• No results found

In deze scriptie heb ik onderzoek gedaan naar de invloeden van culturele en religieuze normen bij de muzikale uitingen van Marokkaanse artiestes in Nederland en hun invloed op de heersende genderideologie in de Marokkaanse gemeenschap in Nederland. Hierbij was het belangrijk om eerst de belangrijkste bronnen in de islam te analyseren met betrekking tot het onderwerp muziek, vanwege de discussie die er in de geloofsgemeenschap heerst wat betreft de legitimiteit van muziek. De geanalyseerde bronnen geven echter geen sluitend antwoord op de vraag of muziek in de islam is toegestaan. Vanwege deze onduidelijkheid bestaat de discussie over muziek in de islam nog altijd en is het interessant om te kijken naar hoe artiestes van Marokkaanse afkomst hiermee omgaan. Ik zal nu antwoord geven op de hoofdvraag: ‘Welke rol spelen culturele en religieuze normen bij de muzikale uitingen van Marokkaanse artiestes in Nederland en (hoe) hebben de artiestes invloed op de heersende genderideologie in de Marokkaanse gemeenschap?’

Religieuze context

Uit de case studies is naar voren gekomen dat alle vier de geïnterviewde vrouwen uit gelovige gezinnen komen waarin de ouders praktiserende moslims zijn. In hun opvoeding hebben ze dus islamitische normen en waarden meegekregen, waar zij ook waarde aan hechten. Allen zijn ze ervan op de hoogte dat muziek een gevoelig onderwerp is; het is bekend dat de meningen hierover binnen de islamitische wereld sterk verschillen. In alle interviews kwam naar voren dat de artiestes een manier hebben gevonden om ermee om te gaan. Hind geeft aan dat ze zich niet druk maakt om wat anderen van haar vinden. Ze vindt muziek geen kwalijke zaak; ze doet er immers niemand kwaad mee. Wel geeft ze aan andere meningen te

respecteren: iedereen heeft recht op zijn eigen mening. Ook Sanae zegt dat muziek maken prima kan, zolang je er geen negatieve gedachten en bedoelingen mee hebt. Daarnaast geeft ze aan dat het geloof een onderdeel van haar is en ze er veel belang aan hecht. Hoe zij verder invulling geeft aan haar leven, is tussen haar en God, daar heeft niemand anders iets mee te maken. Wel weet ze dat er altijd mensen zullen zijn die over haar oordelen, maar net als Hind kan zij zich daar goed los van maken.

Ook Fouzia heeft zich verdiept in de discussie over de rechtmatigheid van muziek in de islam. Ze lijkt in tweestrijd te zitten. Enerzijds geeft ze aan dat ‘de duivel’ in haar muziek maken verkiest boven het verrichten van het verplichte gebed, anderzijds vindt ze dat muziek maken moet kunnen, mits je respect houdt voor je ouders en je man. Zo houdt ze rekening met de onderwerpen waar ze over zingt en kleedt ze zich niet te bloot. Wat anderen van haar vinden, kan ze makkelijk naast zich neerleggen. Hetzelfde geldt wederom voor Ouahiba. Ze begrijpt dat andere mensen bepaalde ideeën hebben bij het feit dat ze als Marokkaanse vrouw

dj is geworden, maar ze zit daar niet mee. Wel denkt ze na over hoe ze haar geloof met haar beroep kan combineren. Ze is de enige die expliciet aangeeft dat ze in principe, als

praktiserende moslima, eigenlijk geen muziek zou mogen luisteren, laat staan maken. Ze ziet zichzelf echter niet als een praktiserende moslima, omdat ze bijvoorbeeld ook geen

hoofddoek en islamitische kleding draagt. Ze heeft van zichzelf geaccepteerd dat het in feite een imperfectie in haar geloofsuitoefening is. Verder geven alle vier de vrouwen aan dat hun ouders hen steunen in hun beroepskeuze. Dit speelt ook mee in de manier waarop de vrouwen hun beroep uitoefenen, omdat ze de mening van hun familie belangrijk vinden.

Individualisme en collectiviteit gaan dus hand in hand.

Religie speelt dus in zekere mate mee in de levens van de vrouwen als artiesten. Geconcludeerd kan worden dat in het algemeen verondersteld wordt dat muziek maken moet kunnen, mits je geen kwade of negatieve bedoelingen hebt en je ouders en familie blijft respecteren. Op deze manier kunnen de artiestes hun beroep uitoefenen op zo een manier dat hun islamitische normen en waarden blijven bestaan.

Culturele context

Naast religie heb ik ook onderzocht welke rol de Marokkaanse cultuur speelt bij het

uitoefenen van het beroep van de geïnterviewde artiestes, vanwege de traditionele opvatting dat vrouwelijke participatie alleen onder strikte voorwaarden mogelijk is. Uit de bestudeerde literatuur blijkt dat de Marokkaanse genderideologie veel regels voorschrijft omtrent de omgang tussen man en vrouw. Een van die regels is de ruimtelijke segregatie tussen de verschillende seksen. Mannen en vrouwen behoren volgens de traditionele opvatting buiten de intieme familiekring niet met elkaar om te gaan. Ouahiba ziet dit terug in haar beroep als ‘wedding-dj’. Tijdens een Marokkaans feest zijn er aparte zalen voor mannen en vrouwen. Als vrouwelijke dj treedt zij alleen op voor de vrouwen. De overige drie zangeressen geven aan dit niet tegen te komen in hun beroep. Allen werken ze zonder problemen samen met mannen. Hieruit zou geconcludeerd kunnen worden dat muziek in traditionele Marokkaanse context gender-related is, maar in de Nederlandse context (uitgevoerd door Marokkaanse zangeressen) niet.

Ook andere cultureel bepaalde zaken die in de literatuur naar voren komen, zijn niet sterk aanwezig geweest in de levens van de geïnterviewde vrouwen. De artiestes geven aan vrij gelaten te worden in hun partnerkeuze (Hind en Fouzia), een betaalde baan als zangeres of dj te hebben (Hind, Sanae en Ouahiba) en ze zijn allen open in de communicatie met hun ouders. Dit laatste punt heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de artiestes. Door discussies aan te gaan, te leren over het hoe en waarom in het geloof en de ruimte om dat zelf uit te zoeken, hebben de artiestes voor zichzelf kunnen bepalen hoe ze hun passie voor muziek konden vertalen naar een voor hun acceptabele uitvoering. Hierbij komt naar

voren dat de belangrijke Marokkaanse waarde ‘respect’ voor alle vrouwen van groot belang is. Ze vinden het belangrijk dat ze zelf kunnen doen wat ze willen, maar uiteindelijk zal respect voor hun ouders en familie altijd voorop staan.

De Marokkaanse sociale controle en bijbehorende roddels zijn herkenbaar voor de vier vrouwelijke artiesten. Hind is de enige die geen specifieke voorbeelden geeft, maar zegt dat ze er wel vanuit gaat dat er mensen zijn die een negatieve mening over haar kunnen hebben. Fouzia en Sanae maken wel eens mee dat ze persoonlijk worden aangesproken op wat ze doen. Ouahiba geeft aan dat ze weet dat er over haar geroddeld wordt, maar dat er nooit iets rechtstreeks tegen haar zelf is gezegd. Uiteindelijk geven ze ook allemaal aan dat ze niet geraakt worden door opmerkingen van anderen en heeft het dus geen invloed op hoe zij hun beroep invullen.

In de muzikale uitingen van de artiestes zijn wel verwijzingen naar hun culturele achtergrond te zien. Zo dragen de artiestes traditionele kleding wanneer dit gepast is in de context van een optreden, zingen ze soms in het Arabisch, verwerken ze Arabische instrumenten in hun muziek, zingen ze over bepaalde onderwerpen niet of op een niet

expliciete manier, en zijn ze in het geval van Ouahiba voornamelijk met Marokkaanse muziek bezig.

Genderideologie Marokkaanse gemeenschap in Nederland

Uit het interview met Mourad Zyad komt naar voren dat er langzamerhand een omslag plaatsvindt wat betreft de acceptatie van Marokkaanse meiden en vrouwen die willen zingen. Hij geeft aan dat het verschil in generaties hier een grote rol bij speelt. Marokkaanse meiden wordt steeds meer toegestaan om bijvoorbeeld actief deel te nemen in een koor. Door hun ervaring zal hun kijk op muziek later anders zijn dan de visie die de oudere generatie

Marokkanen op dit moment heeft. Zo zal er een verschuiving van perspectieven en mentaliteit door de generaties heen zichtbaar worden. Uit de case studies is gebleken dat deze

verschuiving al enigszins heeft plaatsgevonden bij Sanae’s gezin. Haar vader liet voor zijn generatie een unieke visie zien door zich te verdiepen in de wens van zijn dochter en haar muzikale carrière voor honderd procent te steunen. De verschuiving is dus al begonnen.

Verder blijkt uit de case studies van de artiestes dat zij naast negatieve, ook positieve reacties krijgen uit de Marokkaanse gemeenschap. Zo geven Sanae en Fouzia zelf aan dat ze een voorbeeld zijn voor Marokkaanse meisjes en vrouwen die willen zingen. Ze laten zien dat het mogelijk is om je muzikale droom te verwezenlijken, en tegelijkertijd een goede relatie met je ouders te houden en daarbij ook je geloof niet te verloochenen. Ze hebben goede hoop hiermee jonge meiden en hun ouders op een positieve manier te beïnvloeden, zodat er in de toekomst meer Marokkaanse vrouwen actief zullen zijn in de muziekwereld.

Uiteindelijk lijkt het er dus op dat het in theorie moeilijk zou moeten zijn voor Marokkaanse artiestes om hun beroep uit te oefenen in Nederland. De praktijk die in dit onderzoek

onderzocht is, wijst echter iets anders uit. De belangrijkste factoren die hierbij meespelen, zijn individualisme (geloofsbeleving), omgeving (opvoeding/familie) en tijd (verschillende generaties). Een belangrijk punt dat meegenomen moet worden in deze conclusie, is dat niet alle vrouwen even sterke banden onderhouden met de Marokkaanse gemeenschap in Nederland. Ouahiba komt als dj wel voornamelijk op Marokkaanse feesten en staat zo middenin de gemeenschap. Fouzia komt als jongerenwerker veel in aanraking met de Marokkaanse jeugd in Utrecht, maar heeft als zangeres niet specifiek een Marokkaans publiek. Hind en Sanae staan in veel mindere mate in contact met de Marokkaanse gemeenschap in Nederland. Ook vanwege hun muziekrepertoire hebben ze geen exclusief Marokkaans publiek. Op Ouahiba na hebben de drie zangeressen dus niet veel te maken met de Marokkaanse gemeenschap in Nederland. Het kan zijn dat ze hierdoor minder vaak (negatieve) reacties krijgen uit de Marokkaanse hoek. Verder hebben Hind, Sanae en Fouzia naar eigen zeggen geen ‘typisch Marokkaans’ uiterlijk. Dit zou ook mee kunnen spelen in de acceptatie van hen als artieste.

Aanbevelingen

In deze scriptie heb ik onderzoek gedaan naar Marokkaanse artiestes in Nederland. Het publiek van de geïnterviewden heb ik hierbij buiten beschouwing gelaten. Afgezien van Ouahiba hebben de zangeressen in het algemeen geen typisch Marokkaans publiek, waardoor het geen relevante resultaten zou opleveren om de enkele Marokkaanse luisteraar bij het onderzoek te betrekken. Daarnaast waren de geïnterviewde artiestes afkomstig uit andere steden, hadden ze verschillende leeftijden en verschillende doelgroepen. Het zou dus een te heterogeen publiek op leveren. Voor een eventueel vervolgonderzoek zou het interessant zijn om bijvoorbeeld van Ouahiba te onderzoeken wat haar, voornamelijk Marokkaanse, publiek ervan vindt dat ze als Marokkaanse vrouw dj is. Inspireert zij vrouwen om ook hun muzikale ambities waar te maken en zorgt ze hiermee voor een andere kijk op muziek in de

Marokkaanse gemeenschap?

Verder zou de ontwikkeling of evolutie van een genderideologie onder Marokkanen in Nederland er misschien heel anders uitzien als je je niet alleen verdiept in de ervaringen van de artiestes, maar juist een diverse groep Marokkaanse mannen gaat ondervragen. Dit zou ook een apart onderzoek waard zijn. Dit zou een kwantitatief onderzoek moeten zijn, in tegenstelling tot het kwalitatieve karakter van deze scriptie. Op deze manier kan er een breder beeld geschetst worden van de opvattingen onder de gemiddelde mannelijke Marokkaanse bevolking in Nederland. Zo zou een completer beeld van de Marokkaanse genderideologie in Nederland verkregen kunnen worden.

Bibliografie

Literatuur

Al-Faruqi, Lois Ibsen.

1985 ‘Music, Musicians and Muslim Law.’ Asian Music, 17(1): 3-36. Bartelink, Yvon.

1994 Vrouwen over Islam. Geloofsvoorstellingen en -praktijken van Marokkaanse migrantes in Nederland (Brabant). Nijmegen: Radboud Universiteit Nijmegen.

Braak, Koen.

2005 Muziek van Marokkanen in Nederland. Een inventarisatie. Amsterdam: Universiteit

van Amsterdam. Buitelaar, Marjo.

2006 Islam en het dagelijks leven. Religie en cultuur onder Marokkanen.

Amsterdam/Antwerpen: Uitgeverij Atlas.

2009 Van huis uit Marokkaans. Over verweven loyaliteiten van hoogopgeleide migrantendochters. Amsterdam: Bulaaq.

Buur, Sanne.

2012 ‘Straatinterviews: Waarom een Hoofddoek?’ In: Jan Knaap, Sander Stoepker & Olivier Wegloop (red.), Hoofdboek. Stichting Cup of Culture: Haarlem: 130-133. Demant, Froukje.

2005 ‘Islam is inspanning.’ De beleving van de islam en de sekseverhoudingen bij Marokkaanse jongeren in Nederland. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.

Gazzah, Miriam.

2008 Rhythms and Rhymes of Life. Music and identification processes of Dutch-Moroccan youth. Amsterdam University Press: Amsterdam.

Jansen, Willy.

2004 Islam en seksualiteit. In H. Driessen (red.), In het huis van de islam. Nijmegen/Amsterdam: Uitgeverij Sun.

Jay, Cleo.

2013 ‘Acting Up: Performance and the Politics of Womanhood in Contemporary Morocco.’ Journal of African Cultural Studies, 25(3): 305-318.

Ketner, Susan.

2008 Marokkaanse wortels, Nederlandse grond. Exploratie, bindingen en

identiteitsstrategieën van jongeren van Marokkaanse afkomst. Groningen: Rijksuniversiteit

Groningen. Koskoff, Ellen.

1987 An introduction to women, music, and culture. In Ellen Koskoff (red.), Women and music in cross-cultural perspective. Westport: Greenwood Press.

Leemhuis, Fred.

2013 De Koran: een weergave van de betekenis van de Arabische tekst in het Nederlands

(15e druk). Houten: Spectrum. Lengel, Laura.

2004 ‘Performing in/outside Islam: Music and Gendered Cultural Politics in the Middle East and North Africa.’ Text and Performance Quarterly, 24(3/4): 212-232.

Lewisohn, Leonard.

1997 ‘The Sacred Music of Islam: Sama in the Persian Sufi Tradition.’ British Journal of

Ethnomusicology, 6: 1-33.

Nieuwkerk, Karin van.

1995 ‘A trade like any other.’ Female singers and dancers in Egypt. Austin: University of

Texas Press. Osborn, Corie.

2003 ‘Morocco: Women’s Rights Increased.’ Off Our Backs, 33(11/12): 4. Peters, Ruud.

2004 De hedendaagse toepassing van het islamitisch recht. In H. Driessen (red.), In het

huis van de islam. Nijmegen/Amsterdam: Uitgeverij Sun.

Praag, Carlo van (red.).

2006 Marokkanen in Nederland: een profiel. Den Haag: Nederlands Interdisciplinair

Demografisch Instituut. Robertson, Carol E.

1987 Power and gender in the musical experiences of women. In Ellen Koskoff (red.),

Roychoudhury, Makhanlal.

1957 ‘Music in Islam.’ The Journal of Asiatic Society, 23: 43-102. Saleh, Saneya.

1972 Women in Islam: their status in religious and traditional culture. In Saad Eddin Ibrahim en Nicholas S. Hopkins (red.), Arab society in transition. Cairo: The American University in Cairo.

Schuurman, Marloes.

2013 Continuïteit in de islam. De kijk op muziek door de jaren heen. (Unpublished

manuscript). Universiteit van Amsterdam.

Shadid, Wasif A.R. en Pieter Sjoerd van Koningsveld.

1997 Moslims in Nederland. Minderheden en religie in een multiculturele samenleving.

Houten/Diegem: Bohn Stafleu Van Loghum. Siregar, Sofjan.

2000 De Edele Koran, en een vertaling van betekenissen ervan in de Nederlandse taal (3e

druk). Den Haag: Islamitisch Cultureel Centrum Nederland. Stone, Ruth.

2008 Theory for ethnomusicology. Upper Saddle River: Pearson Prentice Hall.

Valk, Ineke van der.

2012 Islamofobie en discriminatie. Amsterdam: Pallas Publications – Amsterdam Univerity Press.

Internetbronnen

- Centraal Bureau voor de Statistiek (2014) Bevolking; kerncijfers. Via http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?

VW=T&DM=SLNL&PA=37296ned&D1=a& D2=0,10,20,30,40,50,(l-1)- l&HD=150129-1739&HDR=G1&STB=T.

- Hind Hakki (2015) Uitvoerend Artiest. Via www.hindhakki.com/nl/performing- artist/.

- Miriam Gazzah (2006) Wat je zingt, ben je zelf! Via

http://www.kennislink.nl/publicaties/wat-je-zingt-ben-je-zelf. - Oxford Dictionaries. Via http://www.oxforddictionaries.com.

- Sanae Casita (2015) About. Via www.casita-music.com/about. - Sander Becker (2014) Tunesiërs vieren dat iedereen gelijk is. Via

http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/article/detail/3584990/2014/01/28/Tunesiers- vieren-dat-iedereen-gelijk-is.dhtml.

- Venema, Vibeke (2015) Female intuition: spotting Moroccan music talent. Via http://www.bbc.com/news/world-africa-31755512.

YouTube:

- Al Wahda Afrah – Amantou Billahi: https://www.youtube.com/watch? v=7HrnGIlo9BQ.

- Al Wahda Youth – Allah Ya Moulana: https://www.youtube.com/watch? v=I8EUwDuPuoM.

- Hind Hakki – Mama: https://www.youtube.com/watch?v=V41Bcg8QnNQ. - Hind Hakki – Two Worlds: https://www.youtube.com/watch?v=QGgbvhqUakc. - Hind Hakki – Gonna Win This: https://www.youtube.com/watch?v=iQ1su2ptfOU. - Kinderkoor Al Wahda – Rotterdam Schouwburg: https://www.youtube.com/watch?

v=83SFH1jV5AM.

- Koor Al Wahda – Lieve Zuster: https://www.youtube.com/watch? v=KvK6KScw_SM.

- Yusuf Islam – A is for Allah: https://www.youtube.com/watch?v=-L-GOHa5-YQ.

Interviews

- Hind Hakki, 7 oktober 2014. - Jeanneke den Boer, 13 mei 2015. - Fouzia Fessi, 18 december 2014. - Mourad Zyad, 14 juni 2015. - Ouahiba Boukazini, 31 mei 2015. - Saïd Salhi, 19 mei 2015.