In dit onderzoek stond de vraag centraal hoe leerkrachten educatief lesmateriaal gebruiken en in hoeverre zij zich hierdoor ondersteund voelen in de ontwikkeling van hun vakinhoudelijke, vakdidactische en ict-kennis van mediawijsheid. Aan bestaand lesmateriaal voor mediawijsheid zijn educatieve elementen toegevoegd. Vervolgens zijn leerkrachten ter ondersteuning van het interview geobserveerd en bevraagd over hoe zij het educatieve lesmateriaal gebruikten bij de voorbereiding en uitvoering van de les en welke ondersteuning zij hebben ervaren door dit lesmateriaal. Daarnaast is bevraagd welke ervaring en
zelfvertrouwen leerkrachten hebben ten opzichte van mediawijsheid en in hoeverre ze belang hechten aan het vak.
De manier waarop leerkrachten educatief lesmateriaal gebruiken werd in dit onderzoek in hoge mate bepaald door het niveau van de lesinhoud en de beperkte tijd die leerkrachten ervoeren bij de voorbereiding. Leerkrachten bepaalden of het niveau van de lesinhoud aansloot bij de leerlingen en maakten op basis hiervan keuzes om onderdelen van de lesinhoud over te slaan of aan te passen. Verder ervoeren leerkrachten een beperkte tijd tijdens de voorbereiding. Daarom legden ze in hun gebruik van het educatieve lesmateriaal de nadruk op de lespraktijk en wat de handleiding en het digitale leerlingmateriaal hierover meldden. De beschikbare achtergrondinformatie werd summier gebruikt. In een enkel geval werd de handleiding wegens het ervaren tijdgebrek grotendeels achterwege gelaten. Deze
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
praktische focus sluit aan bij Schneider en Krajcik (2002) die vaststelden dat leerkrachten vooral informatie gebruiken uit educatief lesmateriaal die bij de les hoort.
Dit onderzoek wijkt af van eerdere bevindingen over het verschil in gebruik van educatief lesmateriaal tussen startende en ervaren leerkrachten (Arias et al., 2016; Brown, 2009; Remillard & Bryans, 2004; Grossman & Thompson, 2008). In tegenstelling tot
voorgaande studies bleek in dit onderzoek geen verschil te bestaan tussen startende en ervaren leerkrachten wat betreft hun gebruik van educatief lesmateriaal. Mogelijk heeft de
afwezigheid van dit verschil in het huidige onderzoek te maken met mediawijsheid als een nieuw vakgebied. Het is immers aannemelijk dat alle leerkrachten, startend en ervaren, even weinig ervaring hebben met mediawijsheid en de lesinhoud, zoals Thijs et al. (2014) ook vaststelden.
In dit onderzoek liep het zelfvertrouwen van leerkrachten in het gebruik van het lesmateriaal uiteen. Waar alle leerkrachten het over eens waren, was dat ze de les lastig vonden en dat de inhoud relatief nieuw voor ze was. De educatieve elementen in het lesmateriaal leken een tekort aan zelfvertrouwen niet weg te kunnen nemen. Dat is wel wenselijk als het doel van het educatieve lesmateriaal is om leerkrachten te ondersteunen bij het geven van een nieuw vak als mediawijsheid. Uit eerder onderzoek blijkt immers dat zelfvertrouwen van leerkrachten van invloed is op hun uitvoering van de les (Bandura, 1977; Siddiq et al., 2016; Tschannen-Moran & Hoy, 2001). Duidelijk werd in deze studie dat leerkrachten die weinig zelfvertrouwen ervoeren, collegiale ondersteuning zochten bij de voorbereiding van de les en het gebruik van het lesmateriaal. Coburn (2001) stelde eerder al dat leren geen individuele aangelegenheid is, maar een sociale gebeurtenis waarin
leerkrachten met elkaar samenwerken om betekenis te geven aan vernieuwingen. Welke betekenis ze geven aan de vernieuwing, in dit geval mediawijsheid, wordt dus mede bepaald door de interactie tussen collega’s. De context van de leerkracht is dus van invloed op hoe ze leren van educatief lesmateriaal.
De leerkrachten voelden zich vakinhoudelijk ondersteund door het educatieve lesmateriaal, omdat ze leerden dat mediawijsheid meer betreft dan kennis van social media. Educatieve elementen die de lespraktijk en -doelen beschreven werden als ondersteunend ervaren, net als elementen over de belangrijkste concepten die in de les moesten worden overgebracht. Vakinhoudelijke achtergrondinformatie vonden de leerkrachten niet
ondersteunend. Net als bij het gebruik van lesmateriaal zijn leerkrachten bij vakinhoudelijke ondersteuning vooral gericht op de lespraktijk en niet op achtergrondinformatie, wederom aansluitend bij Schneider en Krajcik (2002).
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
De leerkrachten verschilden in de mate waarin ze zich vakdidactisch ondersteund voelden door het lesmateriaal, aangezien ze uiteenlopende didactische behoeftes hadden waarin het materiaal niet voor iedereen voorzag. De leerkrachten waren het er wel over eens dat de tijdsplanning, de afbeeldingen en de didactische filmpjes in het lesmateriaal hun lespraktijk ondersteunden. Dit was echter niet het geval bij de concrete
handelingsaanwijzingen, die weliswaar de lespraktijk moesten ondersteunen, maar voor leerkrachten vooral te uitgebreid bleken. Thijs & Van den Akker (2009) stelden ook vast dat educatief lesmateriaal voldoende praktische informatie moet bevatten om het zelfvertrouwen te ondersteunen, waarbij te veel informatie moet worden vermeden. Een balans tussen ondersteuning en de hoeveelheid informatie is dus van belang wil educatief lesmateriaal vakdidactisch ondersteunen.
Educatieve elementen in het lesmateriaal over ict hielpen de leerkrachten vooral om kennis te maken met toepassingen als Wikiwijs en Kahoot!. Daarbij vonden leerkrachten dat Wikiwijs, het platform waar de educatieve site op stond, hen ondersteunde bij de lesstructuur. Integratie van ict-toepassingen in lesmateriaal kan leerkrachten op het gebied van ict dus ondersteunen door ze een eerste kennismaking met dergelijke toepassingen te bieden. Die kennismaking kan vervolgens aanmoedigend werken voor de toekomstige inzet van ict. De educatieve elementen over ict-didactiek ondersteunden de leerkrachten niet. De reden hiervoor was dat ze over te weinig devices beschikten om ict op een nieuwe manier in te zetten, zoals het lesmateriaal voorstelde. Wil educatief lesmateriaal dus ict-didactiek ondersteunen, dan moet rekening gehouden worden verschillen in apparatuur waarover leerkrachten kunnen beschikken.
Uit voorgaande blijkt dat de context waarbinnen ondersteuning plaatsvindt van vakinhoudelijke, didactische en ict-kennis, oftewel TPACK, door educatief lesmateriaal niet verwaarloosd mag worden. Zo maakten de leerkrachten in dit onderzoek bij het geven van de lessen en het gebruik van het educatieve lesmateriaal belangrijke keuzes op basis van het niveau van de les, de beschikbare materialen en de ondersteuning die ze bij collega’s zochten. Ook Koh, Chai en Tay (2014) stellen dat de impact van deze context op TPACK nog vaak wordt vergeten. Vervolgonderzoek naar TPACK en educatief lesmateriaal dat TPACK ondersteunt zou dus rekening moeten houden met de context van leerkrachten.
Deze meervoudige casestudie had enkele beperkingen. Aangezien leerkrachten wisten dat ze deelnamen aan een onderzoek en werden geobserveerd hebben ze zich mogelijk ook anders voorbereid op de lessen. Daarnaast zijn de leerkrachten in dit onderzoek niet expliciet geattendeerd op het feit dat ze educatief lesmateriaal gebruikten. Ze waren zich er dus niet
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
van bewust dat het lesmateriaal ook was ontworpen om hun vakinhoudelijke, vakdidactische en ict-kennis te ondersteunen. Mogelijk ervoeren de leerkrachten de achtergrondinformatie hierdoor als te veel en het lesniveau als te hoog en waren ze voornamelijk op de lespraktijk gericht. Tevens was het lesmateriaal voor elke leerkracht hetzelfde. Uit eerder onderzoek kwam al naar voren dat ondersteuning van verschillende niveaus van vakinhoudelijke en vakdidactische kennis in educatief lesmateriaal de voorkeur verdient, aangezien leerkrachten zich dan naar eigen behoefte kunnen verdiepen (Brown, 2009). Mogelijk wordt de
hoeveelheid informatie dan ook als minder overweldigend ervaren en kan beter worden aangesloten op het verschil in kennis en ervaring in mediawijsheid van leerkrachten. Zo concludeerden Brown, Bransford en Cocking (2000) dat leerkrachten, net als leerlingen, in hun zone van naaste ontwikkeling moeten worden aangesproken.
Dit onderzoek bracht een vernieuwing ten opzichte van voorgaand onderzoek naar educatief lesmateriaal, aangezien dit onderzoek een combinatie van tekst en digitaal educatief lesmateriaal heeft bestudeerd. Ander onderzoek naar educatief lesmateriaal richtte zich vooral op gedrukt, tekstueel materiaal. De leerkrachten in dit onderzoek gaven de voorkeur aan het digitale lesmateriaal boven de gedrukte handleiding. Dit sluit aan bij het feit dat leerkrachten steeds meer gebruik maken van digitaal lesmateriaal (Kennisnet, 2015b). Educatief
lesmateriaal en onderzoek naar dit materiaal zou op die digitale behoefte in moeten spelen. Het huidige onderzoek en voorgaande onderzoeken laten zien dat educatief
lesmateriaal aan de professionalisering van leerkrachten kan bijdragen als wordt aangesloten op de ondersteuningsbehoeften van leerkrachten en rekening wordt gehouden met de context van leerkrachten. Er dient meer onderzoek te komen naar de vormgeving van dit educatieve materiaal. Vervolgonderzoek zou zich kunnen richten op verschillen in vormgeving en plaatsing van educatieve elementen in digitaal modulair lesmateriaal en de ondersteuning die leerkrachten hierdoor ervaren. Een ander onderwerp dat verder onderzocht kan worden is hoe educatief lesmateriaal afgestemd kan worden op de context van leerkrachten. Tevens kan vervolgonderzoek verder ingaan op collegiale ondersteuning bij de inzet van educatief lesmateriaal. Zo wijst bestaand onderzoek uit dat professionalisering van leerkrachten ondersteund kan worden door leerkrachten gezamenlijk lesmateriaal te laten ontwerpen, uitvoeren, evalueren en aanpassen (Lewis, Perry, Friedkin & Roth, 2012).
Dit onderzoek heeft de ervaring bevraagd van leerkrachten met ondersteunende elementen in educatief lesmateriaal en kan vanuit deze inzichten een bijdrage leveren aan de curriculumontwikkeling van dergelijk lesmateriaal. Op basis van de vorige bevindingen volgen hier drie aanbevelingen voor de vormgeving van educatief lesmateriaal.
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
Ten eerste lijkt een modulaire opzet van belang, gezien de praktische focus van leerkrachten en de bepalende factoren tijd en leerlingniveau. Een digitale omgeving zoals de site uit dit onderzoek kan deze modulaire opzet bieden. Dergelijke sites spreken leerkrachten ook meer aan dan gedrukt educatief lesmateriaal, zoals dit onderzoek concludeert. Met een digitale modulaire lesomgeving kan de leerkracht zich naar eigen behoefte vakinhoudelijk, vakdidactisch of op het gebied van ict ontwikkelen. Deze keuzemogelijkheid sluit ook aan bij de verschillen in ervaring met en kennis van mediawijsheid onder leerkrachten (Thijs et al., 2014). Brown, Branford en Cocking (2000) stelden reeds vast dat leerkrachten net als leerlingen aangesproken moeten worden in de zone van hun naaste ontwikkeling. Daarnaast maakt zo’n modulaire omgeving de hoeveelheid informatie in educatief lesmateriaal mogelijk minder overweldigend, zoals leerkrachten in dit onderzoek ervoeren. Dit komt overeen met bevindingen van Thijs en Van den Akker (2009) dat lesmateriaal bij vakvernieuwing modulair en flexibel moet zijn en geen onuitputtelijke voorschriften dient te bevatten.
Ten tweede dient er bij het ontwerp van educatief lesmateriaal nagedacht te worden over de vormgeving en de locatie van educatieve elementen. Ondersteuning hoeft niet alleen tekstueel te zijn, maar kan ook visueel worden vormgegeven door educatieve filmpjes of afbeeldingen. De leerkrachten in dit onderzoek spraken hun voorkeur uit voor visuele ondersteuning. Schneider en Krajcik (2002) concludeerden eveneens dat leerkrachten ondersteuning prefereren van makkelijk te lezen formats zoals afbeeldingen. Naast de vormgeving lijkt ook de locatie van ondersteunende elementen in educatief lesmateriaal van belang voor de ervaren ondersteuning. Zo kwam in dit onderzoek naar voren dat leerkrachten de voorkeur hebben voor educatieve elementen die dichtbij informatie over de lesuitvoering staan. Ondersteuningselementen voor vakinhoud, vakdidactiek en ict zouden bijvoorbeeld via links of pop-ups bij het lesmateriaal zelf kunnen worden geplaatst. Met een simpele klik krijgt de leerkracht op deze wijze aanvullende educatieve informatie, bijvoorbeeld uit een filmpje of afbeelding, zonder dat hij hoeft te zoeken naar deze informatie.
Ten derde is duidelijk geworden dat de context van de leerkracht van invloed is op hoe educatief lesmateriaal hem of haar ondersteunt. In dit onderzoek kwam de invloed van deze context vooral naar voren in leerlingniveau, beschikbaar materiaal en ondersteuning van collega’s. Educatief lesmateriaal zou dus moeten differentiëren op de context die van leerkracht tot leerkracht kan verschillen. Curriculumontwikkelaars en scholen die
mediawijsheid willen implementeren en leerkrachten hierbij willen ondersteunen zouden deze en andere inzichten over educatief lesmateriaal kunnen meenemen in hun ontwerp en
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
Literatuurlijst
Ananiadou, K., & Claro, M. (2009). 21st century skills and competences for new millennium learners in OECD countries. OECD Education Working Papers, No. 41. Paris: OECD Publishing. doi:10.1787/218525261154
Arias, A. M., Bismack, A. S., Davis, E. A. and Palincsar, A. S. (2016). Interacting with a suite of educative features: Elementary science teachers' use of educative curriculum materials. Journal of Research in Science Teaching, 53(3), 422–449. doi:10.1002/tea .21250
Ball, D. & Cohen, D. (1996). Reform by the book: What is - or might be - the role of curriculum materials in teacher learning and instructional reform? Educational Researcher, 25(9), 6-14.
Bandura, A. (1977). Self-efficacy: toward a unifying theory of behavioral change. Psychological review, 84(2), 191.
Bransford, J., Brown, A., & Cocking, R. (Eds.) (2000). How people learn - brain, mind, experience and school: Expanded edition. Washington DC: National Academies Press.
Brown, M. (2009). Theorizing the design and use of curriculum materials. In J. T. Remillard, B. Herbel-Eisenman, & G. Lloyd (Eds.), Mathematics teachers at work: Connecting curriculum materials and classroom instruction (pp. 17-36). New York: Routledge. Coburn, C. E. (2001). Collective sense-making about reading: How teachers mediate reading
policy in their professional communities. Educational Evaluation and Policy Analysis, 23(2), 145–170. doi:10.3102/01623737023002145
Creswell, J.W. (2014). Educational research: Planning, conducting, and evaluating
quantitative and qualitative research (4th international edition). Upper Saddle Creek, NJ: Pearson Education.
Davis, E. & Krajcik, J. (2005). Designing educative curriculum materials to promote teacher learning. Educational Researcher, 34(3), 3-14. doi:10.3102/0013189X034003003 Davis, E., Palincsar, A. S., Arias, A. M., Bismack, A. S., Marulis, L., & Iwashyna, S. (2014).
Designing educative curriculum materials: A theoretically and empirically driven process. Harvard Educational Review, 84(1), 24-52. doi:10.17763/haer.84.1 .g48488u230616264
Europese Commissie. (2007). A European approach to media literacy in the digital environment. Brussels, 20.12.2007, COM(2007) 833 final. Europese Unie. (2007). Key competences for lifelong learning. European reference
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
framework. Geraadpleegd van https://www.erasmusplus.org.uk/file/272/download. Fraillon, J., Ainley, J., Schulz, W., Friedman, T., & Gebhardt, E. (2014). Preparing for life in
a digital age. Amsterdam: IEA. doi:10.1007/978-3-319-14222-7
Gillebaard, H., Smit, S., Vankan, A., Klok, T., Veens, E., & Jager, C. (2013). Kennispositie van mediawijsheid competenties: Inventarisatie onderzoek 2005 - heden. Utrecht:
Nextvalue Research & Dialogic.
Grossman, P. & Thompson, C. (2008). Learning from curriculum materials: Scaffolds for new teachers? Teaching and Teacher Education, 24, 2014-2026. doi:10.1016/j.tate.2008 .05.002
Hobbs, R. (2010). Digital and Media Literacy: A Plan of Action. Washington, D.C.: The Aspen Institute
Hobb, R. (2011). The state of media Literacy: A response to Potter. Journal of Broadcasting & Electronic Media, 55(3), 419-430. doi:10.1080/08838151.2011.597594
Hobbs, R., & Tuzel, S. (2015). Teacher motivations for digital and media literacy: An examination of Turkish educators. British Journal of Educational Technology. doi:10 .1111/bjet.12326
Jeong, S. H., Cho, H., & Hwang, Y. (2012). Media literacy interventions: A meta‐analytic review. Journal of Communication, 62(3), 454-472. doi:10.1111/j.1460-2466.2012 .01643.x
Kennisnet. (2015a). Monitor jeugd en media 2015. Enschede: Kennisnet.
Kennisnet. (2015b) Vier in balans-monitor 2015. Inzet en opbrengsten van ict in het onderwijs. Enschede: Kennisnet.
Kennisnet. (2016). Lessenserie Mediawijsheid ‘Echte manipulatie?’. Geraadpleegd van http://maken.wikiwijs.nl/bestanden/447509/Mediawijsheid_les_analyse.pdf
Koehler, M. J., & Mishra, P. (2009). What is technological pedagogical content knowledge? Contemporary Issues in Technology and Teacher Education, 9(1), 60-70.
Koh, J.H.L., Chai, C.S., & Tay, L.Y. (2014). TPACK-in-action: Unpacking the contextual influences of teachers’ construction of technological pedagogical content knowledge (TPACK). Computers & Education, 78, 20-29. doi:10.1016/j.compedu.2014.04.022 Küter-Luks, T., Heuvelman, A. & Peters, O. (2011). Making Dutch pupils media conscious:
Preadolescents' self-assessment of possible media risks and the need for media education. Learning, Media and Technology, 36(3), 295-313. doi:10.1080/17439884 .2010.549826
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
teaching for 21st century learners. Contemporary Issues in Technology and Teacher Education, 8, 264–276.
Lewis, C. C., Perry, R. R., Friedkin, S., & Roth, J. R. (2012). Improving teaching does improve teachers: Evidence from lesson study. Journal of teacher education, 63(5), 368-375. doi:10.1177/0022487112446633
Livingstone, S. (2004). Media literacy and the challenge of new information and
communication technologies. The Communication Review, 7(1), 3-14. doi:10.1080 /10714420490280152
Mediawijzer.net. (2012). 10 mediawijsheidcompetenties. Utrecht: Mediawijzer.net. Onderwijscoöperatie. (2016). Staat van de leraar. Utrecht: Onderwijscoöperatie.
Platform Onderwijs2032. (2016). Ons onderwijs 2032. Eindadvies. Den Haag: Platform Onderwijs2032.
Potter, J. (2010). The state of media literacy. Journal of Broadcasting and Electronic Media, 54(4), 675–696. doi:10.1080/08838151.2011.521462
Prensky, M. (2001). Digital Natives, Digital Immigrants Part 1. On the Horizon, 9(5), 1-6. P21 Partnership for 21st century learning. (2015). Framework for 21st century learning.
Washington, DC: P21.
Raad voor Cultuur. (2005). Mediawijsheid. De ontwikkeling van nieuw burgerschap. Advies Raad vor cultuur. Den Haag: Raad voor Cultuur.
Shulman, L.S. (1987). Knowledge and teaching: Foundations of the new reform. Harvard Educational Review, 57(1), 1-23. doi:10.17763/haer.57.1.j463w79r56455411 Siddiq, F., Scherer, R., & Tondeur, J. (2016). Teachers' emphasis on developing students'
digital information and communication skills (TEDDICS): A new construct in 21st century education. Computers & Education, 92, 1-14. doi:10.1016/ j.compedu.2015 .10.006
Sissing, H. (2015). 3000 jaar denkers over onderwijs. Amsterdam: Uitgeverij Boom. Schneider, R.M. & Krajcik, J. (2002). Supporting science teacher learning: The role of
educative curriculum materials. Journal of Science Teacher Education, 13(3), 221- 245. doi:10.1023/A:1016569117024
SLO. (2009). Het weer. Integratie van taal en science. Enschede: SLO.
SLO. (2014). Digitale geletterdheid en 21e eeuwse vaardigheden in het funderend onderwijs: een conceptueel kader. Enschede: SLO.
SLO. (2015a, 22 december). 21e eeuwse vaardigheden. Geraadpleegd op 14 april 2016, van http://curriculumvandetoekomst.slo.nl/21e-eeuwse-vaardigheden/
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
SLO. (2015b, 22 december). Een voorbeeldmatig leerplankader. Geraadpleegd op 14 april 2016, van http://curriculumvandetoekomst.slo.nl/21e-eeuwse-
vaardigheden/mediawijsheid/voorbeeldmatig-leerplankader
Stein, M. K., & Kaufman, J. (2010). Selecting and supporting the use of mathematics curricula at scale. American Educational Research Journal, 47(3), 663–693. Thijs, A., & Van den Akker, J. (2009). Leerplan in ontwikkeling. Enschede: SLO. Thijs, A., Fisser, P., & Van der Hoeven, M. (2014). 21e eeuwse vaardigheden in het
curriculum van het funderend onderwijs. Enschede: SLO.
Tschannen-Moran, M., & Hoy, A. (2001). Teacher efficacy: capturing an elusive construct. Teaching and Teacher Education, 17, 783–805.
Valtonen, T., Pontinen, S., Kukkonen, J., Dillon, P., Väisänen, P. & Hacklin, S. (2011). Confronting the technological pedagogical knowledge of Finnish net generation student teachers. Technology, Pedagogy and Education, 20, 3-18. doi:10.1080 /1475939X.2010.534867
Van Driel, J. (2008). Van een lerende vakdocent leer je het meest. Oratie Universiteit Leiden. Van Deursen, A. J. A. M. & Van Dijk, J. A. G .M. (2014). The digital divide shifts to
differences in usage. New Media & Society, 16(3), 507-526. doi:10.1177/ 1461444813487959
Van Veen, K., Zwart, R., Meirink, J., & Verloop, N. (2010). Professionele ontwikkeling van leraren. Een reviewstudie naar effectieve kenmerken van
professionaliseringsinterventies van leraren. Leiden: ICLON/Expertisecentrum leren van docenten
Voogt, J., Erstad, O., Dede, C., & Mishra, P. (2013). Challenges to learning and schooling in the digital networked world of the 21st century. Journal of Computer Assisted
Learning, 29(5), 403-413. doi: 10.1111/jcal.12029
Voogt, J., & Pareja Roblin, N. (2012). A comparative analysis of international frameworks for 21st century competences: Implications for national curriculum policies. Journal of Curriculum Studies, 44(3), 299- 321. doi:10.1080/00220272.2012.668938
Walraven, A., Paas, T., & Schouwenaars, I. (2013). Mediawijsheid in het primair onderwijs: achtergronden en percepties. Nijmegen: ITS.
Wester, M. & Smeets, E. (2011). Mediawijsheid in het onderwijs in 2010. Verslag van onderzoek bij leraren in het primair en voortgezet onderwijs. Nijmegen: ITS
Wineburg, S. & McGrew, S. (2016). Evaluating information: The cornerstone of civic online reasoning. Stanford History Education Group. Geraadpleegd van http://sheg.stanford
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
.edu/upload/V3LessonPlans/Executive%20Summary%2011.21.16.pdf
Yin, R. K. (2013). Case study research: Design and methods. Thousand Oaks, CA: Sage publications.
MASTERSCRIPTIE EDUCATIEF LESMATERIAAL MEDIAWIJSHEID
Bijlagen
Bijlage 1: Informatiebrochure voor leerkrachten
Geachte deelnemer aan het onderzoek “Lesmateriaal voor mediawijsheid”,
U gaat participeren in het onderzoek: "Lesmateriaal voor mediawijsheid". Voordat het onderzoek begint, is het belangrijk dat u kennis neemt van de procedure die in dit onderzoek wordt gevolgd. Leest u derhalve het onderstaande zorgvuldig door.
Doel van het onderzoek
Het doel van het onderzoek is om te achterhalen hoe leerkrachten lesmateriaal voor
mediawijsheid gebruiken. En in hoeverre leerkrachten zich hierdoor ondersteund voelen in de ontwikkeling van vakinhoudelijke, vakdidactische en technologische kennis van
mediawijsheid.
Instructie en procedure
Het onderzoek gaat als volgt. Allereerst krijgt u het lesmateriaal voor twee lessen mediawijsheid toegezonden. U kunt zich hiermee naar eigen inzicht voorbereiden op de uitvoering van de lessen. Wilt u het lesmateriaal aanpassen, dan verzoeken wij u dit kort toe te lichten op het geprinte lesmateriaal. Bij een van de lessen zal een onderzoeker de les
observeren en middels een observatieformulier data verzamelen over hoe de leerkracht vakinhoudelijke, vakdidactische en technologische vaardigheden betreffende
mediawijsheidbegrip toont in het uitgevoerde curriculum en in hoeverre er wordt afgeweken van de lesopbouw zoals omschreven in het lesmateriaal. Deze observatie en uw aantekeningen bij het lesmateriaal dienen als ondersteuning van het interview dat na de les met u zal worden