• No results found

Projectgroep bestaande uit:

SVI Landelijk

5 Ecologische Hoofdstructuur

6.2 Methodiek .1 Algemeen

Het onderzoek naar het voorkomen van beschermde soorten is opgebouwd uit twee onderdelen:

- Bureaustudie naar waarnemingen van beschermde soorten uit het (recente) verleden in de invloedsfeer van het project;

- Terreinbezoek naar de (mogelijke) aanwezigheid van beschermde soorten.

6.2.2 Bureaustudie

Bij de toetsing is alleen gekeken naar de zwaarder beschermde soorten uit de Flora- en faunawet (Tabel 2 en 3). Deze soorten zijn in Nederland zeldzaam of hebben een Europese bescherming (Habitatrichtlijn Bijlage IV-soorten) en moeten worden getoetst op voorkomen en effect. Indien een effect optreedt en/of verbodsbepalingen worden overtreden, dan zijn er mogelijk maatregelen nodig om de effecten te voorkomen, verzachten of te compenseren om te voldoen aan de Flora- en faunawet.

Algemene soorten (Tabel 1) zijn niet meegenomen in de toetsing. Deze soorten zijn zodanig algemeen in Nederland dat de gunstige staat van instandhouding niet in het geding komt door de meeste projecten. Bovendien geldt voor deze soorten een vrijstelling van de verbodsbepalingen uit art. 8 t/m 12 van de Flora- en faunawet. Wel geldt de zorgplicht. Door rekening te houden met de kwetsbare seizoenen van deze soorten, wordt voldoende aan de zorgplicht voldaan en kan de gunstige staat van instandhouding worden gegarandeerd.

Er zijn diverse bronnen geraadpleegd om een beeld te krijgen van de verspreiding en mogelijk voorkomen van zwaarder beschermde soorten in en rond het plangebied. Aan de hand van deze informatie is een inschatting gemaakt of de betreffende soorten in het plangebied voor zouden kunnen komen, gezien de habitatvoorkeur van de betreffende soorten.

Legalisering activiteiten jachthaven te Willemstad Flora- en faunawet

projectnummer 258075 7 mei 2015, revisie 00

De bronnen die zijn geraadpleegd, zijn:

- www.telmee.nl;

- Landelijke verspreidingsatlassen;

- Regionale verspreidingsatlassen.

Met behulp van bovenstaande bronnen is nagegaan of in het verleden zwaarder beschermde soorten zijn aangetroffen in of nabij het plangebied. Deze bronnen, met name de atlassen en Telmee.nl, maken veelal gebruik van atlasblokken (5 x 5 kilometer). De soortgegevens uit deze bronnen hebben daarom betrekking op de regio en niet specifiek op het plangebied. Exacte locaties of datering van de waarnemingen zijn niet bekend.

Op de site telmee.nl (2010-2015) worden de volgende waarnemingen vermeld voor de directe omgeving (Flora- en faunawetsoorten Tabel 2, 3 of soorten met jaarrond beschermde nesten):

Vogels

Categorie 1-4 (nesten jaarrond beschermd): boomvalk, buizerd, havik, huismus, ooievaar, slechtvalk, sperwer en steenuil.

Categorie 5: er zijn geen omstandigheden te verwachten die nesten van categorie 5-soorten rechtvaardigen tot jaarrond beschermde nesten.

Zoogdieren

Zwaarder beschermd: damhert, bever, gewone grootoorvleermuis en watervleermuis.

Reptielen/amfibieën

Zwaarder beschermd: bijenorchis, grote keverorchis, rietorchis, spindotterbloem, tongvaren, wilde kievitsbloem, wilde marjolein en zomerklokje.

6.2.3 Terreinbezoek

Naar aanleiding van de uitkomsten van voorgenoemd bureaustudie is bepaald in hoeverre de aanwezigheid van zwaarder beschermde soorten aannemelijk gesteld kan worden op basis van aanwezig geschikt habitat. Op 29 april 2015 is een verkennend terreinbezoek aan de jachthaven afgelegd door een deskundige ecoloog van Antea Group om te bepalen in hoeverre aan de hand van de soorten uit de bureaustudie en aan de hand van het voorkomen van geschikt habitat zwaarder beschermde soorten kunnen voorkomen. Het gaat hier om een deskundigenoordeel op basis van de fysieke gesteldheid van het terrein (biotopenonderzoek). De resultaten van deze inschatting staan in paragraaf 6.3 (resultaten) beschreven.

Legalisering activiteiten jachthaven te Willemstad Flora- en faunawet

projectnummer 258075 7 mei 2015, revisie 00

6.3 Resultaten

De jachthaven is direct tegen de kern van Willemstad aangelegen. Hierdoor is er aan de zijde van de bestrating en bebouwing geen sprake van verwilderde (en voor natuur aantrekkelijke) floristisch interessante vegetatie. In de grachten komen algemeen voorkomende watervogels voor, zoals de fuut en de meerkoet. Mede door dit biotoop in combinatie met het buitengebied rondom Willemstad zijn er tevens vele boerenzwaluwen aanwezig rondom de jachthaven. Naast voorgenoemde soorten komen verschillende andere algemene soorten voor zoals zilvermeeuwen, Turkse tortels, kool- en pimpelmees en spreeuwen. Nabij de bebouwing zijn huismussen gehoord (deze soort kent een vermelding op de “Aangepaste lijst met jaarrond beschermde vogelnesten”).

Binnen de jachthaven vindt de soort geen geschikt biotoop (anders dan incidenteel foerageren ter plaatse). Binnen het plangebied (jachthaven) zijn geen jaarrond beschermde vogelnesten aangetroffen. Ook direct daarbuiten (nabij de voorzieningen) zijn deze niet aangetroffen. Mogelijk vormt de jachthaven een klein onderdeel van de leefgebieden van deze soorten, echter zal deze van marginale betekenis zijn aangezien er sprake is van verstoring en aangezien groenelementen (en daarbij geschikte foerageerplekken) vrijwel afwezig zijn. In de omgeving is geschikt biotoop aanwezig voor verschillende ganzen- en eendensoorten.

De bunkerboot en het havenkantoor zijn in het water gelegen. Het sanitair gebouw is in op een platform boven het water gesitueerd. Ter plekke en rondom deze voorzieningen is geen tot nauwelijks (water)vegetatie aanwezig. Gezien de ligging in de jachthaven is hier nauwelijks sprake van enige natuurwaarden anders dan voor waterfauna. Het afvalverzamelpunt is op een verhard terrein gesitueerd nabij een wal, de kade inclusief de bijbehorende versteviging en nabij een weide.

Rondom het afvalverzamelpunt zijn algemene gras- en kruidensoorten aanwezig zoals paardenbloem, hondsdraf, zuring, fluitenkruid, brandnetel en kleine veldkers. Floristisch is het terrein weinig interessant; er zal dan ook geen beschermde plantensoorten aangetroffen en deze worden hier ook niet verwacht. Tevens is in de directe omgeving van het terrein geen geschikt biotoop aanwezig. Nabij de jachthaven is tegen een stadswal de tongvaren (Tabel 2-soort) aangetroffen. Deze soort is niet te bereiken vanaf het land. Het afvalverzamelpunt is bovendien enkel toegankelijk via de jachthaven en is afgeschermd van de weilanden daaromheen.

Naast vogels kunnen algemeen voorkomende zoogdieren en amfibiesoorten het plangebied aandoen. In het plangebied is geen geschikt biotoop aanwezig voor zwaar beschermde (grondgebonden) zoogdieren of zwaar beschermde amfibieën. De bever komt mogelijk incidenteel langs de randen van de monding van de jachthaven voor. Vleermuizen kunnen de omgeving gebruiken om te foerageren.

6.4 Effectbeoordeling

Voorliggend rapport heeft betrekking op het legaliseren van vier voorzieningen. Deze voorzieningen zijn al vele jaren in gebruik en het plan betreft nu de legalisering van deze voorzieningen. Uitbreidingsmogelijkheden vallen niet binnen deze legalisering. Derhalve worden bij deze legalisering geen fysieke wijzigingen mogelijk gemaakt in het landschap van en rondom de jachthaven. Hierdoor vinden er ook geen effecten plaats op de leefgebieden (verblijfplaatsen, foerageergebieden enzovoort) van beschermde flora- en faunasoorten in het kader van de Flora- en faunawet. Het gebruik van de voorzieningen beperkt zich tot het water en/of tot de daarvoor aanwezige wegen en paden. Zoals in paragraaf 4.4 (Natuurbeschermingswet) is aangegeven, zijn de vrijkomende storingsfactoren op de omgeving (zoals geluid en licht) zeer beperkt. Daarnaast zijn in de omgeving van de voorzieningen geen belangrijke elementen in het leefgebied van beschermde flora- en of fauna aanwezig die potentieel verstoring kunnen ondervinden. Daarnaast

Legalisering activiteiten jachthaven te Willemstad Flora- en faunawet

projectnummer 258075 7 mei 2015, revisie 00

zijn de voorzieningen al jaren in gebruik waardoor de aanwezige natuurwaarden zich hier in de loop van de jaren op hebben aangepast.

Dit rapport heeft betrekking op de legalisering van de voorzieningen; andere nieuwe activiteiten of wijzigingen rondom het gebruik van de vier voorzieningen dienen altijd te worden getoetst aan de Flora- en faunawet. Op dit moment is geen sprake van dergelijke nieuwe activiteiten of wijzigingen.