• No results found

D17a Aviation/SSE - Beveiligingskosten niet SRA-gebied

Van: Kostenplaats 23100 SSE- SEC Security Costs

Aan: Aviation (kostenplaats 27000 A-Aviation Other )

Schiphol Commercial Beschrijving doorbelasting

Doorbelasting van de kosten voor beveiliging van het Terminalcomplex (alsmede parkeerterreinen, het Jan Dellaertplein, Schiphol Oost en SHG gebouw) die niet direct gerelateerd zijn aan de vigerende EU-wetgeving voor SRA-(CP) gebied aan de diverse OU’s die gebruik maken van dit gebied (zie beschrijving bij D15). De afdeling contracteert en regisseert voor deze taak ingehuurde beveiligingsbedrijven. De kosten van de afdeling Security Operations Extern worden doorbelast aan de gebruikers van de gecontroleerde en de openbare gebieden, omdat de beveiliging van deze gebieden, naast security, ook een duidelijk bedrijfsbeveiliging doel dient, namelijk de bescherming en continuïteit van de bedrijfsvoering.

Na doorbelasting D17a, D26a 100% goederencontrole en D26b gebruik van personeels(security)filter door Non Aviation wordt de kostenplaats 23100 gealloceerd op basis van A3a (100% directe toewijzing aan PMC Security). Reden van doorbelasting

4. Vereenvoudiging allocatie

Opbrengst- of kostensoort van doorbelasting 4000100 Security Agents

Bedrijfseconomische grondslag van doorbelasten

Voor de beveiliging van de Terminal is Verordening 300/2008 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied

van de beveiliging van de burgerluchtvaart van toepassing. Deze richtlijn heeft als doel de ‘vaststelling en

uitvoering van dienstige communautaire maatregelen om tegen de burgerluchtvaart gerichte, wederrechtelijke

daden te voorkomen’. De zwaarte van de verplichte beveiligingsmaatregelen is afhankelijk van de aangewezen

gebiedsstatus, zie hiervoor D15 Schipholpassen.

Gebieden aan luchtzijde betreffen die gebieden waar beveiligingsmaatregelen van toepassing zijn die primair gericht zijn op bescherming van het vliegtuig (passagiers, bemanning en bagage) ook wel genaamd de SRA-(CP) gebieden. Deze gebieden aan luchtzijde betreffen: in het Terminalcomplex: lounges en pieren, bagagekelders en loskades. Buiten het Terminalcomplex: doorlaatposten, platformen, landingsterrein, brandweerposten en op Schiphol Oost de hangars en de GA-terminal. Gebieden aan landzijde betreffen die gebieden waar naast het securitydoel ook een duidelijk bedrijfsbeveiligingsdoel geldt, namelijk de bescherming en continuïteit van de bedrijfsvoering, ook wel genaamd de niet-SRA-(CP) gebieden. Deze gebieden aan landzijde betreffen: in het Terminalcomplex: aankomst- en vertrekhallen, Plaza. Buiten het Terminalcomplex: Jan Dellaertplein,

Voorrijwegen, Transport- en Expeditiestraat en het SHG gebouw.

Uitgangspunt van de toerekening van kosten voor beveiliging is dat uitsluitend de kosten die gericht zijn op SRA-(CP) geheel ten laste van de PMC Security komen. De kosten van SRA-SRA-(CP) gebieden hebben betrekking op (ingehuurd) personeel (salarissen, bijkomende kosten, opleidingen, etc.) en apparatuur (zoals X-ray, security scans, handscanners, portofoons en camera’s. etc.).

Aangezien de beveiliging van niet-SRA-(CP) gebieden, naast security, ook een duidelijk bedrijfsbeveiligingsdoel dient, namelijk de bescherming en continuïteit van de bedrijfsvoering, worden de beveiligingskosten voor deze gebieden toegerekend aan de verschillende OU’s op basis van daadwerkelijk gebruik:

Bijlage 3 – Doorbelastingen - Pagina 32 van 94 1. Kosten voor specifieke maatregelen in het niet-SRA-(CP) gebied worden doorbelast aan de gebruiker van

deze maatregelen. Zo worden (bijvoorbeeld de winkel beveiliging op Plaza en de surveillance op parkeerterreinen (waaronder ook het weren van dak- en thuislozen) doorbelast aan Schiphol

Commercial. Dit betreft kosten voor toezichthoudend personeel. Dit toezichthoudende personeel voert surveillance werkzaamheden uit en daarnaast worden de surveillance werkzaamheden ondersteund door middel van het uitlezen van GMI camerabeelden in het Security Control Center (SCC). Het bedrag van de doorbelasting is een vast bedrag dat voorafgaand aan het jaar wordt vastgesteld. Met de afnemende afdeling wordt het serviceniveau en de daarbij behorende kosten afgestemd. De doorbelasting betreft de gebudgetteerde kosten voor het gebudgetteerde aantal uren voor surveillance en het uitlezen van GMI camerabeelden in het SCC. Doordat er in 24-uurs diensten wordt gewerkt is er weinig tot geen afwijking van de werkelijke kosten ten opzichte van budget. Voor eventuele extra opdrachten worden de werkelijke kosten apart doorbelast. De kosten voor de GMI camera’s die bij de beveiliging van publiek toegankelijke gebieden worden ingezet, alsmede het beheer hiervan en de kosten voor datacommunicatie zijn onderdeel van de Business Platform IT allocatiesleutel (A7h)en maken geen onderdeel uit van deze doorbelasting.

2. Kosten voor beveiliging van publiek toegankelijke gebieden (zoals bijvoorbeeld maatregelen gericht op criminaliteitsbestrijding, het uitlezen van GMI camerabeelden in het SCC, mobiele surveillance en nachtsluiting Plaza, Transportstraat, Aankomst- en Vertrekhallen) worden toegerekend op basis van de algemeen toegepaste Schiphol - addendum NEN 2580 m²-verdeling van het gehele Terminalgebouw. De gebruikers van het gehele Terminalcomplex profiteren mee van deze maatregelen en krijgen daarom middels deze toerekening ook de kosten toegerekend. Het betreft hier uitsluitend de uren van het ingezette personeel. De kosten voor de GMI camera’s die bij de beveiliging van publiek toegankelijke gebieden worden ingezet, alsmede het beheer hiervan en de kosten voor datacommunicatie zijn onderdeel van de Business Platform IT allocatiesleutel (A7h) en maken geen onderdeel uit van deze doorbelasting.

3. De kosten welke op basis van de m2 verdeling worden toegerekend aan de PMC Aviation (volgens 2e

punt hierboven), worden op grond van de Wet luchtvaart toegerekend aan de PMC Security (beveiligingsactiviteiten).

De doorbelasting bestaat uit de integrale kostprijs die is opgebouwd uit directe kosten (inhuur van manuren) plus een opslag voor de indirecte kosten (overhead). Er is geen sprake van inzet van activa. De overhead bestaat uit een toerekening van de personeelskosten binnen de afdeling Security Policy op basis van fte’s die werk verrichten voor deze activiteiten plus overheadkosten van de BA. De overheadkosten worden toegerekend op basis van de omvang van de reeds toegerekende kosten.

De overhead van de afdeling Security Policy wordt op basis van een tijdinschatting bepaald. Indien een persoon dedicated werkt aan de betreffende processen, wordt 100% van de personeelskosten van die persoon in de overhead meegenomen.

Op basis van nacalculatie wordt een extra ‘correctie’ doorbelasting geboekt voor het verschil tussen de werkelijke en de gebudgetteerde kosten. Deze correctie wordt geboekt direct na afloop van het boekjaar.

Wijze en frequentie van meten

Op basis van de activiteiten van de afdeling en personen wordt eens per jaar bepaald hoeveel tijd besteed wordt aan werkzaamheden voor andere OU’s/BV’s.

Consultatie

1. De kosten voor de maatregelen zoals beschreven bij de bedrijfseconomische grondslag (1 en 2) worden vastgesteld op basis van het aantal uren vermenigvuldigd met het uurtarief van de beveiliging inclusief een opslag voor overhead. De directe kosten voor jaar 1, 2 en 3 worden aangepast met als basis het

Bijlage 3 – Doorbelastingen - Pagina 33 van 94 uurtarief van het beveiligingsbedrijf. Het uurtarief wordt jaarlijks per 1 januari verhoogd met 2,5% voor de duur van de Raamovereenkomst. In het geval de CPI (consumenten prijs index) in enig jaar een hogere indexering kent – dat wil zeggen: hoger dan 2,5% - wordt de CPI gehanteerd. Voor de CPI geldt een

referteperiode van 1 oktober tot en met 30 september van het voorafgaande jaar. De kosten voor

specifieke maatregelen in het niet-SRA-(CP) gebied worden volledig doorbelast aan Schiphol Commercial. De kosten voor beveiligingsmaatregelen in niet-SRA-(CP) gebied worden doorbelast op basis van het m2 gebruik van de Terminal naar de desbetreffende gebruikers.

2. Het aantal uren surveillance voor specifieke maatregelen in het niet-SRA-(CP) gebied voor de jaren 1, 2 en 3 van de tariefperiode worden vastgesteld op basis van gesprekken met de afnemende afdeling en rekening houdend met het gewenste serviceniveau en ontwikkelingen in het niet SRA-(CP) gebied. Het aantal uren camerabewaking voor specifieke maatregelen in het niet-SRA-(CP) gebied wordt voor de duur van het Toerekeningssysteem constant gehouden gezien het vaste aantal camera’s.

Het aantal uren t.b.v. algemene maatregelen, namelijk uren surveillance en het aantal uren voor het uitlezen van camerabeelden in het SCC in niet-SRA-(CP) gebied en het aantal uren voor beveiliging van publiek toegankelijke gebieden worden voor de jaren 1, 2 en 3 van de tariefperiode vastgesteld op basis van ontwikkelingen in het aantal m2 in de Terminal. Verwezen wordt naar D18 Gebruik Terminal. Financiële verantwoording

De werkelijke kosten voor ieder afzonder jaar van de tariefperiode voor surveillance en camerabewaking worden doorbelast inclusief eventuele extra opdrachten.

Beheerder

Bijlage 3 – Doorbelastingen - Pagina 34 van 94