• No results found

Definiëring GGZ, terugblik en stand van zaken

Psychische problemen komen frequent voor in de Nederlandse bevolking.3 43,5 % van de Nederlanders ervaart eens in zijn leven een psychisch probleem. Op jaarbasis kampt bijna 20%

van de volwassenen met psychische problematiek.

Het percentage patiënten waarbij in de huisartsenzorg in 2012 enigerlei psychische aandoening werd vastgesteld was 12%. Depressie, slapeloosheid en angstig nerveus of gespannen gevoel waren daarbij de meest gecodeerde psychische problemen bij volwassenen.4 Depressie behoort tot de top-15 van de meest voorkomende diagnose in de huisartsenpraktijk.5 Angst- en

stemmingsstoornissen zijn naast hart- en vaatziekten en kanker verantwoordelijk voor de grootste ziektelast in Nederland.6

Bij mensen met psychische problematiek is dikwijls sprake van comorbiditeit. Een derde van de mensen met een psychische stoornis heeft daarnaast een of twee andere psychische

stoornissen. Vooral de combinatie van stemmings- en angststoornissen komt relatief veel voor.

Definitie Geestelijke gezondheidszorg in de huisartsenzorg

Geestelijke gezondheidszorg in de huisartsenzorg is de zorg voor patiënten met psychische, psychosociale en psychiatrische problematiek als onderdeel van integrale generalistische huisartsenzorg.

In dit Standpunt wordt, omwille van de leesbaarheid, gesproken over zorg voor patiënten met psychische problemen.

2.1. Terugblik

Of mensen de juiste zorg op de juiste plaats krijgen bij psychische problemen is in belangrijke mate afhankelijk van de toegankelijkheid van de GGZ.7 De prevalentie van psychische

problematiek is de afgelopen 25 jaar constant gebleven, de vraag naar GGZ nam sterk toe. In Nederland ligt de drempel om hulp te zoeken voor psychische of emotionele problemen relatief laag in vergelijking met andere landen.8

Rond de eeuwwisseling is geïnvesteerd in het versterken van de eerstelijns-GGZ door de deskundigheid van eerstelijnszorgverleners (huisarts, maatschappelijk werk en eerstelijns psycholoog) te bevorderen om psychische problematiek beter te herkennen en te behandelen en de samenwerking met de tweede lijns GGZ te verbeteren. De huisarts kon gebruik gaan maken van de consultatieregeling (1999-2005) op basis waarvan de huisarts een sociaal psychiatrisch verpleegkundige (SPV’er) advies kon vragen over de omgang met de patiënt en mogelijke

3 Verbeek M, Knispel J, Nuijen J. GGZ in tabellen. Trimbos Instituut, 2014

4 Verbeek et al. GGZ in tabellen. Trimbos 2014.

5 http://www.nivel.nl/NZR/top-20-diagnoses-bij-contacten-met-de-huisarts.

6Een gezonder Nederland. Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014. RIVM 2014.

7 Bijenhof AM et al. Kostenontwikkeling GGZ. RIVM, 2012

8Zie noot 4.

6

verwijzing.

Het afgelopen decennium hebben huisartsen veel aandacht besteed aan de ontwikkeling en uitvoering van de programmatische zorg voor patiënten met chronisch somatische

aandoeningen. Dit heeft er toe onder andere toe geleid dat huisartsen minder zijn gaan investeren op het gebied van GGZ alwaar de poortwachtersrol minder sterk werd ontwikkeld.910

In 2008 werd de curatieve GGZ van de AWBZ naar de Zorgverzekeringswet overgeheveld, waarmee acht sessies van de eerstelijns zorg in de basisverzekering werden opgenomen. Dit heeft toegankelijkheid van de GGZ vergroot. De liberalisering van zorgmarkt maakte het de afgelopen jaren mogelijk dat nieuwe aanbieders toetraden en het bestaande aanbod, voor met name lichte problematiek, werd uitgebreid. In 2013 belandde ongeveer 20 procent van

patiënten met lichte psychische klachten in de toenmalige tweede lijn, waar behandeling tot de DBC-gefinancierde zorg behoorde. Hierdoor ontstond overbehandeling van lichte

problematiek. Tegelijkertijd kwamen er wachtlijsten voor mensen met een ernstige psychische aandoening die intensieve zorg nodig hebben.11

Sinds 2014 is de psycholoog niet meer vrij toegankelijk als onderdeel van vergoede zorg en vervult de huisarts de poortwachtersrol.

2.2. Nieuw GGZ-stelsel

In het nieuwe GGZ-stelsel worden, naast de nulde lijn, drie echelons onderscheiden:

huisartsenzorg, generalistische basis GGZ en gespecialiseerde GGZ.12 - Nulde lijn

Het nieuwe GGZ-stelsel beoogt, evenals andere transities in de zorg13 de versterking van zelfredzaamheid van mensen. Hierbij wordt een grote rol toegekend aan zelfhulp via e-mental health.

Op www.Thuisarts.nl is ook betrouwbare en onafhankelijke publieksinformatie over psychische klachten en aandoeningen ontsloten, waarin links zijn opgenomen naar online vragenlijsten en zelfhulpprogramma’s.

In dit verband is het ook van belang te wijzen op algemeen maatschappelijk werk en de

wijkteams, die gemeenten (op verschillende wijze) inrichten om hun verantwoordelijkheden en taken in te vullen op het gebied van preventie, zorg, en welzijn. Deze wijkteam zetten vaak in op het stimuleren en ondersteunen van mensen bij het inzetten van hun eigen kracht.

9 Versterken van de GGZ in de huisartsenpraktijk. Terugblik, stand van zaken en vooruitblik. Trimbos-instituut 2014.

10 Advies Functie eerstelijns Geestelijke Gezondheidszorg. Nederlandse Zorgautoriteit. December 2011.

http://www.nza.nl/104107/139830/465987/Advies_Basis_GGZ.pdf

11 Van Os, J. De DSM-5 voorbij! Persoonlijke diagnostiek van in een nieuwe GGZ.

12 http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/06/18/bestuurlijk-akkoord-toekomst-ggz-2013-2014.html

13 Wet maatschappelijke ondersteuning, Jeugdwet, Wet langdurige zorg.

7

- Huisartsenzorg

De huisarts zorgt voor de opvang, begeleiding en behandeling van patiënten met de meest voorkomende psychische problemen en (milde) stoornissen en de begeleiding van patiënten met een chronische psychische aandoening in een stabiele fase. Het patiëntperspectief, waarin psychische klachten onderdeel zijn van het levensverhaal en ingebed in actuele en vroegere omstandigheden, is hierbij leidend. De huisarts werkt klacht- en probleemgericht.

Binnen de huisartsenzorg kan de POH-GGZ worden ingezet voor de zorg voor patiënten met psychische en psychosociale problematiek.

De huisarts heeft de poortwachtersrol en beoordeelt welke patiënten in aanmerking komen voor een verwijzing naar de generalistische basis GGZ of de gespecialiseerde GGZ.

- Generalistische basis GGZ

De generalistische basis GGZ is ingericht voor patiënten met lichte tot matige, niet complexe stoornissen. In dit echelon zijn met name psychologen en psychotherapeuten werkzaam.

- Gespecialiseerde GGZ

De gespecialiseerde GGZ is bedoeld voor patiënten met ernstige, complexe stoornissen. Hier zijn onder meer psychiaters, psychotherapeuten, klinisch (neuro)psychologen, verslavingsartsen en sociaal psychiatrische verpleegkundigen (SPV) werkzaam.

- Toegankelijkheid en financiering

De herstructurering van de GGZ is bedoeld om de kosten voor deze zorg te beperken. Beoogd wordt verplaatsing van de gespecialiseerde GGZ naar de generalistische basis GGZ, van de generalistische basis GGZ naar de huisartsenzorg, van de huisartsenzorg naar de informele zorg (nulde lijn) en het versterking van zelfmanagement.14

De huidige generalistische basis GGZ kent een uniforme bekostiging op basis van vier zorgvraagzwaarteprestaties (kort, middel, intensief, chronisch).15 De indicatiestelling voor de zorgzwaarte gebeurt aan de hand van een aantal kenmerken, onder meer: ernst, risico (laag of matig), complexiteit en beloop.

De nieuwe GGZ-structuur heeft grote gevolgen voor patiënten. De voorwaarden voor verwijzing naar basis generalistische en gespecialiseerde ggz zijn aangescherpt en de

vergoedingen voor behandelingen beperkt. Voor de behandeling in de generalistische basis- en gespecialiseerde GGZ is sprake van een eigen risico, voor de huisartsenzorg niet.

Huisartsen zien als gevolg van het nieuwe GGZ-stelsel meer patiënten met psychische

klachten. Het aantal patiënten dat de huisarts raadpleegde vanwege psychische problemen nam in de eerste helft van 2014 met 15% toe in vergelijking met de eerste helft van 2013.16

De huisartsenvoorziening staat voor de uitdaging om invulling te geven aan de toegekende rol in het nieuwe GGZ stelsel. Uiteraard heeft dat ook grenzen: er is voldoende tijd en

ondersteuning nodig om de toenemende stroom patiënten te kunnen opvangen. Daarnaast kan

14 http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/06/18/bestuurlijk-akkoord-toekomst-ggz-2013-2014.html

15 Bakker P, Jansen, P. Generalistische basis GGZ. Verwijsmodel en productbeschrijvingen. Bureau HHM, 2013.

16 http://www.nivel.nl/nieuws/forse-toename-psychische-klachten-in-de-huisartsenpraktijk

8

de huisartsenzorg alleen goed functioneren als er voldoende, snel beschikbare verwijsmogelijkheden zijn in de GGZ.

2.3. Praktijkondersteuning van huisartsen

Binnen de huisartsenzorg kan de POH-GGZ worden ingezet voor de zorg voor patiënten met psychische en psychosociale problematiek. Deze functie van POH-GGZ bestaat sinds 2008 en is in 2014 flink uitgebreid. Inmiddels werkt in 70% van de huisartsenpraktijken een POH-GGZ en dit aantal neemt verder toe.17 De functie wordt door professionals met verschillende

achtergronden, opleidingen en competenties vervuld, waardoor soms onduidelijk is in welke mate aan het door huisartsen opgestelde competentieprofiel wordt voldaan. De POH-GGZ werkt onder de regie en verantwoordelijkheid van de huisarts.

Voor een goed functionerend team van huisarts en POH-GGZ is het van belang om te werken op basis van gemeenschappelijke visie en uitgangspunten. Hierop wordt in dit Standpunt ingegaan.

2.4. Jeugdhulp

Met ingang van 2015 is de Jeugdwet van kracht. Met deze nieuwe wet hebben de gemeenten de verantwoordelijkheid voor inhoud, financiering en uitvoering van de zorg voor de jeugd. Het gaat hierbij om de hulp en zorg bij opgroei- en opvoedingsondersteuning, GGZ voor kinderen en jongeren en crisisopvang, maar ook om de (geïndiceerde) jeugdzorg, afdelingen gesloten jeugdzorg, jeugd met een lichte verstandelijke beperking, GGZ in het kader van het

jeugdstrafrecht, jeugdbescherming en jeugdreclassering.

Met de nieuwe wet wordt een grotere samenhang in de zorg voor de jeugd beoogd.

Om de jeugdhulp op dorp- of wijkniveau te organiseren zijn in veel gemeenten naast een Centrum voor Jeugd en Gezin (sociale) wijkteams ingericht. Met de overheveling van verantwoordelijkheden naar de gemeenten zijn tevens bezuinigingen doorgevoerd.

De huisarts blijft poortwachter en heeft ook in de nieuwe wet de verwijsfunctie op basis van medisch-inhoudelijke gronden. De gemeenten kopen de zorg in en bepalen welke zorg wordt vergoed. Als de huisarts specifieke zorg nodig acht, dient de gemeente passende zorg aan te bieden. De huisarts zal dus meer samenwerken met de gemeente, die voor de uitdaging staat om invulling te geven aan haar nieuwe verantwoordelijkheden. In deze situatie is het van belang op de hoogte te zijn van elkaars rol en aanbod. VNG en LHV hebben een handreiking gemaakt ter ondersteuning van de samenwerking op lokaal niveau.18 In dit Standpunt wordt ingegaan op de inhoudelijke uitgangspunten van de beroepsgroep op het gebied van de zorg voor kinderen en jeugdigen en hun gezinnen met psychische en psychosociale problemen.

17 Tweede LHV-peiling over GGZ-nieuwe stijl. Huisartsen Pakken GGZ voortvarend op. LHV, mei 2014.

18 file://nhghq/dfs/Home/anke/Downloads/addendum-jeugd-bijlage-d_def.pdf

9