Inleiding
Allereerst wil ik u nogmaals bedanken voor uw medewerking aan dit interview. Ik zal allereerst even toelichten wie ik ben en waar mijn onderzoek over gaat.
Mijn naam is Jay Erdkamp en ik ben derdejaarsstudent geografie, planologie en milieu aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. In het kader van mijn bachelorscriptie doe ik onderzoek naar de kansen en mogelijkheden voor burgerparticipatie bij het opstellen van omgevingsvisies. Aan de hand van die kansen en mogelijkheden wil ik een deel van de Nederlandse planningscultuur onder de nieuwe Omgevingswet typeren. Planningscultuur zie ik daarbij als een subcultuur van een bredere maatschappelijke cultuur. Net zoals andere wetenschappers bijvoorbeeld de cultuur binnen een specifieke bevolkingsgroep proberen te beschrijven, wil ik de cultuur beschrijven zoals die aanwezig is in het veld van de ruimtelijke ordening, meer specifiek met betrekking tot burgerparticipatie bij het
opstellen van omgevingsvisies. Ik heb voor mijn onderzoek bovendien twee specifieke cases geselecteerd, namelijk Utrecht en Maastricht.
Ik wil benadrukken dat het in mijn onderzoek niet gaat om het vellen van een moreel oordeel over de inrichting van het participatieproces. Zo is het bijvoorbeeld niet mijn bedoeling om een relatief grote mate van burgerparticipatie per definitie als positief te bestempelen. Hoewel ik de intentie heb om aan te geven om aan te geven waar nog kansen hadden gelegen om burgers meer te laten participeren ten opzichte van wat al gedaan is, wil ik dat niet doen met een veroordelende houding ten opzichte van de
personen, organisaties en bestuursorganen die verantwoordelijk zijn voor de invulling van het participatieproces.
Allereerst zou ik graag een paar vragen willen stellen die algemeen van aard zijn en die betrekking hebben op de werkgroep Omgevingsvisie Itteren-Borgharen en op uw positie binnen die werkgroep.
Algemeen
1) Wat is de werkgroep Omgevingsvisie Itteren-Borgharen en waarmee houdt de werkgroep zich zoal bezig?
2) Welke functie vervult u binnen deze werkgroep?
Nu zou ik graag een aantal vragen willen stellen over de omgevingsvisie voor Itteren en Borgharen en over hoe deze omgevingsvisie zich verhoudt tot die van Maastricht.
Omgevingsvisie Itteren-Borgharen
3) Van wie ging het initiatief uit om een aparte omgevingsvisie te maken voor Itteren en Borgharen?
De gemeente Maastricht is op dit moment bezig met het maken van een eigen omgevingsvisie.
4) Waarom is het nodig om een eigen omgevingsvisie te maken en te presenteren? 5) Hoe verhoudt uw omgevingsvisie zich tot die van Maastricht? Met andere woorden: in hoeverre gaat hij letterlijk, precies zoals u hem heeft opgesteld, deel uitmaken van de bredere Maastrichtse omgevingsvisie?
6) Hoe kijkt u aan tegen hoe uw omgevingsvisie zich verhoudt tot de bredere Maastrichtse visie? Dat wil zeggen: op welke manier, en om welke redenen, vindt u dat die
verhouding eventueel anders zou moeten zijn?
We hebben nu in nog enigszins algemene termen gesproken over de omgevingsvisie voor Itteren en Borgharen.
Proces
7) Welke stappen heeft u reeds doorlopen in het opstellen van de omgevingsvisie voor Itteren en Borgharen?
8) Welke stappen bent u nog van plan te doorlopen in dat kader?
Zoals ik al verteld heb, staat burgerparticipatie bij het opstellen van omgevingsvisies in mijn onderzoek centraal.
9) Op welke manier(en) hebben burgers kunnen participeren in de vorming van de omgevingsvisie voor Itteren en Borgharen?
10) Op welke manier(en) kunnen burgers in de toekomst eventueel nog participeren bij de vorming van uw omgevingsvisie?
11) In welke mate hebben burgers reeds kunnen participeren? Met andere woorden: hoe kan de mate waarin burgers hebben geparticipeerd bij uw omgevingsvisie worden getypeerd?
12) Waarom heeft u specifiek gekozen voor deze vorm(en) van participatie? 13) Waarom heeft u specifiek gekozen voor deze mate van participatie?
Rollen
14) In hoeverre is het uw werkgroep geweest die bepaald heeft op welke manieren en in welke mate burgers kunnen participeren?
15) In hoeverre hebben burgers kunnen bepalen hoe het participatieproces zou worden ingevuld?
16) In welke mate hebben burgers de inhoudelijke thema’s kunnen bepalen die aan bod zijn gekomen tijdens het participatieproces?
17) Hoe zou u de machtsverhouding tussen de werkgroep en burgers in het participatieproces omschrijven?
18) Wie hakt er uiteindelijk knopen door met betrekking tot het proces en de inhoud van uw omgevingsvisie?
Burgers
19) In hoeverre heeft u een actieve rol ingenomen om burgers te betrekken in het participatieproces?
20) Op welke manieren heeft u geprobeerd burgers aan te sporen om te participeren? 21) In welke mate bent u selectief geweest in het betrekken van burgers? Dat wil zoveel zeggen als: in hoeverre heeft u geprobeerd bepaalde mensen wel te betrekken maar anderen juist niet te betrekken in het participatieproces?
22) In hoeverre is het geheel aan burgers dat heeft geparticipeerd in het proces volgens u een goede afspiegeling van de bevolking van Itteren en Borgharen?
Slotvragen
23) Als u kort uw leerervaringen zou moeten opsommen, welke leerpunten zouden dan (onder andere) deel uitmaken van die opsomming?
24) Als u in enkele zinnen het participatieproces zou moeten typeren, hoe zou die typering dan luiden?
We zijn nu aan het einde gekomen van dit interview. Ik wil u nogmaals bedanken voor uw medewerking.
Het vervolg ziet er ongeveer als volgt uit: ik ga nu eerst een transcriptie maken van het interview en vervolgens ga ik die transcriptie analyseren. Aan de hand van die analyse beslis ik welke delen uit het interview ik zou willen opnemen in het onderzoek. Het onderzoek zal uiteindelijk openbaar toegankelijk worden. De geluidsopname en de
transcriptie van dit interview worden daarentegen niet openbaar toegankelijk. Indien u dat wenst, zal ik vooraf contact met u opnemen om met u af te stemmen of ik bepaalde zaken uit het interview kan opnemen in het openbaar toegankelijke deel van het onderzoek. Als u aangegeven heeft het eindresultaat te ontvangen per e-mail, dan zal ik u dat toesturen zodra ik te horen heb gekregen dat ik de scriptie met een voldoende heb afgerond.