• No results found

4. Piraterij

4.1 Introductie Mason

Matt Mason, journalist en voormalig Britse radiopiraat en dj, heeft in 2008 een boek geschreven wat gaat over de kracht van het piratenverhaal en waarom dit, naast een tegenkracht (weerstand), ook als vernieuwingskracht gezien kan worden. Daarbij spelen zowel grensoverschrijdend gedrag als autonomie, vakmanschap en zingeving een belangrijke rol in het verhaal van Mason. Althans, dat meen ik te zien.

Beeld 27. ‘This’ll look nice when its framed’ (2010) - Banksy. San Francisco

Vaker wel dan niet wordt een piraten- of antibeweging binnen (en buiten) een organisatie beschouwd als onderdeel van de informele organisatie. Een onderdeel dat bedreigend kan zijn, maar pas bestreden dient te worden wanneer deze een bepaalde grens over gaat (of dreigt te gaan). Hier lijkt een soort gedachte aan vooraf te gaan dat, als je maar geen aandacht aan dit soort bewegingen schenkt, ze er niet echt zijn. Als een soort

struisvogeltactiek kwam dit al eerder bij Ackroyd & Thompson ter sprake. Voor het behoud van de bestaande orde lijken deze bewegingen dus bedreigend. Maar, wat is het belang van het per se willen behouden van een bepaalde georganiseerdheid, terwijl andere structuren wellicht meer passend, zingevend of - om het managementjargon wat te beroeren - efficiënter zijn? Mason legt uit hoe piraterij verandering teweeg brengt - of kan brengen - in onze

BegrenZiNg is ook een vak

samenleving door nieuwe ideeën te genereren. Hij richt zich hierbij vooral op jongerenculturen die zich in de periferie van de maatschappij afspelen en allerlei baanbrekende - en dus grensoverschrijdende - ideeën hebben voortgebracht. Denk hierbij aan punkrock, DIY (do it yourself), hacking, disco, graffiti, etherpiraterij en de remix. Deze piraten hebben geen sturende manager nodig om gemotiveerd te raken, ze zijn vaak juist bijzonder sterk intrinsiek gemotiveerd om (in hun ogen) goed werk te doen, iets waar Pink wel warm voor zou lopen.

‘The Pirate’s Dilemma tells the story of how youth culture drives innovation and is changing the way the world works. It offers understanding and insight for a time when piracy is just another business model, the remix is our most powerful marketing tool and anyone with a computer is capable of reaching more people than a multi-national corporation. Do we fight pirates, or do we learn from them?’

Dit is één van de promotiestukjes van Masons boek dat ik overal - op internet en in recensies - terug vind. Mason lijkt niet vies van een krachtige marketinginzet, toch is zijn tekst zelf ook voldoende prikkelend. Stoppen met lezen is bijna geen optie. Zijn onderwerp is het piratendilemma dat de huidige maatschappij met zich meebrengt. Het gaat Mason niet over hoe we ons tegen deze piraten moeten wapenen of over hoe we met de piraat om moeten gaan. De vraag is voornamelijk hoe te reageren op onze steeds veranderende samenleving en hoe piratenkennis en piratengedrag gebruikt kan worden om dit goed te kunnen doen. Piraten kunnen daarbij zowel een ander zijn als jezelf. Zodoende gaat het Pink dan uiteindelijk ook om de vraag hoe we beter kunnen worden ‘[…] by recognizing the pirate within ourselfs’ (p. 6).

Om dit dilemma te onderzoeken gaat Mason niet uit van een psychologisch of sociologisch perspectief, maar richt hij zich vooral op de economie en plaatst hier een sociologisch aspect, subcultuur, in. Hij zoekt hierbij naar verbindingen tussen (grensoverschrijdend) gedrag van piraten en dat van bedrijven / organisaties. Met de nadruk op hoe beiden omgaan met het eigendom en informatie in de afgelopen veertig jaar. In het informatietijdperk, waarin wij volgens Mason leven, zijn grote veranderingen op komst. De kapitalistische wereld is niet meer dezelfde, doordat de betekenis van eigendom is veranderd. Zeker sinds de komst van het internet zijn sommige dingen ook niet meer terug te draaien.

Beeld 28. 'Make you own game' (2011) - Masat (www.publicadcampaign.com)

Dit vraagt dit om nieuwe inzichten en andere mogelijkheden, maar niet zonder slag of stoot. John Perry Barlow, voormalig schrijver voor de Grateful Dead, schetst het hierbij horende dilemma als volgt; ‘our property can be infinitely reproduced and instantaneously distributed all over the planet without cost, without our knowledge, without its even leaving our possession, how can we protect it? How are we going to get paid for the work we do with our minds? And, if we can’t get paid, what will assure the continued creation and distribution of such work?’ (p. 4). En doordat steeds meer eigendom digitaal is, groeit dit dilemma met de dag. Het antwoord op dit zogenoemde ‘pirates dilemma’ ligt, volgens Mason, daar waar de oorspronkelijke piraten (zeerovers) hun weg wisten te vinden in gebieden waar anderen geen weet van hadden. Gebieden waar traditionele regels niet meer werken. De op

BegrenZiNg is ook een vak

kapitalistische gronden gebouwde organisaties die uitgaan van het economische groeimodel hebben geen antwoord op dit dilemma. En dat gaat ze, volgens Mason, ook niet zelfstandig lukken. Hij vertrouwt dit toe aan rebelerende tieners die - onder Masons metaforische piratenvlag - al meer dan zestig jaar dingen anders doen; door nieuwe manieren te vinden om informatie, (intellectueel) eigendom en publieke ruimte te delen. Mason signaleert hierin een nieuw businessmodel dat hij aankondigt als verbetering van het traditionele systeem. Hij noemt dit model Punk Capitalism en om inzicht te krijgen in het nieuwe model legt hij eerst uit wat hieraan ten grondslag ligt. Als volleerd ‘collageur’ gaat Mason van start om met een indrukwekkende hoeveelheid aan

anekdotes, verhalen, ideeën en andere samples zijn verhaal te rijgen en zijn punt te maken. Al is dat laatste in mijn optiek niet altijd helemaal scherp, het boek leest wel als een wervelwind. In zeven hoofdstukken, met titels als ‘Boundaries: Disco Nuns, the Death of the Record Industry, and Our Open-Source Future’ kleurt Mason zijn verhaal in. Het is niet mijn opzet om al deze informatie over te nemen, wel doe ik een poging om de geest van de ‘boekanier’, die dit boek vervult, te vangen.