• No results found

4.2 Handhaving door de Europese Commissie

4.2.1 Inbreukprocedure

4.2.1.4 Inbreukprocedures voor het Hof van Justitie

4.2.1.4.2 Bulgarije

De Europese Commissie daagde Bulgarije zowel in 2016 als in 2019 voor het Hof van Justitie wegens het niet naleven van hun verplichting opgelegd in Richtlijn 2008/50/EG.

HvJ 5 april 2017, nr. C-488/15, ECLI:EU:C:2016:862, Europese Commissie/Republiek Bulgarije De Europese Commissie stelde vast dat Bulgarije sinds 2007 tot minstens 2015 in zijn zones en agglomeraties zowel de daggrenswaarden als de jaargrenswaarden voor fijnstof (PM10)

overschreed. Er moest dus vastgesteld worden dat Bulgarije artikel 13 van Richtlijn 2008/50/EG inzake de luchtkwaliteit en schonere lucht niet naleefde. Op 1 oktober 2010 werd een formele inbreukprocedure opgestart tegen de lidstaat. De Commissie stuurde namelijk een ingebrekestelling met een verzoek om meer informatie ter beschikking te stellen. Vervolgens, op 25 januari 2013, stuurde de Commissie een aanvullende ingebrekestelling waarin zij stelde dat Bulgarije een inbreuk had gepleegd op zowel artikel 13 alsook artikel 23 lid 1 van Richtlijn 2008/50/EG. Vervolgens bracht de Commissie op 11 juli 2014 een met redenen omkleed advies uit met het formeel verzoek om te voldoen aan Richtlijn 2008/50/EG.226

De precontentieuze fase leidde niet tot de gewenste verbeteringen waardoor de Europese Commissie moest overgaan tot de contentieuze fase. Op 14 september 2015 stelde de Commissie een beroep in bij het Hof van Justitie wegens niet-nakoming krachtens artikel 258 VWEU.227

Op 5 april 2017 bracht het Hof van Justitie zijn arrest uit. Het Hof stelde dat de overschrijding van de grenswaarden voor concentraties van fijnstof (PM10) in de lucht op zich voldoende was

om de niet-nakoming van artikel 13 lid 1, juncto bijlage XI, van Richtlijn 2008/50/EG vast te stellen. Hierbij oordeelde het Hof dat de dag- en jaargrenswaarden voor de concentraties van fijnstof (PM10) in verschillende zones en agglomeraties voortdurend werden overschreden. De

lidstaat overtrad niet enkel artikel 13 lid 1, maar ook artikel 23 lid 1, tweede alinea, van Richtlijn 2008/50/EG. Laatstgenoemde artikel werd overtreden omdat de lidstaat geen adequate luchtkwaliteitsplannen had opgesteld. Ze kwam namelijk de verplichting niet na om passende maatregelen op te nemen in de luchtkwaliteitsplannen om de periode van overschrijding voor fijnstof (PM10) zo kort mogelijk te houden.228

Op 8 november 2018 moest de Europese Commissie echter opnieuw een ingebrekestelling opsturen. In deze ingebrekestelling drong de Europese Commissie er bij Bulgarije op aan om 225 EUROPEES PARLEMENT, Implementation of the Ambiant Air Quality Directive, 2016, https://www.ademloos.be/sites/default/files/gezondheid_docs/IPOL_STU%282016%29578986_EN.pdf, 22. 226 HvJ 5 april 2017, nr. C-488/15, ECLI:EU:C:2016:862, Europese Commissie/Republiek Bulgarije.

227 HvJ 5 april 2017, nr. C-488/15, ECLI:EU:C:2016:862, Europese Commissie/Republiek Bulgarije. 228 HvJ 5 april 2017, nr. C-488/15, ECLI:EU:C:2016:862, Europese Commissie/ Republiek Bulgarije.

de uitspraak van het Hof van Justitie van 5 april 2017 volledig uit te voeren. Hoewel de Commissie erkent dat Bulgarije enige vooruitgang heeft geboekt, maakt ze zich zorgen over het trage tempo van de veranderingen en het gebrek aan een gecoördineerde aanpak tussen de milieu-autoriteiten en de andere betrokken autoriteiten op nationaal en lokaal niveau. In deze ingebrekestelling gaf de Commissie aan dat als Bulgarije nalaat te handelen, deze zaak terugverwezen kan worden naar het Hof. De Europese Commissie zou dan artikel 260 VWEU ten uitvoer leggen. Indien deze zaak terug voor het Hof zou komen kunnen financiële sancties worden opgelegd. Hierbij werd aan Bulgarije twee maanden de tijd gegeven om antwoord te bieden op deze ingebrekestelling. Deze inbreukprocedure staat nog steeds op actief, wat wil zeggen dat de Commissie deze zaak nog steeds opvolgt.229

Hierbij dient nog kort opgemerkt te worden dat op 14 april 2009 Bulgarije bij de Commissie, overeenkomstig artikel 22 lid 2 van Richtlijn 2008/50/EG, een verzoek had ingediend om uitstel te verkrijgen tot 11 juni 2011 van de verplichting om te voldoen aan de grenswaarde voor fijnstof (PM10). De Commissie maakte in een besluit van 11 december 2009 echter

bezwaar tegen dit verzoek waardoor de lidstaat geen uitstel verkreeg en dus op 1 januari 2005 reeds moest voldoen aan de vooropgestelde grenswaarde voor fijnstof (PM10).230

HvJ beroep ingesteld op 3 oktober 2019, Zaak C-730/19, Europese Commissie/Republiek Bulgarije

In 2019 werd een tweede zaak door de Europese Commissie voor het Hof gebracht tegen Bulgarije. Op 25 juni 2009 startte de Europese Commissie een inbreukprocedure op wegens het niet naleven van artikel 13 lid 1, juncto bijlage XI, van Richtlijn 2008/50/EG inzake de luchtkwaliteit en schonere lucht. De Commissie stelde namelijk vast dat sinds 2007 de uur- en daggrenswaarden voor zwaveldioxide (SO2) systematisch overschreden werden in één zone.

Ook hier werd vervolgens de verplichtingen van artikel 23 lid 1 van diezelfde richtlijn overschreden. Er werd volgens de Commissie geen of geen adequaat luchtkwaliteitsplan opgesteld. Vervolgens bracht de Europese Commissie op 18 maart 2010 een met reden omkleed advies uit. Drie jaar later, op 20 november 2013, werd een additionele ingebrekestelling verstuurd en op 26 oktober 2014 een additioneel met reden omkleed advies. In dit laatste met reden omkleed advies gaf de Commissie de lidstaat mee dat, in het geval ze binnen de twee maanden geen passende actie onderneemt, ze de zaak mogelijks voor het Hof zouden brengen. De Commissie stelde vast dat Bulgarije geen passende maatregelen nam waardoor ze uiteindelijk op 25 juli 2019 besloot de zaak voor het Hof te brengen. Deze zaak is nog steeds hangende voor het Hof van Justitie.231

229 Art. 260 VWEU; HvJ 5 april 2017, nr. C-488/15, ECLI:EU:C:2016:862, Europese Commissie/ Republiek Bulgarije en EUROPESE COMMISSIE (EC), Persbericht. November infringements package: key decisions, MEMO/18/6247, Brussel, 2018, https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/EN/MEMO_18_6247.

230 HvJ 5 april 2017, nr. C-488/15, ECLI:EU:C:2016:862, Europese Commissie/ Republiek Bulgarije.

231HvJ beroep ingesteld op 3 oktober 2019, Zaak C-730/19, Europese Commissie/Republiek Bulgarije; EUROPESE COMMISSIE (EC), Persbericht. November infringements package: main decision, MEMO/14/2130, Brussel, 2014, https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/EN/MEMO_14_2130; EUROPESE COMMISSIE (EC), Persbericht. June infringements package: key decisions, MEMO/ 15/5162, Brussel, 2015, https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/EN/MEMO_15_5162 en zie bijlage 1: inbreukprocedures, gebaseerd op informatie verkregen op Curia.