• No results found

5. EU-actieplan voor de circulaire economie

5.2 Afvalbeheer

5.2.4 Prioritaire gebieden

Het actieplan bevat een aantal bedrijfstakken die “voor specifieke uitdagingen [staat] in de context van de circulaire economie, vanwege de specifieke kenmerken van de producten of waardeketens in de bedrijfstak, de milieuvoetafdruk of de afhankelijkheid van grondstoffen van buiten Europa. Voor deze bedrijfstakken zijn gerichte maatregelen nodig om te waarborgen dat in de gehele waardeketen ten volle rekening wordt gehouden met de interactie tussen de verschillende fasen van de cyclus.”169

164 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 4. 165 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 5. 166 COM/2015/0614 final, 12 december 2015 “Maak de cirkel rond - Een EU-actieplan voor de circulaire economie”, 12.

167 COM/2015/0614 final, 12 december 2015 “Maak de cirkel rond - Een EU-actieplan voor de circulaire economie”, 12.

168 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 8. 169 COM/2015/0614 final, 12 december 2015 “Maak de cirkel rond - Een EU-actieplan voor de circulaire economie”, 15.

36

5.2.4.1 Kunststoffen

Kunststoffen of plastics zijn al langer een doorn in het oog van veel milieuorganisaties. De Europese Commissie heeft die bezorgdheid sinds het actieplan geïnstitutionaliseerd, en zeker met de uitgebreide strategie die eruit voortvloeide.170

De EU-strategie voor kunststoffen, genaamd “Een Circulaire Economie voor Kunststoffen”, steunt op 4 pijlers:

• het verbeteren van de rentabiliteit en de kwaliteit van de kunststofrecyclage, door het verbeteren van het productontwerp, het stimuleren van de gerecycleerde hoeveelheid en het verbeteren van de gescheiden inzameling van kunststofafval,

• het terugdringen van kunststofafval en zwerfvuil, met acties om plastic voor eenmalig gebruik te verminderen, bronnen van zwerfvuil op zee aan te pakken, zwerfvuil op zee effectiever te monitoren en te beteugelen, acties met betrekking tot composteerbare en biologisch afbreekbare kunststoffen en acties om vervuiling door microplastics te beteugelen,

• het stimuleren van investeringen en innovatie in de richting van circulaire oplossingen, met acties ter bevordering van investeringen en innovatie in de waardeketen,

• het aanwenden van wereldwijde actie, met acties op bilateraal en multilateraal niveau en acties in verband met de internationale handel.171

Uit deze strategie en het actieplan ontstond een richtlijn die onder meer een verbod172 uitvaardigde

op een aantal voorwerpen vervaardigd uit kunststof.173 “Om de inspanningen te concentreren op de

gebieden waar zij het hardst nodig zijn”, moest de Europese wetgever een selectie maken. Hij koos voor “kunststofproducten voor eenmalig gebruik die het vaakst op de stranden van de Unie worden aangetroffen, op vistuig dat kunststoffen bevat en op producten vervaardigd uit oxo-degradeerbare kunststoffen.” Volgens cijfers van de EU is dat 86% van de kunststoffen voor eenmalig gebruik die op de Europese stranden wordt teruggevonden.174

Oxo-degradeerbare kunststoffen “zijn kunststofmaterialen die additieven bevatten die via oxidatie het kunststofmateriaal afbreken tot microfragmenten of chemisch ontbinden”.175 Deze worden gefixeerd

“aangezien dat soort kunststoffen niet naar behoren biologisch wordt afgebroken en dus bijdraagt aan de milieuvervuiling door microplastics”.176

170 M. DE SMET en M. LINDER (eds.), “A Circular Economy for Plastics”, Brussel, Directoraat-generaal Onderzoek en Innovatie, 2019, 239 p.

171 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 10. 172 Art 5, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

173 Overw. 1, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

174 Overw. 7, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

175 Art 3.3, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

176 Overw. 15, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

37 Onder het verbod om in de handel te brengen vallen onder andere: bestek, borden, rietjes en voedsel- en drankverpakkingen gemaakt van geëxpandeerd polystyreen.177

Daarnaast bevat de richtlijn ook maatregelen om te streven naar consumptievermindering,178 een

uitgebreide productenverantwoordelijkheid179, een gescheiden inzameling180 en bewustmaking.181

Alsook staan er aantal nieuwe productvereisten182 en markeringsvoorschriften183 in.

De Commissie heeft kunststoffen als prioriteit aangestipt en handelt hier ook naar. Het is één van de weinige onderdelen van het actieplan die al tot een substantiële (i.e. verder dan implementatie- en interpretatieverordeningen) wetgevingsverandering heeft geleid. De EU-kunststoffenstrategie is een omvattend plan dat nu al invloed heeft gehad en dat in de toekomst tot nog meer veranderingen in duurzame zin zal leiden.

5.2.4.2 Levensmiddelenafval

De maatregelen genomen om levensmiddelenafval te bestrijden zijn iets minder omvattend. Toch zijn in de herziene Kaderrichtlijn Afvalstoffen bepalingen opgenomen die de lidstaten ertoe verplichten om levensmiddelenafval in elke schakel van de voedselketen te verminderen.184 De beleidsbepalingen

zullen hier besproken worden, en de wetgevende zullen behandeld worden in het wetgevend onderzoek in hoofdstuk 6.

Er werd een stakeholdersplatform georganiseerd om te onderzoeken hoe de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen op het gebied van voedselverspilling kunnen worden bereikt, om beste praktijken uit te wisselen en om de voortgang te evalueren.185

Alsook werden er mogelijkheden verkend voor een effectiever gebruik en verstaan van datumaanduiding op voedsel. Namelijk tien procent van het totale levensmiddelenafval in de EU is gelinkt aan de datumaanduiding. In dat opzicht zal het onderscheid tussen de begrippen "te gebruiken tot" en "ten minste houdbaar tot" worden verbeterd om tot een gemeenschappelijk begrip en gebruik van de datumaanduiding te komen.186

177 Art. 5 juncto Bijlage deel B, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

178 Art. 4, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

179 Art. 8, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

180 Art. 9, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

181 Art. 10, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

182 Art. 6, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

183 Art. 7, Richtl.EP.Raad nr. (EU) 2019/904, 5 juni 2019 betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu, Pb.L 12 juni 2019, Afl. 155, 1.

184 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 11. 185 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 12. 186 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 13.

38

5.2.4.3 Kritieke grondstoffen

“Kritieke grondstoffen zijn grondstoffen die voor de EU van groot economisch belang zijn, en waarvan de levering kwetsbaar is voor onderbreking.” Een deel van de oplossing hiervoor is, zo wordt in het actieplan zelf aangegeven, ecodesign.187

Deze grondstoffen worden vaak in elektrische en elektronische apparatuur gebruikt.188 Om deze reden

wordt de uitwisseling van informatie tussen fabrikanten en recyclers verbeterd. Alsook zijn er Europese normen voor materiaalefficiënte recycling van elektronisch afval, afgedankte batterijen en andere relevante complexe afgedankte producten ontwikkeld. Op die manier zal er gemakkelijker tot hergebruik van producten, onderdelen en materialen kunnen worden overgegaan.189

Om in een gestructureerde aanpak te voorzien werd op 16 januari 2018 een rapport uitgevaardigd, het “Rapport betreffende Kritieke Grondstoffen en de Circulaire Economie”.190 In het rapport wordt

gekeken naar de belangrijkste sectoren wat betreft vraag en aanbod van kritieke grondstoffen. Deze sectoren zijn o.m. mijnbouw, elektrische en elektronische apparatuur, de autosector en defensie. Voor deze sectoren worden de beste praktijken gepromoot en worden acties ter verbetering van recyclage geïdentificeerd. Deze omvatten: het vergemakkelijken van de winning aan het einde van de levensduur van belangrijke componenten, het verbeteren van het gegevensbeheer inzake mijnafval, het mobiliseren van financiering om te zorgen voor een efficiënt gebruik van kritieke grondstoffen en technologieën voor materialen die in Europa niet worden gerecycleerd.191

Het actieplan heeft ook al geleid tot een kleine wetgevende verandering.192 Een bespreking hiervan

volgt later.

5.2.4.4 Bouw en sloop

Zowel in volume als in gewicht zijn bouw- en sloopafval een van de grootste afvalbronnen van Europa. In 2014 maakte het bijna één derde van het totale gewicht aan afval in de EU uit, wat neerkomt op ongeveer 800 miljoen ton.193

Ook hier beperkt de EU zich voornamelijk tot niet-afdwingbare maatregelen als richtsnoeren en een protocol.

187 COM/2015/0614 final, 12 december 2015 “Maak de cirkel rond - Een EU-actieplan voor de circulaire economie”, 18.

188 COM/2015/0614 final, 12 december 2015 “Maak de cirkel rond - Een EU-actieplan voor de circulaire economie”, 18.

189 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 13. 190 SWD/2018/36 final, 16 januari 2018 “Report on Critical Raw Materials and the Circular Economy”, 68 p. 191 SWD/2019/90 final, 4 maart 2019 “on the implementation of the Circular Economy Action Plan”, 13 en SWD/2018/36 final, 16 januari 2018 “Report on Critical Raw Materials and the Circular Economy”, 1 - 4. 192 Art. 9.c Kaderrichtlijn Afvalstoffen 2018.

193 J.P. HANNEQUART, “Circular Economy: The Political and Legal Ambition of the European Union”, La Louvière, Le Livre en Papier, 2018, 104.

39 Het EU-protocol inzake het beheer van bouw- en sloopafval is in september 2016 gepubliceerd.194 “Het

algemene doel van dit protocol is om het vertrouwen in het beheerproces voor bouw- en sloopafval en in de kwaliteit van gerecyclede bouw- en sloopmaterialen te vergroten. Dit doel zal worden gerealiseerd door:

a) een verbeterde identificatie, bronscheiding en inzameling van afvalstoffen; b) een verbeterde afvallogistiek;

c) een verbeterde afvalstoffenverwerking; d) kwaliteitsmanagement;

e) passende beleids- en randvoorwaarden.” 195

Als onderdeel van het protocol werden er in 2018 richtsnoeren196 uitgewerkt om een audit van de

sloopwerken door te voeren voor het begin van de eigenlijke sloop. Het doel is om inzicht te krijgen in het type en de hoeveelheid elementen en materialen die zullen worden gedeconstrueerd/gesloopt en om aanbevelingen te doen voor de verdere verwerking ervan.197

Tegen dit jaar moest elke lidstaat er voor zorgen dat minimum 70 gewichtsprocent van het niet- gevaarlijk bouw- en sloopafval nuttig werd toegepast (d.i. “voorbereiding voor hergebruik, recycling en andere nuttige toepassingen, met inbegrip van opvulactiviteiten waarbij afval ter vervanging van ander materiaal gebruikt wordt”).198 Of dit cijfer is bereikt is nog niet gekend. In de herziene

Kaderrichtlijn Afvalstoffen staat dat de Commissie uiterlijk tegen 31 december 2024 een nieuwe doelstelling moet stellen.199 Ook werd er een definitie van bouw- en sloopafval in de richtlijn

opgenomen.200 Deze wetgevende veranderingen worden later nog besproken.

5.2.4.5 Biomassa en producten van biologische oorsprong

Ook van deze sector wil de Commissie een prioriteit maken.201 Een bespreking van de genomen

maatregelen is echter niet relevant voor deze thesis.