Hindia-Be-landa sebeloem 1 April 1918 dan terdapat disitoe
dengan tidak menaroeb dengan balai satoe
kartjis-izin-masoek jang sab; kartjis ini akan diberikan
ke-padanja dengan bajaran f 25.—.
HOOFDSTUK T.
D e b e p a l i n g e n .
Staatsblad 1916 No. 47 jo. het Gouvernementsbesluit van 29 November 191? No. 1 en gewijzigd bij
Staatsblad 1917 No. 497.
BLADZ.
Artikel 1.
1. Ontscheping van niet-ingezetenen van N.-I. alleen in
bepaalde havens toegelaten 6 2. Schriftelijke vergunning is daartoe vereischt . 8
3. Personen, aan wie zij niet gegeven wordt 10 Artikel 2.
Verplichtingen van den gezagvoerder 12 Artikel 3. '
1. Bedrag voor die vergunning verschuldigd 12 2. Nederlanders zijn vrij van betaling . 14
3. Geval, waarin het bedrag wordt terugbetaald 14 Artikel 4.
1. Inwisseling der vergunning tegen toelatingskaart dadelijk
na ontscheping 14 2. Personen, aan wie de toelatingskaart geweigerd wordt . . . . 18
3. Personen, aan wie bijzondere eischen worden gesteld . . . . 18 4. Echtgenooten en minderjarige kinderen bekomen elk een
toelatingskaart 18 Artikel 5.
1. Personen, voor wie de vergunning tevens toelatingskaart is. 18
2. Toepassing hierbij van artikel 42~3 20
Artikel 6.
1. De toelatingskaart geeft recht tot tweejarig verblijf in N.-I. 22
2. Zij kan tweemaal een jaar verlengd worden 22 3. Aanteekening daarvan op de toelatingskaart 22
I S I N J A.
BAB I.
K e t e n t o e a n .
Staatsblad 1916 No. 47 berhoeboeng dengan Firman-Pemerintah 29 November 1917 No. 1 dan dioebah pada
Staatsblad 1917 No. 497.
MOE KA.
Pasal 1.
1. Orang-orang, jang boekan pendoedoek Hindia-Belanda hanja pada pelaboehan jang telah ditoendjoekkan sadja
boleh toeroen ke darat ? 2. Oentoek itoe perloe soerat-izin 9
3. Kepada sijapa ta' boléh diberikan 11 Pasal 2.
Kewadjiban nakoda 13 Pasal 3.
1. Banjaknja oewang jang diminta bagi izin-toeroen-ke darat. 13
2. Orang Belanda dibebaskan dari pembajaran 15 3. Dalam hal mana oewang jang terhajar dikembalikan . . . . 15
Pasal 4.
1. Penoekaran soerat-izin dengan kartjis izin-masoek, dengan segera sesoedah toeroen ke darat • • • • 15 2. Orang-orang jang ta' boléh dapat kartjis-izin-masoek 19 3. Orang-orang jang dikenakan sjarat-sjarat jang teristimewa. 19 4. Isteri-isteri dan anak-anak jang dibawah 'oemoer
memper-oleh masing-masing sehelai kartjis-izin-masoek 19 Pasal 5.
1 Bagi sijapa soerat-izin itoe mend j adi kartjis-izin-masoek
j - 19
djoega • i i 7
2. Mengenakan pasal 42~3 disini 21
Pasal 6.
1. Kartjis-izin-masoek memberi hak akan dijam di Hindia-Belanda doewa tahoen lamanja • • S3 2. Boléh doewa kali dilandjoetkan, tijap-tijap kali setahoen
lamanja 23 3. Menoeliskannja dalam kartjis-izin-masoek 23
BLADZ.
Artikel 7.
1. Beroep op het H. G. B. van alle uitlspraken der I. C 22 2. Tusschenkomst der I. C. daarbij voorgeschreven. Uitreiking
van een voorloopig toelatingsbewijs 22 3. Bevoegdheid van den Secretaris der I. C. tot het in
ver-zekerde bewaring doen stellen van immigranten 22
Artikel 8.
Bij gegrondbevinding wordt de toelatingskaart verstrekt; bij afwijzing volgt schriftelijk bevel tot verwijdering uit K - I . . . 24
Artikel 9.
1. Aan hen, die geen geldige toelatingskaart bezitten wordt
er een door het H. P. B. verstokt of geweigerd 24
2. Bedrag voor die kaart verschuldigd 24 3. Geval van kostelooze uitreiking 24 4. Beroep van de uitspraken van het H. P. B. op het H. G. B. 26
0. Bij gegrondbevinding wordt de toelatingskaart uitgereikt;
bij afwijking volgt schriftelijk bevel tot verwijdering
uit K - I 26 Artikel 10.
1. 2. Bevoegdheid van den Gouverneur-Generaal tot intrek-king eener toelatingskaart en uitvaardiging van bevel
tot verwijdering uit K - 1 26 Artikel 11.
1. Wijze van aanvraag om vergunning tot vestiging 26 2. Aanteekening van dat verzoek op de toelatingskaart . . . 28
3. Verzoeker behoudt, in afwachting van beslissing, het recht
van 2-jarig verblijf 28 Artikel 12.
1. Gevallen waarin het verzoek wordt afgewezen 28 2. Weigering met redenen te omkleeden. Verdere inhoud ervan. 28
Artikel 13.
Bevoegdheid van het H. P. B. tot het in verzekerde bewaring
of onder politietoezicht stellen van de afgewezenen 28
M O E K A .
Pasal 7.
1. Meminta bandingan kepada Kepala-kerésidènan tentang
se-kalijan kepoetoesan Koemisi-pendjaga-orang-masoek 23 2. Dimestikan perantaraan Koemisi-pendjaga-orang-masoek
akan meminta bandingan itoe. Pemberian izin-masoek bagi
sementara 23 3. Sekertaris dari Koemisi-pendjaga-orang-masoek berkoewasa
akan menjoeroeh itahan orang-orang jang hendak masoek
boewat mendjadi tanggoengan 23 Pasal 8.
Kalau ternjata benar, maka diberikanlah kartjis-izin-masoek ; kalau tertampik, maka diperintahkan dengan soerat akan
mengeloewarkan dari Hindia-Belanda 25 Pasal 9.
1. Kepada orang-orang jang tidak menaroeh kartjis-izin-masoek jang sah, Kepala-negeri boleh memberikan
soerat-izin atau tidak 25 2. Banjaknja pembajaran kartjis itoe 25
3 . . Apabila diberikan tidak dengan bajaran 25 4. Permintaan bandingan tentang kepoetoesan Kepala-negeri
kepada Kepala-kerésidènan 27 5. Djika ternjata benar, diberikan kartjis-izin-masoek; djika
tertampik, perintah dengan soerat oentoek mengeloewarkan
dari Hindia-Belanda 27 Pasal 10.
1—2. Kekoewasaan Toewan-Besar Goebernoer-D jenderal akan mentjaboet kembali soewatoe kartjis-izin-masoek dan mendjatoehkan perintah mengeloewarkan dari
Hindia-Belanda 27 Pasal 11.
1. Djalan meminta tempat doedoek 27 2. Menoeliskaan permintaan itoe dalam kartjis-izin-masoek.. 29
3. Si peminta ada berhak, selama menanti kepoetoesan atas permintaannja akan tinggal di Hindia 2 tahoen lamanja . . 29 Pasal 12.
1. Dalam hal-hal mana permintaan itoe ditampik 29 2. Penampikan diterangkan dengan sebab-sebabnja, Isinja
jang lain-lain 29 Pasal 13.
Koewasa Kepala-negeri akan menjoeroeh tahan orang jang di-tampik permintaannja, boewat mendjadi tanggoengan, atau
menjoeroeh amat-amti oléh polisi 29
B L A D Z .
Artikel 14.
1. Strafbepalingen:
a. tegen den gezagvoerder 30 Artikel 15.
1. T), tegen hen, die in 1ST.-I. zonder toèla'tingskaart worden
aangetroffen nà besluit van verwijdering 30
Artikel 16.
Vervallen door artikel 241 van het Wetboek van Strafrecht . . 30
Artikel 17.
Personen op wie het T. B. niet toepasselijk is 32 Artikel 18.
Bevoegdheid van den Gouverneur-Generaal:
a. tot verwijdering uit N.-I. van personen, die aldaar hun reis niet beëindigen » 32 Artikel 19.
i. tot verleenen van dispensatie van dit besluit 32
Artikel 20.
•c. tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften en afwijkende
regelingen 32 O v e r g a n g s b e p a l i n g e n .
T. a. v.
I. a. hen, die in het wettig bezit zijn van toelatingskaarten
krachtens vorige bepalingen 34 II. i. de toepasselijkheid van artikel 9 op niet-ingezetenen,
die geen 'töelatingskaart hadden vóór de
inwerking-treding van dit besluit 34 I I I . c. gebieden, waar artikel 9 van dit besluit niet
toepas-selijk is 36 S l o t b e p a l i n g e n .
1. Benaming van het besluit. Tijdstip van inwerkingtreding... . 36
2. Gebieden en personen, waar het niet toepasselijk is 38 3. Bevoegdheid van den Gouverneur-Generaal tot regeling van
toelating in die gebieden 38
• MOHKA.
Pasal 14.
1. Ketentoean lioekoeman:
a. bagi nakoda '• 31 Pasal 15.
I. 1. bagi orang-orang jang terdapat di Hindia-Belanda tidak menaroeb kartjis-izin-masoek sesoedabnja beslit
menge-loewarkan didjatoehkan atasnja •. • • 31 Pasal 16.
Dibatalkan oléh pasal 241 dari Boekoe oendang-oendang
Hoc-koeman (Wetboek van Strafrecht) 31 Pasal 17.
Bagi orang mana Firman-izin-masoek itoe tidak dikenakan . . 33 Pasal 18.
Kekoewasaan Toewan-BesarGoebernoer-Djenderal akan:
a. Mengeloewarkan dari Hindia-Belanda orang jang tijada
menghabiskan pelajarannja disitoe 33 Pasal 19.
i. memberi kelonggaran (dispensatie) atas ketentoean firman
ini 4 : 5 3
Pasal 20.
c. menetapkan peratoeran oentoek pendjalankan firman ini
dan atoeran-atoeran jang menjimpang dari itoe 33 K e t e n t o e a n p e r o e b a h a n .
Tentang:
I. a. tentang orang-orang jang menaroeh kartjis-izin-masoek,
menoeroet ketentoean jang terdahoeloe 35 II. I. terkenanja pasal 9 atas orang-orang (jang boekan
pen-doedoek Hindia-Belanda) jang tidak menaroeh kartjis-izin-masoek lebih dahoeloe dari berlakoenja firman ini. • 35 I I I . c. daerah-daerah dimana pasal 9 dari firman ini tidak
dila-koekan 37 K e t e n t o e n p e n o e t o e p .
1. Naman firman ini. Waktoe moelaï berlakoe 37 2. Daerah-daerah dan orang-orang jang tidak dikenakan 39
3. Kekoewasaan Toewan-Besar Goebernoer-Djenderal akan
meng-atoerkan izin-masoek di daerah-daerah itoe 39
BLADZ,
HOOFDSTUK II.
O v e r z i c h t .
Bechten en verplichtingen van den immigrant 42
A. De ontscheping 48 B. De toelating 54 C. Becht van verblijf 60
D. Vestiging 62 Strafbepalingen 64 Overgangsbepalingen 66
MOEKA.
BAB I I .
Hak dan kewadjiban orang-orang jang masoek negeri 43
A. Toeroen ke darat 49 B. Izin-masoek 55 C. Hak dijam 61 D. Bertempat doedoek 63
Ketentoean hoekoeman 65 Ketentoean peroebahan 67
M TANAH D JAWA DAN MADOERA". 13/QJ3. Ordonansi-waba dan Reglemen memboewangkan toelar .. „
16/B.B. Ordonansi penjC>waan-tanah 17/B.B. Ordonansi-sereh (serai);
Ordonansi-paberik dan oentoek memboengkoes dan oentoek ongkos mengirimkannja.