• No results found

Definities en een afbakening van de onderzoeksgroep

In document Jong en illegaal in Nederland (pagina 32-35)

Hoofdstuk 1 Jong en onrechtmatig in Nederland

1.4 Definities en een afbakening van de onderzoeksgroep

De onderzoeksgroep bestaat uit (voormalige) alleenstaande minderjarige vreemdelingen zonder asielachtergrond en voormalige amv’s die op verschillende momenten tijdens hun rechtmatige verblijf ‘met onbekende bestemming’ de asielprocedure of de opvang hebben

33 verlaten. Deze jongeren verblijven onrechtmatig in Nederland of hebben in het verleden on-rechtmatig in Nederland gewoond. Maar hoe moeten we de verschillende concepten als ‘amv’ en ‘onrechtmatig’ precies definiëren?

Alleenstaande minderjarige vreemdeling

Onder vreemdelingen wordt in de Vreemdelingenwet 2000 verstaan “ieder die de Nederland-se nationaliteit niet bezit en niet op grond van een wettelijke bepaling als Nederlander moet worden behandeld” (art. 1 sub m, Vw 2000). In het Burgerlijk Wetboek (Boek 1, art. 233) wor-den minderjarigen gedefinieerd als: “zij, die de ouderdom van achttien jaren niet hebben be-reikt en niet gehuwd of geregistreerd zijn dan wel gehuwd of geregistreerd zijn geweest of met toepassing van artikel 253ha meerderjarig zijn verklaard”. De regelgever spreekt over ‘alleenstaand’ als de minderjarige vreemdeling zonder zijn meerderjarige ouder(s) of met een reeds in het buitenland toegewezen voogd Nederland inreist of als de ouders of de in het bui-tenland toegewezen voogd van de minderjarige vreemdeling zich al in Nederland bevinden (Vreemdelingencirculaire 2000B, 14, 2.2.2).

Onrechtmatig verblijf

Het veel gehanteerde concept ‘onrechtmatig verblijf’ - ook wel aangeduid als ‘illegaal verblijf’ - noodzaakt ook tot een nadere definiëring. In de Illegalennota: Aanvullende maatregelen voor

het tegengaan van illegaliteit en de aanpak van uitbuiters van illegalen in Nederland’ - op 23

april 2004 aangeboden aan de Tweede Kamer door mevr. Verdonk, de toenmalige minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie - wordt het begrip ‘illegaliteit’ als volgt omschreven:

“Onder illegaliteit wordt verstaan het verblijf in Nederland van vreemdelingen die niet beschikken over een geldig verblijfrecht en daarom de plicht hebben Nederland te ver-laten.” (Kamerstukken II, 2003/04, 29 537, nr. 2: 4)

In juridische bewoordingen verblijven vreemdelingen uitsluitend rechtmatig in Nederland als ze voldoen aan één van de omschrijvingen zoals genoemd in artikel 8 van de Vreemdelin-genwet 2000.18 Het gaat hier om vreemdelingen die een verblijfsvergunning regulier voor be-paalde tijd of onbebe-paalde tijd hebben, om vreemdelingen die beschikken over een verblijfs-vergunning asiel voor bepaalde tijd of onbepaalde tijd, maar ook om EU-burgers en ten slotte ook om vreemdelingen die hun verblijfsrecht ontlenen aan het Associatiebesluit 1/80 van de Associatieraad EEG/Turkije. Vreemdelingen die in afwachting zijn van de beslissing op een aanvraagprocedure of in afwachting zijn van de beslissing over een bezwaarschrift of een beroepschrift verblijven eveneens rechtmatig. Dit geldt ook voor vreemdelingen bij wie er

18 Soms verblijft de vreemdeling ook rechtmatig als hij bezwaar of beroep heeft ingesteld tegen de beslissing van de staatssecretaris. Het bezwaar of beroep dient dan wel een schorsende werking te hebben.

34 sprake is van beletselen19 als bedoeld in artikel 64 Vw tegen de uitzetting of die aangifte doen van overtreding van artikel 273f Sr (mensenhandel).20 Ten slotte verblijven vreemdelingen rechtmatig in Nederland gedurende de zogenaamde ‘vrije termijn’, bedoeld in artikel 12 Vw 2000, zolang het verblijf van de vreemdeling bij of krachtens artikel 12 Vw is toegestaan. Val-len vreemdelingen niet onder één van deze categorieën dan is hun verblijf onrechtmatig en spreken we over een verblijf ‘in de illegaliteit’.

Vreemdelingen die onrechtmatig verblijven worden veelal aangeduid als ‘illegale vreemde-lingen’, ‘ongedocumenteerde vreemdevreemde-lingen’, ‘irreguliere migranten’ of kortweg als ‘illegalen’. Illegaal verblijf is in Nederland niet strafbaar, maar wordt wel gesanctioneerd met uitzetting (Kamerstukken II, 2003/04, 29 537, nr. 2: 2; zie ook Kromhout et al. 2008: 7).21 Het concept ‘illegaliteit’ is geen eenduidige term en kan afhankelijk van het perspectief verschillende as-sociaties oproepen. In het onderhavige rapport zullen we zoveel als mogelijk en ook binnen de grenzen van de leesbaarheid de juridische term ‘onrechtmatig verblijf’ gebruiken.22

Criteria om de onderzoeksgroep nader af te bakenen

Om de onderzoeksvraag naar de leefomstandigheden van (voormalige) amv’s die onrecht-matig in Nederland verblijven te kunnen beantwoorden, zal allereerst duidelijk moeten zijn wie deel uit kan maken van de onderzoeksgroep. Tegelijkertijd is het op voorhand evident dat (voormalige) amv’s, zeker als zij onrechtmatig in Nederland wonen, lastig te traceren zijn. Dit impliceert enerzijds dat een te rigide afbakening van de onderzoeksgroep de beantwoording van de centrale onderzoeksvraag zal bemoeilijken en anderzijds dat een te ruime selectie van de onderzoeksgroep geen recht zal doen aan de interne validiteit van het onderzoek. Ook de complexiteit van de wetgeving voor jongeren en andere betrokkenen, en de belangen die de amv’s (kunnen) hebben om zich anders voor te doen dan wie zij in werkelijkheid zijn, brengen met zich mee dat het lastig blijft om de onderzoeksgroep strikt af te bakenen. De re-aliteit van de asielprocedure laat bijvoorbeeld zien dat sommige jongeren zich als amv pre-senteren en de IND er na verloop van tijd achter komt dat de jongere in kwestie toch met de ouders is gekomen of minder jong bleek te zijn dan hij aangaf. In het kader van een zinvolle vergelijking is het van belang om alleen die jongeren tot de onderzoeksgroep te rekenen die

19

Uit artikel 64 Vw 2000 blijkt dat er sprake is van beletselen zolang het gezien de gezondheidstoestand van de vreemdeling of die van een van zijn gezinsleden niet verantwoord is om te reizen.

20

De vreemdeling verblijft rechtmatig ‘hangende besluitvorming in bezwaar of beroep’, oftewel de hoofdregel is dat uitzetting achterwege blijft. Onder bepaalde omstandigheden kan er wel tot uitzetting worden overgegaan, maar kan de vreemdeling tegen deze beschikking ingaan door een voorlopige voorziening tegen de voorgenomen uitzetting bij de rechter aan te vragen (Vreemdelingencirculaire, art. 9.7.5).

21

Door een ‘ongewenstverklaring’ wordt verblijf in Nederland overigens wel strafbaar; een ongewenst verklaarde vreemdeling die in Nederland verblijft, maakt zich schuldig aan een misdrijf (Art. 197 WvSr).

22

Het gebruik van de term ‘onrechtmatig verblijf’ riep tijdens het veldwerk ook de nodige reacties op. “Onrechtma-tig vanuit het perspectief van de overheid, maar niet vanuit ons perspectief” merkten verschillende vertegenwoor-digers van opvanginstanties op.

35 ook op een verantwoorde wijze met elkaar vergeleken kunnen worden. We hebben uiteinde-lijk vier criteria gedefinieerd die tijdens en na het veldwerk bepalend zijn geweest bij de keuze om respondenten tot de onderzoeksgroep te rekenen. Als we deze criteria toepassen, dan komen we uit bij jongeren die

(1) als alleenstaande minderjarige Nederland zijn binnengekomen;

(2) na de invoering van de Vreemdelingenwet 2000 (april 2001) Nederland zijn binnengeko-men;

(3) ten tijde van de dataverzameling tussen de vijftien jaar en vijfentwintig jaar jong zijn; (4) gedurende enig moment onrechtmatig in Nederland verbleven hebben.

Het eerste criterium spreekt - gezien de onderzoeksvraag die zich richt op alleenstaande minderjarige vreemdelingen - voor zich. Het tweede criterium vestigt de aandacht op de ef-fecten van het amv-beleid dat is ingezet met de invoering van de nieuwe Vreemdelingenwet 2000 in april 2001 en de beleidsbrief van mei 2001 (Kamerstukken II 2000/01, 27 062, nr. 14). We hebben een enigszins arbitraire leeftijdsondergrens van vijftien jaar gesteld vanuit methodologisch oogpunt en de gedachte dat de jongeren moeten kunnen reflecteren op hun verleden. De bovengrens van 25 jaar vloeit voort uit de combinatie van criterium 1 en 2. Al-leenstaande minderjarige vreemdelingen die na 1 april 2001 binnenkomen kunnen acht jaar later hooguit 25 jaar zijn. Het vierde criterium hebben we met opzet ruimer omschreven dan uitsluitend onrechtmatig verblijf ten tijde van het veldwerk. Jongeren die aan alle criteria vol-doen maar vanuit een onrechtmatig verblijf over een verblijfsstatus zijn gaan beschikken, kunnen waardevolle inzichten bieden in de beantwoording van de onderzoeksvragen.

In document Jong en illegaal in Nederland (pagina 32-35)