• No results found

A — Intro — EU-D-F-GB — Kr. ZE P 30 x Flamenco. 1991. Kw.r. 1990. K: De Samenwerkende Graankweekbedrijven Wiersum-Zelder, Gennep.

Is middelmatig wintervast. Geeft op de centrale en noordelijke zeeklei vrij goede, op zand- en dalgrond vrij matige en op löss zeer matige opbrengsten.

Het stro is vrij stevig. Wordt weinig door netvlekkenziekte en dwergroest, middelmatig door meeldauw en vrij sterk door bladvlekkenziekte aangetast. Rijpt vroeg. Heeft een zeer grote, goed gevulde korrel.

Granen - Wintergerst Cereals - Winter barley Gemiddelde korrelopbrengst van de wintergerstrassen

Verhoudingsgetallen per gebied

Noord, zeeklei

Centr.

zeeklei

Löss Zand- en

dalgrond Meerrijige rassen

A — Cumbia 98 105 109 102

A — Anoa 105 98 99 109

A — Vectra 101 93 101 93

Tweerijige rassen

A — Intro 99 101 91 97

Overzicht van de raseigenschappen bij wintergerst

Meerrijig Tweerijig Een hoog cijfer duidt op gunstige

Waardering van de betrokken eigen-Schap. Verder worden lang stro en

vroe-Ge rijping door een hoog cijfer aangeduid. O

ra

!Q E 3

1

2

O <D

> c

1. Wintervastheid 7 7 75 6

2. Vroegheid van grondbedekking 65 7 6b 7

3. Vroegheid van in aar komen 65 65 7 65

4. Lengte van het stro 8 65 8 7

5. Stevigheid van het stro 65 . 85 7'J 7

6. Vroegrijpheid 65 65 75 8

7. Korrelgewicht 7 65 55 95

8. Hectolitergewicht 65 7 65 8

9. Afbreken van aren T 8

10. meeldauw 75 65 • 6 65

11. Resistentie dwergroest 6 7 5 8

12. tegen bladvlekkenziekte 75 65 7 5

13. netvlekkenziekte 75 85 75 8

14. Geschiktheid als dekvrucht 65 8 75 75

Granen - Wintergerst Cereals - Winter barley

Ziekten

Stuifbrand (Ustilago nuda), steenbrand (Ustilago hordei) en strepenziekte. (Pyrenophora graminea) kunnen door gebruik van goedgekeurd zaaizaad en door ontsmetting van het zaaizaad worden tegengegaan. Meeldauw (Erysiphe graminis f.sp. hordei) en dwergroest (Puccinia hordei) kunnen sommige rassen nogal aantasten. Soms kan gele roest (Puccinia striiformis f.sp. hordei) schade veroorzaken. Netvlekkenziekte (Pyrenophora teres f.sp. teres) en bladvlekkenziekte (Rhynchosporium secalis) kunnen, met name bij een vroege aantasting, aanmerkelijke schade geven.

Het gerstegeelmozaïekvirus, overgebracht door de grondschimmel Polymyxa graminis, heeft zich de laatste jaren uitgebreid in de teeltgebieden van wintergerst in West-Europa. Ook in Nederland komt de ziekte voor. Op besmette percelen dient gekozen te worden voor een resistent ras. Het gerstevergelingsvirus (Barley Yellow Dwarf) komt mondiaal gezien veel voor. In Nederland wordt in sommige jaren een grote toename geconstateerd, vooral in het zuiden van het land en in de kustgebieden. Het virus wordt door luizen overgebracht. Dit gebeurt zowel in het najaar (bij late luisvluchten of vroege zaai) als in het voorjaar, met name na een zachte winter. Het virus heeft diverse granen en grasachtigen als waardplant.

N.B. Bij het meermaals toepassen van chemische bestrijding van ziekten binnen één seizoen verdient het aanbeveling afwisselend middelen met verschillende werkzame stoffen te gebruiken.

Zaaizaadhoeveelheid

van de Wintergerstrassen in kg per ha bij vroeg zaaien; (naar­

mate later wordt gezaaid, is het gewenst meer zaaizaad te gebruiken, bij zeer laat zaaien 20 à 30 kg meer).

Kleigrond Gem. klei en Zware

goede goede zand­ stugge klei

structuur en dalgrond

Vectra 100 kg/ha 110 kg/ha 125 kg/ha

Anoa, Cumbia 110 „ 120 „ 140 „

Intro 120 „ 130 „ 150 „

Stikstofbemesting van de wintergerstrassen

De stikstofbemesting dient in eerste instantie te worden afgestemd op de stikstofrijkdom van de grond. Hiertoe worden op basis van grondonderzoek jaarlijks regionaal stikstofadviezen gegeven. De stikstofbemestingsrichtlijnen worden gepubliceerd door het IKC-AGV. Een gedeelde stikstofgift verdient aanbeveling. Er moet op grond van verschillen in gevoeligheid voor legering rekening worden gehouden met het ras. De huidige, aanbevolen rassen verschillen niet veel in benodigde stikstofbemesting. Ten opzichte van oude, meer legeringsgevoelige rassen kan ongeveer 10 kg zuivere stikstof méér gegeven worden.

Oogstbaarheid

Het oogsten van wintergerst geeft in het algemeen geen grote problemen. De grote hoeveelheid naalden kan, indien onder minder gunstige omstandigheden moet worden geoogst, bij alle rassen aanleiding geven tot verstopping van zeven. Lengte en stevigheid van het gewas bepalen voor een groot deel de capaciteit van de maaidorser. Gelegerde gewassen drogen slecht en geven moeilijkheden bij het maaien, vooral indien veel onkruid of een te hoog opgegroeide ondervrucht in het gewas voorkomt. Afbreken van aren kan in staande gewassen bij sterke wind aanleiding geven tot verliezen. De schotgevoeligheid speelt voor de oogst bij

Granen - Zomergerst Cereals - Spring barley

Zomergerst

In 2001 bedroeg de oppervlakte zomergerst ruim 61.650 ha. Bij zomergerst wordt onderscheid gemaakt tussen brouwgerst- en voergerstrassen, waarbij de brouwgerst wordt onderverdeeld in rassen die goed bruikbaar zijn en rassen die bruikbaar zijn voor de mout- en brouwindustrie.

De rassen Saloon en Prestige zijn voor het eerst op de Aanbevelende Rassenlijst geplaatst.

Brenda en Video worden niet meer beschreven.

Geschiktheid voor de mout- en brouwindustrie

Nieuwe rassen worden door de Stichting Nederlands Instituut voor Brouwgerst, Mout en Bier (NIBEM) bij TNO-Voeding in Zeist onderzocht op hun bruikbaarheid in de mouterij en brouwerij. Op basis van dit onderzoek worden de rassen gewaardeerd voor mout- en brouwkwaliteit, waarmee de gemiddelde voorkeur van de mouterijen en brouwerijen wordt aangegeven. De rassen met een goede brouwkwaliteit zijn vrijwel altijd bruikbaar, afhankelijk van de kiemkracht, het eiwitgehalte en de gezondheid van de partij. De rassen met een matige of vrij goede brouwkwaliteit zijn, naast de bovengenoemde algemene specificaties, alleen bruikbaar voor de mouterijen en brouwerijen wanneer de actuele marktsituatie daartoe aanleiding geeft.

Eiwitgehalte en volgerstaandeel

Het eiwitgehalte mag niet hoger zijn dan 11,5% en bij voorkeur niet lager dan 9,5%. Dit eiwitgehalte wordt sterk beïnvloed door de teeltomstandigheden tijdens het groeiseizoen. Gemiddeld over meerdere jaren vertonen de eiwitgehalten een regelmatig patroon van oplopende gehalten van zuid naar noord. De partijen van de noordelijke zeeklei en van de zand- en dalgronden zitten soms dicht tegen de grens van 11,5%. Op de zuidwestelijke zeeklei is het gemiddelde gehalte (9,9%) meestal zo laag dat de rasverschillen in eiwitgehalte daar een ondergeschikte rol spelen.

De verschillen tussen de jaren zijn in dezelfde orde van grootte (gemiddeld 9,8% eiwit in 'lage eiwit'-jaren en gemiddeld 11,5% eiwit in 'hoge eiwit'-eiwit'-jaren).

De mouterij stelt hoge eisen aan de sortering van een partij brouwgerst. Het aandeel volgerst (dat zijn de korrels groter dan 2,5 mm) moet minimaal 90% zijn. In de praktijk wordt alleen voor het volgerstaandeel van een partij de brouwgerstpremie betaald. In het rassenonderzoek van 1995 t/m 2000 bedroeg het gemiddelde volgerstaandeel 95,5%.

Het korrelgewicht is voor een belangrijk deel een raseigenschap, die weliswaar sterk wordt beïnvloed door de jaarlijkse teeltomstandigheden, maar zich redelijk constant gedraagt over alle regio's.

Granen - Zomergerst

Brouwgerst

Cereals - Spring barley

De rassen Saloon en Prestige zijn voor het eerst op de Aanbevelende Rassenlijst geplaatst.

De rassen Brenda en Video worden niet meer beschreven.

Rassen goed bruikbaar voor de mout- en brouwindustrie

A — Barke — EU-A-D-DK-I-IRL-L-SF — Kr. Libelle x Alexis. 2000 (1996). EU-kw.r. 1997.

K: Saatzucht J. Breun GdbR, Herzogenaurach, Duitsland. V: Cebeco Seeds B.V., Vlijmen.

Geeft gemiddeld vrij goede opbrengsten met een vrij goed volgerstaandeel.

Het stro is vrij lang en de stevigheid is middelmatig. Wordt weinig door meeldauw en middelmatig door net- en bladvlekkenziekte aangetast. Heeft een vrij grote korrel.

B — Luzon — EU — Kr. Cornich x Alexis. 1999. Kw.r. 1998. K: Cebeco Seeds B.V., Vlijmen.

Geeft gemiddeld vrij matige opbrengsten met een vrij matig volgerstaandeel.

Het stro is vrij lang en de stevigheid is middelmatig. Wordt weinig door meeldauw en middelmatig door net- en bladvlekkenziekte aangetast. Heeft een vrij grote korrel.

Nieuwe rassen

N — Extract — EU-D-F — Kr. (Cask x Chariot) x Amber. 2001. EU-kw.r. 1997. K: New Farm Crops Ltd., Market Stainton, Lincolnshire, Groot-Brittannië. V: Advanta Seeds B.V., Rilland.

Geeft gemiddeld vrij goede opbrengsten met een vrij goed volgerstaandeel.

Het stro is middelmatig lang en de stevigheid is vrij goed. Wordt weinig door meeldauw, middelmatig door bladvlekkenziekte en vrij weinig door netvlekkenziekte aangetast. Heeft een grote korrel.

N — Aspen — EU-D-F-GB — Kr. Vintage x Chariot. 2001. EU-kw.r. 1999. K: Nickerson RPB Ltd., Rothwell, Lincoln, Groot-Brittannië. V: Force Limagrain B.V., Zwolle.

Geeft gemiddeld vrij goede tot goede opbrengsten met een vrij goed volgerstaandeel.

Het stro heeft een gemiddelde lengte en de stevigheid is vrij goed. Wordt zeer weinig door meeldauw en vrij weinig door net- en bladvlekkenziekte aangetast. Heeft een middelmatige korrelgrootte.

Granen • Zomergerst Cereals - Spring barley

Rassen bruikbaar voor de mout- en brouwindustrie

A — Hanka — EU-A-D-F — Kr. HL5947385 x HL9667787. 1999. EU-kw.r. 1999. K: Semundo Saatzucht GmbH, Hanstedt, Duitsland. V: Semundo B.V., Ulrum.

Geeft gemiddeld vrij goede tot goede opbrengsten met een vrij goed volgerstaandeel.

Het stro is lang en de stevigheid is vrij goed. Wordt middelmatig door meeldauw en bladvlekken-ziekte en vrij weinig door netvlekkenbladvlekken-ziekte aangetast. Heeft een middelmatige korrelgrootte.

A — Reggae — EU-F-S — Kr. Apex x VDH 233-79. 1995. Kw.r. 1994. K: Advanta Seeds B.V., Rilland.

Geeft gemiddeld vrij matige opbrengsten met een vrij goed volgerstaandeel.

Het stro heeft een gemiddelde lengte en de stevigheid is goed. Wordt weinig door meeldauw, vrij sterk door netvlekkenziekte en middelmatig door bladviekkenziekte aangetast. Heeft een middelmatige korrelgrootte.

B — Madonna — EU-D — Kr. Marina x Krona. 2000. K: Lochow-Petkus GmbH, Bergen, Duitsland.

V: Cebeco Seeds B.V., Vlijmen.

Geeft gemiddeld goede opbrengsten met een vrij goed volgerstaandeel.

Het stro is lang en de stevigheid is vrij goed. Wordt vrij weinig door meeldauw en netvlekkenziekte en middelmatig door bladviekkenziekte aangetast. Heeft een vrij grote korrel.

Nieuwe rassen

N — Saloon — EU-D-F-IRL-GB — Kr. Cork x Hind. 2002. EU kw.r. 1999. K: New Farm Crops Ltd., Lincolnshire, Groot-Brittannië. V: Cebeco Seeds B.V., Vlijmen.

Geeft goede tot zeer goede opbrengsten met een vrij goed volgerstaandeel.

Het stro is zeer kort en de stevigheid is goed. Wordt weinig door meeldauw, vrij weinig door netvlekkenziekte en middelmatig door bladviekkenziekte aangetast. Heeft een grote korrel.

N — Prestige — EU-D-DK-F-GB — Kr. Cork x Chariot. 2002. EU-kw.r. 2000. K: Monsanto UK Ltd., Cambridge, Groot-Brittannië. V: Barenbrug Holland B.V., Oosterhout.

Geeft goede tot zeer goede opbrengsten met een vrij goed volgerstaandeel.

Het stro heeft een gemiddelde lengte en de stevigheid is vrij goed. Wordt zeer weinig door meeldauw en middelmatig door net- en bladviekkenziekte aangetast. Heeft een grote korrel.

Granen - Zomergerst Cereals - Spring barley

Voergerst

Reggae en Video zijn niet meer beschreven.

A — Madonna

Geeft gemiddeld goede opbrengsten.

Zie voor een uitgebreide beschrijving blz. 44.

B — Hanka

Geeft gemiddeld vrij goede tot goede opbrengsten.

Zie voor een uitgebreide beschrijving blz. 43.

B — Slalom — EU — Kr. Magenta x Chariot. 2000. K: Plant Breeding Int. Cambridge Ltd., Trumpington, Cambridge, Groot-Brittannië. V: Barenbrug Holland B.V., Oosterhout (Gld.).

Geeft gemiddeld vrij goede opbrengsten.

Het stro is vrij lang en de stevigheid is goed. Wordt weinig door meeldauw en vrij weinig door net­

en bladvlekkenziekte aangetast.

Granen - Zomergerst Cereals - Spring barley

Korrelopbrengst (met en zonder ziektebestrijding) en volgerstaandeel van de zomergerstrassen (verhoudingsgetallen)

Korrelopbrengst

kleigrond zand- en dalgrond Gemiddeld volgerst­

zonder met zonder met aandeel

ziekte- ziekte- ziekte- ziekte- (met ziekte­

bestr. bestr. bestr. bestr. bestrijding) Brouwgerstrassen

Goed bruikbaar

A — Barke 100 99 102 98 101

B — Luzon 95 96 97 98 98

N — Extract 101 102 100 99 100

N — Aspen 102 102 101 100 100

Bruikbaar

A — Hanka 104 101 102 101 101

A — Reggae 98 99 95 100 99

B — Madonna 103 102 103 104 101

N — Saloon 105 104 104 104 99

N — Prestige 105 102 107 102 101

Voergerstrassen

A — Madonna 103 102 103 104

B — Hanka 104 101 102 101

-B — Slalom 99 99 100 100

-Gem. opbrengst (ton/ha) 7.5 8.0 6.4 7.5

Granen - Zomergerst

Overzicht van de raseigenschappen bij zomergerst

Cereals - Spring barley

Een hoog cijfer duidt op gunstige waardering van de betrokken eigenschap. Ver­

der worden laag eiwitgehalte, lang stro en vroege rijping door een hoog cijfer aangeduid.

Brouwgerst

Voer-gerst Een hoog cijfer duidt op

gunstige waardering van de betrokken eigenschap. Ver­

der worden laag eiwitgehalte, lang stro en vroege rijping door een hoog cijfer aangeduid.

Goed bruikbaar Bruikbaar

Voer-gerst Een hoog cijfer duidt op

gunstige waardering van de betrokken eigenschap. Ver­

der worden laag eiwitgehalte, lang stro en vroege rijping door een hoog cijfer aangeduid.

Aspen Barke Extract Luzon Hanka Madonna Prestige Reggae Saloon

E O w «

1. Lengte van het stro 2. Stevigheid van het stro

65 75 65 75

') De cijfers van Saloon en Prestige zijn voorlopig in verband met het beperkte aantal gegevens.

Ziekten

Stuifbrand (Ustilago nuda) en steenbrand (Ustilago hordei) en strepenziekte (Pyrenophora graminea) kunnen door ontsmetting van het zaaizaad worden bestreden. Door het wegvallen van een groot aantal middelen zijn de mogelijkheden hiertoe echter afgenomen. Stuifbrand en strepenziekte komen hierdoor de laatste jaren meer voor.

Bladvlekkenziekte (Rhynchosporium secalis) ontwikkelt zich de laatste jaren steeds vaker en in ernstiger mate; tussen de thans aanbevolen rassen zijn de verschillen in gevoeligheid voor bladvlekkenziekte vrij beperkt. Bij netvlekkenziekte (Drechslera teres) zijn er duidelijke rasverschillen. Deze ziekte komt de laatste jaren (sinds 1994) steeds meer voor en is momenteel de belangrijkste ziekte in zomergerst. Netvlekkenziekte ontwikkelt zich veelal vanuit een zaaizaadinfectie, evenals de vlekkenziekte (Bipolaris sorokiniana, syn. Helminthosporium sativum). Door een zaadbehandeling is dit tegen te gaan.

Meeldauw (Erysiphe graminis f.sp. hordei) kan bij zomergerst sterk optreden en verlaging van de opbrengst veroorzaken. Er zijn grote verschillen in vatbaarheid tussen de rassen, o.m. afhankelijk van de verschillende resistentiefactoren. Omdat vooral bij meeldauw deze resistentie gemakkelijk kan worden doorbroken is het gewenst, bij verbouw van meer dan één ras, rassen te kiezen waarvan de resistentie op verschillende factoren berust.

Gele roest (Puccinia striifonr\is f.sp. hordei) treedt het ene jaar meer op dan het andere; in de

Granen - Zomergerst Cereals - Spring barley Dwergroest (Puccinia hordei) komt regelmatiger voor, met name aan het eind van het groeiseizoen. Het gerstevergelingsvirus komt onregelmatig voor; meestal na een zachte winter.

De schade is echter meestal zeer beperkt.

N.B. Bij het vaker toepassen van chemische bestrijding van ziekten binnen één seizoen verdient het aanbeveling afwisselend middelen te gebruiken met verschillende werkzame stoffen.

Zaaizaadhoeveelheid van de zomergerstrassen in kg/ha

Onderstaande tabel voor de te gebruiken zaaizaadhoeveelheid gaat uit van de teelt van brouwgerst. Hiervoor is een plantaantal van 200-225 planten per m2 gewenst. Voor de voergerstteelt mag het plantaantal iets verder oplopen tot 250 planten per m2.

Onder zeer goede omstandigheden wordt verstaan: een goede kiemkracht, goede grond, een goed zaaibed en goede weersomstandigheden.

Zaaizaadhoeveelheid In kg per ha

Omstandigheden bij het zaaien: Zaaizaad in kg per hectare bij DKG

40 45 50

Zeer goed opkomst 90%) 100 110 120

Gemiddeld (opkomst 80%) 110 120 130

Matig (opkomst 70%) 120 130 140

Stikstofbemesting van de zomergerstrassen

Voor de teelt van brouwgerst is de stikstofbemesting gericht op het behalen van een eiwitgehalte tussen 9,5 en 11,5%, met behoud van opbrengst. Het algemeen stikstofadvies voor brouwgerst luidt: 90 kg per ha minus bodemvoorraad. Wordt een opbrengst van meer dan 6000 kg/ha verwacht, dan is het advies: 110 kg per ha minus bodemvoorraad.

Voor de voergerstteelt geldt voor kleigrond en zand- en dalgrond resp. 130 en 110 kg per ha minus bodemvoorraad (deling).

Oogstbaarheid

De stevigheid van het stro is een belangrijke eigenschap. Een sterke en vooral een platte legering geeft moeilijkheden bij het oogsten, in het bijzonder wanneer veel onkruid of een te hoog opgegroeide ondervrucht in het gewas voorkomt.

Doorwas is een van de meest hinderlijke eigenschappen. Zij treedt vooral op bij gelegerde gewassen en dan het meest bij de rassen met weinig veerkrachtig stro.

Soms komt doorknikken van de halm voor, waardoor verlies kan optreden.

Korre!uitval en schot vormen zelden een probleem bij zomergerst.

Granen- Winterrogge Cereals -Winter rye

Rogge

(Secale cereale L.J

Winterrogge

De verbouw van rogge vindt vrijwel geheel plaats op zand- en dalgrond. In 2001 werd In ons land ruim 3.870 ha winterrogge verbouwd.

Het sortiment is verdeeld in hybriderassen en overige (vrij bestoven) rassen.

Hybriderassen

Het ras Picasso is voor het eerst op de Aanbevelende Rassenlijst geplaatst. Het ras Rapid is niet meer beschreven.

A — Esprit — EU-A-D-DK-L-S — Kr. onbekend. 1999. EU-kw.r. 1996. K: Lochow-Petkus GmbH, Bergen, Duitsland. V: Cebeco Seeds B.V., Vlijmen.

Geeft zeer goede opbrengsten.

Heeft stro van gemiddelde lengte dat middelmatig stevig is. Wordt vrij sterk door bruine roest en middelmatig door meeldauw aangetast. Rijpt vrij laat.

Nieuwe rassen

N — Picasso — EU-A-D-DK-GB-L-S — Kr. (Lo 55-p x Lo 49-n) x Lsa 36.2002 (1999). Kw.r.

1999. K: Lochow-Petkus GmbH, Bergen, Duitsland. V: Cebeco Seeds B.V., Vlijmen.

Geeft zeer hoge opbrengsten.

Heeft vrij kort stro dat goed stevig is. Wordt vrij sterk door bruine roest en vrij weinig door meeldauw aangetast. Rijpt vrij laat.