• No results found

175hoop op beter, en de bereidheid daartoe, hoe moeilijk het ook

mocht zijn, telkens en telkens weer.

Toen Aatje tenslotte wegreed, de duisternis in, keek hij nog lang om naar zijn vrienden, zooals ze daar naast elkander waren blijven staan op hun bordesje: twee jonge menschen, gezien in silhouette, tegen den achtergrond van zacht, huise-lijk licht...

Zijn vrienden•..

En hij de hunne.

Doordat zij, de schaamte terzijde stellend, elkander ge-vonden hadden voor eenzelfde uitzicht op morgen en altijd.

Ze was op de leuning van Aatjes stoel gaan zitten, en ter-wijl ze sprak bleef haar hand op zijn schouder.

-- Suze had het mij geschreven, zeide ze. Ik mocht er niet met je over praten, maar ik doe het toch. Het is mijn plicht.

Kijk, wij menschen die er op uit zijn getrokken, die geen tan-tes en moeders en ooms om ons heen hebben, die ons eigen leven hier in Indië moeten maken onder moeilijke omstandig-heden... ochwij staan zooveel anders tegenover de dingen dan zij die veilig thuis zijn gebleven. Ik praat niet goed wat je ge-daan hebt. Als mij zooiets overkwam zou ik even veel ver-driet hebben als Suze... Maar het zijn niet de dingen die er gebeuren die het belangrijkste zijn. Het is de manier waarop je je er tegenover stelt. Zooals Suze is ingelicht uit allerlei welwillende bronnen , och dat moet je ook bedenken, -is het zoo anders, lijkt het allemaal zoo hard en grof. Wat je hier in Indië meemaakt van die bemiddelaars en boodschap-pers leert je zooveel. Ze praten en combineeren en stellen het allemaal sensationeel voor en ze bedenken niet wat ze voor ongelukken maken... Mag ik Suze antwoorden... 7 Heelemaal eerlijk zooals ik er over denk...?

-- Graag, zei Aatje en pakte haar hand vast.

- Frans en ik, zei Marie, hebben ook veel moeilijkheden samen gehad...

Daar was in deze sfeer de behoefte tot deelen van elkan-ders ervaringen.

-- Dat hebben we, zeide Terzijll uit zijn hoek.

-- En we hebben het ook weer bijgespijkerd.

-- Ik ben ook wel eens hard geweest... dikwijls..., zeI Marie.

-- En ik ben ook niet brandschoon, zei haar man.

Ze maakten zich, elk voor zich en allen tesamen, zoo klein, en het was alsof door die nederige poort een kracht binnen-stroomde, een verbond gevestigd werd.

Ze zwegen alle drie en beluisterden de ademtochten door het geboomte. In de stilte om hen heen gaven ze zich over aan een rythme dat de wereld bewoog, dat hen had opgenomen in een milder denken, een zuiverder begrijpen.

En ze bleven nog lang bijeen. Hun gesprek was als een belijdenis bij toerbeurt, een deelen van ervaring met het tel-kens weerkeerend recitatief van vertrouwen, van levende

174

177 saris der Vereenigden. Ook deze was bereid de redenen die hem tot dat besluit hadden geleid hier persoonlijk te komen uit-eenzetten. Hij, Blois, mocht daarop vooruitloopen: hoofdreden was het gebleken manupuleeren der directie met aandeelen.

Behoudens de 887 aandeelen waarvoor stemrecht aan zijn Blois' zijde was en door legitimatie - hier boog hij in d;

richting der directeuren - verkregen zou kunnen worden kon hij beschikken over de twee en veertig aandeelen

di~

Mee~ters b~zat .en geweigerd had ter beschikking van de knoeIende directie te stellen. Dat was in totaal dus 929..•

negenhonderdnegenentwintig aandeelen van de tweedui-zend.

Een meerderheid was noodig. Dus nog minstens twee en zeventig aandeelen moesten worden opgetrommeld.

En.~el voor het volgende: de beoogde statutenwijziging, nameliJk het creëeren van preferente aandeelen was een nieuwe zet der directie, toen hun spel aan de beur; was vast-geloopen. Hi~konmedede~lenvan~ees.tersvernomen te heb-ben, dat het In de bedoehng der dIrectie lag (en dit was de tweede reden waarom deze zijn ontslag als commissaris had

ge~omen) aa?stonds na de statutenwijziging een zoodanige wmstverdeehng te forceeren, dat aandeelhouders in een veel ongunstiger positie kwamen te staan, met het natuurlijk ge-volg van afbrokkeling van den koers.

Eerst dan zouden zij met een definitief bod op de 850 aan-deelen ~er.erven Langelaan op de proppen komen.

- ~Iehl~rheeren, hpt fraaie spelletje, besloot hij, en sloeg met zIJn VUIst op tafel. Na dit eerste onderhoud was een con-fe~entiegevolgd waar Vnj hof en Meesters genoodigd werden.

ZIJ beve tigden het relaas.

Vrijhof beschreef zijn ruzie op het kantoor der Vereenigden en gebruikte ruwe woorden om aan zijn verontwaardiging lucht te geven. De heeren, zeide hij, hebben trouwens zelf gemerkt dat er in die Vereenigden gewerkt werd.

De directie knikte, en Aatje voelde dat het pleit gewonnen was.

De verklaringen van Meesters, die bekend stond als een fatsoenlijk man, geretireerd planter die te Bandoeng woonde, versterkten het betoog nog aanzienlijk.

- Ik doe niet mee aan zulk spul, zeide hij. Bram

Lange-12 Oe rel. zonder einde

x

BALANS

Nu brak een korte periode van hard werken aan.

Het gelid had zich, als op een commando, gesloten.

Blois, Terzijll en Aatje voerden een eerste bespreking met de directeuren van de Javasche Bank.

Blois betoogde, en zijn betoog bevatte tal van bijzonderhe-den die Terzijll en Langelaan nog onbekend waren geweest.

Hij sprak in korte, kernachtige zinnen.

Hij resumeerde de voorgeschiedenis: de speculatie van de Vereenigde Cultuurondernemingen om, destijds in 1904, een vordering op Abraham Langelaan te creëeren in den aankoop van het huis.

Hij beschreef, ten overvloede, want hier knikten de direc-teuren bij voorbaat instemmend, Langelaans onmisbare werk-kracht voor de Vereenigden.

Met deze vordering hadden ze hem gebonden.

En in steeds sterker mate, toen zijn gezin weg was en de verplichtingen opliepen. Daarna vatte hij samen hoe Lange-laan, in onverwoestbaar vertrouwen op zijn maatschappij, de meerdere zekerheid, in den vorm van aandeelen onder pand, voortdurend had versterkt.

Hij zeide ook, - en hier keek Aatje voor zich, - hoe het gezin door steeds hooger eischen had geknaagd aan het door den vader opgeworpen bolwerk.

Het was een strijd geweest, zeide hij, tusschen verdienen en wegschenken.

Nu, na Abraha.m Langelaan's dood, wilde men de vorde-ring in volle zwaarte doen gelden.

Zoo zwaar, dat daarmee het geheele aandeelenbezit kon worden verworven.

Men had een bod gedaan op de aandeelen... maar tegelijk was men achtershands bezig geweest die te deprecieeren.

Ronduit noemde hij den naam van Vrijhof als getuige en tot verrassing van Terzijll en Aatje, bracht hij diens volledig aanbod over om dit persoonlijk te komen bevestigen.

Op dit schot volgde een tweede.

Zijn vriend Meesters had ontslag genomen als commis-176

twintig stemmen. Dan groepeeren we de rest in ongelijke deelen. U krijgt er de deposito-bewijzen voor...

Hij schreef alles op:

-- Uzelf... meneer Meesters... juffrouw... Box... zei u 7 ja, best, hoe meer hoe liever. En de stukken van de bankiers . uitstekend... komt alles in orde... En alle legitimaties op uw naam nietwaar...?

-- Watikzeggen wou... En u meneer Langelaan... 7 Moet u ook in de vergadering zijn... 7

Aatje keek Terzijll aan, maar Blois nam het woord al.

-- Pardon, zeide hij, mijn kantoor is gevolmachtigde voor de familie.

Mijnheer Hoensbroek keek even verbaasd over zijn lorgnet.

-- En mijnheer daar... ? vroeg hij, met zijn potlood op Aat-je wijzend. - Als ik vragen mag, wat is dan precies de posi-tie van mijnheer Langelaan er bij ... 7

-- Mijnheer Langelaan was aanvankelijk gemachtigde, zeide Blois. Er is nu besloten dat wij het doen.

En Aatje, bloedrood tot achter de ooren:

- Als u bedoelt wat ik er hier mee te maken heb... 7 - Pardon... nee, waarachtig niet. Het kon nog mooier, lachte de bankdirecteur. Ik zou zeggen, dat u in de gehee1e geschiedenis de verdrukte onschuld bent. Ik begrijp best, dat u de heeren hier de zaak toevertrouwt. Dat is niets voor u, om u de waarheid te zeggen: dat is mannenwerk en u ziet me er rijkelijk jong uit... Haha... neem me niet kwalijk dat ik het zoo zeg... 7

Hiermede was het incident geeindigd en er werd verder vlot beraadslaagd. Maar Aatje volgde de gesprekken niet meer geheel, want de opmerking over zijn jeugd had hem on-aangenaam getroffen; rechtstreeks bevestigde die zijn vrees inderdaad te zwak te zijn gebleken voor de toevertrouwde taak... niet als een man, zooals Terzijll die toch van zijn leef-tijd was, opgewassen tegen de gevaarlijke krachten die hem hier omringden. Hij zat er nu, ontda~n van zijn volmacht, werkelijk voor aap bij.

De aanvaardbaarheid van zijn doelstelling, het oogmerk van zijn missie, werden door allen begrepen en hartelijk gesteund.

Maar hij zelf werd niet aanvaard, en zooals ze onder elkander beraadslaagden had hij even goed in Holland kunnen zitten.

178 179

De heer Hoensbroek, directeur der

J

avasche Bank, een stille vrijgezel, die het Indische leven door en door kende, had niets gezegd.

__ Nou heeren, merkte hij tenslotte samenvattend op. -Het zaakje is ons duidelijk hé ... 7

En zich tot de anderen wendend:

__ Wat hier gezegd is blijft strikt onder ons nietwa~... 7 Ik zal intusschen eens bij de bankiers langs gaan... Een dikke honderd stukken zijn wel bij elkaar te trommelen... Enne...

mijnheer Blois, ikheb de pand-aete gelezen, en daar is ~nder­

daad alles mee te doen... Laat eens zien... hoe had u ZIch de verdeeling der depotbewijzen.~oor de legitimatie gedacht.,'. 7 Het voltrok zich zoo natuurhJk, als een wonder, onder Aatjes oogen en schijnbaar zonder dat hij er iets voor behoefde te doen.

Het was alsof een verre stem deze vergadering leidde, of een sterke hand, uit onzichtbare verte, de regie voerde tot de voorbereiding van dit defensief.

Alles schakelde zich nu verder vanzelf.

__ Mag ik de heeren V~jhof en ~eesters dan ~el bedan-ken voor hun aanwezigheId... 7 bonJOur heeren, zeIde de heer Hoensbroek, alweer verstrooid en of andere zaken om zijn aandacht vroegen.

En toen, als terloops... :

__ Och meneer Blois, en de andere heeren, blijft u nog even.

De beide advocaten en Aatje gingen weer zitten, en toen de deur achter Vrijhof en Meesters gesloten was, bleek de kleine directeur weer vol concentratie.

_ Heeren, zeide hij, jullie krijgen zoo spoedig mogelijk bericht als ik de bankiers gesproken heb. Laten we nu maar voorloopig aannemen dat we de meerderheid bij elkaar krij-gen. Voor het goede doel zal ik maar zegkrij-gen... of liever om het kwade doel te voorkomen. Dan krijgen we het volgende punt. Meneer Blois, hoe zit het met de verdeeling van de erfenis... 7 Vrouwen drie kinderen elk een kwart... laat eens zien... Om veilig te zijn dus ieder honderdtwintig stuks, dat is vierhonderdtachtig, in totaal vier maal zes dat is vieren-laan was mijn vriend en wat ze willen uithalen is een zwijnen-streek... bah...

181 In absoluut vertrouwen dat je er geen gebruik van maakt...

Hij stak Aatje een brief toe, waarboven deze het gedrukte hoofd las van het advocatenkantoor in den Haag, waar hij werkzaam was.

...Zeer Geachte Confrère - stond er aan Terzijll's adres.

- ... Sinds eenigen tijd bestaat er aan ons kantoor behoefte aan een kracht die goed ingewerkt isin Indische zaken. Het zou ons aangenaam zijn van u te vernemen of gij er voor zoudt gevoelen in ons kantoor te worden opgenomen. Naar u be-kend is, hebben wij al eenigen tijd gezocht naar nader contact met uw kantoor, zulks in verband met het grootc gewicht dat hierinden Haag wordt gezien in een uitbreiding onzer Indi-sche relaties. Toen wij onzen jongsten confrère, A. Langelaan, toestonden zich voor persoonlijke aangelegenheden naar In-dië te begeven, koesterden wij de hoop, dat door zijn bemid-deling iets in dien geest zou kunnen worden ondernomen.

Berichten die ons sindsdien van de zijde zijner lastgevers hebben bereikt, hebben ons de overtuiging gegeven, dat Lange-laan de ernst en de toewijding mist die daarvoor noodig zijn.

Het is onze indruk, dat een langer verblijfin Ned. Indië gun-stig zou kunnen werken voor de verdere vorming van confr.

Lan~elaan, dat hij er ondervinding zou kunnen opdoen en wellicht een passende werkkring zou kunnen vinden. Gezien zijn gebleken mindere belangstelling in onze zaken en in die van zijn familieleden, zijn wij het met deze familieleden eens dat het aanbeveling zou verdienen hem niet te houden aan zijn contract met ons kantoor, zoo hij dit wenscht te verbreken.

Wij zijn zelfs gaarne bereid hem een schadeloosstelling uit te betalen bij minnelijke ontbinding van de bestaande arbeids-overeenkomst. Confr. Langelaan's zwager, de heer R. Durfy, was dat volkomen met ons eens en verklaarde ons, dat er interne redenen bestaan waarom de familie een terugkeer van Langelaan ongewenscht acht.

Waar aldus de wenschen zijner familieleden overeenstem-men met ons gevoelen en confr. Langelaan naar ons aller overtuiging reden heeft niet tot ons kantoor terug te keeren, verzoeken wij u onder verwijzing naar het hierboven gestelde te willen overwegen, of gij de plaats van Mr. Langelaan am-bieert en zoo ja tegen welke condities.

Met confr. groeten, hoogachtend Uw. dw....

Het werk was hem uit handen genomen.

Sinds dien dag kreeg hij fragmentarische informatie. Ter-zijll berichtte hem telkens dat ze opschoten, dat het er op leek dat ze voor de vergadering klaar zouden zijn.

Ze inviteerden hem in hun huis en gewaagden terloops van telegrafisch overleg met aandeelhouders in Holland, van vol-machten die binnenkwamen, en zelfs van de hulp van Durty die, in telegrafische correspondentie met de gevolmachtigden, koudweg langs Aatje heen, werkelijk geslaagd was nog een aandeelhouder op te trommelen in Amersfoort, een gereti-reerd Indisch hoofdofficier dien hij kende uit de societeit.

Vooral dit laatste: het contact van Blois en Terzijll met zijn familie, buiten hem om, hinderde hem onuitsprekelijk.

En aangezien er nu feitelijk niets voor hem te doen was (Blois had hem uitdrukkelijk verzocht nergens in te roeren) bracht hij zijn dagen door met onderzoekingenin zijns vaders huis (natuurlijk had men hem de sleutels laten behouden) enhetlezen van oude brieven, oude kasboeken... oude familiepapieren.

Zoo, als het ware in het verleden teruggetrokken, zonder activiteit in het moment van fhans, voelde hij allengs een groote mismoedigheid in hem terugkomen.

Hij benijdde Terzijll diens spanning, de onafgebroken werk-zaamheid.

Ledig, afwachtend, zonder berichten van thuis, voelde hij al Terzijll's toewijding en al diens moeite om hem van stap tot stap op de hoogte te houden, als een soort aalmoes, waar-tegen zijn trots in opstand kwam.

Geprikkeld en moe van het delven in oude papieren bracht hij zijn dagen door, en eenmaal wees hij zelfs een invitatie van de TerzijlIsaf. .

- Ik moet je toch dringend spreken... zeer dringend..•

Dan kom ik bij je..•

Aatje had als voorwendsel gezegd dat hij ziek was.

Binnen het half uur was Terzijll bij hem.

- \Vat is dat nou... 1... koorts... 1 vroeg hij opgewekt. En Langelaan schaamde zich om zijn leugen, want Terzijll zelf zag er bepaald moe uit, met scherpe trekken op zijn bleek gezicht.

- Je moet hier voorzichtig zijn, Marie heeft ook weer haar vervelende koorts...

Maar ik wilde je over iets anders spreken. Hier. Lees dit.

1 0

Toen Aatje de lectuur van den brief had geeindigd, keek hij Terzijll hulpeloos aan.

_ Tja, zeide deze, - je zwager is blijkbaar bij ze gaan praten...

_ Maar dat is toch onrechtvaardig... een gemeenheid...

_ Inderdaad... Ik heb geantwoord datikniet op hun voor-stellen kan ingaan, en wel in de eerste plaats omdatik er niet toe wil medewerken dat jij ontslagen wordt... Anders niet...

_ Maar je wou toch graag naar Holland... 7 Je vrouw zou niets liever willen... Ze kan niet tegen het klimaat...

_ Laat dat nu maar aan ons over.

_ Maar kerel, het is een prachtkantoor... ik zou in jouw plaats...

Aatje voleindigde den zin niet. Hij begon als een kleine jongen te huilen. Tusschen zijn onbedaarlijk snikken stootte hij er korte zinnen uit:

_ Dat doen jullie voor mij ... ikwil het niet... en Suze die alles maar goed vindt die stommeling van een Durty... met zijn mooie manieren ..

_ Hou je nou toch kalm, vermaande Terzijll, - alles komt in orde...

_ Maar jullie, die zoo graag naar Holland terug wilden...

jullie kans...

Terzijll zuchtte:

_ Laten we nu alsjeblieft nuchter blijven. Natuurlijk willen we graag naar Holland, maar even natuurlijk is het dat we het op die manier nooit zouden doen..Die brief is een doo.?-gewone speculatie. Ik heb er met Mane over gesproken. KiJk een , ze weten ook datik al een paar maal naar Holland heb gesolliciteerd. Ze weten bovendien dat ik je vriend ben. Daar-om is het dubbel gemeen dat ze mij op die manier probeeren te verlokken... om meteen jou kwijt te raken. Maar de aller-gemeenste, de grootste ezel is die zwager van je. Ik ken dat soort mannen. Ze ontsteken in de nobelste verontwaardiging en voelen zich dan heele pieten. Hij heeft daar tusschen al die vrouwen bij jou thuis de mooie jongen zitten spelen. Hij zou dat zaakje wel even opknappen. Je schoonmoeder, geladen als een furie, heeft daar gebruik van gemaakt. Om jou maar weg te houden (tusschen haakjes: voor je toelage zullen ze bij de scheiding niet neen zeggen) heeft ze dien Durty opgestookt

182

en de kaffer heeft zich laten gebruiken om eens een hartig woordje te gaan praten met de heeren op je kantoor... Die snapten natuurlijk niet waarom het precies ging, maar kregen een prachtmiddel in de hand om van jeafte komen ... Ze ver-wachten van mij denkelijk een stroom van Indische cliënten..

daar heb je de heele geschiedenis... We loopen er niet in man ... we loopen er niet in... En bovendien voelik er niets voor bij menschen op kantoor te komen, die tot zooiets in staat zijn.

Het mag dan een prachtkantoor zijn... ik denk maar: beter een minder mooie zaak met menschen die je vertrouwen kunt dan een prachtzaak met onbetrouwbare opportunisten... Wat Marie en ik veel gewichtiger vonden is dat uit alles blijkt hoe ze op Suze zitten te werken. Die mocht eer t niet schrijven van haar moeder en nu probeeren ze jou heelemaal uit haar gezichtskring weg te werken. Weet je wat de eerste reactie van Marietje op dien brief was... 7 Een reuzen-briefaan Suze..

kerel, je ooren zouden tuiten als je hem hoorde voorlezen...

En nu nog wat: ziek ben je heelemaal niet. Wat jij hebt is een lamlendige vlucht voor de werkelijkheid in de gefingeerde ziekte. Als je zoo blijft zitten word je heelemaal ziek. Ik ben vrij ... Marietje ligt al te slapen... Wij gaan een platje eten op de Harmonie... vooruit... dat zal ons allebei op-knappen.

Aatje liet zich meevoeren. Ze zaten op het schabelletje, in de oude leuning toelen waarin generaties geschommeld heb-ben, en ze dronken een borrel, en een tweede en een derde

Aatje liet zich meevoeren. Ze zaten op het schabelletje, in de oude leuning toelen waarin generaties geschommeld heb-ben, en ze dronken een borrel, en een tweede en een derde