• No results found

Bijlage I: Transcriptie panelgesprek redactie Respondent 1: Marck Geurtsen (Eindredacteur Koffietijd)

Pagina 16: Gezondheid Bijvoorbeeld een interview met huisarts Job en een advertentie.

12 Bijlage I: Transcriptie panelgesprek redactie Respondent 1: Marck Geurtsen (Eindredacteur Koffietijd)

Respondent 2: Gaby Zwinkels (Redacteur Goede Doelen) Respondent 3: Boudewijn Mulder (Webredacteur) Respondent 4: Marit de Bruijne (Sponsorredacteur) Respondent 5: Luka (Stagiaire Goede Doelen) Respondent 6: Madelon (Stagiaire Redactie)

Sharon: Ik ben vorige maand begonnen met mijn scriptie, voor mijn opleiding Media, Informatie en Communicatie en zoals de meeste weten heb ik hier vorig jaar ook stage gelopen op de sponsorredactie. Ik wil graag meer crossmedialiteit voor Koffietijd behalen. In eerste instantie wilde ik een applicatie maken, maar omdat Demi deze al voor haar scriptie zou maken heb ik hier niet voor gekozen. Ik had vorig jaar met Charlotte besproken dat wij misschien twee wegen zouden kunnen kiezen, een andere invalshoek, maar volgens school zouden deze scripties dan teveel op elkaar gaan lijken dus heb ik gekozen voor een magazine. Om deze te koppelen aan Koffietijd heb ik ervoor gekozen om een online magazine te doen. Waarom nou online en geen papier? Dat is omdat veel onderzoeken uitwijzen dat papier eigenlijk eruit gaat binnen 5 jaar. Om daar alvast op in te spelen heb ik gekozen voor een online magazine. In principe ben ik nu met mijn marktonderzoek helemaal klaar. Via Boudewijn hoop ik dat ik nog een aantal kijkers kan regelen om ook nog een gesprek mee te houden om te kijken wat zij willen zien en wat juist niet om te kijken of dat een beetje overeenkomt met wat jullie zeggen. Daar trek ik een middenlijn in voor hetgeen ik ga maken. Over iets meer dan een maand lever ik het online magazine ook op in de vorm van een PDF omdat ik simpelweg niet over de middelen beschik om het officieel op te leveren.

Respondent 1: Wat is het verschil tussen een tijdschrift van papier en de website van Koffietijd die momenteel al bestaat?

Sharon: Wat ik juist wil met dit magazine is dat deze interactief is waar je ook meer mee kan dan met de website. De bedoeling met het tijdschrift is dat het een beknopte versie wordt van de leukste momenten van de maand of week, ligt eraan hoe vaak deze verspreid wordt. Ik zal je zo voorbeelden laten zien van andere magazines om te zien wat je eigenlijk allemaal kan met een online magazine.

Respondent 1: Ik heb dit in seizoen 2 ook een keer voorgesteld, het koffietijdschrift (die mag je gewoon overnemen hoor), en toen bedacht ik mij dat in de bestaande glossy’s zoals de Linda, dat daar de goede doelen goed in uit kunnen komen. Iets wat normaal niet zo kan. Samen met backstagefoto’s en diepteinterviews met gasten enzovoort, zo zag ik het toen wel voor me. Is dat ook een beetje wat jij ziet?

Sharon: Ja, klopt en ik wil ook graag veel sponsoren erin doen, maar anders dan wij hem kennen. Als je bijvoorbeeld een advertentie van A. Vogel erin doet, dat je deze clickable maakt en je gelijk naar de webshop gaat zodat je de producten kunt bestellen.

Respondent 1: Ik zou beginnen met een gratis monstertje. Als je er op klikt dat zij deze dan gratis krijgen met de titel “Bestel een proefmonster en laat ons weten wat je ervan vindt”. Als je direct naar de A. Vogel website gaat om te bestellen dat mensen dan denken “ik voel me genept”. Mensen willen alleen maar informatie en wanneer er gelijk gezegd wordt dat ze moeten bestellen, is het net een winkel waar ze in lopen.

Sharon: Dat is ook een goed idee. Dat is waar inderdaad. Ik wilde ook de vriendinnendagen die we vorig jaar hadden eraan koppelen. Wanneer je op zo’n aankondiging klikt dat je je gelijk kunt aanmelden daarvoor. Daarmee wordt alles heel makkelijk gemaakt voor de lezer. Respondent 2: Je hebt het net over crossmediaal maken, hoe wil je dat gaan doen?

Sharon: Bijvoorbeeld de prijsvragen die je erin kan zetten, die kunnen weer gelinkt worden aan de website en ik heb verder nog ideeën opgeschreven die ik jullie zo nog zal vertellen.

Respondent 3: Ik wil heel graag weten wat het is, want… Sharon: Zal ik even een voorbeeldje laten zien?

Respondent 4: Ja, het klinkt nu nog heel erg als de website

Respondent 3: Je zegt dat we het een keer in de zoveel tijd gaan doen, maar wat doe je dan precies?

Sharon: Ik ga het laten zien! (pakt iPad erbij). Dit is een voorbeeld van de Libelle. Overal waar muisjes op staan, daar kan je op klikken bij de kopjes. Je gaat dan direct naar het artikel toe.

Respondent 3: En dit is daadwerkelijk…

Sharon: Ja, een online magazine! Als je hier op klikt ga je direct naar het artikel toe. Respondent 1: Ze maken een soort mix, van een tijdschrift maar dan online..

Sharon: Hier heb je bijvoorbeeld van de hoofdredacteur een stukje waar ze een video bij heeft gedaan en als je daarop klikt ga je direct naar de YouTube-link van het videootje. Respondent 2: Vandaar dat je ook de website eraan kunt linken..

Respondent 3: In hoeverre dubbelt dit dan met wat je op de website doet?

Sharon: In principe veel, veel dat je op de website doet dat kun je ook hierop doen. Alleen je kunt er hierbij voor kiezen om er wat dieper op in te gaan.

Respondent 6: Je kunt er ook voor kiezen dus om iets anders te laten zien dan dat je al op de website doet.

Sharon: Ja, bijvoorbeeld backstage beelden zou je kunnen laten zien. Beelden die de kijker normaal gesproken niet te zien krijgt. Dat kun je natuurlijk ook op de website zetten… Respondent 3: Ja.. maar verdwijnt dat dan?

Respondent 4: Het moet echt een aanvulling zijn op de website

Respondent 2: Ik denk dat je echt een keuze moet maken tussen of het wekelijks, maandelijks of jaarlijks is. Wanneer het jaarlijks is, zou ik zeggen dat je dan de

hoogtepunten doet. Net als wat wij op de laatste uitzending doen. Het zou natuurlijk te gek zijn als wij ieder jaar aan het eind zo’n fantastisch magazine kunnen tonen. Daar kan je weer publiciteit aan haken.

Respondent 5: Moet dit op je iPad, of kan dit ook op je computer of smartphone? Sharon: Het kan in principe allemaal

Respondent 1: Dat Libelle tijdschrift, bestaat dat gewoon echt?

Sharon: Ja! Linda heeft het ook. Er zijn in Nederland al 130 digitale magazines. Margriet is ook online geworden.

Respondent 1: En dat is anders dan een website?

Sharon: Ja, zij voegen veel interactiviteit toe met video’s enz. Ja dat kan je ook op de website doen, maar zij kiezen ervoor om dit dan in het magazine te plaatsen. Respondent 3: Ik snap hem nog niet.. Zo’n magazine, krijg ik dat in mijn mail? Sharon: Zij kiezen er allemaal voor om dit via een website te publiceren. Je kunt het downloaden tegen geld, of niet, dat moeten wij nog even kijken.

Respondent 3: Wat download je dan? Een applicatie?

Respondent 1: Dat is handig om mee te nemen natuurlijk. Dat kun je offline bekijken. Sharon: Ik heb hier een bibliotheek waar een overzicht staat van alle tijdschriften die je gedownload hebt.

Respondent 5: Zijn er ook al andere programma’s die dit hebben?

Sharon: Alleen KRO heeft het momenteel. Die hebben een online magazine. Dat heet KRO online glossy, maar dat is echt een HTML magazine. Zij hebben ervoor gekozen om het als een website te doen. Dat heet magazines.kro.nl en daar kan je echt alleen op via een laptop, niet een tablet of iets. Daarop kan je hem ook niet openen.

Respondent 2: Ik denk niet dat het dubbelt met de content van de website want als je kijkt wat er op de website staat dan is alles vaak kort geformuleerd. In zo’n glossy zou je er net even wat uitgebreider aandacht aan zou kunnen geven.

Respondent 4: Anders heeft het geen zin om zo’n tijdschrift te maken Respondent 2: Er moet een meerwaarde aan zitten inderdaad

Respondent 4: Het verhaal erachter, het proces er naartoe.. Dat het leuk wordt om te lezen en dat je wat meer achtergrondinformatie krijgt en daar nog eens makkelijke doorkliks bij. Respondent 1: Je hebt tegenwoordig ook van die kiosks

Respondent 2: Ja daar komt ‘ie dan in!

Respondent 1: Want ook als je offline bent, je kunt het altijd lezen. Respondent 4: Werken die doorlinks dan ook?

Sharon: Ja, alleen YouTube bijvoorbeeld dan niet want daar heb je dan internet voor nodig. Respondent 4: Maar een doorlink naar een site werkt dan ook niet..

Respondent 5: Nee, dat kan niet

Respondent 4: Dus het zijn met name de doorlinks die werken die al binnen het tijdschrift zitten?

Respondent 2: Nou, loop ons er even doorheen..

Sharon: Je hebt veel verschillende types van die online magazines. Dit voorbeeld van de Libelle is dan echt het online magazine. Je hebt ook de ‘app’-vorm ervan, daar heb ik niet voor gekozen omdat ik in eerste instantie dacht dat Demi dit zou doen. Je hebt ook een one- page magazine. Die kan ik ook wel even laten zien.. Dat is letterlijk op een pagina, helemaal onder elkaar, een doorscroll van het hele magazine. Lijkt mij niet geschikt voor Koffietijd want we hebben in principe de website al. Dus in principe heb ik voor deze vorm gekozen. Wat ik eigenlijk wilde doen is een ijkpersoon maken van Koffietijd zodat ik alles kan afstemmen op de doelgroep. Weet iedereen wat een ijkpersoon is?

Respondent 5: Een vrouw van 35 met met 2 kinderen op de bank… Respondent 1: Moet je die ook een naam geven?

Sharon: Ja.. In principe wilde ik dat maken, want dan kan ik alles daarop afstemmen met alle artikelen die ik maak en doe.

Respondent 5: Maar je hebt een bepaalde doelgroep en die is tussen de 30 en 40. Je moet gewoon iemand hebben. Anders dan lukt het niet.

Respondent 4: Of je moet het iets breder maken. Het een spreekt de ander niet aan en dat is Koffietijd denk ik ook. Bij Koffietijd zelf denk ik bij sommige dingen van ‘mijn oma wilt dit niet kijken’…

Respondent 2: Maar ik ben het niet zo mee eens. Ik heb ook Communicatie gestudeerd en mijn vraag was altijd ‘moet je altijd perse een doelgroep kiezen?’. Ik ben van mening dat je niet altijd een doelgroep hoeft te kiezen, maar dat je een bepaalde ervaring wilt meegeven. Daarin zou je moeten kijken en dat is niet zo zeer in leeftijd maar in wat wij willen uitdragen qua informatief, samenhorigheid etc. Dat zijn de dingen die wij graag willlen..

Respondent 6: Meer de waarde van mensen bedoel je?

Respondent 1: In het productieboek staat natuurlijk wel beschreven voor wie wij het maken. Respondent 2: Maar dat is eigenlijk heel breed.. Dat is niet echt een doelgroep

Respondent 4: Als ik kijk naar afgelopen vrijdag met alle taartenbakkers, hoeveel oudere mensen zitten daar tussen? Dat is echt niet allemaal 35.. Er zit een groot deel toch daarboven. Ook al willen wij ons richten op 35-45, dat is denk ik niet helemaal realistisch. Respondent 1: Dat is ook zo

Respondent 2: Het is meer concepting. Kennen jullie dat? Het is meer een concept waar je de mensen aan hangt. Je vertelt je verhaal en dat is wat wij doen. Wij zijn eigenlijk een concept, waar iedereen bij kan aanhaken. Daarom zijn er meisjes van 20-23 die het leuk vinden maar ook oma’s van in de 80. Dat concept moeten wij vasthouden.

Sharon: Het wordt dus meer een soort gedachtegoed?

Respondent 5: Qua school snap ik dat je toch een ijkpersoon neemt, om even in die richting te denken.

Respondent 3: Maar als je ook kan verantwoorden waarom je het niet doet..

Respondent 2: Zo zie ik Koffietijd hoor. Je kunt niet een geijkt persoon kiezen. Voor de Koffietijd fandag gingen we alle aanmeldingen door. Er waren meiden van 20-21 die zich hadden opgegeven, maar ook een oma van 83 uit Belgie die zich had opgegeven en daarnaast ook nog moeder, dochter en zoon. Dus het is echt een concept dat we hebben. Sharon: Hoe zou je het gedachtegoed dan omschrijven?

Respondent 2: Een programma waarin iedereen zichzelf mag zijn, we laten iedereen in zijn/haar waarde. Je wordt even meegenomen in je 10-uur koffiemoment.

Respondent 3: Het feit dat je je doelgroep niet toe kunt spitsen op een persoon, betekent niet dat je geen doelgroep hebt. Een doelgroep van 20-80 is ook een doelgroep. Respondent 6: Misschien is het qua leeftijd wel heel verschillend, maar je ziet wel overeenkomsten in hun levensstijl

Respondent 2: Maar juist die overeenkomsten, dat is meer een concept, een gedachtegoed waar zij zich allemaal in terugvinden dan een ijkpersoon.

Respondent 5: Je hoeft ook geen leeftijd neer te zetten, maar wel een persoon die daar en daar van houdt.

Respondent 2: Dat is ook een gedachtegoed eigenlijk.

Respondent 1: Je moet even in het productieboek kijken wat je daar uit kan halen. Dus dan komen we weer terug bij het magazine. Wat is jouw vraag aan ons eigenlijk?

Sharon: Je moet je even inbeelden dat we het gaan maken met z’n alle.. Of jullie ideeen hebben over hoe we het kunnen invullen en welke content jullie erin zouden willen zien en wat niet.

Respondent 2: En is jouw idee wekelijks of maandelijks of?

Sharon: Wekelijks denk ik dat het teveel is.. dan krijg je echt hetzelfde als de website. Dan kan je beter maandelijks de hoogtepunten doen of jaarlijks.

Respondent 5: Ik denk dat het sowieso leuk is als je Quinty, Loretta of Pernille een blog laat schrijven, dat is het eerste dat in mij op kwam.

Respondent 1: Je zou ook kunnen denken aan speciale edities, bijvoorbeeld rond Koninginnedag of kerst, lente of herfst. Je zit dan minder op de dagelijkse routine. Dan hebben we een seizoenseditie.

Respondent 4: Koninginnedag vind ik er dan niet bij passen, dat is ook maar 1 dag. Maar herfst is hartstikke leuk of winter..

Respondent 5: Ja, je kunt de seizoenen een beetje pakken.. dat is wel leuk!

Respondent 2: De zwangerschapsweek kun je daar ook in doen. Dan wilt iedereen zich settlen..

Respondent 3: Als je de presentatrices gaat vragen om te bloggen, dan denk ik ‘succes! Dat gaan ze niet doen’. Ik ben betrokken geweest bij het opzetten van deze website, toen ik hier net kwam werken was er namelijk nog een andere website. We zijn toen gaan nadenken van hoe moet zo’n nieuwe website er dan uitzien? Dan krijg je verschillende bedrijven die voorstellen doen, waarvan een aantal ook zeiden dat we een magazinevorm konden doen. Dan moet je wel gaan nadenken of jouw doelgroep vatbaar is voor zo’n magazine insteek. Onze website bevat veel ‘nono’s’ en dat is waarom hij tot vandaag de dag is zoals hij is. Anders was hij veel gelikter geweest. Je moet het overzichtelijk houden en alles moet makkelijk terug te vinden zijn. Dan nog loop je er tegenaan dat dingen voor jou heel logisch zijn, maar voor onze kijker, of Loretta Schrijver, totaal niet te vinden zijn. Ik zie zo’n

magazine wel gebeuren, maar je moet er goed over nadenken dat het allemaal haalbaar is. Respondent 1: Je hebt ook nog een verschil tussen een gewoon magazine en een

nieuwsbrief toch? Dat hoor je de laatste tijd wel minder, zo’n nieuwsbrief. Respondent 5: Ja, dat krijgen mensen in hun mail en dat deleten ze gelijk.

Respondent 3: Eigenlijk is dit een soort nieuwsbrief, want voor mijn vorige baan schreef ik ook nieuwsbrieven. Je vertelt iets nieuws of licht een bepaald onderwerp uit. Een

nieuwsbrief is in zoverre niet echt nieuws, dat is ook verdieping. En dat is dit eigenlijk. Respondent 4: Alleen heeft een nieuwsbrief een negatieve lading tegenwoordig. Dit is toch een momentje voor jezelf, ik pak een lekker magazine erbij.

Respondent 5: Ik zou het wel echt op een tijdschrift gooien, Libelle wilt juist meer online en televisie-achtig. Wij hebben dat al dus zou ik het meer gooien op de tekst.

Respondent 3: Je wilt niet dat het weer een aftakking wordt van iets online.

Respondent 4: Ja, ik vind dat online juist wel leuk en net wat zij zegt dat klopt. Alles wordt langzamerhand online en gedigitaliseerd.

Respondent 1: Het liefst zou ik de papieren versie zien. Maar om dat nu nog rond te krijgen is moeilijk.

Respondent 2: Mijn moeder is nu in de 60 en ook zij gaat nu online magazines bekijken en lezen en op haar iPad uitvinden.

Respondent 4: Mijn oma is 92 en die heeft een iPad en e-reader. Alles doet zij online. Respondent 5: Dan zou ik toch het gezellige van een tijdschrift erin houden. Een snelle website is niet nodig

Respondent 1: LINDA. is toch echt het blad hoor. Even de bladzijdes ruiken, de gratis luchtjes eruit halen.. Het is het gevoel en dat mis je toch wanneer je het online doet. Respondent 4: Wanneer ik een tijdschrift lees, wil ik toch de papieren versie in mijn hand hebben.

Respondent 6: Je moet je bedenken dat het geen wekelijks tijdschrift is. Het komt een keer in de zoveel tijd, dus het blijft wel speciaal.

Respondent 4: Een online magazine is makkelijker te realiseren dan een papieren tijdschrift. Respondent 1: Ja, dat denk ik ook.

Respondent 2: Er is ook meer uit te halen voor ons als Koffietijd. Met name sponsoring en het moet allemaal natuurlijk ook bekostigd worden. Ik denk dat er op gebied van sponsoring wel veel gedaan kan worden.

Respondent 4: En minder ‘in je face’.

Respondent 1: Ik denk wel dat hij gratis moet. Het verdienmodel moet anders zijn.. Respondent 2: Ja, wij kunnen er wel geld voor vragen door A.Vogel eraan te hangen. Respondent 4: Dat vind ik zeker wel het voordeel van een online magazine. Voor sponsoring kan je ook meer met die doorlinkjes werken. Als je geïnteresseerd bent kun je gelijk doorklikken. Ik zie daar best wel mogelijkheden in.

Respondent 2: En qua inhoud... inderdaad iets over presentatie. Qua goede doelen zou ik het mooi vinden als we per kwartaal dan een goed doel kunnen uitlichten door een vrijwilliger te interviewen bijvoorbeeld.

Respondent 1: Hoe ging het verder? Respondent 5: Ja, die vind ik ook goed.

Respondent 2: Soms krijg ik 6 minuten terwijl het soms zo’n mooi verhaal is. Ik moet het begin dan al helemaal laten omdat daar geen tijd voor is. Dus ik moet in 3 zinnen vertellen wat zij hebben meegemaakt, terwijl het een verhaal is van 20 jaar. Dit zijn toch dingen die je in zo’n glossy heel mooi tot zijn recht kan laten komen.

Respondent 1: Waarom zou je dit niet op de website doen?

Respondent 2: Op de website zijn het korte teksten, daar is geen ruimte voor.

Respondent 3: Op de website kun je best een blog van een vrijwilliger neerzetten, daar