• No results found

Verzekeringen en begrenzingen

In document Rijksuniversiteit Groningen (pagina 35-39)

Naast de hiervoor uitgewerkte systemen zijn er nog een aantal aansprakelijkheidscomponenten. Achtereenvolgens zullen worden behandeld de verplichting tot het afsluiten van een aansprakelijkheidsverzekering en het stellen van begrenzingen aan de aansprakelijkheid.

4.1 Verzekeren

Een aansprakelijkheidsverzekeraar zal in gevallen dat het tot een veroordeling komt de claim of een deel hiervan betalen. Dit beperkt de directe gevolgen voor de accountant.

In de inleiding van de scriptie werd al uiteengezet dat er verschillende agency problemen spelen tussen het management, de investeerders en de accountant. Ook verzekeraars kennen een agency probleem, de inspanningen van een accountant zijn niet direct waarneembaar, maar wel ex-post verifieerbaar. Om gewenst gedrag te stimuleren zal de verzekeraar ex-ante voorwaarden stellen in de verzekeringspolis wanneer ex-post tot uitkering zal worden overgegaan en wanneer niet. Deze voorwaarden zorgen ervoor dat een verzekeringsmaatschappij niet in alle gevallen tot uitkering zou overgaan, waardoor er een risico blijft bestaan voor de accountant.

In sommige Europese landen is een verzekering wettelijk verplicht zoals België, Frankrijk en Duitsland. De minimum dekking loopt uiteen 635.000 euro in België tot 4.090.335 euro in Duitsland. In Griekenland is het bedrag niet gespecificeerd maar is wettelijk vastgelegd dat het 150% van de omzet dient te zijn. (Europese Commissie, 2002)

Een aansprakelijkheidsverzekering wordt in Nederland voorgeschreven door het NIVRA in “voorschriften inzake de continuïteit van de beroepsuitoefening door openbaar accountants.” Het afsluiten van een aansprakelijkheidsverzekering valt hieronder. De voorschriften eisen dat een kantoor adequaat verzekerd is. Adequaat wordt uitgewerkt door minimumbedragen te stellen die afhankelijk zijn van de omzet. Bij een omzet van boven de 7,5 miljoen euro is het kantoor vrij in het vaststellen van het verzekerde bedrag met als ondergrens een verzekerd bedrag van tenminste 3 miljoen.

4.2 Aansprakelijkheidsbegrenzingen

Een tweede groep van invloedsfactoren zijn begrenzingen aan de mogelijkheid tot het indienen van een claim of de maximale hoogte van deze claim. Er is hier een onderverdeling aan te brengen in contractuele begrenzingen en wettelijke begrenzingen. Contractuele

begrenzingen kunnen worden overeengekomen tussen contractpartijen, meestal de te controleren onderneming en de accountant. Wettelijke begrenzingen gelden zowel voor contractpartijen als voor derden, maar er kan in sommige gevallen met contractpartijen van de bepalingen worden afgeweken.

Er zijn een tweetal contractuele bepalingen mogelijk; allereerst het verkorten van de periode waarbinnen de accountant aansprakelijk kan worden gesteld en ten tweede het begrenzen van de hoogte van de aansprakelijkheid.

De periode waarbinnen een accountant aansprakelijk gesteld kan worden is in Nederland 20 jaar na het ontstaan van de schade of 5 jaar na het ontdekken van de schade en de aansprakelijke partij. (Europese Commissie 2002). In andere landen is de wettelijke termijn gunstiger voor de accountant, zo begint het verstrijken van de wettelijke termijn in Finland en Luxemburg op het moment dat de goedkeurende verklaring getekend wordt en in België, Frankrijk, Ierland en het Verenigd Koninkrijk op het moment de gebeurtenis die schade berokkent plaatsvindt. In deze landen kan dus voorkomen dat malversaties pas jaren later aan het licht komen maar niet meer geclaimd kunnen worden omdat de termijn verstreken is. De kans hierop in Nederland is aanwezig, maar beduidend kleiner. In een aantal landen is de termijn en het moment waarop deze begint verschillende voor contractuele partijen en overige partijen. Zo is de termijn in Spanje 15 jaar voor contractpartijen en 1 jaar (na ontdekken van de schade) voor derden.

Met contractpartijen mag in Nederland worden afgeweken van de eerder gestelde termijn. Het NIVRA stelt in het model algemene voorwaarden: “(…) vervallen vorderingsrechten en andere bevoegdheden van opdrachtgever uit welke hoofde dan ook jegens opdrachtnemer in verband met het verrichten van werkzaamheden door opdrachtnemer in ieder geval na één jaar na het moment waarop opdrachtgever bekend of redelijkerwijs bekend kon zijn met het bestaan van de rechten en bevoegdheden.” Dit komt neer op een periodelimitering tot 1 jaar na het ontdekken van de schade.

De maximale schade die verhaald kan worden kan worden afgegrensd door een maximum overeen te komen met contractpartijen. Dit is in Nederland toegestaan, voor of met derden geldt een dergelijke mogelijkheid niet. Als de begrenzing met de contractpartijen een rechtbank onredelijk of onbillijk voorkomt kan deze vernietigd worden. Het NIVRA geeft in het model algemene voorwaarden het volgende aan: “indien de opdrachtgever aantoont dat hij schade heeft geleden door een fout van opdrachtnemer die bij zorgvuldig handelen zou zijn vermeden, is opdrachtnemer voor die schade slechts aansprakelijk tot een maximum van

driemaal het bedrag van honorarium voor de desbetreffende opdracht over het laatste kalenderjaar, tenzij er aan de zijde van de opdrachtnemer sprake is van opzet of daarmee gelijk te stellen grove nalatigheid”.

Het NIVRA bepleit dat als er niet wordt voldaan aan de neglect standard er een maximum van drie keer het jaarlijkse honorarium kan worden verhaald op de accountant. In het geval van opzettelijke misleiding en/of grove nalatigheid wordt er niet voldaan aan de neglect

standard en vervalt de gestelde limitering. Naast het door het NIVRA aanbevolen systeem

zijn er nog andere mogelijkheden om de aansprakelijkheid te limiteren (figuur 5, gebaseerd op Johnson e.a.. (1995)).

Figuur 5: Claimbegrenzingen

Ook hier geldt dat een dergelijke begrenzing, indien deze wordt toegepast, alleen van toepassing is op een contractpartij. In de landen om ons heen zijn wel wettelijke aansprakelijkheidsgrenzen gesteld die gelden ten opzichte van niet contract partijen. België kent sinds kort een aansprakelijkheidsbeperking van 12 miljoen euro voor een controle bij een beursgenoteerde onderneming. In Duitsland geldt er een begrenzing voor aansprakelijkheid voortkomende uit een controle van een beursgenoteerde onderneming van 4 miljoen euro. Deze begrenzing gaat niet op als er opzet of fraude in het spel is. In Griekenland is de maximale aansprakelijkheid begrensd op 5 keer het jaarsalaris van het hoofd van de Griekse rekenkamer of de totale controlevergoeding van het afgelopen jaar van de betrokken account, afhankelijk van welk bedrag hoger is. In Oostenrijk geldt er een begrenzing van 363.400 euro indien de schade voorkomt uit nalatigheid. (Europese Commissie, 2002).

4.3 Hoogte van claims in Nederland

In Nederland is er geen bovengrens aan schadeclaims, maar welke omvang hebben de ingediende claims? Een zoektocht op Lexis Nexis leverde voor 1995-2006 onder andere de volgende zaken op: (voor de overzichtelijkheid is de betrokken partij vermeld, deze is niet altijd dezelfde als de aanklagende partij is)

• Chipsol vs. Coopers & Lybrand 651 miljoen gulden. Afgewezen door de Hoge Raad. • Van der Hoop bankiers vs. Deloitte 165 miljoen euro. Nog geen uitspraak.

• Qwest vs. Arthur Andersen, 100 miljoen euro. Nog geen uitspraak.

• Vie d’or vs. Deloitte, 80 miljoen euro. Toegekend door de Hoge Raad, exacte schadebedrag moet nog worden vastgesteld.

• DAF vs. Ernst & Young, 100 miljoen gulden. Afgewezen door College van Beroep voor het Bedrijfsleven.

• Coberco vs. Ernst & Young, 40 miljoen gulden. Afgewezen door de Hoge Raad.

• Credit Lyonais vs. KPMG, 3,2 miljard euro. Schikking voor onbekend bedrag, medevoldaan door KPMG International.

• Ceteco vs. Ernst & Young, 209 miljoen euro. Nog geen uitspraak.

Het vermoeden bestaat dat dit lang niet alle claims zijn, maar dat er veel onderling geschikt wordt, waardoor de zaken nooit in de openbaarheid komen.

In document Rijksuniversiteit Groningen (pagina 35-39)