• No results found

2. Risicoanalyse

3.8. Illegale groothandelsactiviteiten

Al eerder is beschreven dat misdaadondernemingen uiteenlopende rollen kunnen bekleden in misdaadmarkten, waaronder die van producent, groothandel, detailhandel en consument (zie figuur 3.3). In het concept van de criminaliteitspiramide zijn vanuit een andere invalshoek eveneens rollen verbijzonderd.109 Aan de ene kant werkt de criminaliteits-piramide drie niveaus uit op grond van de middelen en bekwaamheden van de dader en aan de andere vanuit het soort criminaliteit. Op grond van de middelen en bekwaamheden van de daders onderscheidt men in de criminaliteitspiramide: 1) veelplegers, zoals autodieven en straatdealers, 2) faciliterende criminelen, zoals helers en witwassers en 3) plegers van georganiseerde criminaliteit.110 In de misdaadmarkt van gestolen auto’s nemen lokale autodieven het eerste niveau voor hun rekening. Op het tweede niveau bevinden zich de helers en de monteurs die de auto’s omkatten. Op het derde niveau bevinden zich degenen die de gestolen auto’s in het groot opkopen, verhandelen en distribueren naar andere landen. Het is relatief eenvoudig om de rol van autodief te vervullen in een specifieke plaats. De rol van omkatter en heler is veel lastiger te vervullen. Er zijn daarvoor andere ervaring en kennis vereist. Ook moeten de noodzakelijke financiële middelen beschikbaar zijn en moet een netwerk van dieven en afnemers zijn opgebouwd. De rol van groothan-delaar in gestolen auto’s is nog lastiger te vervullen. Er is een nog grotere financiële buffer vereist en een groter netwerk. De organisatiegraad op het eerste niveau is gering. Op het tweede niveau is al in meer of mindere mate sprake van een misdaadonderneming. Op het derde niveau kunnen we zeker spreken van een misdaadonderneming, veelal een illegale groothandelsonderneming.

Op grond van het soort criminele activiteiten zijn eveneens drie niveaus te onderscheiden: veelvoorkomende criminaliteit, lokaal ernstige criminaliteit en (zware en) georganiseerde criminaliteit.111 Op het eerste niveau vinden overwegend zichtbare vormen van criminali-teit plaats. De activicriminali-teiten staan (ogenschijnlijk) op zichzelf. Het gaat bijvoorbeeld om inbraken in woningen, de (kleinschalige) illegale verkoop van vuurwapens, de (kleinscha-lige) illegale verkoop van drugs en autodiefstallen. Deze vormen van criminaliteit bevinden zich primair op het lokale niveau van een wijk of gemeente. Daarboven bevindt zich een niveau van criminaliteit die een hogere graad van professionaliteit, ervaring en

109 Dit concept is bij sommigen van de Nederlandse politie in gebruik en maakt tevens onderdeel uit van het National Intelligence Model van de National Criminal Intelligence Service (NCIS) van het Verenigd Koninkrijk. Hiërarchische verhoudingen tussen criminelen spelen in het concept van de criminaliteitspiramide geen rol. Het concept is geen uitwerking van hoofdstroom één van Klerks.

110 Deze uitwerking is mede gebaseerd op een presentatie van NCIS in Rotterdam 18 december 2000 en een studiebezoek aan NCIS in februari 2001. Overigens hanteert NCIS niet het concept van de illegale groothandelsonderneming.

111 Soms maakt men een onderscheid naar middencriminaliteit, hetgeen zich bevindt tussen de lokale ernstige criminaliteit en georganiseerde criminaliteit. In het ‘National Intelligence Model’ is het uitgangspunt dat er drie niveaus van criminaliteit bestaan: (a) lokale criminaliteit (local issues), (b) regionale criminaliteit (cross border issues) en (3) serieuze en georganiseerde criminaliteit {NCIS, 2000A}.

een ruimere financiële basis vereist. Dit niveau maakt de criminaliteit aan de onderkant mogelijk. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om het helen van gestolen goederen, de verkoop van drugs aan straatdealers, het ter beschikking stellen van een drugspand aan dealers en het leveren van valse paspoorten. Deze vormen van criminaliteit vinden op regionaal of bovenregionaal niveau plaats. Daarboven bevindt zich het niveau van criminaliteit die een nog hogere graad van professionaliteit en nog meer financiën vereist en de partijen die als afnemer optreden van de onderliggende niveaus. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om het in- en uitvoeren van gestolen auto’s, het importeren van drugs of het exporteren van XTC. Deze vormen van criminaliteit vinden op nationaal of internationaal niveau plaats.

Rol Voorbeelden in drugsmarkt Voorbeelden in illegale automarkt Eind-

consument

Verslaafde op straat Een Pool die een in Nederland gestolen auto koopt

Producent De boer in Colombia, de inkoper van de

boeren, de laboranten De autodief, de omkatter, de vervalser van papieren Groothandel De Colombiaanse maffia, een

samenwer-kingsverband van plegers van georgani-seerde criminaliteit die een grote partij koopt, importeert en verder distribueert

Een Nederlandse illegale groothandelson-derneming die de auto’s koopt van de heler en exporteert naar Polen

Detailhandel De straatdealer Degene die koopt van de illegale groot-handel en de auto’s verder verkoopt in Polen. Tevens de heler van de gestolen auto’s in Nederland.

Figuur 3.3 Rollen in misdaadmarkten en voorbeelden daarvan

In potentie is het aantal individuen dat één gestolen auto in Polen kan verkopen groot. Het aantal individuen dat grote aantallen auto’s kan opkopen en vervoeren naar Polen, is vele malen kleiner. Hetzelfde geldt in Polen voor de aanschaf en de distributie van de auto’s. Aan zowel de vraagzijde als aan de aanbodzijde ontstaat als het ware een vernauwing (zie figuur 3.4). Dit sluit aan bij de constatering van Arlacchi dat in misdaadmarkten aan de vraagzijde twee sectoren zijn te onderscheiden. De ene sector bestaat uit vele kleine en middelgrote semi-onafhankelijke organisaties die leveren aan de eindconsumenten. De andere sector bestaat uit een beperkt aantal oligopolistische ondernemingen die aan de eerste sector leveren.112

Illegale groothandelsactiviteiten zijn uiteenlopend van aard. Het is bij legale organisaties gebruikelijk om een onderscheid te maken tussen primaire en ondersteunende activiteiten. De primaire activiteiten hangen direct samen met de rol van de groothandel, namelijk het kopen, verkopen, sorteren, opslaan, transporteren, financieren, nemen van risico’s en marktinformatie vergaren. Deze activiteiten genereren de winst waar het allemaal om te doen is. Een voorbeeld daarvan is het importeren en verkopen van partijen drugs. De tweede soort (criminele) activiteiten zijn de ondersteunende activiteiten. Net als in legale ondernemingen zijn personele, informatie- en financiële activiteiten belangrijk. Binnen legale ondernemingen vecht men conflicten met leveranciers, afnemers en medewerkers uit met behulp van juridische procedures. Binnen een misdaadonderneming vormt het dreigen met of gebruiken van geweld hiervoor een substituut. Net als een legale moet een

misdaadonderneming de eigen bezittingen beveiligen en zorgen dat geen bedrijfsgeheimen naar buiten komen. Hiervoor hanteert zij specifieke afschermingsmethoden die van invloed zijn op de personele, financiële en informatieactiviteiten. Daar waar legale ondernemingen op zoek kunnen gaan naar informatie over concurrenten, kan de misdaadonderneming op zoek gaan naar informatie van opsporingsinstanties. Dit kan zowel passief als heel gericht plaatsvinden. Eenzelfde vergelijking gaat op voor het dwarsbomen van de concurrentie en/of mediacampagnes van legale ondernemingen om de beeldvorming te beïnvloeden. Misdaadondernemingen kunnen proberen om opsporingsinstanties te dwarsbomen en de beeldvorming te beïnvloeden via offensieve strategieën. Naast genoemde ondersteunende activiteiten moet een misdaadonderneming ook allerlei activiteiten ontplooien om de opbrengsten veilig te kunnen stellen. Williams en Godson veronderstellen in elk geval dat misdaadondernemingen op zoek gaan naar constructies en landen om dat te bewerkstelli-gen. Legale ondernemingen gaan daarentegen op zoek naar fiscaal gunstige constructies en landen.113 Aanbodzijde Vraagzijde Boer Autodief Laboratorium Heler Groothandelaar Detailhandelaar Heler Straatdealer Consument

Figuur 3.4 Trechtereffect in misdaadmarkten114

Een twijfelgeval vormen (criminele) activiteiten die direct dienen ter ondersteuning van de primaire activiteiten, maar geen winst genereren. In sommige gevallen moet een drugshandelaar bijvoorbeeld ambtenaren corrumperen of identiteitsdocumenten vervalsen. Deze activiteiten genereren geen winst en zijn ook niet primair bedoeld om de misdaadon-derneming te laten functioneren. Daarentegen zouden die (criminele) activiteiten niet hoeven plaats te vinden zonder de primaire criminele activiteiten. In dat kader zouden we kunnen spreken van secundaire activiteiten. In potentie is het gehele Wetboek van Strafrecht hierop van toepassing.

Zoals eerder aangegeven kan een illegale groothandelsonderneming bepaalde activiteiten zelf organiseren of inhuren via netwerken. Activiteiten die voor de een van secundaire of ondersteunende aard zijn, kunnen daarentegen voor een ander de primaire activiteiten zijn. Misdaadondernemingen kunnen zich specialiseren in bijvoorbeeld witwassen, het vervalsen van documenten of het uitvoeren van liquidaties. Wanneer een legale

113 {Williams & Godson, 2002, 326}.

onderneming ondersteuning verleent, kan het gaan om organisatiecriminaliteit. Analytisch zouden we de ondersteuning kunnen beschouwen als een onderdeel van de illegale groothandelsactiviteiten. Deze keuze wordt niet voorgestaan. De activiteiten van de externe accountants of transporteurs rekenen we immers ook niet tot de groothandels- of detailhandelsactiviteiten van bijvoorbeeld het Ahold-concern. Wanneer andere (mis-daad)ondernemingen ondersteuning verlenen, in wel sprake van betrokkenheid bij georga-niseerde criminaliteit.

Samenvattend kunnen we stellen dat de illegale groothandelsactiviteiten zijn onder te verdelen in: primaire, secundaire en ondersteunende (criminele) activiteiten. In het vervolg zijn de twee eerste soorten, ook wel aangeduid als de uitoefening van de

groothandels-functies. In plaats van over ‘illegale groothandelsactiviteiten’ wordt ook wel gesproken

over ‘illegale bedrijfsvoering’. In dat geval ligt het accent op de bedrijfsvoering in plaats van op de activiteiten zelf. De illegale groothandelsactiviteiten resulteren ook in betrokkenheid van leveranciers, afnemers en ondersteuners. Die betrokkenheid is weliswaar instrumenteel, maar maakt daar geen onderdeel van uit.