De provincie streeft naar robuuste gemeenten, gemeenschappelijke regelingen en waterschappen en een slagvaardige provincie. Sterke gemeenten vormen een sterke provincie. Samen met gemeenten werkt de provincie aan hun en ons vermogen om, nu en in de toekomst:
• Wettelijke taken goed uit te voeren
• Maatschappelijke opgaven te realiseren, zelfstandig en in samenwerkingsverband
• In regionaal verband een krachtige partner te zijn voor andere overheden, ondernemers, maatschappelijke middenveld en inwoners
De provincie helpt gemeenten en gemeenschappelijke regelingen bij het bevorderen van een gezonde financiële huishouding en biedt daarmee meerwaarde aan de kwaliteit van het openbaar bestuur. Zij vormt met het instrument financieel toezicht één van de ‘checks and balances’ binnen het openbaar bestuur.
Wat gaan we doen om deze effecten te bereiken?
• In 2019 zijn we samen met de Drechtsteden en Gorinchem gestart met de voorbereiding van de regiodeals.
Indien deze door het Rijk wordt gehonoreerd, gaan we 2020 aan de slag met de uitvoering.
• De vragen waar gemeenten voor staan, zijn in hun onderlinge samenhang en door het netwerk van externe partners complex. De bestuurskwaliteit van een gemeente is in grote mate afhankelijk van de manier waarop een gemeente in dergelijke samenhangen kan opereren. De provincie wil dit samenspel tussen
gemeentelijke bestuurders, bestuurders van waterschappen en tussen het bestuur en samenleving verder bevorderen.
• Wij onderzoeken bestuurlijke vraagstukken zoals “wat is de rol van bestuurders en volksvertegenwoordigers als er in netwerken wordt samengewerkt”. Wij zorgen voor een effectieve en efficiënte participatie van inwoners (zowel binnen de provincie als bij gemeenten).
• In 2018 is de agenda toekomst van het toezicht aangeboden aan de Tweede Kamer. In 2020 zullen we de actielijnen van deze agenda verder uitwerken, waarmee we het interbestuurlijk en financieel toezicht verder verbeteren. Onze eigen werkprocessen voor financieel en interbestuurlijk toezicht passen we, voor zover nodig, aan op de landelijke ontwikkelingen. Dit betekent dat de financieel toezichthouder:
o vooruit kijkt en zich een oordeel vormt over het structureel en reëel evenwicht van de begroting en meerjarenraming mede door beoordeling van de jaarrekeningen van gemeenten en gemeenschappelijke regelingen.
o een adviserende rol heeft en waar nodig een helpende hand biedt, maar ook ingrijpt als dat nodig is. De gemeente is zelf verantwoordelijk voor haar eigen financieel beleid en beheer.
o bijdraagt aan het inzicht in de stand van zaken van de gemeentelijke financiën als geheel.
• De jaarlijkse IBT rapportage (met een totaalbeeld van de 60 gemeenten in Zuid-Holland) over 2019 zal in het najaar van 2020 aan Provinciale Staten worden aangeboden (zie prestatie-indicator).
Wij handelen klachten en IBT-meldingen zorgvuldig af.
• We zorgen dat Europese fondsen worden benut bij de realisatie van de provincieopgaven. Via programma's waar we als provincie mede verantwoordelijk zijn zoals o.a. Kansen voor West dragen actief bij aan de benutting van middelen uit andere Europese Fondsen (EF).
• We zetten actief in op prioritaire Europese fondsen. In 2019 is met name ook de inzet rondom de vormgeving van de EF post 2020 van grote betekenis om als regio ook in de toekomst aanspraak te kunnen blijven maken op de middelen uit Europese programma's. De Europese verkiezingen en de vorming van een nieuwe Europese Commissie zijn van invloed op onze positionering. Deze activiteiten zetten we voort in 2020.
• Wij verbinden inhoudelijk strategische doelen door het maken van overkoepelende noties en richtinggevende agenda’s voor de inrichting en aansturing van de organisatie.
75 jaar bevrijding
Op 4 en 5 mei 2020 wordt 75 jaar bevrijding herdacht en gevierd. Het Nationaal Comité 4 en 5 mei heeft
medewerking van de provincie gevraagd. In 2020 is de provincie ook gastheer voor de nationale 5 mei-viering. Bij deze vieringen wordt het thema ‘Het verhaal van Zuid-Holland’ mee gegeven. In dat verband wordt een financiële bijdrage geleverd aan het (in Amsterdam) op te richten Nationaal Holocaust Namenmonument ter herinnering aan o.a. Zuid-Hollandse slachtoffers en aan mogelijke andere verzoeken rondom het thema 75 jaar bevrijding.
Wat mag dat kosten voor het doel?
(bedragen x € 1.000) Jaarrekening 2018
De meerjarenraming voor de periode tot en met 2023 volgt uit de uitwerking van het college-akkoord voor die periode. De uitwerking is in deze begroting die daaraan voorafgaat niet verwerkt. Vermeld worden de cijfers tot en met 2023 op basis van de voorgaande collegeperiode.
Onvoorziene kosten behandeling Wob-verzoek
De wet openbaarheid van bestuur (Wob) regelt het recht op informatie van de overheid. Overheidsinformatie is altijd openbaar, tenzij de Wob of andere wetgeving bepaalt dat de gevraagde informatie niet geschikt is om openbaar te maken. Er is sprake van een toename in aantal en omvang van Wob verzoeken. De behandeling is complex en vraagt veel extra capaciteit van de organisatie maar ook bijvoorbeeld juridische advisering en in sommige gevallen inzet van andere (semi) overheden. Bij de najaarsnota is een bedrag gevraagd van € 0,5 mln.
Voor de jaren 2020, 2021 en 2022 wordt bij begroting extra budget gevraagd. Voor 2020 € 1 mln, voor 2021 € 1 mln en voor 2022 € 0,5 mln. De kosten hebben betrekking op externe juridische ondersteuning, projectteam en externe inhuur.
Bevrijdingsfestival 2020
In 2020 is de provincie ook gastheer voor de nationale 5 mei-viering. Bij deze vieringen wordt het thema ‘Het verhaal van Zuid-Holland’ meegegeven. In dit verband wordt 2020 een budget beschikbaar gesteld van € 1 mln.
Dit onder meer ten behoeve van het Nationaal Holocaust Namenmonument en andere verzoeken rondom het thema 75 jaar bevrijding.
Regionale gebiedsgerichte projecten
IPO bijdragen
In Begroting 2020 is de IPO afspraak verwerkt dat aan de provincie Zeeland in de periode 2019 t/m 2021 € 0,1 mln extra wordt bijgedragen. Dit in het kader van de afronding van het rapport van de commissie Jansen.
Het huidige budget is daarnaast ontoereikend vanwege een aantal aanvullende posten, zoals kennishub en IBP algemeen. Dit leidt tot een structureel hogere bijdrage van € 128.000.
Welke instrumenten zetten we hiervoor in?
Overzicht reserves
(bedragen x € 1.000) Jaarrekening 2018
Begroting 2019 na VJN
Begroting 2019 na NJN
Raming 2020
Raming 2021
Raming 2022
Raming 2023
PR 3 Zuidelijke Randstad -89 0 0 0 0 0 0
Totaal onttrekking aan reserve -89 0 0 0 0 0 0
PR 3 Regionale gebiedsgerichte projecten
2.839 2.376 2.376 678 0 0 0
PR 3 Zuidelijke Randstad 11 70 70 70 118 0 0
Totaal onttrekking aan reserve 2.849 2.446 2.446 748 118 0 0
Saldo reserves -2.760 -2.446 -2.446 -748 -118 0 0
Subsidies
Zie paragraaf Subsidies, Programma 4
Bijdrage Verbonden partijen
Door samenwerking als onderdeel van Interprovinciaal Overleg (IPO), de vier Randstadprovincies (Regio Randstad in Brussel, P4) en het Huis van de Nederlandse Provincies in Brussel gaat Zuid-Holland strategische allianties aan om onder meer relevante wet- en regelgeving te beïnvloeden.
Het IPO-Bureau is in 2017 gestart met de doorontwikkeling van de organisatie en een verbeterslag als het gaat om de IPO-samenwerking.