceerd worden omgaan met uitbreidingsaanvragen. De in dit onderzoek

a. Het ruimtelijk ordeningsbeleid zou meer gedifferentieerd van aard moeten zijn naar vormen van waterrecreatie/toerisme met een hoog economisch nut per vierkante meter. Voorts kan meer genuanceerd worden omgaan met uitbreidingsaanvragen. De in dit onderzoek

In document Recreatie Onderzoek Kustwateren (pagina 51-64)