• No results found

Competentie Belevingschaal voor Adolescenten (CBSA)

Jaar uitgave/versie 2002

Doel

Met de Competentie Belevingsschaal voor Adolescenten kan op gestandaardiseerde wijze een indruk worden verkregen van zowel de competenties van jongeren op zes specifieke gebieden als van het globaal gevoel van eigenwaarde zoals beoordeeld door de adolescent zelf.

Doelgroep

De CBSA is bedoeld voor adolescenten van 12 tot 18 jaar.

Werkveld

De CBSA kan gebruikt worden voor wetenschappelijk onderzoek, voor klinische doeleinden, in het bijzonder in psychodiagnostisch onderzoek door instellingen voor jeugdhulpverlening en geestelijke gezondheidszorg, en bij evaluaties van therapeutische interventies.

Materialen

De CBSA bestaat uit een Handleiding Competentiebelevingsschaal voor adolescenten en scoringsformulieren.

Gebruik

De CBSA wordt ingevuld door de jongere zelf en kan zowel individueel als groepsgewijs worden afgenomen. Afname kan plaatsvinden door een psychodiagnostisch medewerker.

Interpretatie van testgegevens wordt gedaan door een psycholoog, (ortho)pedagoog of psychiater.

Scoring

De adolescenten krijgen per item twee alternatieven gepresenteerd in de volgende vorm:

'Sommige doen/zijn/voelen zich X' en 'Anderen doen/zijn/voelen zich niet X'. De respondent wordt gevraagd om te beoordelen tot welke groep hij zich rekent en om vervolgens aan te geven of hij zich daar een beetje toe rekent of zich daar helemaal toe rekent.

Scoring vindt plaats op een vierpuntsschaal van 'minst' tot 'meest competent'. De ruwe subschaalscore wordt op een profielblad ingevuld. Met behulp van normtabellen kunnen deze worden omgezet in percentielscores die in het Competentiebelevingsprofiel worden omgezet. De ruwe scores worden gebruikt voor het vergelijken van groepen, de percentielen voor het interpreteren van individuele scores.

Tijdsinvestering

Afname van de CBSA duurt ongeveer 15 tot 20 minuten, scoring circa 5 minuten en de interpretatie ervan circa 5 minuten.

Type hulpmiddel Vragenlijst

Onderdelen / subschalen

De Competentie Belevingsschaal voor Adolescenten bestaat uit zeven subschalen die elk uit vijf items bestaan (totaal 35 items). De zeven subschalen zijn:

1. Schoolvaardigheden: Hoe goed vindt de adolescent zichzelf op school? Hoe kijkt hij tegen zijn schoolprestaties aan?

2. Sociale acceptatie: Meent hij genoeg vrienden te hebben, kan hij makkelijk vrienden maken? Denkt de adolescent geliefd te zijn? Vindt de adolescent van zichzelf dat hij erbij hoort?

3. Sportieve vaardigheden: Meent de adolescent goed mee te kunnen doen in sport, gymnastiek en buitenspelen?

4. Fysieke verschijning: Hoe beoordeelt de adolescent zijn uiterlijk? Hoe vindt hij zichzelf eruit zien?

5. Gedragshouding: Vindt de adolescent dat hij zich behoorlijk gedraagt, geen dingen doet die (moreel) niet mogen? Denkt de adolescent zich te gedragen zoals van hem verwacht wordt?

6. Hechte vriendschap: Vindt de adolescent dat hij in staat is hechte vriendschappen te onderhouden, met vrienden met wie je een geheim kan delen of iets kan ondernemen?

7. Gevoel van eigenwaarde: Hoe beoordeelt de adolescent zichzelf in het algemeen als persoon? Hoe is zijn gevoel van eigenwaarde?

De items op de eerste zes schalen verwijzen naar de mate waarin specifieke competenties meer of minder aanwezig zijn dan bij andere adolescenten. De items van de zevende schaal 'Gevoel van eigenwaarde' verwijzen naar de waardering die iemand voor zichzelf heeft. Bij elkaar verwijzen de zeven schalen naar afzonderlijke facetten van het zelf-concept ofwel de competentiebeleving.

Achtergrond

De Competentie Belevingsschaal voor Adolescenten is een op Vlaamse en Nederlandse adolescenten afgestemde bewerking van het Self-Perception Profile for Adolescents van S.

Harter (1988). De CBSA is een op adolescenten toegesneden uitbreiding van de CBSK, de Competentie Belevingsschaal voor Kinderen (CBSK) voor kinderen van 8 tot 12 jaar (Treffers e.a., 2002).

Theoretisch kader/verantwoording

De CBSA berust op het motivatiemodel zoals omgeschreven door Harter (1986 In: Treffers e.a. 2002). Elk mens heeft van jongs af aan de behoefte om effectief met de omgeving om te gaan. De motivatie daartoe (beheersingsmotivatie) wordt sterker, naarmate aan eerdere successen meer plezier is ontleend. De centrale stelling in deze theorie is dat zowel de affectieve reactie op de evaluatie van prestaties als de motivatieverschillen tussen de domeinen (bijvoorbeeld sport of schoolvaardigheden), afhangen van hoe iemand naar zichzelf kijkt, dus zijn zelfwaardering. Zelfwaardering heeft daarom een centrale plaats in het motivatiemodel.

Harter ontwikkelde en multidimensioneel begrip van zelfwaardering waarin meerdere competentiebelevingen worden onderscheiden alsmede het gevoel van eigenwaarde als globale factor. De door Harter onderscheiden competentiebelevingen zijn terug te vinden in de subschalen van de CBSA (Treffers e.a., 2002).

Kwaliteit

De psychometrische eigenschappen van de CBSA zijn geanalyseerd op basis van gegevens uit Nederlands en Vlaams onderzoek. De Nederlandse gegevens zijn verzameld onder 1375 leerlingen in verschillende typen voortgezet onderwijs (Treffers, 2002).

De kwaliteit van de CBSA is beoordeeld door de COTAN (Evers, 2007)

Betrouwbaarheid

De interne consistentie van de schalen, uitgedrukt in Cronbach's alpha, is goed. In de

Nederlandse onderzoeksgroep werden voor bijna alle schalen waarden rond 0.80 gevonden.

Uitzondering was de schaal Schoolvaardigheden waarvoor de waarde van Cronbach's alpha lager dan 0 .70 was. Voor wat betreft de test-hertest betrouwbaarheid liggen de correlaties tussen 0.72 en 0.76 en zijn in alle gevallen significant (p<0.01). Deze gegevens wijzen op een hoge mate van samenhang tussen de resultaten van beide testafnames. Er werden geen significante verschillen gevonden tussen de eerste en tweede afname (Treffers, 2002).

De COTAN-beoordeling voor wat betreft de betrouwbaarheid van de CBSA is voldoende (Evers, 2007).

Validiteit

Onderzocht is of de CBSA-schalen samenhangen met depressie, lichamelijke klachten en angst, en met aanmelding bij een polikliniek voor kinder- en jeugdpsychiatrie. De

verwachting dat er een negatief verband bestaat tussen competentiebeleving enerzijds en deze problemen anderzijds werd bevestigd.

De COTAN-beoordeling voor de begripsvaliditeit is goed. Naar de Criterium validiteit is geen onderzoek gedaan (Evers, 2007).

Normering

De schaal is genormeerd voor Nederlandse en Vlaamse adolescenten van 12 tot en met 18 jaar die het voortgezet onderwijs volgen. Er zijn Nederlandse normen verzameld van jongens en meisjes op het VBO, MAVO, HAVO en VWO. De normtabellen zijn gesplitst naar sekse en opleidingsniveau. Jaren van normering zijn 1995, 1998 en 1999 (Treffers, 2002).

De COTAN-beoordeling is voor wat betreft de normering goed (Evers, 2007).

Beschikbaarheid

De CBSA is verkrijgbaar voor gedragswetenschappers (bijvoorbeeld psychologie, pedagogie, orthopedagogie, arts, AMA beroepskeuze).

Bestelinformatie

De CBSA is te bestellen bij:

Pearson Postbus 78

1000 AB Amsterdam fax. 020 485 29 99

e-mail: bestelling-nl@pearson.com

Kosten (prijspeil 2007):

Handleiding: 63,42 euro (excl. btw)

Formulieren: 86,70 euro (per 50 stuks, excl. btw)

Literatuur

Evers, A., Vliet-Mulder,J.C. van, & Groot, C.J. (2000) Documentatie van tests en testresearch in Nederland, deel I en II (COTAN). Assen: Van Gorcum.

Evers, A., Vliet-Mulder,J.C. van, & Groot, C.J. (2007) Documentatie van tests en

testresearch in Nederland, aanvulling 2007/01 (COTAN). Amsterdam: Boom test uitgevers.

Treffers, Ph.,D.,A., Goedhardt, A.W., Veerman, J.W., Van den bergh, B.R.H., Ackaert, L. &

de Rycke, L. (2002). Handleiding Competentie Belevingsschaal voor Adolescenten. Lisse:

Swets Test Publishers.

Treffers, A.W., Goedhart, A.W., Veerman, J.W., Van den Bergh, B.R.H., Ackaert, L., & de Rycke, L. (2004). Competentie Belevingsschaal voor Adolescenten. In: Tijdschrift voor Psychiatrie 46 (2004),7, 468-469.