• No results found

5.3 Resultaten en analyses leerlingen

5.3.1 Resultaten per topic

Om later te kijken of er een vergelijking is tussen de resultaten van de leerlingen en de mentoren is er voor gekozen om de resultaten in dezelfde volgorde te vermelden. De hoofdthema’s zijn: inventarisatie acceptatieproblematiek, verklaring acceptatieproblematiek en de wensen of de mogelijkheden om dit te reduceren. Onder deze hoofdthema’s zullen de bijbehorende topics worden besproken.

Topic: Inventarisatie acceptatieproblematiek

Onder dit topic is er onderzocht in hoeverre er sprake is van acceptatieproblematiek. Dit is geïnventariseerd door aan de leerlingen te vragen hoe zij zich voelde toen zij voor het eerst naar de Wissel kwamen. Ook is er gevraagd of dit gevoel is veranderd. In figuur 2 zijn de resultaten weergegeven.

Figuur 2: Gevoel ten aanzien van de Wissel

Ook is er gevraagd aan de leerlingen hoe zij zelf vinden dat hun gedrag is op school. Deze vraag is open gesteld. Als de leerling het lastig vond om deze vraag te beantwoorden zijn er als ondersteuning nog twee vragen gesteld. Deze twee vragen gingen over hoe de leerling denkt dat zijn werkhouding is in de les en hoe zij met regels omgaan.

Figuur 3: Uitingen op school

Topic: Verklaringen acceptatieproblematiek

Bij dit topic is onderzocht of de leerlingen zelf en de omgeving een invloed hebben op de acceptatieproblematiek naar praktijkonderwijs.

Invloed van de leerling

In de topiclijst staan o.a. de woorden zelfbeeld en identiteit. Om hier een beeld van te krijgen zijn de vragen gesteld: hoe de leerlingen denken dat anderen hen zien en hoe zij zichzelf zien. Bij beide vragen werd er door drie leerlingen positief geantwoord en door drie leerlingen zowel positief als negatief geantwoord.

Aan de leerlingen is ook de vraag gesteld wat de reden was waarom zij naar deze school gekomen zijn. Hierop gaven vijf leerlingen het antwoord dat zij naar de Wissel zijn gekomen omdat zij een leerachterstand hebben. Eén leerling gaf het antwoord dat zij naar de Wissel is gekomen vanwege haar gedrag.

Vijf leerlingen weten al in welke richting zij willen gaan werken. Drie van die leerlingen geven ook aan dat zij om die reden naar een andere school willen. Zij hebben een beroep gekozen wat niet haalbaar is met het afronden van praktijkonderwijs, maar waarvoor je een opleiding moet volgen op het regulier voortgezet onderwijs. Twee leerlingen gaven ook aan dat zij graag naar een andere school willen, omdat hun vrienden daar ook op zitten.

Er is aan de leerlingen gevraagd hoe zij denken dat de omgeving tegen de praktijkschool de Wissel aan kijkt. Met de omgeving worden de ouders van de leerlingen, leeftijdsgenoten en familie bedoeld. Het onderstaande figuur geeft weer wat de mening is van de omgeving. Aan de grafiek kan afgelezen worden dat de leerlingen denken dat hun ouders hier positief over zijn. Ook is er een aantal dat niet weet wat hun ouders hier van vinden.

“Ik heb het daar eigenlijk nog niet zo vaak over gehad maar volgens mij vinden ze het wel een goede school”

Uit de grafiek is ook af te lezen dat afgezien van de ouders, de meeste leerlingen niet weten hoe de rest van de omgeving hierover denkt.

“Nee, ze vragen er ook niet naar dus ik praat er ook niet over”

Figuur 4: De mening van de omgeving over het praktijkonderwijs

Aan de leerlingen is gevraagd hoe zij denken dat de Wissel bekend staat. Zoals aan de grafiek is af te lezen zegt de helft van de leerlingen dat de Wissel niet bekend staat. Zij bedoelden hiermee dat de omgeving de Wissel niet kent en niet weten wat voor school het is.

“Het staat helemaal niet bekend, ieder geval de kinderen die ik ken, kennen het niet. De vorige keer vroeg er een meisje of dat een kleuterschool was dus”.

Er is niet naar gevraagd maar drie leerlingen gaven aan dat de omgeving een positieve mening heeft over het regulier voortgezet onderwijs.

“Leerling: Omdat de andere naar de bergweg gingen en allemaal naar leuke scholen gingen leek het net of ik naar een stomme school ging.

Interviewer: Dus het leek of die andere school leuker was dan de Wissel?

Leerling: Ja

Interviewer: Hoe kwam het dat je dacht dat die andere leuker was?

Leerling: Omdat iedereen daar positief over praat en de Wissel die kennen ze niet dus daar kunnen ze niet echt positief over praten.”

Aan de leerlingen is ook gevraagd wat hun vrienden er van vinden dat zij naar de Wissel gaan. Vier leerlingen zeggen dat hun vrienden hier positief over zijn. Twee leerlingen vertelden dit niet te weten, omdat zij geen vrienden hebben op een andere school. Ook vier leerlingen vertelden dat zij de mening hierover van de omgeving wel belangrijk vinden.

“Een paar vriendinnetjes vinden het wel goed dat ik daar op zit, daar hebben ze geen probleem mee.”

Mening over de Wissel

Aan de leerlingen is ook gevraagd wat hun mening is over de Wissel. Deze vraag is gesteld om te inventariseren of de acceptatieproblematiek te maken heeft met zelfacceptatie van de leerling of dat de school hier verder ook nog een rol in heeft. In figuur 6 is af te lezen dat de leerlingen positief zijn over de resultaten van de school en de omgang van de leerkrachten naar de leerling toe. Bij de sfeer is er een gedeelde mening: hier zijn drie leerlingen positief over en drie leerlingen zijn hier zowel positief als negatief over. De leerlingen die aangaven dat ze hier zowel positief als negatief hier over zijn, vertelden dat dit te maken heeft met hoe het gedrag is van hun klasgenoten.

“Leerling: Er zijn er wel een paar bij die met een chagrijnig gezicht rond lopen dus. De sfeer is niet helemaal goed onder de klasgenoten.

Interviewer: Hoe komt dat?

Leerling: Er zijn kinderen die hier op school zitten die zich beter als de rest voelen en zo van ja ik hoor hier eigenlijk helemaal niet thuis maar het is dat het moet.”

Verschillen met het regulier onderwijs

Hieronder wordt in figuur 7 aan de hand van een grafiek weergegeven wat de leerlingen vinden dat er aan verschillen zijn met het regulier voortgezet onderwijs. Twee leerlingen gaven ook aan dat ze deze verschillen niet erg vinden.

“Op zich is het voor deze school zo goed, want het is natuurlijk minder lerend. Als het hier moeilijker wordt dan weten we het denk ik niet meer. Ik zou niet willen wat zij daar hebben.”

Figuur 7: Verschil met de Wissel en het regulier voortgezet onderwijs

Topic: Suggesties voor aanpassingen

Er is aan de leerlingen gevraagd wat ze zouden willen veranderen aan de school als dat mogelijk was. Figuur 8 geeft aan wat zij zouden willen veranderen.

Figuur 8: Wat de leerling zou willen veranderen aan de Wissel

“De lessen, bijvoorbeeld andere tijden, op de woensdag zou ik wel langer les willen en

5.3.2 Koppeling literatuuronderzoek en praktijkonderzoek leerlingen