• No results found

3. MIDDELEN EN RANDVOORWAARDEN OM DE PEDAGOGISCHE DOELEN TE BEREIKEN

3.1 D E RUIMTE EN SPELMATERIAAL

Om de verschillende ontwikkelingsgebieden te stimuleren streven we er bij Babbels naar, dat de ruimte en het spelmateriaal aan de volgende voorwaarden voldoet:

• De ruimte waarin kinderen hun fantasie kwijt kunnen, moet overzichtelijk en uitdagend zijn.

• Het materiaal nodigt uit tot individueel en samenspel

• Het spelmateriaal moet herkenbaar zijn, zodat kinderen hun omgeving kunnen imiteren.

Bijvoorbeeld koken, doktertje spelen etc.

• Er wordt niet teveel materiaal tegelijk aangeboden.

• Er wordt steeds afwisselend materiaal aangeboden 3.2 Ontwikkeling stimuleren door activiteiten aan te beiden

Zoals bij de beschrijving van de verschillende ontwikkelingsgebieden al aan de orde is gekomen, is het stimuleren van de ontwikkeling van de kinderen door middel van activiteiten een belangrijke taak van de pedagogisch medewerkers. Zij proberen hierbij zoveel mogelijk aan te sluiten bij de behoeften van de kinderen. Ze zingen en praten veel met de kinderen. Het aanbieden van spelmateriaal is heel belangrijk.

Materialen van verschillende vormen, die verschillende geluiden maken, bouwmateriaal enz. stimuleren verschillende ontwikkelingsgebieden. Voorbeelden van activiteiten die worden gedaan zijn: lezen, zingen, dansen, knippen, plakken, knutselen, puzzelen, memory, domino en andere spelletjes. De sociale ontwikkeling stimuleren we vooral door kinderen te leren samen te spelen en ook samen te delen. De kinderen prikkelen we om mee te doen aan de verschillende activiteiten. We maken geen gebruik van computers en televisie omdat wij de ontwikkeling willen stimuleren door actief spel. Voor de buitenschoolse opvang is er een uitzondering op de regel.

( zie locatie specifiek werkplan)

3.3 Samenvoegen van stam/basisgroepen

Bij een lagere bezetting op de groepen kiezen we ervoor om stamgroepen samen te voegen.

Wij hebben op onze locaties bewust gekozen voor veel glaswerk waardoor toegankelijkheid voor kinderen en medewerkers het sleutelwoord is. Je ziet dat de kinderen sneller contact met elkaar maken waardoor het samenvoegen veilig en vertrouwd is.

Er ontstaat meer ruimte om gezellig samen te spelen met kinderen uit een andere stamgroep.

Het dagritme is op iedere groep over het algemeen gelijk waardoor dit met samenvoegen ook herkenbaar is voor de kinderen. (per groep kunnen er kleine verschillen zitten in het dagritme, dit is in het locatie specifiek werkplan opgenomen)

Voor het samenvoegen van groepen buiten de vakanties om, voor bijvoorbeeld een losse dag, hebben wij toestemming nodig van ouders. Mocht er op een bepaalde dag voor een langere tijd worden

samengevoegd dan is een eenmalige toestemming voldoende. Voor het samenvoegen in de ochtend en aan het einde van de dag is geen toestemming nodig, net als samenvoegen van de groepen in de vakanties.

Tijdens vakanties en studiedagen maakt de buitenschoolse opvang gebruik van een afwisselend en themagericht activiteitendraaiboek. Het is mogelijk dat twee verschillende locaties voor een activiteit samenvoegen met elkaar. De kinderen worden zoals gewoonlijk door de ouders gebracht en gehaald op de eigen locatie waarbij babbels het samenvoegen voor activiteiten faciliteert.

(zie het locatie specifiek werkplan voor meer informatie wanneer en hoe de stam/basisgroepen

samenvoegen)

3.4 Opendeurenbeleid

Babbels heeft een open deurenbeleid. Dit houdt in dat de kinderen de gelegenheid krijgen om buiten de eigen groepsruimte te spelen. Hierdoor kunnen we op ontwikkelingsniveau beter activiteiten aanbieden.

Voor kinderen kan het leuk zijn om activiteiten buiten de eigen stamgroep te ondernemen. Kinderen die toe zijn aan extra uitdaging geven we zo de kans hun sociale vaardigheden te oefenen met andere kinderen en andere pedagogisch medewerkers. Er zijn andere materialen en spelmogelijkheden waardoor de persoonlijke ontwikkeling ook wordt gestimuleerd. Het welbevinden en de ontwikkeling van de kinderen is voor ons leidend voor de keuze om een kind gedurende bepaalde dagdelen in een andere stamgroep te laten spelen. Doordat kinderen zelf kiezen waar zij spelen tijdens het opendeurenbeleid, kan het zijn dat er tijdelijk een situatie ontstaat in een groepsruimte dat de BKR op de stam/basisgroep tijdelijk niet kloppend is. Kinderen kunnen te allen tijde terug naar hun eigen stamgroep en ruimte.

Indien veel kinderen in een andere groepsruimte gaan spelen of een activiteit krijgen aangeboden bewegen de pedagogisch medewerkers hierin mee. Te allen tijde is de BKR op stam/basisgroepniveau kloppend.

3.5 Voorlezen

Voorlezen is ontzettend gezellig en leuk en enorm belangrijk voor de ontwikkeling van het kind.

kinderen leren enorm veel van voorlezen. In de eerste plaats is voorlezen heel goed voor de

taalontwikkeling. Kinderen leren nieuwe woorden tijdens het voorlezen en ze leren hoe een goede zin opgebouwd is. En door met het kind ook te praten over het boek, wordt het kind ook gestimuleerd actief met taal aan de slag te gaan. In de tweede plaats leren kinderen goed luisteren wanneer ze voorgelezen worden en zich te concentreren. Voorlezen stimuleert de fantasie van het kind ook.

Afhankelijk van het onderwerp van het boek leert het kind ook veel over de wereld om zich heen, waardoor hij/zij meer grip krijgt op de directe wereld om zich heen.

Boekstart

Samen een boekje lezen-plaatjes aanwijzen en verhaaltjes vertellen- versterkt je band met de baby.

Kinderen die als baby al zijn voorgelezen, zijn later beter in taal. Je kan niet vroeg genoeg beginnen met voorlezen. Vanuit die gedachte is boekstart ontstaan: een programma dat kinderen van 0-4 jaar en hun ouders van boeken laat genieten. (www.boekstart.nl)

Iedere locatie binnen Babbels werkt met boekstart. Kinderen van 0-4 jaar krijgen een oranje rugzak, om bij ons een boekje te lenen. Doormiddel van subsidie krijgt Babbels boeken en materialen om kinderen voor te lezen en te stimuleren. Er zijn verschillende medewerkers die de cursus boekstart gevolgd hebben.

Daarnaast zijn er twee medewerkers aangewezen die de groepen begeleiden, hulp bieden en er op toezien dat er overal wordt voorgelezen door middel van een voorleesplan. (voor informatie over opleidingen en cursussen die aangeboden worden aan de medewerkers, verwijzen wij naar het opleidingsplan)

3.6 Muziek

Muziek stimuleert vele ontwikkelingsgebieden. Niet alleen de muzikaliteit van het kind wordt gestimuleerd, maar ook andere ontwikkelingsgebieden worden aangesproken tijdens het muziek maken.

• Muzikale ontwikkeling: luisteren, bewegen, zingen, uitproberen van muziekinstrumenten.

• Motorische ontwikkeling: bewustzijn van het eigen lichaam, evenwicht, ruimtelijke oriëntatie, motorische coördinatie.

• Sociale ontwikkeling: spelen met anderen, eigen grenzen leren kennen, leren door naar anderen te kijken.

• Emotionele ontwikkeling: leren over gevoelens, ontwikkelen van creativiteit, ontwikkelen van de relatie tussen kind en verzorger, zelfbewustzijn.

• Cognitieve ontwikkeling: concentratie, de lichaamsdelen leren benoemen, begrippen zoals “op”,

“onder” en “naast”.

• Spraak- en taalontwikkeling: spelen met spreekgeluiden, goed articuleren, mondmotoriek, uitbreiding van de woordenschat.

• Zintuiglijke ontwikkeling: aanraken, luisteren, kijken.

Babbels heeft een muziekcoach die één keer per maand met haar gitaar de locaties rondgaat om muziek te maken met de kinderen.

3.7 Buiten spelen

Buiten zijn is niet alleen goed voor de weerstand maar ook voor de ontwikkeling. De wereld is één grote ontdekkingstocht. Luisteren, kijken, ruiken, voelen, samen of alleen ontdekken en spelen. Er is zoveel te beleven. Als het weer het toelaat, wandelen en spelen we elke dag buiten met alle kinderen.

3.8 Uitstapjes

Zowel de jongere kinderen op het kinderdagverblijf en peuterspeelgroep maar vooral de oudere kinderen van de buitenschoolse opvang gaan geregeld op uitstapjes ( met toestemming van ouders, zie het

kindgegevensformulier) De kinderen worden altijd nauw betrokken bij de voorbereiding.

(Voor specifieke informatie over de activiteiten en uitstapjes verwijzen wij naar het locatie specifiek werkplan en hoe babbels het vervoer en veiligheid van de kinderen waarborgt, verwijzen wij naar het veiligheidsbeleid)

3.9 Natuur & milieu

De natuur is onze leefomgeving. Dieren, planten, mensen, al het leven op aarde is afhankelijk van elkaar.

Planten zorgen voor schone lucht, voor ons voedsel zijn we afhankelijk van wat de boer op zijn land verbouwt en wat de visser uit de zee vist. Daarom is het belangrijk om op een goede manier om te gaan met de natuur en het milieu. Dat geldt ook voor je kind. Wij zijn daarin een belangrijk voorbeeld. Kinderen krijgen hun normen en waarden overgedragen door hun directe verzorgers. De pedagogisch medewerker vervult dus een voorbeeldfunctie. Spelenderwijs zullen wij de kinderen dat overdragen. De pedagogisch medewerkers zullen de kinderen bewust bij de natuur betrekken. Bijvoorbeeld door aandacht voor de seizoenen door dit terug te laten komen in aankleding van het lokaal en activiteiten. Buiten spelen in alle jaargetijden. Werken met plantjes en zaadjes ( bijvoorbeeld een moestuintje). Aandacht voor diverse diersoorten, door voorlezen en bezoek kinderboerderij. Bewust omgaan met kleine diertjes zoals mieren en slakken. De pedagogisch medewerkers leren de kinderen geen aval op straat te gooien en laten ze helpen het afval op te ruimen. ( zie locatie specifiek werkplan voor gebruik van moestuintjes)

3.10 Dieren

Kinderen groeien op in een wereld waarin ze omringd zijn met dieren, zowel echte dieren als knuffels en fictieve karakters in bijvoorbeeld boeken. Dieren prikkelen de fantasie van het kind en kunnen helpen bij het leren van belangrijke lessen over het leven, liefde en verlies.

We vinden het daarom ook belangrijk dat de kinderen met dieren kennis maken en ze te leren hoe ermee om te gaan. We vinden het dan ook leuk om bijvoorbeeld een boerderij of dierentuin te bezoeken.

Op een aantal locaties zijn er konijnen op de buitenplaats aanwezig.

(zie voor meer informatie het locatie specifiek werkplan)

3.11 Feesten

Het vieren van een feestje is altijd leuk. We vieren verjaardagen van kinderen, afscheid van kinderen op de groep, Sinterklaas, Kerstmis etc. De verschillende activiteiten worden hierop aangepast. Elk feestje kent zijn eigen, vaste rituelen die ervoor zorgen dat de kinderen weten wat er komen gaat. Zo ervaren ze een gevoel van zekerheid en veiligheid. Bij een verjaardagsfeestje horen bijvoorbeeld een muts en slingers en we zingen samen met de kinderen voor de jarige. We nemen foto’s zodat ouders een indruk krijgen.

Kinderen krijgen tijdens feestjes vaak traktaties. Het streven is om deze traktaties vooral te laten bestaan uit gezonde etenswaren, zoals bijvoorbeeld mandarijntjes, ligakoeken, stukjes kaas, enz. Zoetigheid wordt afgeraden en niet aan de kinderen uitgedeeld. In dat geval krijgen zij het mee naar huis, zodat ouders zelf kunnen bepalen of ze het hun kind willen geven.

3.12 Voeding

Gezonde voeding heeft directe invloed op hoe wij ons voelen en hoe wij functioneren. Door gezonde voeding voelen we ons vitaal, hebben we een betere nachtrust, kunnen we ons beter concentreren, hebben we meer energie en een betere weerstand tegen infecties. Kortom, gezonde voeding zorgt ervoor dat kinderen beter functioneren. Goede voeding zorgt ervoor dat kinderen goed kunnen groeien en ontwikkelen. Vanuit het Voedingscentrum wordt aangegeven:

Als uw kind gevarieerd eet volgens de “Schijf van Vijf” dan krijgt hij/zij voldoende goede voedingsstoffen binnen om te kunnen groeien en ontwikkelen. Voedingsstoffen zijn eiwitten, koolhydraten, vetten, vitamines en mineralen. Al deze voedingsstoffen gebruikt je kind om te groeien.

Wij vinden het uiteraard belangrijk dat de kinderen gezond en gevarieerd eten.

We werken binnen Babbels met een vast programma, ook als het gaat om eten en drinken. Met uitzondering van de baby’s want bij hen zullen we in overleg met de ouders het thuisschema aanhouden.

Babbels

De kinderen krijgen bijvoorbeeld bruin brood en melk en groente en fruit. Het standaard fruit wat er wordt gegeven is appel, peer, banaan en daarnaast wordt er seizoensfruit aangeboden. De groente bestaat uit paprika, komkommer en tomaat. De kinderen worden gestimuleerd om groente en fruit te eten. Voor baby’s wordt er altijd een vers fruithap gemaakt. De tussendoortjes zijn lange vingers, biscuittjes en of soepstengel.

Daarnaast krijgen de kinderen Roosvice/limonade, thee en water. We stimuleren de kinderen om uit een beker te drinken. Na een fles wordt er begonnen met drinken uit een tuitbeker om waar mogelijk over te gaan op het drinken uit een gewone beker.

Ouders kunnen avondeten meegeven maar wij bieden tegen een kleine vergoeding ook vers avondeten aan. De maaltijden worden iedere dag vers bereid door de lokale groenteboer ( weet wat je eet) waar babbels mee samen werkt. De maaltijden worden na bereiding op dezelfde dag bij ons geleverd. Elke week wordt er een gevarieerd weekmenu aangeboden. Deze kunt u terugvinden op de locatie, Babbels App en de website.

• We bieden de maaltijden ook gepureerd aan

• Het is ook mogelijk als ouder een maaltijd mee te nemen naar huis

• De maaltijden bevatten lactose, gluten en worden in een keuken bereid waar met noten gewerkt worden. Het zijn ook geen halalmaaltijden.

Het eten is een gezellige gezamenlijke activiteit waarbij we de baby’s ook betrekken ook al hebben zij een ander eetschema.

Als kinderen een voedingsallergie of -intolerantie hebben, een dieet volgen of vanwege geloofsovertuiging bepaalde voedingsmiddelen niet mogen hebben, wordt hier uiteraard rekening mee gehouden. Wanneer een kind een voedselallergie heeft, nemen de ouders zelf voeding mee.

(voor uitgebreide informatie over voeding verwijzen wij naar het voedingsprotocol en locatie specifiek werkplan)

3.13 Hygiëne en veiligheid

Hygiëne en veiligheid zijn ook belangrijke voorwaarden voor een kind om goed te kunnen ontwikkelen.

De ruimtes, meubels en het speelgoed in het gebouw worden dagelijks schoongemaakt door de pedagogisch medewerkers a.d.h.v. het schoonmaakrooster en daarnaast komt er 1 x keer in de week op elke locatie een schoonmaak. De bedjes worden iedere dag verschoond, mits het kind de volgende dag er weer is. De bedjes zijn voorzien van naamkaartjes. De handen worden standaard gewassen na het verschonen en voor het klaar maken van eten en drinken. De voeding wordt hygiënisch bereid en bij het opwarmen van de avondmaaltijd wordt de temperatuur bij bereiding gecontroleerd doormiddel van een thermometer. Dit alles om bacteriënvorming te minimaliseren.

3.13 Binnen en buitenruimte

Het materiaal waarmee de kinderen spelen kleurecht, gifvrij, bij baby’s niet te zwaar zijn en mag het geen scherpe uitsteeksels hebben. Kinderen moeten zich in de groep vrij kunnen bewegen, zonder dat ze gevaar lopen. De maatregelen die zijn genomen om deze veiligheid te garanderen, zijn, vingerveilige strips’ bij de deuren in het hele gebouw, kindveilige stopcontacten, afsluitbare bedden en boxen en hebben we goedgekeurde brandmelders.

Wat betreft veiligheid is in de wet opgenomen, dat de buitenruimte voor kinderen tot twee jaar aangrenzend aan het kinderdagverblijf moet zitten. Voor de peuterspeelgroep en de buitenschoolse opvang geldt dat de buitenspeelruimte bij voorkeur aangrenzend is aan het kindercentrum, maar in ieder geval aangrenzend aan het gebouw waarin het kindercentrum is gevestigd.

Babbels voldoet aan deze eisen.

3.14 Verantwoord vervoer

Het vervoer van kinderen valt onder de officiële regelgeving voor de kinderopvang. Het ministerie van Sociale Zaken legt de verantwoordelijkheid voor ‘verantwoord vervoer’ bij houder van de kinderopvang.

(Hoe Babbels invulling geeft aan de eis “ verantwoord vervoer” , verwijs ik naar het veiligheidsprotocol waar de afspraken rondom veiligheid op organisatieniveau beschreven zijn)

3.15 Actueel beleid gezondheid en veiligheid

Er is in de wet opgenomen dat een kindcentrum vanaf 1 Januari 2018 een actueel Gezondheid en Veiligheidsbeleid beschikbaar heeft. De jaarlijkse risico-inventarisatie is niet meer verplicht. In het beleid worden grote risico onderkend en hier worden maatregelen voor genomen. Er wordt ook beschreven hoe kinderen geleerd wordt om te gaan met kleine risico’s. Het is de bedoeling dat er op deze manier meer bewustwording wordt gecreëerd bij medewerkers en kinderen.

Het beleid wordt actueel gehouden door periodieke evaluatie met de medewerkers en ook na gebeurtenissen die daartoe aanleiding geven (verhuizing/ verbouwing of ongeval)

Daarnaast is in het beleid opgenomen hoe het beleid gewaarborgd wordt.

(In het veiligheidsprotocol, protocol gezond binnenmilieu, schoonmaak en hygiëne en het buiten-en warmte protocol zijn de maatregelen en afspraken beschreven op organisatieniveau. Voor de locatie specifieke uitwerking verwijzen wij naar het veiligheid en gezondheidsbeleid)

3.16 Vierogen-principe

Vanaf 1 juli 2013 is het “Vierogenprincipe” in werking getreden. Dit principe houdt in dat een volwassene altijd moet kunnen meekijken of meeluisteren met een beroepskracht. Een beroepskracht mag nog steeds alleen op de groep staan, zolang er elk moment een andere volwassene de mogelijkheid heeft om mee te kijken of mee te luisteren. Het Vierogenprincipe geldt vooralsnog alleen op de dagopvang. Binnen Babbels nemen we de buitenschoolse opvang wel zoveel mogelijk mee in dit principe. Babbels heeft daarnaast gekeken naar de mogelijkheden per locatie en aan de hand daarvan een invulling gegeven aan dit principe.

(Zie het locatie specifieke veiligheidsbeleid voor de invulling van het Vierogen-principe)

4. Personeel en ontwikkeling

Het zijn de pedagogisch medewerkers die elke dag weer het verschil maken. Daarom staat niet alleen de ontwikkeling van het kind centraal maar ook dat van de pedagogisch medewerker. Om de pedagogische kwaliteit te kunnen borgen is er regelmatig coaching en scholing nodig om de ontwikkeling en kennis van de pedagogisch medewerker uit te breiden.

4.1 Ontwikkeling door scholing

Babbels biedt regelmatig allerlei trainingen, cursussen en opleidingen aan. Denk bijvoorbeeld aan agressietraining, opleiding het jonge kind, gebarencursus, gitaarcursus, interactief voorlezen,

ontwikkelingsgericht werken maar ook sluit babbels regelmatig aan bij cursussen die vanuit de basisschool aangeboden worden, waarbij babbels (vanuit het brede-school principe) dus ook aan deelneemt.

( zie het opleidingsplan hoe wordt ingezet op ontwikkeling en kennisverbreding van pedagogisch medewerkers)

Er zijn een aantal scholingseisen in de wet opgenomen. Het gaat om de onderstaande opleidingen:

• Taaleis (ingroeimodel tot 2023)

In de wet is een nieuwe eis opgenomen, namelijk dat de pedagogisch medewerker moet beschikken over een niveau 3F voor mondelinge taalvaardigheid ( gesprekken voeren, luisteren en spreken)

Voor de invoering wordt er een ingroeiperiode van vijf jaar ( t/m eind 2022) gehanteerd. In de ministeriële regeling is bepaald dat de beroepskracht moet beschikken over een bewijsstuk (certificaat of diploma) Alle Nederlandse diploma’s vanaf MBO 4 gelden als voldoende bewijs voor 3 F taalniveau.

(voor meer informatie rondom plan van aanpak tot 2023 zie het Babbels opleidingsplan))

• Scholing pedagogisch medewerkers 0-jarige ( ingroeimodel tot 2023)

Het werken met baby’s vraagt om specifieke expertise. Daarom is ook in de wet opgenomen dat alle pedagogisch medewerkers die met baby’s werken aanvullende scholing moeten krijgen.

Babbels gaat vanaf 2018 van start met het aanbieden van deze opleiding aan de medewerkers en hanteert een ingroeimodel t/m 2022.

(voor het plan van aanpak t/m eind 2022 verwijs ik naar het Babbels opleidingsplan)

• Kinder EHBO/ BHV

Er moet vanaf 1 januari 2018 altijd minimaal één iemand met een gecertificeerd kinder EHBO diploma aanwezig zijn op iedere locatie. Iedereen binnen Babbels heeft al een kinder EHBO diploma en één keer in het jaar vindt er een (opfris)cursus Kinder-EHBO en of BHV plaats, waaraan alle medewerkers aan

deelnemen.

4.2 Ontwikkeling door coaching en ondersteuning

Er vindt regelmatig coaching of ondersteuning van de teams plaats door de team coördinator en beleidsmedewerker of een externe partner. De externe partners zijn bijvoorbeeld een intern begeleider van de basisschool, logopedist, kinderpsycholoog en onze huiscoach- filosofe en vertrouwenspersoon Franziska.

Coaching bestaat uit vooraf geplande coachingsessies, coaching-/evaluatiegesprekken maar er wordt daarnaast vooral ingespeeld op wat een groep of medewerker op dat moment aangeeft/ nodig heeft.

De team coördinatoren houden zich bezig met de coaching van medewerkers in de dagelijkse praktijk en voeren minimaal 1 keer per jaar met alle aan hen toegewezen medewerkers coaching- en evaluatiegesprekken. Tijdens deze gesprekken wordt samen met de medewerkers gekeken naar de ontwikkeling van de medewerker, welke ontwikkelingsmogelijkheden er zijn en wat hij/zij daarin nodig heeft. Daarnaast begeleiden en observeren zij medewerkers het hele jaar door en zijn wekelijks op locatie aanwezig. De team coördinatoren hebben in 2020 de opleiding pedagogisch coach en beleidsmedewerker

De team coördinatoren houden zich bezig met de coaching van medewerkers in de dagelijkse praktijk en voeren minimaal 1 keer per jaar met alle aan hen toegewezen medewerkers coaching- en evaluatiegesprekken. Tijdens deze gesprekken wordt samen met de medewerkers gekeken naar de ontwikkeling van de medewerker, welke ontwikkelingsmogelijkheden er zijn en wat hij/zij daarin nodig heeft. Daarnaast begeleiden en observeren zij medewerkers het hele jaar door en zijn wekelijks op locatie aanwezig. De team coördinatoren hebben in 2020 de opleiding pedagogisch coach en beleidsmedewerker