• No results found

Veranderingen in beleid CCP

3. De veranderde situatie in China vanaf

3.1 Veranderingen in beleid CCP

Na het hardhandig optreden op het Tiananmenplein kreeg de leiding van de CCP te maken met grote binnenlandse en internationale problemen. China raakte vanaf 1990 in eerste instantie in een isolement door de sancties van de Verenigde Staten, Japan en West-Europa. De ineenstorting van het communisme in Oost-Europa en de Sovjet- Unie zorgde ervoor dat de CCP gedwongen werd om actief na te denken over hervormingen en China’s relatie met de buitenwereld.106 Deng zette secretaris- generaal Zhao Ziyang uit zijn functie wegens zijn welwillende houding tegenover de studentenprotesten in 1989. Jiang Zemin, voormalig burgemeester van Shanghai, werd zijn vervanger. Deng was erg onder de indruk geraakt van Jiang doordat deze, als lid van het Politburo, de protesten in Beijing mede hardhandig had onderdrukt. Hoewel dat Deng vlak na 1989 nog steeds de belangrijkste leider van China was, waren Li, Yang Shangkun (president 1988-1993) en Chen Yun (voorzitter van de Centrale Advies Commissie 1987-1992) sinds het Tiananmenprotest de sleutelfiguren van de CCP.

Ondanks het optreden op het Tiananmenplein was zowel de autoriteit als het aanzien van Deng verzwakt, met als gevolg dat hij niet meer de beleidsagenda kon domineren. Conservatieven als Chen werden assertiever wanneer het aankwam op beslissingen maken. De chaos die de studenten hadden gecreëerd in de hoofdstad schreven de conservatieven toe aan het hervormde economische beleid van Deng.107 Deng was ervan overtuigd dat de steun van het publiek terug kon worden gewonnen als de Partij de economie gestaag liet groeien.108 Maar de conservatieven waren een stuk terughoudender en probeerden voor een groot deel de centrale planeconomie te herstellen.109

Deng was van mening dat ondanks er in Oost-Europa een crisis gaande was China het socialistische systeem middels economische hervormingen tot een succes moest maken. “If China holds its ground and attain its goals for development, that will demonstrate the superiority of socialism.”110 China zette de weg voort aan de opbouw

106 Chi-Kwan Mark, China and the World since 1945: an international history,(Abingdon 2012) 109. 107 Mark, China and the World since 1945, 109.

108

Vogel, Deng and the Transformation of China, 640.

109 Mark, China and the World since 1945, 109. 110 Ibid., 110.

32

van het socialisme met Chinese kenmerken.111 Zoals de minister van Buitenlandse Zaken Qian Qichen stelde, zouden China en Rusland een ‘vriendelijke buurland relatie vrij van ideologie’ moeten ontwikkelen.112

De ineenstorting van het communisme in Oost-Europa en de Sovjet-Unie liet volgens Vogel onder meer zien dat de jeugd in de communistische wereld het geloof in Marxisme-Leninisme en de socialistische economie hadden verloren. Deng en andere partijleiders realiseerden zich dat politieke training in het Marxisme-Leninisme of zelfs het Maoïsme niet meer het gewenste effect op de jeugd zou hebben. Om de harten van de jeugd terug te winnen werd de ideologie van het patriottisme

verkondigd. De Chinese term voor patriottisme, aiguozhuyi, betekent letterlijk ‘liefde voor het land’. Gezien de vele etniciteiten in China werd er bewust niet gekozen voor de term minzuzhuyi. Deze term vertalen wij naar nationalisme, maar betekent letterlijk ‘liefde voor ieders nationaliteit’.113

De Chinese regering probeerde dus door middel van patriottisme een sterke eenheid te creëren. Het lijkt erop dat de variëteit van etniciteiten onderdrukt moesten om uiteindelijk het Chinese volk weer achter de CCP te krijgen.

Tegen het einde van 1991 had het Departement van Propaganda een nieuw systeem ontwikkeld van patriottistische educatie, middels lesboeken, lezingen en mediageleiders. In het verlengde van het opleggen van patriottisme aan de jeugd in China lag een ‘anti-buitenland houding’. Dit was het gevolg van de opgelegde sancties. Deze anti-buitenland houding ging veel verder dan wat Deng had

aangemoedigd en werd bovendien steeds sterker. Toen de internationale gemeenschap de sancties vanaf 1997 ophieven, moest China de juiste balans vinden tussen het ‘anti-buitenland patriottisme’ en de goede relaties met het buitenland.114

Deng was er dus niet in geslaagd om China weer terug te krijgen op de weg naar hervorming en opening.115 Hij realiseerde zich dat zijn aanpak omtrent het Tiananmenprotest door velen werd beschouwd als een smet op zijn carrière.116 De leider voelde aan dat zijn beste tijd er op zat en deed daarom afstand van zijn positie als centrale leider van China. Hij schoof Jiang naar voren. In 1993 werd hij president van de Volksrepubliek China. Zo werd Jiang in het midden van de jaren negentig in

111 Ibid., 111.

112 Qian Qichen, Ten Episodes in China’s Diplomacy, (New York 2005), 31. 113 Vogel, Deng and the Transformation of China, 661.

114

Ibid., 663.

115 Ibid., 675. 116 Ibid., 688.

33

combinatie met zijn functie als secretaris-generaal (1989-2002) en voorzitter van de Centrale Militaire Commissie (1989-2004) de machtigste man van China.117 Hij vormde voortaan de kern van China’s ‘derde generatie leiderschap’118 en zo kwam er een einde aan het Deng tijdperk. Jiang maakte samen met de CCP leiders onderdeel uit van de postrevolutionaire generatie die geconfronteerd werd met enorme

uitdagingen. Jiang kreeg de zware taak om de legitimiteit van het autoritaire regime van de CCP te herstellen, in een tijd van wereldwijde aandacht voor democratisering en mensenrechten.119