• No results found

Hoofdstuk 7 Landeigendom voor de Chortís

7.3 Conventie 169 en akkoord 1997

In het internationaal recht worden afspraken gemaakt tussen soevereine staten. Deze afspraken worden verdragen of conventies genoemd. De burgers van de deelnemende staten zijn pas aan de afspraak gebonden als deze bij wet geratificeerd is. “Ratificatie is de officiële bekrachtiging van een internationaal verdrag door een land. (…) Wanneer een verdrag wordt aangenomen op een internationale conferentie, ondertekenen de delegaties van de deelnemende landen het verdrag. Hun regeringen dienen dit daarna echter nog te bekrachtigen (bijvoorbeeld door over een wet te laten stemmen in het parlement). Wanneer dit is gebeurd, is het land deelnemer in het verdrag. (…) Na ratificatie zijn de verdragsstaten zowel intern (tegenover de burgers) als extern (tegenover de andere verdragsstaten) gebonden.”315 De wet in het land is bindend en bevat voorschriften en straffen als voorschriften niet worden nagekomen.

In het internationale en nationale recht worden de rechten van inheemse volken tegenwoordig tot op een zekere hoogte erkend. “De rechten van leden van inheemse volken zijn gewaarborgd in de Universele verklaring van de Rechten van de mens (1948), waarin is bepaald dat zij, net als eenieder, recht hebben op een nationaliteit, een privé-leven, het in stand houden van de eigen cultuur, taal en religie, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van vergadering, voeding en onderdak, medische voorzieningen en onderwijs.”316 In 1957 is speciaal voor inheemse volkeren een conventie geschreven, Conventie 107. Deze is in 1989, op een conferentie van de International Labour Organisation te Genève gereviseerd. In de nieuwe conventie, Conventie 169 “indigenous and Tribal Peoples”, zijn sommige aspecten uit de Conventie 107 vernieuwd en verduidelijkt. Op 5 september 1991 is Conventie 169 wereldwijd van kracht geworden. De ratificatie van deze conventie in 1995 legt een nationale overheid van Honduras de verplichting op deze afspraken na te komen.

De doelgroep van de conventie zijn de inheemse volkeren wereldwijd: “Tribal peoples in independent countries whose social, cultural and economic conditions distinguish them from other sections of the national community, and whose status is regulated wholly of partially by their own customs or traditions or by special laws or regulations.”317

315

www.wikipedia.nl internationaal recht

316

Kloosterman, 1995, 5

317

De Conventie 169 geeft internationale standaards en rechten weer die gelden voor inheemse mensen wereldwijd. Het doel van de conventie is het beschermen van mensen waarvan de rechten vaak niet worden erkend. “Observando que en muchas partes del mundo esos pueblos no pueden gozar de derechos humanos fundamentales en el mismo grado que el reso de la población de los Estados en que viven y que sus leyes, valores, costumbres y perspectivas han sufrido ha menudo una erosión.”318 Het doel is dan ook: “El contenido del mismo recoge y sistematiza los conceptos, reivindicaciones y anhelos de esos pueblos para defender, proteger y conservar sus derechos sociales, económicos, culturales y políticos.”319 De conventie is opgedeeld in tien delen:

1. General policy 2. Land

3. Recruitment and conditions of employment

4. Vocational training, handicrafts and rural industries 5. Social security and health

6. Education and means of communication 7. Contacts and co-operation across borders 8. Administration

9. General provisions 10. Final provisions

Van deze tien aspecten is vooral het onderdeel land van belang voor dit onderzoek en voor het begrijpen van de strijd om rechten van de inheemse bevolkingsgroep Maya Chortí. Dit deel van de Conventie is te vinden in bijlage 7.Nu gaan we dieper in op artikel 13.1 en 14.1. In artikel 13.1 staat dat “governments shall respect the special importance for the cultures and spiritual values of the peoples concerned of their relationship with the land or territories, or both as applicable, which they occupy or otherwise use, and in particular the collective aspects of this relationship.”320 De plichten van de overheid komen hier duidelijk naar voren. Maar ook het specifieke belang wat inheemse volkeren gezien hun wereldbeschouwing aan dat specifieke stuk grond hechten.

Van cruciaal belang is ook artikel 14.1 van Conventie 169 (1989): “The rights of ownership and possession of the peoples concerned over the lands which they traditionally occupy shall be recognised. In addition, measures shall be taken in appropriate cases to safeguard the

318

Grupo Tesu los innovadores, 2003, 6

319

Convenio no 169, 9

320

right of the peoples concerned to use lands not exclusively occupied by them, but to which they have traditionally had access for their subsistence and traditional activities.” Het land waar zij recht op hebben, beperkt zich tot de gebieden die zij traditioneel bezet houden. Door de ratificatie van deze Conventie heeft de overheid van Honduras dus de plicht op zich genomen om aan deze rechten van inheemse volkeren te voldoen.

Zowel Conventie 107 als 169 erkennen het recht van inheemse volkeren op collectief grondbezit. Deze volken bekritiseerden Conventie 107 echter omdat het gericht is op de integratie van de inheemsen in het nationale systeem. “Dit verdrag past goed bij de opvattingen over inheemse volken van de jaren vijftig, toen er nog van werd uitgegaan dat moest worden gewerkt aan een snelle integratie van inheemsen in de nationale staat.”321 Met name door het verzet van inheemse volken werd er gewerkt aan een herziening van Conventie 107. “Het belangrijkste verschil is dat in Conventie 169, in tegenstelling tot conventie 107, niet meer de integratie wordt beoogd van inheemse volken en dat er voor de eerste keer wordt gesproken over indigenous peoples in plaats van indigenous populations. De term peoples impliceert, (…) het recht op zelfbeschikking.”322 De term peoples impliceert ook dat er meerdere volken in één staat kunnen leven. Grote debatten worden gevoerd over de gevolgen van het gebruik van de term volk met betrekking tot het zelfbeschikkingsrecht. In de internationale wetgeving is dit namelijk één van de meest omstreden rechten, dat niet als een collectief recht aan inheemse volken is toegekend. Hier wordt in dit onderzoek echter niet op ingaan.

Waarom is er eigenlijk een speciale conventie nodig voor inheemse volkeren? Het verschil met ‘gewone’ rechten is dat inheemse volken aanspraak willen en kunnen maken op collectieve rechten. “Collectieve rechten onderscheiden zich van individuele rechten omdat bij een collectief recht zowel de drager (c.q. eenheid) als de inhoud collectiviteiten zijn in plaats van individuen. (…) Collectieve rechten kunnen niet gereduceerd worden tot een samenvoegsel van individuele mensenrechten. Ze behoren tot een collectiviteit op zich en ze beschermen groepskenmerken die belangrijk zijn voor het voortbestaan van een groep. In de formulering van collectieve rechten wordt de gemeenschap (in bepaalde opzichten) boven het individu geplaatst en ook positiever gewaardeerd dan het individu; gemeenschappelijke belangen gaan voor individuele belangen. In de formulering van individuele mensenrechten daarentegen is de gemeenschap ondergeschikt aan de individuen die de gemeenschap vormen.”323 De op het individuele recht gerichte benadering overheerst in het internationaal

321 Kloosterman, 1995, 5 322 Kloosterman, 1995, 6 323 Kloosterman, 1995, 12

recht. Dat komt voort uit het westerse positivistische kijk waarin het ik centraal staat. Ook collectieve rechten worden vaak individueel ingevuld. Zo worden “de collectieve rechten [van inheemse volkeren] nog onvoldoende gewaarborgd. Inheemsen worden, net als iedereen, beschermd als individuen maar niet als volken, terwijl de speciale rechten waar zij aanspraak op maken juist collectief van aard zijn.”324

“Voor inheemse volken is erkenning van collectieve rechten belangrijk omdat zij in de praktijk worden geconfronteerd met een aantal bijzondere problemen. Gedurende lange tijd zijn hen bepaalde rechten ontzegd, zoals het gebruik van de eigen taal, het beheer van het territorium dat ze van oudsher hebben bewoond en het behoud van de eigen cultuur. Inheemse volken willen deze situatie veranderen, omdat ze weten dat hun culturen waardevol zijn en men soms vanuit die eigen cultuur een antwoord weet op kwesties waar men in het Westen het antwoord op schuldig blijft. Onder andere door wereldwijde globalisering- en moderniseringsprocessen wordt tegenwoordig het recht op instandhouding van inheemse culturen geschonden. Soms is de westerse ‘vooruitgang’ zelfs oorzaak van schendingen van de individuele mensenrechten van inheemse volken. Inheemse volken maken daarom eerder aanspraak op het recht om geen ontwikkeling te wensen, naar het westers model althans.”325 Ook maken inheemse volken aanspraak op collectieve rechten “omdat die de instandhouding van de groepsidentiteit beter garanderen dan de individuele mensenrechten.”326 Het identiteitsgevoel is nauw verbonden met het horen bij een gemeenschap. Zeker als het gaat om bezit van grond willen zij liever collectieve rechten. Zo waarborgen zij meer hun groepsidentiteit.

Het doel van deze Conventie is het beschermen van mensen die horen bij een inheemse gemeenschap. De inheemse bevolkingsgroep Maya Chortí in Honduras maken ook aanspraak op de rechten zoals beschreven in deze conventie. “Se reconoce la urgente necesidad de respetar y promover los derechos y las características intrínsecos de los pueblos indígenas, especialmente los derechos a sus tierras territorios u recursos, que derivan de sus estructuras politicas, económicas, sociales y de sus culturas de sus tradiciones esprituales. De su historia y de su concepción de vida.”327 Zij hebben dus rechten. Echter vele daarvan werden en worden nog steeds niet ten volle gerespecteerd.

De conventie is voor hen een wapen om hun rechten op sociaal, economisch en politiek niveau te verdedigen en beschermen. “El contenido del mismo recoge y sistematiza los

324 Kloosterman, 1995, 2 325 Kloosterman, 1995, 15 326 Kloosterman, 1995, 16 327 Chevez, 2004, 2

conceptos, reivindicaciones y anhelos de esos peublos para defender, proteger y conservar sus derechos sociales, económicos, culturales y políticos.”328 Het is daarmee een machtsmiddel en pressiemiddel geworden om de overheid van Honduras te dwingen zich met hun zaak bezig te houden.

En zo gebruiken de Chortís het ook: “We hebben iets in handen om mee te strijden: Conventie 169. Dat is onze troef.”329 En ook Isodoro Vásquez (consejero mayor CRIMCHH): “Wij zijn de nativos (autochtoon) van het territorium Chortí. Wij hebben reden om hiervoor te vechten.330 Het recht staat aan hun kant.

Na de ratificatie van Conventie 169 in 1995 zijn de Chortís aanspraak gaan maken op hun rechten. Maar er werd pas naar hen geluisterd na verschillende moorden waaronder de moord op hun leider Cándido Amador Recinos in april 1997. Begin mei kwamen toen de Chortís daarom massaal in opstand in de hoofdstad van Honduras. Hun hongerstaking eindigde pas toen er op 13 mei 1997 een akkoord werd getekend. In het akkoord “el gobierno se comprometió a entregar 14.700 hectareas de tierra agrícola, resolver la problemática de salud, educación, derochos humanos, infraestructura, legalización de la organización y una profunda investigación del asesinato de Cándido Amador.”331 De 14.700 hectare zou in termijnen gekocht worden, 1.500 hectare per 15 dagen. Het akkoord van 1997 is eigenlijk een concretisering van conventie 169. De gedane beloften en gestelde doelen uit dit akkoord worden tot op heden gebruikt in het proces in de strijd om grond.