• No results found

Hoofdstuk 2: Waarden van kunstfestivals 2.1 Inleiding

2.6 Sociale waarden van festivals

De theorie die Matarasso in 1997 introduceerde over de sociale impact van participatie in de kunsten, liet zien dat kunstparticipatie een waardevolle bijdrage kan hebben aan sociaal beleidsdoelen.97 Volgens Matarasso kunnen er 6 categorieën thema‟s

onderscheiden worden, die van belang zijn bij de participatie in de kunsten98: 1. Persoonlijke ontwikkeling;

2. Sociale cohesie;

94 Fonds Podiumkunsten, Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling 2009-2012 festivals, Den Haag: Fonds Podiumkunsten, 11.

95 Jane Ali-Knight en Martin Robertson, „Introduction to arts, culture and leisure‟, in Ian Yeoman (ed), Festival

and events management. An international arts and culture perspective, 2004, 3-13, 3.

96 Anna Elffers, „Straattheaterfestivals trekkers van nieuw publiek?‟, in: MMNieuws 4/5, Jg. 7, 2005, 26-27, 26. 97 Matarasso, Use or Ornament? The Social Impact of Participation in Arts Programmes, Comedia: 1997. 98 Ibid., 12-13.

3. Gemeenschappelijk krachtenbundeling en zelfverzekerdheid; 4. Locaal imago en identiteit;

5. Verbeeldingskracht en visie; 6. Gezondheid en welzijn.

Alleen de vijfde categorie is volgens het onderzoek specifiek aan culturele activiteiten: alle andere effecten kunnen ook op andere manieren worden bewerkstelligd, bijvoorbeeld door vrijwilligerswerk of deelname in een sportvereniging.99 Met deze vaststelling wordt bevestigd dat sociale waarden onder extrinsieke waarden worden geschaard.

Volgens Michelle Reeves bracht de studie van Materasso de sociale waarden van kunst voor het eerst serieus onder de aandacht van beleidsmakers en politiek.100 In navolging van Matarasso bestaan er tegenwoordig veel verschillende theorieën over sociale

waarden van kunstparticipatie, al dan niet met betrekking tot (passieve) bezoekers of (actieve) makers.101 Deelnemen aan kunst zou mensen emanciperen en

bevolkingsgroepen integreren, wat mogelijk positieve effecten heeft op de sociale samenhang en de leefbaarheid in een buurt.

De meest voor de hand liggende sociale waarde van festivals is de optiewaarde: voor de inwoners van een stad als vrijetijdsbesteding en voor bezoekers van een stad is het een recreatiemogelijkheid. Verschillende studies tonen aan dat vooral mensen met een hogere opleiding willen wonen in steden met een gevarieerd cultureel aanbod: mensen waarderen alleen al de mogelijkheid om in de stad theater te kunnen bezoeken, los van de vraag of zij dit ook daadwerkelijk doen.102 Daarbij moet wel genoemd worden dat ook andere vrijetijdsbestedingsmogelijkheden, zoals sportfaciliteiten, natuur en

horecagelegenheden, hieraan bijdragen. Echter, cultureel aanbod zoals festivals hebben het voordeel dat zij ook bijdragen aan een specifieke identiteit103, zoals in paragraaf 2.6.2 en 2.6.3 wordt besproken.

Wanneer er naar de sociale waarden van bepaalde fenomenen wordt gekeken, komen begrippen als „sociale cohesie‟, „inclusie‟ en „interactie‟ al snel aan bod.104 Het (actief of passief) consumeren van podiumkunsten is per definitie een sociale activiteit105, vandaar dat (podiumkunst)festivals kunnen bijdragen aan de sociale waarden die worden beoogd met cultureel aanbod in een stad of regio. De sociale waarden van festivals gaan over het effect dat een festival heeft op de maatschappelijke structuur waarin het festival

plaatsvindt en op die manier worden politieke waarden als „burgerlijke of locale trots‟ en „identiteitsvorming‟ ook onder sociale waarden geplaatst. Door de toenemende

populariteit van festivals en het belang ervan voor bijvoorbeeld toerisme en regionale ontwikkelingen, groeit het politieke belang van festivals voor de (locale) overheid. Het locale festivalbeleid wordt in hoofdstuk 4 onderworpen aan een detailbeschrijving door vier gemeenten in Nederland onder de loep te nemen, maar hier is het van belang om te melden dat festivals politieke waarden hebben door de vergroting van de locale identiteit, de burgerlijke participatie bij kunst en trots op de stad, wat bijdraagt aan de sociale cohesie en integratie van de inwoners van de stad.

Volgens Bowdin (2001) hebben festivals positieve en negatieve effecten.106 Onder de noemer „sociaal-cultureel‟ noemt hij effecten die in de categorisering van deze scriptie onder sociale waarden vallen, namelijk:

99 Matarasso, Use or Ornament? The Social Impact of Participation in Arts Programmes, Comedia: 1997, 56. 100 Michelle Reeves, Measuring the economic and social impact of the arts, London: Arts Council of England, 2002, 16.

101 Ibid., 16.

102 Gerard Marlet, „Cultuur in de stad‟, in: Boekman 81 Kunst en politiek, 84.

103 Quirijn van den Hoogen, Performing Arts and the City, Groningen: Rijksuniversiteit Groningen, 2010, 261. 104 Ian Yeoman (ed.), Festival and events management. An international arts and culture perspective, 2004. 105 Quirijn van den Hoogen, Performing Arts and the City, Groningen: Rijksuniversiteit Groningen, 2010, 277. 106 Peter Mason en John Beaumont-Kerridge, „Attitudes of visitors and residents to the impacts of the 2001 Sidmouth International Festival‟, in Ian Yeoman (ed.), Festival and events management. An international arts

Positief effect Negatief effect Hernieuwen van tradities Vervreemding van de

gemeenschap Vergroten van

gemeenschappelijke trots Negatief imago van een gemeenschap Validatie van groepen in de

gemeenschap Slecht gedrag

Verhoging van

gemeenschapsparticipatie Materiaal misbruik Introductie van nieuwe en

uitdagende ideeën

Sociale dislocatie Verruiming culturele

perspectieven

Tabel 8: Positieve en negatieve sociale effecten van festivals107

Veel mensen worden van theaterbezoek weerhouden door zogenaamde sociale drempels: ze voelen zich niet thuis in de omgeving van een schouwburg en tussen de mensen die daar komen. Een potentieel van (laagdrempelige) festivals is dat er niet alleen een bestaand kunstpubliek kan worden aangesproken, maar dat ook nieuwe publieksgroepen kunnen worden gevormd.108 Sociale drempels spelen minder bij festivals dan bij de reguliere schouwburg: daar kan men op ongedwongen wijze kennis maken met (gratis) theateraanbod.109 Hierdoor kan een onverschillige of zelfs afwijzende houding tegenover theater omslaan naar een veel positievere attitude. Een festival kan tevens leiden tot een eerste kennismaking met een regulier theater in de woonomgeving. Hierbij wordt

nogmaals de kanttekening gezet of dit in de praktijk wel blijkt wanneer hier onderzoek naar zou worden gedaan in een bepaalde stad: zoals al eerder is aangegeven, bestaat het merendeel van het publiek vaak uit al bestaand kunstpubliek.

Het publiek van festivals kan worden verdeeld in inwoners van de stad waar het festival plaatsvindt en toeristen die naar de stad toekomen voor het festival. Wanneer het over sociale waarden van festivals gaat in gemeentelijke beleidsdocumenten, wordt vooral gekeken naar de betekenis van het festivals voor de inwoners van de stad waar het festival plaatsvindt, omdat zij volgens de theorieën veel sociale waarden kunnen ontlenen aan festivals. De aanwezigheid van en deelname aan kunst worden in een Amerikaanse studie genoemd als de belangrijkste onderdelen van sociale effecten van kunst in een stad.110 Om deze reden worden in de volgende paragrafen de sociale

waarden voor inwoners uitgelegd en de sociale invloed van toeristen op een stad of regio apart aangestipt, waarover meer zal worden genoemd bij de economische waarden (zie paragraaf 2.6.1)

2.6.1 Inwoners

De inwoners van een stad of regio hebben vaak zelf geen invloed op het cultureel aanbod waaruit zij kunnen kiezen, maar door de consumptie van bepaald aanbod horen zij wel tot een bepaalde sociale groep. Consumptie is een uitdrukking van de individuele

persoonlijkheid en draagt op die manier bij aan het imago en zelfbeeld van een individu. De consumptie van kunstfestivals geeft een individu meer of minder sociaal aanzien in

107 Peter Mason en John Beaumont-Kerridge, „Attitudes of visitors and residents to the impacts of the 2001 Sidmouth International Festival‟, in Ian Yeoman (ed.), Festival and events management. An international arts

and culture perspective, 2004, 311-328, 314.

108 Simon Sheikh, „Labels van uniciteit, vectoren van mogelijkheden, in: Seijdel, Jorinde (ed.), OPEN 16, De

kunstbiënnale als globaal fenomeen. Amsterdam: SKOR NAi Uitgevers, 2009, 74-85, 80.

109 Letty Ranshuysen, De zomerfestivals van het Vierde Kwartaal: De huidige praktijk en

marketingmogelijkheden, Amsterdam: Letty Ranshuysen, 2004, 17.

zijn of haar sociale omgeving: als zodanig kan de kunstconsumptie leiden tot de identificatie met een bepaalde subcultuur.111

Festivals hebben sociale waarden voor de inwoners van de stad: ze dragen bij aan de ontwikkeling of bekrachtiging van tradities en waarden van inwoners, de groei van trots voor de stad, festivals kunnen inwoners aanmoedigen tot participatie in de kunsten en er kunnen zich nieuwe sociale patronen en structuren ontwikkelen.112 Festivals met een sterke locale verankering kunnen verschillende bevolkingsgroepen uit een gemeente samenbrengen, waardoor contacten tussen mensen, subculturen en stadsgenoten kan toenemen.113 Echter, omdat die een extrinsieke waarde van festivals is, kan het ook op andere manieren worden bewerkstelligd, bijvoorbeeld door sportverenigingen.

De sociale effecten van festivals op de integratie van verschillende bevolkingsgroepen en de sociale samenhang in een stad lopen naar verwachting vooral via actieve deelname aan festivals.114 Edinburgh wordt vaak genoemd als voorbeeld van een grote festivalstad in Europa, waar de betrokkenheid van de inwoners van de stad heeft gezorgd voor sociale inclusie.115 In Edinburgh worden in de zomermaanden meerdere internationale kunstfestivals georganiseerd, waar de inwoners van de stad meewerken aan het tot stand komen van het festival. Het „meewerken‟ aan een festival is een andere vorm van participatie dan het bezoeken of „ervaren‟, die de sociale binding met een stad kan versterken. Vrijwilligersparticipatie als kenmerk van sociale waarden komt vaker voor bij festivals dan bij bijvoorbeelden een „reguliere‟ schouwburg. Het „vrijwillig meewerken‟ aan festivals als manier om sociale waarden te genereren wordt in beleidsdocumenten echter bijna nooit voor als argument voor het belang van festivals genoemd, wat opvallend is omdat het vrijwel het enige specifieke kenmerk van festivals is op sociaal gebied.

2.6.2 Toeristen

Voor toeristische bestedingen in een stad is passieve deelname of consumptie van festivals belangrijker dan de actieve deelname in het meewerken.116 Toeristische bestedingen behoren tot de economische waarden van festivals en komen aan bod in paragraaf 2.6.1. Onderzoek naar de sociale effecten van toerisme gaan vaak in op de interactie tussen bezoekers aan een stad en inwoners van de stad.117 Het publiek van stedelijke festivals dat van buiten de stad komt, verandert op een positieve of een

negatieve manier het leefpatroon en de activiteiten van inwoners die al dan niet naar het festival gaan. Praktisch kan dit resulteren in irritatie bij inwoners wanneer het een

negatieve verandering is, of het in aanraking komen met nieuwe kunstvormen en denkbeelden bij een positieve verandering.