• No results found

Het beeld van Schmidt als iemand die tegen de gevestigde orde inging en Nederland “wakker schudde”, maar ook een belangrijke verbindende factor was, is sinds haar dood het overheersende thema in de herinneringscultuur geworden. Hoewel er nog veel meer voorbeelden zijn, heb ik in dit hoofdstuk de belangrijkste besproken. Wat opvalt, is dat al deze uitingen voortkomen uit de wens om Nederland te onderwijzen in nationale geschiedenis. De Canon van de Nederlandse geschiedenis is opgesteld om een eenduidige

232

KRO, Aflevering, De grootste Nederlander aller tijden.

233

Ibidem.

234 Andere Tijden, ‘Annie oud en out’. 235

Ibidem.

236

48 lijn te creëren in het geschiedenisonderwijs, maar ook de andere uitingen hebben een educatieve functie. Daarnaast zijn Andere Tijden en De Grootste Nederlander aller Tijden programma’s die bedoeld zijn om geschiedenis aan een groot publiek te brengen. De Canon heeft, naast educatie, nog een belangrijke functie: het versterken van de Nederlandse identiteit. In hoeverre kan geschiedenis bijdragen aan zo’n identiteit? En hoe past Annie M.G. Schmidt binnen dit doel?

Imagined communities

Historicus Eric Hobsbawm legde met zijn boek The invention of tradition in 1983 de basis voor het hedendaagse denken over naties en nationale identiteit. Hij stelde dat de nationale identiteiten zoals wij ze nu kennen grotendeels zijn ontstaan in de 18e en 19e eeuw. Dit was geen toeval volgens Hobsbawm.237 In deze periode ontstonden er in rap tempo natiestaten, terwijl door het verlichtingsdenken ook democratie steeds belangrijker werd.238 Benedict Anderson beschreef deze situatie in zijn boek Imagined Communities, dat in hetzelfde jaar als The invention of tradition gepubliceerd werd. Hij stelde dat de verlichting een einde maakte aan het systeem van alleenheersers die door god aangewezen waren om de macht te hebben over een land. Het hebben van één sterke machthebber kon niet meer als bindende factor dienen. Het volk moest bij een land willen horen, in plaats van dat ze gedwongen konden worden. Wat hierop volgde was de soevereine staat.239 Anderson stelde dat het geloof in een soevereine staat vergeleken kan worden met het traditionele religieuze wereldbeeld. Waar mensen eerst vrede hadden met de dood omdat het leidde tot een eeuwig leven in de hemel, waren mensen later bereid om te sterven voor de natie.240

Hobsbawm en Anderson geloofden dat natiestaten hun bestaan te danken hebben aan gefabriceerde gevoelens van saamhorigheid. Binnen een natie is er volgens Anderson sprake van een imagined community, een ingebeelde gemeenschap. Deze is ingebeeld, omdat het grootste deel van de inwoners van een staat elkaar nooit zal ontmoeten of kennen.241 Toch voelen Nederlanders zich verbonden met elkaar, hoezeer ze het soms ook met elkaar oneens zijn. Er is iets dat Nederland tot Nederland maakt, en Nederlanders tot Nederlanders. Nederland bestaat dus voor het grootste deel in het hoofd van Nederlanders. Maar hoe komen deze gevoelens van saamhorigheid tot stand?

Anderson en Hobsbawm gaven allebei een verklaring voor het ontstaan van een gemeenschapsgevoel. Anderson legde vooral de nadruk op de ontwikkelingen die het mogelijk maakten om een nationale identiteit te creëren. Vooral de drukpers had volgens

237

Eric Hobsbawm en Terrence Ranger, The invention of tradition (Cambridge, 1983) 5.

238

Hobsbawm en Ranger, The invention of tradition, 267.

239

Benedict Anderson, Imagined communities. Reflections on the origin and spread of nationalism (Londen, 1983) 7.

240

Anderson, Imagined communities, 10.

241

49 hem een belangrijke rol gespeeld. Toen het publiceren van geschriften niet meer alleen was voorbehouden aan een kleine elite, kon er volgens hem over een groot geografisch gebied een identiteit worden gevormd. Ideeën konden immers breed worden verspreid. Zo konden de inwoners van een land ervan uitgaan dat zij in ieder geval basisconcepten – zoals tijd en taal – op dezelfde manier begrepen.242

Hobsbawm sprak Anderson niet tegen, maar ging met zijn verklaring een stap verder. Volgens hem was er rond 1900 sprake van een massaproductie van tradities. Deze werden actief “verzonnen” door overheden om een gemeenschapsgevoel te creëren bij hun volk en zo hun eigen macht te rechtvaardigen.243 Hobsbawm noemde als voorbeeld de Schotse rok, maar een van de belangrijkste uitingen van inventing traditions was het creëren van een nationale geschiedenis. Dit kwam tot uiting door bijvoorbeeld het plaatsen van standbeelden van nationale helden en op school de ontstaansgeschiedenis van het land te onderwijzen.

Het verhaal van Nederland

Uit het werk van Hobsbawm en Anderson kan geconcludeerd worden dat historische verhalen een belangrijke rol spelen in de vorming van een nationale identiteit. Elk land heeft echter een uitgebreide geschiedenis, die op veel verschillende manieren kan worden uitgelegd. Welke verhalen kunnen bijdragen aan een nationale identiteit hangt volgens socioloog James Wertsch af van de narratieve structuur. Hij stelt dat de nationale identiteit van een land vooral naar voren komt in de verzameling van historische verhalen die verteld worden. Narratieve structuren kunnen inzicht geven in de manier waarop een land graag naar zichzelf kijkt.244 Historische gebeurtenissen die binnen die narratieve structuur vallen worden onthouden en anderen worden het liefst vergeten.

In het geval van Nederland stelt cultuurhistoricus Maria Grever dat de narratieve structuur er eentje is van ‘een klein dapper land dat zijn vrijheden bevecht’.245

Dit strookt met de Nederlandse ontstaansmythe van de Tachtigjarige Oorlog, waarin het Nederlandse volk zich vrij vocht van de Spanjaarden. Maar ook het Nederlands verzet in de Tweede Wereldoorlog en het verzet tegen het stijgende waterpeil passen in dit narratief. Nederland als koloniale overheerser is hier moeilijker mee te rijmen en daarmee nog steeds een onderwerp dat voor discussie en onenigheid zorgt. Historische figuren die in Nederland belangrijk worden gevonden zouden logischerwijs binnen dit narratief moeten passen.

De theorie van Wertsch biedt een aannemelijke verklaring voor de manier waarop Schmidt zo vaak verbeeld wordt. Schmidt als tegendraadse schrijver die inging tegen de

242

Ibidem, 25.

243

Hobsbawm en Ranger, The invention of tradition, 263.

244 James V. Wertsch, ‘Specific narratives and schematic narrative templates’, in: Seixas (ed.),

Theorizing historical consciousness, 49-63, aldaar: 50.

50 gevestigde orde past namelijk goed binnen het ideaalbeeld dat Nederland van zichzelf heeft. Tijdens haar leven werd er al waarde gehecht aan haar zeer alledaagse voorkomen. De rol van underdog, die haar in krantenartikelen vaak opgelegd werd, maakt dat haar grote invloed op de Nederlandse samenleving nog grootser werd. Schmidt, als vrouw en kinderboekenschrijver, nam het op tegen de Nederlandse burgerlijkheid. Zo is ze een mooie metafoor voor het kleine land dat zijn vrijheden bevecht. Ze heeft immers Nederland een vrijer land gemaakt, waar mensen weer stout mogen zijn. De nadruk die er gelegd wordt op dat alle Nederlanders Schmidt kennen, geeft weer dat Schmidt een verbindende functie heeft. Ze moet ons, als Nederlanders, zich met elkaar verbonden laten voelen.

Schmidt wordt in de beeldvorming die in dit hoofdstuk centraal staat omschreven vanuit een mannelijk kader, zoals Gerda Lerner dat beschreef. Schmidt streed, als werkende vrouw, tegen de mannelijke cultuur in Nederland. Door haar steeds als rebelse schrijver neer te zetten, wordt ze omschreven binnen de kaders van de mannelijke geschiedenis. Hoewel ze tijdens haar leven een ingewikkelde verhouding met het feminisme had, wordt ze na haar dood structureel als feministe gepresenteerd. Dit versterkt de narratieve structuur.

Conclusie

Er bestaat een duidelijk beeld in de hedendaagse herinneringscultuur van Annie M.G. Schmidt, die als rebelse schrijver inging tegen de gevestigde orde. Zo transformeerde ze Nederland van een braaf land tot een land dat stout durfde te zijn. Wat opvalt is dat dit beeld komt sterk naar voren komt wanneer het verhaal van Schmidt een educatieve functie heeft. Het is hiermee ook het overheersende beeld in alle verschillende manieren waarop Schmidt aan kinderen wordt gepresenteerd. Maar ook documentaires en boeken die als doel hebben volwassenen geschiedenis bij te brengen, behandelen Schmidt als rebel.

Geschiedenis kan dienen om een nationale identiteit te verstevigen, zo stelden Anderson en Hobsbawm en dat is precies waar het verhaal van Schmidt voor gebruikt wordt. Schmidt past goed in het Nederlandse ideaal van een underdog die zijn of haar vrijheden bevecht. Toch bestaat er ook een ander beeld van Schmidt, dat vooral de laatste jaren steeds vaker naar voren komt. Haar persoonlijkheid en relaties met anderen worden steeds vaker onder de loep gelegd. Hieruit ontstaat een heel andere beeldvorming, namelijk dat van een afwezige moeder en lastige vrouw. Dit beeld valt niet direct te rijmen met de theorie dat geschiedenis een functie kan hebben op het gebied van nationale identiteit. Waarom is dit dan toch een terugkerende representatie? In het volgende hoofdstuk zal ik deze beeldvorming uiteenzetten en proberen te verklaren.

51

Hoofdstuk 4: Anna

Als rebelse schrijver is Schmidt uitgegroeid tot nationaal icoon. Dat werd duidelijk in het vorige hoofdstuk. Met name in educatieve uitingen van haar herinneringscultuur wordt de nadruk gelegd op het belang van haar werk voor het naoorlogs Nederland. Hiernaast is haar verbindende werking een belangrijke factor. Dit beeld kwam tijdens haar leven al naar voren. Toen werd haar vermogen om de Nederlandse samenleving op komische wijze weer te geven al gezien als een belangrijk aspect van de naoorlogse ontwikkeling van Nederland. Tijdens haar leven kwam er echter ook een andere kant van de beeldvorming rond Schmidt naar voren, namelijk de beeldvorming van Schmidt vanuit een vrouwelijk kader. Schmidt werd enerzijds neergezet als ‘lieve juffrouw van de bibliotheek’, maar anderzijds als hardwerkende moeder. Bovendien werd steeds gevraagd naar haar houding tegenover het feminisme. In dit hoofdstuk zal uiteengezet worden hoe deze beeldvorming zich na haar leven heeft ontwikkeld.