• No results found

Verschillen tussen ‘traditionele’ en salafistische moskeeën

Deel I – Salafisme van binnenuit

2 Organisaties en predikers

2.5 Verschillen tussen ‘traditionele’ en salafistische moskeeën

We hebben gezien dat de salafistische organisaties hun ruimtes hoofdzakelijk gebruiken voor religieuze doeleinden, maar ook voor sociale en culturele doeleinden. De moskeeën profileren zich veel meer dan andere islamitische moskeeën als multifunctionele organisaties. Toch presenteren niet alleen salafistische moskeeën zich als multifunctionele organisaties; ook enkele niet-salafistische organisaties doen dat. Maar dit komt slechts in beperkte mate voor. Bijvoorbeeld het fenomeen van ‘telefonische helpdesk’ is niet nieuw en niet typisch voor salafistische moskeeën. Toch bereiken de salafistische centra niet alleen hulpvragers uit de lokale omgeving. Ook mensen die geen bezoekers zijn van de moskee, bellen bijvoorbeeld de As-Soennah moskee vanwege de Nederlandse voertaal van de organisatie en de nationale bekendheid en religieuze autoriteit. Het komt ook voor dat gelovigen bij hulpvragen meerdere moskeeën bellen. Salafi’s doen dat en volgen doorgaans het meest strenge antwoord.

Als de functies van een salafistische organisatie grotendeels overlappen met niet-salafistische moskeeën, waarin verschillen deze dan? Het onderscheidende kenmerk tussen een salafistische en niet-salafistische moskee is dat al deze activiteiten in termen van de da’wa geformuleerd worden en het als een religieuze plicht gezien wordt om hier veel tijd en energie in te steken. De

salafistische organisaties blinken uit in bedrijvigheid. Maarten, een niet-salafistische moslimjongen formuleerde het op cynische toon:

‘Elke moskee in Nederland die niet slaapt is een salafistische.’

De As-Soennah moskee ziet een flinke verbouwing tegemoet, waarbij zij hun activiteiten en bezoekersaantallen nog meer kunnen uitbreiden en ook aan de behoefte van de groeiende en enthousiaste groep vrouwen kunnen voldoen. De verbouwing wordt bekostigd met donaties van bezoekers en andere gelovigen. De As-Soennah moskee haalt wekelijks fondsen binnen, bijvoorbeeld tijdens de vrijdagspreek. Ook andere salafistische organisaties wijzen op de noodzaak van donaties en halen regelmatig geld op.

‘Wie een moskee bouwt in de wereld, bouwt een huis in het paradijs.’

Zo luidt een veelgehoorde spreuk, die het goede van sadaqa40 voor de bouw van een moskee uitdrukt. Er wordt ook sadaqa gevraagd aan de bezoekers voor overige zaken die in dienst staan van de da’wa.

Naast de bedrijvigheid en missiedrang van deze moskeeën zijn er nog andere factoren waardoor ze zich van andere niet-salafistische moskeeën onderscheiden:

- De percentages jongeren zijn opvallend. Meer dan in andere islamitische organisaties vormen zij een belangrijk aandeel van de bezoekers en de actieve kern, in bestuursfuncties en overige functies als bijvoorbeeld vrijwilliger.

- Het publiek is etnisch zeer divers met een opvallend deel Nederlandse bekeerlingen. Ze zijn relatief gezien een kleine groep, maar zijn vaak erg actief en hebben een belangrijke status in de groep. De bezoekers geven aan zich niet thuis te voelen in zogenaamde traditionele moskeeën, waar een bepaalde etnische groep overheerst. De salafistische organisaties profileren zich als etnisch neutraal en willen aanspraak maken op iedereen. De bezoekers bestaan dan ook uit Turken, Marokkanen, Nederlanders, Oost-Europeanen, Somaliërs, Irakezen, Indonesiërs en Afghanen. De Marokkanen en Nederlanders overheersen echter in aantal en aanwezigheid. ‘Onze islam is bindend’, stelt een Sayyid, een bestuurslid van de As-Soennah moskee. Hij geeft hiermee aan dat het salafisme culturele, etnische en sociale verschillen overstijgt.

- Ze zijn meer op vrouwen gericht. Gelovigen geven aan dat er in ‘traditionele’ moskeeën lang niet altijd ruimte is of altijd toegang is voor vrouwen. Ze noemen deze ‘mannenruimtes’. Ze keuren dit af door het een cultureel gebruik of traditie te noemen. ‘Het is iets van de traditie dat

40 Sadaqa is liefdadigheid bijvoorbeeld door geld te geven. De zakat (de verplichte armenbelasting) is ook een vorm van sadaqa.

vrouwen alleen achter het aanrecht horen’ zegt een bestuurslid van de El Islam moskee. Ook geven gelovigen aan dat andere moskeeën dan de salafistische weliswaar over een vrouwenruimte beschikken, maar dat deze lang niet altijd geopend is en er een actieve vrouwengroep zoals in de salafistische moskee ontbreekt. ‘Ik wilde een keer bidden in de moskee om de hoek, en toen moest ik eerst gaan rondbellen voor een sleutel,’ verzucht een vrijwilligster van de El-Fourkaan moskee. De salafistische organisaties presenteren zich graag als vrouwvriendelijke moskeeën. Salafistische gelovigen beamen dit. Hoewel buitenstaanders stellen dat imam Fawaz Jneid vrouwenonderdrukking propageert, zien salafi’s Fawaz Jneid juist als vechter voor de rechten van de vrouw.

‘Door de achterban wordt hij echt op handen gedragen en met name door de vrouwen. Hij is echt een leeuw als het gaat om rechten van de vrouw. Tientallen preken. Dat op een bepaald moment de mannen zeggen nu is het wel genoeg geweest.’ (Prediker Wahid)

De salafistische organisaties zijn bijzonder gericht op de behoeftes van de jongeren.

‘In andere moskeeën komen ook veel jongeren en mensen krijgen vaak niet de kans om zich te ontwikkelen of mensen kunnen de kennis niet overdragen. In ons bestuur zit één iemand van de eerste generatie, de rest is allemaal tweede generatie. (…) Ze krijgen ook de ruimte om zich te ontwikkelen en mensen uit te nodigen tot de islam en noem maar op en een ander belangrijk punt is dat wij als eerste kan ik wel zeggen met lezingen in het Nederlands kwamen. Dat was uniek. Er was heel veel in het Arabisch te krijgen. Maar op een gegeven moment was er heel veel animo onder de tweede en derde generatie en die spreken helaas geen Arabisch. Dus die waren wel zoekende. Heel Nederland eigenlijk. En ja, toen wij er mee begonnen met lezingen en noem maar op en vertalingen en onze site vraag/antwoord in het Nederlands. De animo is zo groot dat hadden we echt niet verwacht. Als je onze site ziet: duizenden op een dag die erop komen.’ (prediker Wahid)

De hoeveelheid salafistisch Nederlandstalig materiaal is zeer groot en bepaalt daardoor de informatievoorziening in Nederland over de islam. Hierdoor is hun positie sterk. De salafistische moskeeën staan verder te boek onder de gelovigen als zeer strenge en rechtlijnige moskeeën, meer dan traditionele moskeeën.

‘Je zult bij ons geen uitspraken horen van mensen die mensen naar de wind hangen, rekening houden met wat wil de achterban en daar gaan we nu serveren. Wij hebben een hele duidelijke boodschap. Wij hebben de verkondiging van de islam en die hebben we zuiver te houden.’ (Prediker Wahid)

Hiermee plaatsen de organisaties zich tegenover wat zij noemen ‘opportunisten’ en ‘hypocrieten’. Ze keren zich veelal af van het ontvangen van subsidie, tenzij ze overtuigd zijn dat ze geen tot weinig compromissen moeten doen. Naar eigen zeggen financieren zij zichzelf met donaties van de achterban. De organisaties draaien veelal op de welwillendheid van vrijwilligers en de vrijgevigheid van bezoekers met de wekelijkse sadaqa. Hiermee willen ze benadrukken dat ze onafhankelijk zijn van politiek en beleid, en profileren zij zich als grassroots-beweging. Deze mentaliteit past in de lijn van emancipatoire groeperingen zoals de Arabisch Europese Liga en de verzetscultuur van sommige jongeren. Ze storen zich aan allochtone politici, zoals Ahmed Aboutaleb en Ahmed Marcouch, die volgens hen autochtonen naar de mond praten.

De salafistische retoriek sluit goed aan bij de maatschappelijke onvrede onder sommige jongeren als het gaat over de positie van de islam. Hun bedrijvigheid stilt hun honger naar kennis over de islam. De salafistische predikers en organisaties profileren zich als de vertegenwoordigers van de ‘enige, juiste, echte en zuivere’ islam, tot grote ergernis van sommige moslims die geen salafistische denkbeelden hebben.

In hoofdstuk 6 gaan we verder in op de populariteit van de moskeeën onder gelovigen. Die heeft een relatie met de verschillen ten opzichte van niet-salafistische moskeeën. Maar eerst wordem in het volgende hoofdstuk de opvattingen van de salafistische predikers uitgediept. Wat is de boodschap van het salafisme in Nederland?

Antwoordbox hoofdstuk 2

Hoe is het salafisme in Nederland georganiseerd? (A3)

Er zijn drie organisatieniveaus te onderscheiden:

1. Organisaties met een salafistische signatuur. Dit zijn organisaties die zich expliciet en uitsluitend salafistisch profileren. Denk aan de bekende salafistische moskeeën/organisaties zoals de As-Soennah moskee, El-Fourkaan en ISOOK.

2. Organisaties onder sterke salafistische invloed. Dit zijn organisaties en moskeeën die zich niet expliciet salafistisch profileren, maar die wel intensief verbonden zijn met een organisatie van het eerste niveau. Er worden bijvoorbeeld regelmatig lessen of lezingen gehouden door een salafistische organisatie of er is een salafi die veel invloed heeft in de organisatie.

3. Organisaties onder marginale salafistische invloed. Dit zijn organisaties waar incidenteel een lezing of cursus wordt verzorgd door een salafistische prediker, of organisaties die incidenteel worden bezocht door enkele salafistische bezoekers.

Organisaties van het tweede en derde niveau kunnen zich, afhankelijk van de invloed en samenstelling van het bestuur en de bezoekers, ontwikkelen tot een organisatie van het eerste niveau.

Politiek-salafistische organisaties profileren zich als da’wa-centrum. Deze organisaties zien het als hun taak om op alle mogelijke manier hun da’wa uit te dragen. Ze proberen door hun gevarieerde activiteitenaanbod moslims van verschillende etnische groepen, van alle leeftijden, zowel mannen als vrouwen, in te wijden in het salafistische gedachtegoed. Lezingen, lessen, conferenties, cursussen, naschoolse opvang en huiswerkbegeleiding worden in het kader van de geloofsleer aangeboden. In sommige salafistische organisaties zijn ook activiteiten waarin religie nauwelijks een rol speelt, maar die wel conform de salafistische gedragregels worden geregeld, zoals de ruimtelijke scheiding van mannen en vrouwen. Denk aan taallessen en voorlichtingsmiddagen.

Salafistische moskeeën fungeren als vraagbaak en klankbord. De salafistische organisaties voorzien in antwoorden op religieuze vragen van gelovigen. Salafistische organisaties leggen een claim op de ‘ware en juiste islam’. Hun uitleg van de islam, dat wil zeggen de salafistische islam, beschouwen zij als bron van hun autoriteit. In sommige salafistische organisaties worden informele (soms polygame) huwelijken gesloten.

Hoe ontwikkelen de verschillende stromingen zich op praktisch gebied? (B6)

De politieke salafi’s zijn het meest prominent aanwezig in het salafistische landschap. Apolitieke en jihadistische salafi’s onttrekken zich meer aan de openbaarheid. De salafistische stromingen zijn niet duidelijk omlijnd in de praktijk. De informele netwerken van predikers zijn veelvormig en ontstaan op verschillende niveaus (lokaal, nationaal, internationaal). Soms zijn apolitieke en politieke predikers en meer jihadistisch georiënteerde salafistische predikers verbonden in een informeel netwerk dat lezingen organiseert. Sommigen willen absoluut geen samenwerking met andersgezinde salafi’s. Organisaties werken veel samen en zijn vaak alleen formeel van elkaar gescheiden. Internet is een belangrijk middel in hun werkwijze, hoewel ze ook waarschuwen voor het medium, omdat het hun positie kan ondermijnen. De organisaties verschillen in hun maatschappelijke en politieke koers. De één vermijdt het publieke debat en/of samenwerking met niet-salafistische partners, terwijl de ander deze contacten bewust inzet om de salafistische invloed te vergroten. Ook is er verschil in de manier waarop predikers preken. Sommigen zijn meer politiek geëngageerd en spreken in felle bewoordingen. Apolitieke predikers houden politieke onderwerpen over het algemeen buiten hun preken. Maar ook sommige politieke salafi’s vinden dat politiek niet per se in de moskee thuishoort. Politieke salafi’s zijn meer geneigd om compromissen te sluiten met hun omgeving dan apolitieke en jihadistische salafi’s.

Hoe uit het salafisme zich organisatorisch en ideologisch in het nieuwe da’wa-gebied Roermond? (A7)

Hoewel het salafisme dat zich manifesteert in kleinere provinciesteden zoals Roermond, in contact staat met de grote salafistische centra zoals de As-Soennah moskee in Den Haag, zijn het geen exacte kopieën. De preken kunnen politieker en feller zijn omdat er ook predikers optreden die in de grote centra niet (of niet meer) welkom zijn. Ze zijn vrijer in hun uitingen omdat ze minder in de publieke belangstelling staan. Er is daardoor minder sociale en politieke controle op de inhoud van de boodschap en de activiteiten. Net als in andere gebieden vormen predikers informele netwerken en prediken zij in moskeeën/organisaties in Limburg en Brabant, maar ook soms verder weg. Hoewel de samenwerking met, en communicatie tussen, de directe niet-salafistische omgeving en de ‘oudere’ niet-salafistische organisaties ook vaak moeizaam verloopt, is deze bij de nieuwere organisaties uitermate problematisch. Kleinere steden hebben vaak ook minder ervaringen en hebben nog weinig netwerken met allochtone organisaties in het maatschappelijke middenveld.

Waarin onderscheiden salafistische organisaties zich van andere islamitische organisaties? (A4)

- Salafistische organisaties hebben een sterke missiedrang, de da’wa staat centraal in hun bijna onuitputtelijke bedrijvigheid. Ze profileren zich meer dan anderen als multifunctionele organisaties.

- Ze voorzien in de behoefte van een groep moslims, vooral jongeren, die hongerig zijn naar bronnen van (Nederlandstalige) islamitische kennis. Salafistische organisaties overheersen in het aanbod van islamitische kennis in Nederland. Ze profileren zich als de informatieverstrekkers van de gepercipieerde ‘zuivere’ islam. Salafi’s leggen een claim op hun interpretatie van de islam en sluiten andere interpretaties uit. Gelovigen zijn zich niet altijd bewust van het salafistische karakter van deze bronnen. Predikers zijn enorm bedrijvig in het organiseren van activiteiten zoals cursussen, lezingen en conferenties waar Nederlands vaak de voertaal is, de (enige) taal die vele moslimjongeren machtig zijn.

- Salafistische organisaties stellen ook voor vrouwen ruimtes beschikbaar en organiseren activiteiten voor hen. Sommige activiteiten zijn alleen voor vrouwen. Jongeren zijn in tegenstelling tot ‘traditionelere’ moskeeën oververtegenwoordigd, ook in de besturen.

- De organisaties zijn niet etnisch georiënteerd (zoals veel niet-salafistische islamitische organisaties). Zowel de bestuursleden als de bezoekers zijn etnisch divers.